Verslag plenaire vergadering
Verslag
Mevrouw Joosen heeft het woord.
Minister, de dreigende uitbraak van blauwtong komende zomer wordt zeer reëel. De ongerustheid bij onze landbouwers neemt toe. Dat is terecht, want een vorige uitbraak zorgde voor immense verliezen bij onze Vlaamse rundvee-, schapen- en geitenhouderijen. Als we uit die uitbraak iets geleerd hebben, is het wel dat vaccinatie een effectief preventie- en bestrijdingsmiddel is.
In cijfers die u eind januari ter beschikking stelde, was er sprake van 5 miljoen bestelde vaccins. In cijfers van federaal minister Borsus van 21 februari was er sprake van 2 miljoen vaccins voor rundvee en 100.000 voor schapen en geiten. Dat is toch wel een opmerkelijk verschil.
Zult u de federale minister aansporen om een proactiever beleid te voeren en om een permanente voorraad van het vaccin beschikbaar te houden? Intussen kocht Frankrijk immers de hele resterende voorraad op. Op die manier zouden we paniekvoetbal in de toekomst kunnen vermijden.
Minister Schauvliege heeft het woord.
Collega, het gaat hier om een puur federale bevoegdheid, van minister Maggie De Block en minister Willy Borsus. Het klopt dat de minister 5 miljoen vaccins gereserveerd heeft. Hij heeft er nu al 2 miljoen ingetrokken voor runderen, en dan nog eens 100.000 voor schapen en geiten.
Wij zijn betrokken bij het federale wetenschappelijke comité. Er zijn experten die advies verlenen aan de federale ministers. Het Instituut voor Landbouw- en Visserijonderzoek (ILVO), onze onderzoeksinstelling, is daar ook in vertegenwoordigd en geeft adviezen wanneer daarom gevraagd wordt.
Het feit dat er 5 miljoen besteld en gereserveerd zijn, duidt op een proactieve houding. Daar kan men ook aan. Die 2 miljoen vaccins zijn intussen ook beschikbaar. Maar ik herhaal dat het al of niet verplichten om te vaccineren een puur federale bevoegdheid is. Ik ben ervan overtuigd dat dat binnen de Federale Regering bijzonder goed zal worden opgevolgd.
Minister, bedankt voor uw toelichting. Ik weet dat u de problematiek van zeer nabij opvolgt. Ik kan het belang daarvoor voor onze Vlaamse sector niet voldoende onderstrepen. Er is regelmatig overleg tussen de federale en de gewestelijke administratie, vandaar dat het verschil tussen de cijfers die werden vrijgegeven, mij bijzonder opviel.
Het gaat over een bijkomende bestelmogelijkheid. Hoeveel vaccins en wanneer die dan ter beschikking zullen zijn, is dan uiteraard nog altijd koffiedik kijken. Ik neem aan dat de vaccins die besteld zijn, bescherming bieden tegen serotype 8, het type dat ook in Frankrijk is opgedoken. Maar het is ook mogelijk om in één vaccin bescherming te bieden voor meerdere types. Bieden de bestelde vaccins ook bescherming tegen andere types van blauwtong? Verwacht u een uitbraak van andere types, zoals het serotype 4, dat ook al in Europa is opgedoken?
De heer Dochy heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega’s, het betreft inderdaad een puur federale materie. We willen ook aandacht vragen voor de kosten-batenanalyse. Op federaal vlak is men die aan het maken. Dat is belangrijk. Preventief vaccineren gaat gepaard met registreren en certificeren. Er zijn dus heel wat administratieve rompslomp en kosten aan verbonden. We willen daarvoor in elk geval heel duidelijk aandacht vragen.
We stellen overigens vast dat er vandaag in geen enkele andere Europese lidstaat wordt overwogen om over te gaan tot de verplichte vaccinatie, zelfs niet in die lidstaten waar er vandaag haarden zijn, zoals Frankrijk.
De heer Vanderjeugd heeft het woord.
Het is heel goed dat er vanuit de federale overheid preventief maatregelen worden genomen. In het kader van het debat dat we hebben gehouden in de commissie Landbouw, moeten we daar ook in dit huis de nodige aandacht aan schenken. We moeten op een goede manier met die antibiotica aan de slag gaan en die niet onnodig gebruiken. Daarom is onze blauwe fractie bezorgd dat er voldoende aandacht aan wordt besteed.
Collega’s, uiteraard volgen ook wij de situatie op de voet op via het Wetenschappelijk Comité. Er zijn grote voor- en tegenstanders van het al of niet verplicht maken van het vaccineren van alle dieren. Er zijn voor- en tegenstanders en voor- en nadelen.
Die beslissing moet worden genomen door het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV), samen met de minister bevoegd voor de volksgezondheid.
U vraagt naar het type vaccin. Ik zal bij het Wetenschappelijk Comité navragen welke soorten vaccins er zijn aangevraagd voor welke types blauwtong en hoe die verschillende types kunnen worden bestreden.
Minister, ik dank u.
We hebben heel wat lessen getrokken uit de vorige uitbraak. Ik hoop dat die lessen niet verloren gaan en dat de kennis niet verloren gaat. Ik hoop dat we voldoende vaccins ter beschikking kunnen stellen van onze landbouwers zodat de impact van een nieuwe uitbraak beperkt blijft.
Ik reken erop dat u die bekommernissen van onze landbouwers de komende maanden ernstig neemt en dat u hun alle beschikbare informatie op een snelle en efficiënte wijze ter beschikking zult stellen. (Applaus bij de N-VA)
De actuele vraag is afgehandeld.