Verslag plenaire vergadering
Verslag
Mevrouw Vermeulen heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega's, onlangs werden een aantal nieuwe Interreg-projecten voor de grensregio met Nederland goedgekeurd, waaronder erg interessante projecten voor de landbouwsector. Mijn oog viel op het project ‘De blauwe keten’, waarbij algen zullen worden gekweekt onder glas.
We weten dat de glastuinbouw in volle transitie zit en dat die vertaald wordt door de omschakeling van vele kleine bedrijven in minder bedrijven maar met een toegenomen schaalgrootte. Diversificatie van teelten zal binnen de transitie heel belangrijk worden en zal een blijvend aandachtspunt moeten zijn.
Belangrijk in het project ‘De blauwe keten’ wordt vooral het feit dat de mogelijkheden van alternatieve teelten zullen worden onderzocht en dat er een beroep zal worden gedaan op de aanwezige kennis om mits omscholing een realistische en kwalitatieve teelt te kunnen realiseren.
Minister, volgende vraag zou ik graag aan u willen stellen. Op welke manier ondersteunt Vlaanderen de glastuinbouw om de nodige transitie en de bijhorende modernisering mogelijk te maken en om zodoende ook de teelten met toekomst te kunnen realiseren?
Minister Schauvliege heeft het woord.
Mevrouw Vermeulen, u verwijst inderdaad naar een heel mooi Interreg-project. Het is een mooie samenwerking tussen Vlaanderen en Nederland. Er wordt bekeken of er ook bij ons in Vlaanderen een toekomst is om algen te kweken onder glas. Algen zijn bijzonder aantrekkelijk, zowel voor voeding als ook voor de cosmetica. Er zijn heel veel toepassingen.
Het is een project dat al volledig door ons wordt getrokken vanuit het praktijkcentrum Groenteteelt. Het zit in de onderzoeksfase, er wordt dus bekeken of het wel rendabel is om bij ons effectief algen te kweken.
Wat doen we nu om de transitie van de glastuinbouw in Vlaanderen voor te bereiden? Er zijn twee onderdelen. In het eerste zorgen we ervoor dat de bestaande glastuinbouw in Vlaanderen innovatiever en meer duurzaam wordt. Zo moet ervoor worden gezorgd dat er minder water wordt verbruikt, dat de energiefactuur naar beneden gaat en dat er minder schadelijke producten moeten worden gebruikt dankzij nieuwe toepassingen. Daarvoor wordt de VLIF-steun (Vlaams Landbouwinvesteringsfonds) ten volle ingezet. Heel wat projecten lopen al.
Daarnaast is er de leegstaande glastuinbouw of het omschakelen naar andere teelten en producten. Er zit heel veel toekomst in het kweken onder glas van kruiden, courgettes, asperges en aardbeien. Het is bijzonder aantrekkelijk om er steeds meer in te investeren. Het zijn andere toepassingen dan we in het verleden gewoon waren. Ook daar worden praktijkcentra ingezet om dit heel sterk te ondersteunen. Ook daaraan wordt vanuit het VLIF geld gegeven om dergelijke projecten op te starten.
Misschien ook goed om weten is dat binnen het project Innovatief Aanbesteden de transitie van de glastuinbouw is meegenomen. Ook daar zijn twee heel mooie projecten goedgekeurd.
Minister, ik dank u voor het antwoord. Het doet me plezier dat u zegt dat dit project door Vlaanderen wordt getrokken. Vlaanderen hinkte immers wat achterop in vergelijking met Nederland als het over alternatieve teelten ging. Vlaanderen dacht nog vooral aan tomaten, komkommers en paprika’s in plaats van aan medicinale planten of aan algenteelt. Het doet me dus heel veel plezier dat u dit zegt en ook dat er een duurzaam perspectief voor de glastuinbouw aan komt.
De heer Dochy heeft het woord.
Mevrouw Vermeulen, u weet ongetwijfeld dat het ‘de blauwe keten’ wordt genoemd, omdat men uit die algen een blauw pigment wil extraheren, namelijk fycocyanine. Dat moet uiteindelijk in de voeding gebruikt kunnen worden en moet een meerwaarde creëren voor wie deze teelt op zich neemt.
