Verslag vergadering Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening, Energie en Dierenwelzijn
Verslag
Mevrouw Taeldeman heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega’s, ‘Proper drinkwater voor altijd en voor iedereen’ is het thema van de Wereldwaterdag die dit jaar plaatsvindt op vrijdag 20 maart. Bedoeling van die dag is om de mondiale waterproblematiek bij een breed publiek kenbaar te maken door het organiseren van evenementen en het verspreiden van informatie over water. In Vlaanderen ligt de organisatie in handen van Milieu Op School (MOS), Protos en GoodPlanet Belgium. Ook dit jaar zullen heel wat leerlingen en leerkrachten een ‘Walk for Water’ doen, solidair met waterdragers in het Zuiden. Op de website van MOS staat te lezen dat al meer dan 650 scholen in Vlaanderen deelnemen aan de Walk for Water.
In Vlaanderen wordt het leidingwater regelmatig gecontroleerd door de watermaatschappijen zodat het voldoet aan de strenge kwaliteitsnormen. Toezicht hierop wordt uitgevoerd door de Vlaamse MilieuMaatschappij (VMM) en het Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid.
Vorig jaar voerde de Vlaamse MilieuMaatschappij een waterpeiling uit in het kader van onderzoek naar het invoeren van een uniforme tariefstructuur voor leidingwater in Vlaanderen. Concreet gaat het om een marktonderzoek bij huishoudelijke leidingwatergebruikers waarin gepolst werd naar de perceptie van de drinkwaterprijs en de wijze van berekening van de waterfactuur. Daarnaast werd onderzocht wat de algemene kennis van de Vlamingen is over hun watermaatschappij, duurzaam watergebruik en de perceptie van de waterprijs.
Minister, kunt u de belangrijkste conclusies uit deze waterpeiling van de VMM toelichten? Kunt u de meest recente cijfers toelichten omtrent het aantal afsluitingen bij drinkwaterabonnees? Het is goed om weten dat twee jaar geleden de minister en het parlement aanpassingen aan het Drinkwaterdecreet hebben aangebracht en dat er ook heel wat is gebeurd om afsluiting van drinkwaterlevering heel duidelijk te definiëren. Hebt u plannen om concrete maatregelen te nemen naar aanleiding van de resultaten van deze waterpeiling?
Mevrouw De Vroe heeft het woord.
Minister, vorige legislatuur heb ik een resolutie ingediend die betrekking had op de afsluiting van drinkwater en op calamiteiten. Ik heb u toen gevraagd om te overleggen met de drinkwatermaatschappijen om ervoor te zorgen dat ze voldoende investeren in het drinkwaternetwerk en om ervoor te zorgen dat calamiteiten steeds minder zullen voorkomen. Ik had u ook gevraagd om een calamiteitendraaiboek op te stellen. Ik ben natuurlijk verheugd dat dat intussen is gebeurd.
Minister, ik wil graag informeren naar de stand van zaken en vragen of er intussen een uniformisering is gekomen van de tarieven bij afsluiting door calamiteiten.
De heer Nevens heeft het woord.
Minister, ik wens mevrouw Taeldeman te bedanken voor de vraag over de Wereldwaterdag. Het sluit nauw aan bij de beleidsnota waarin staat dat de drinkwaterlevering tegen een betaalbare prijs voor iedereen gegarandeerd moet blijven.
Ik zou mijn vraag meer willen richten op de prijs. Sinds de zesde staatshervorming is Vlaanderen bevoegd voor de prijszetting. Een studiedag bij De Watergroep leerde ons dat de watermaatschappijen momenteel met de minister overleggen om na te gaan hoe de waterprijs uniform kan worden gemaakt. Het is belangrijk dat men de waarde van water weet te schatten.
We kennen allemaal het verhaal van de gratis kubieke meters water en de vraag om daar iets rond te doen. We zitten met de saneringsbijdrage die nu gekoppeld is aan de waterfactuur. Uit de waterpeiling blijkt ook dat 90 procent van de ondervraagden zich bewust is van het belang van het duurzaam omspringen met water. Ook zijn er mensen die veel inzetten op het hergebruiken van hemelwater. Dat zijn allemaal positieve zaken die meegenomen moeten worden in de discussie met de watermaatschappijen.
Minister, ik zou u ook willen vragen om tijdens de besprekingen ook engagementen vast te leggen met de watermaatschappijen in het licht van investeringen. Ik had tijdens het werkbezoek begrepen dat dat vandaag het probleem is. Het water wordt wel betaald, maar er stelt zich een probleem bij het investeren. We zouden ervoor moeten zorgen dat er voldoende hefbomen zijn om die investeringsengagementen na te komen. Ik denk hierbij aan de vezelcementleidingen en aan het gietijzer dat moet worden vervangen. Ook zitten we nog met een kleine problematiek van loden aansluitingen. Maar ook het voorzien in voldoende noodrantsoenen water in het geval van calamiteiten is ter sprake gekomen.
