Verslag plenaire vergadering
Verslag
Beroep op het reglement
Dames en heren, met toepassing van artikel 50 van het Reglement van het Vlaams Parlement heeft de heer Joris Vandenbroucke bij motie van orde het woord gevraagd.
De heer Vandenbroucke heeft het woord.
Ik had graag even het volgende meegegeven. Wij hebben vandaag een persconferentie gehad over de decenniumdoelen, we hebben gisteren een rapport gekregen van het Planbureau waaruit blijkt dat gezinnen met lagere inkomens 528 euro per jaar moeten inleveren en dat de sociale correcties onbestaande zijn of niet werken. We hadden daar graag een vraag over gesteld aan de bevoegde minister, minister Homans, bij monde van de heer Van Malderen.
Ik vind het eerlijk gezegd onbegrijpelijk en ik vind ook geen gronden in artikel 92, punt 2, van het reglement waarom die actuele vraag geweigerd is, waarom we de minister niet kunnen ondervragen over die actualiteit. Ik verzoek u om die actuele vraag alsnog aan de agenda toe te voegen.
Ik kom niet terug op mijn beslissing. Als we daarmee beginnen, krijgen we hier een tapijtenmarkt. Daar doe ik niet aan mee. Ik heb ook begrepen dat er op 25 februari in de Commissie voor Wonen, Armoedebeleid en Gelijke Kansen een uitgebreide gedachtewisseling is met de minister over het actieplan Armoedebestrijding. U kunt daar perfect en uitgebreid discussiëren.
Ik ga daar verder niet op in, want dan gaat binnenkort iedereen zich bemoeien.
Ik beroep me op het reglement, dat we toch met zijn allen hebben goedgekeurd. Daarin staat duidelijk welke actuele vragen niet kunnen worden aanvaard. Ik vind geen enkele van die redenen van toepassing op het voorstel van collega Van Malderen. Wat die gedachtewisseling in de commissie Wonen en Armoedebeleid betreft, dat gaat over de bevoegdheid Wonen en over de functionele bevoegdheid Armoede. Wij wensen minister Homans vandaag te interpelleren in het kader van haar coördinerende bevoegdheid Armoede. Daarover gaat die gedachtewisseling niet. De heer Van Malderen kan zijn ei helemaal niet kwijt in de commissie volgende week en zou graag vandaag hier in het parlement een vraag willen stellen.
U kunt altijd bij mij op kantoor hierover verder uitleg krijgen. Ik ga er verder geen debat over voeren.
Het incident is gesloten.