Een tweede onderdeel van het project behelst de teelt van eendenkroos. Ook daar zou men een eiwit uit kunnen extraheren. Zo zitten we weer op het spoor van wat we deze voormiddag in de commissie Landbouw hebben behandeld: het zoeken naar alternatieve eiwitbronnen die hier, in Vlaanderen, geteeld kunnen worden.
We moeten opletten met de stelling dat er vandaag weinig onderzoek gebeurt in het licht van teeltdiversificatie. Vandaag zijn heel wat praktijkcentra bezig om, weliswaar met eigen middelen, dergelijke teeltdiversificaties te onderzoeken. Ik heb het dan bijvoorbeeld over de teelt van snijbonen, kleinfruit, courgettes en asperges in proefopstelling onder glas. Er is dus al heel wat initiatief genomen.
Minister, ik vraag u om bijzondere aandacht te hebben voor dergelijke initiatieven bij volgende uitschrijvingen van de demonstratieprojecten, en om ze via deze weg ook te ondersteunen. Ik vraag u vooral ook om er voldoende onderzoek naar de rentabiliteit aan te koppelen.
De heer De Croo heeft het woord.
Voorzitter, ik dank de heer Dochy voor zijn bezorgdheid over het blauw, des te meer omdat het een biologisch blauw is dat beter is dan de artificiële variant, die men briljantblauw noemt en soms tot hyperactiviteit leidt.
Voorzitter, de inhoud van de vraag treft mij. Ik heb een proefcentrum bezocht in Kruishoutem dat heel goed draait en waar er een soort recyclage gebeurt bij het kweken van tomaten en het voederen van vissen. Ik vind het een boeiend idee. We leven op een kleine oppervlakte. We moeten dus nicheproducten kunnen vinden. Dit kan iets worden, eventueel in samenwerking met Nederland, dat nogal vooruitstrevend is. We kunnen misschien komen tot de reconversie van een aantal installaties, in het bijzonder in de streek rond Gent.
Minister, kunt u een prognose maken van de economische impact van deze microalgenteelt voor Vlaanderen, hoe blauw ook?
Voorzitter, ik wist niet dat deze vraag ertoe zou leiden dat alle soorten blauw hier aan bod kwamen in het parlement.
Hemelsblauw.
Misschien is dat nog een suggestie om een boek te schrijven, beste collega.
Mijnheer De Croo, het is net de bedoeling om op basis van dit project te bekijken of het rendabel is, of het een economisch model is dat haalbaar is. Nu worden die algen vooral vanuit Azië bij ons ingevoerd. Het zou natuurlijk goed zijn mocht dat bij ons kunnen gebeuren en mocht daarvoor een goede toekomst zijn weggelegd. Dat is op dit moment echter absoluut nog niet zeker. We zullen ons moeten onderscheiden, zodat de kwaliteit beter is en het aanleiding geeft tot een mooie afzetmarkt. Het is net dat Interreg-project, getrokken vanuit het praktijkcentrum, dat duidelijk moet maken of het economisch haalbaar zal zijn om dat bij ons op grotere schaal te kweken.
Mijnheer Dochy, mevrouw Vermeulen, wat de demonstratieprojecten betreft, ben ik het volledig met u eens. Wij moeten die transitie in de glastuinbouw goed voorbereiden en daar volop op inzetten. Zo moeten we bekijken hoe we de diversificatie meer in de praktijk kunnen brengen, we moeten kijken naar nieuwe teelten en nieuwe mogelijkheden.
Ik ben het met u eens dat we moeten bekijken hoe we die demonstratieprojecten nog meer kunnen inzetten om dergelijke vernieuwende ideeën en projecten te ondersteunen vanuit Vlaanderen.
We zijn het dus met elkaar eens dat we die weg verder moeten inslaan. Ik vind het wel belangrijk dat we verder gaan op die twee sporen: aan de ene kant de bestaande glastuinbouw, die duurzamer moet worden en meer mogelijkheden moet bieden en aan de andere kant nieuwe toepassingen die we ook hier in Vlaanderen alle ruimte kunnen geven.
Voorzitter, het gaat over de spirulina-alg.
We kijken allemaal uit naar 2020. De glastuinbouwsector zal er tegen 2020 alleszins helemaal anders uitzien dan het voorbije decennium. (Applaus bij de N-VA)
De actuele vraag is afgehandeld.