Dat zijn allemaal opdrachten van de waterleveranciers. Ze moeten ervoor zorgen dat het water betaalbaar blijft voor iedereen, en dat er ook oplossingen komen voor al die problemen die zich vandaag stellen. Er moeten dus voldoende investeringsengagementen van de watermaatschappijen zijn.
Wanneer denkt u dat onze Vlamingen iets zullen merken van de nieuwe tariefinfrastructuur van hun waterrekening?
Mijnheer Nevens, bij dezen wordt de scope van de vraag natuurlijk serieus uitgebreid. Ik zeg niet dat het geen belangrijk element is, integendeel, maar ik vraag me af of de minister nu alles kan beantwoorden.
Minister Schauvliege heeft het woord.
Voorzitter, dames en heren, ik ben blij met de aandacht voor water, zeker in het licht van Wereldwaterdag vrijdag. Een van de bezorgdheden van de vorige legislatuur, die er nog steeds is, is dat er heel weinig gegevens waren over water. We hebben onder meer de rapporteringsverplichting ingevoerd. Nu vernemen we jaarlijks van de drinkwatermaatschappijen welke calamiteiten er zijn geweest, hoeveel afsluitingen van klanten en dergelijke meer. We kunnen er heel veel informatie uit putten.
Er is ook een bevraging geweest door onze WaterRegulator, dat is de Vlaamse Milieumaatschappij. Het betreft de waterpeiling waar mevrouw Taeldeman terecht naar vraagt. Daarin gaat het vooral over de perceptie van de huishoudelijke drinkwatergebruiker in Vlaanderen inzake het drinkwater. Het gaat dus over het water dat uit de kraan komt, de prijs ervan, de factuur.
Er zijn een aantal bevindingen. Meer dan 70 procent van de ondervraagden wil dat er meer uniformiteit is in de waterfactuur, dat er een uniforme hoogte is van de waterfactuur voor Vlaanderen, dat er een sociale correctie moet zijn en een progressieve tariefstructuur, waarbij wie meer verbruikt, a rato meer betaalt, dat er rekening wordt gehouden met de gezinsgrootte en dat er een lage vaste vergoeding is. Dit zijn zowat de belangrijkste bevindingen.
Daarnaast peilde het onderzoek ook naar de algemene kennis van de Vlaming over de drinkwatermaatschappij waarbij men is aangesloten. Opmerkelijk is dat ongeveer de helft van de Vlamingen zijn drinkwatermaatschappij kent. Dat is niet veel.
Bijna 90 procent van de ondervraagden vindt duurzaam watergebruik belangrijk, dat is natuurlijk goed nieuws.
De helft van de Vlamingen vindt de hoogte van de waterfactuur normaal.
Ten opzichte van eerdere marktbevragingen wordt aangegeven dat het aandeel van de waterfactuur in het huishoudbudget gestegen is. Ongeveer een vierde van de ondervraagden is het eens met deze stelling. Het ervaren van de grootte van het aandeel van de waterfactuur neemt af bij toename van de scholingsgraad.
Mevrouw Taeldeman, de meest recente cijfers zijn die uit het rapport ‘Statistieken – toepassing Algemeen Waterverkoopreglement’. Ik verwees er al naar. Ze gaan over het jaar 2013. De gegevens voor het jaar 2014 moeten we dit jaar nog ontvangen. We lopen dus achter, maar dat is normaal. We moeten ze normaal gezien eind maart 2015 binnenkrijgen voor het jaar 2014.
Uit de cijfers voor 2013 blijkt het volgende. Voor de huishoudelijke klanten beslist de lokale adviescommissie (LAC) of de klant mag afgesloten worden. Het aantal dossiers met een advies om af te sluiten bedroeg in 2013 946, of 5 procent van het totale aantal beslissingen. In 3865 dossiers besliste de LAC om niet af te sluiten, dat is 20 procent. De LAC gaf in 14.000 dossiers, of 75 procent van de dossiers, een voorwaardelijk advies, dat wil zeggen dat een aantal voorwaarden worden opgelegd en als die niet worden nageleefd, kan er alsnog worden afgesloten. Een afbetalingsplan kan er een onderdeel van zijn.
Uiteraard zullen we op basis van die bevragingen heel wat maatregelen nemen. Er staat ook heel veel in het regeerakkoord en in de beleidsnota, die hebben we hier al besproken. We gaan naar meer transparantie en een uniforme tariefregulering voor alle drinkwatermaatschappijen, dat is zo afgesproken. We zijn nu bevoegd, we hebben dus veel meer in de hand. Voorheen was het een federale bevoegdheid, ook wat het aanrekenen van de kosten van drinkwatermaatschappijen betreft. We willen ook inzetten op efficiëntieverbeteringen, dat blijft belangrijk. We opteren voor een uniforme tariefstructuur waarbij de 15 kubieke meter ‘gratis’ drinkwater wordt afgeschaft. Ook dat hebben we afgesproken in het regeerakkoord. Dat gebeurt vanaf 1 januari 2016.
Maar er is ook aandacht voor beschermde klanten en grootverbruikers. Er is natuurlijk de doelgroep van mensen die in armoede leven. Er is al heel wat voor gebeurd de voorbije legislatuur. Het drinkwaterverkoopreglement is uniform voor alle drinkwatermaatschappijen. Er is een betere bescherming tegen afsluiting door het werken via de LAC’s. Mensen worden ook beschermd tegen grote lekken, de drinkwatermaatschappijen moeten hen verwittigen. Van al deze zaken wordt werk gemaakt. Alles moet rond zijn tegen januari 2016.
Mevrouw De Vroe, u had het over de calamiteiten. We hebben daarvoor alle drinkwatermaatschappijen samen gebracht. Er is ook een calamiteitenplan, er werden afspraken gemaakt. Ik zal eens kijken of er teksten van bestaan, dan kan ik ze u bezorgen. Er zijn een aantal uniforme afspraken over hoe we hiermee omgaan, over de communicatie, over het ter beschikking stellen van drinkwater in bidons en dergelijke. Dit alles zit vervat in de calamiteitenaanpak. In de vorige legislatuur werd alles afgerond en ik zal dus bekijken of er teksten zijn die ik u kan bezorgen. De afspraken zijn toen zeker gemaakt, want het afsluiten van het drinkwater is heel drastisch voor de betrokkenen, we moeten dat dus vermijden.
In het algemeen blijkt dat ons drinkwater van heel goede kwaliteit is, veilig is en dat er een heel goede dienstverlening aan onze burgers is.
Nog even geduld dus, wat betreft de uniforme, transparante factuur en de manier waarop we doorrekenen. We zijn op dit moment in overleg met organisaties waar armen het woord nemen, met de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten, maar ook met organisaties zoals de Gezinsbond en uiteraard ook met de drinkwatermaatschappijen zelf. Een en ander wordt afgetoetst, er wordt bekeken hoe we een aantal van die aspecten kunnen doorvoeren, ook rekening houdend met de meest kwetsbare groepen, maar ook met een gezinsmodulering, zoals werd afgesproken in het regeerakkoord.
Mevrouw Taeldeman heeft het woord.
Minister, ik dank u voor het antwoord. Ik heb begrepen dat er in de periode voor het Algemeen Waterverkoopreglement, dat in de vorige legislatuur door u werd opgemaakt, niet echt een verplichting bestond voor de drinkwaterexploitant om gegevens over het afsluiten van water systematisch bij te houden.
Pas door het invoeren van het algemeen waterverkoopreglement zijn de drinkwatermaatschappijen verplicht om systematisch elk jaar die gegevens over te maken. Ik zal de cijfers nalezen in het verslag, maar het is misschien goed om eens een soort trendanalyse over de afsluitingen te maken. De LAC die samenkomt over afsluiting, speelt een zeer belangrijke rol. De LAC gaat altijd op zoek naar de meest menselijke oplossing, want afgesloten worden van water en elektriciteit is een drama.
Minister, ik wil u ook bedanken voor een aantal trends die u hebt aangegeven. Ik zou mijn collega’s aanraden om zeker eens die studie door te nemen. Misschien kan de commissiesecretaris de peiling op intranet plaatsen. Er zijn duizend Vlamingen bevraagd. Het is wel interessant om te weten hoe zij over bepaalde dingen denken. Het is me ook bijgebleven dat de helft van de bevraagden inderdaad niet weet wie hun drinkwatermaatschappij is. Er zijn natuurlijk ook goede dingen te lezen in deze barometer.
Minister, u zegt dat u intensief bezig bent met het sociaal tarief van het water en de aanpassingen die op 1 januari 2016 zullen gebeuren. Twee weken geleden hebben wij in De Daktuin van het Vlaams Parlement een lunch gehad met de mensen van de Decenniumdoelen. Zij hebben daar aangekondigd dat ze over de sociale correctie voor water en energie een brief aan de commissievoorzitter zouden richten met de vraag om in de commissie te worden gehoord. Ik denk dat de brief op komst is.
Mevrouw De Vroe heeft het woord.
Minister, de LAC’s spelen inderdaad, zoals mevrouw Taeldeman ook al zei, een heel belangrijke rol bij het afsluiten van drinkwater bij niet-betaling van facturen. We hebben het er in het verleden al over gehad dat er geen uniforme aanpak door die LAC’s is. De aanpak verschilt van gemeente tot gemeente. U zou daarover praten met minister Vandeurzen. Ik wil graag van deze gelegenheid gebruik maken om hiernaar te informeren.
De heer Nevens heeft het woord.
Mevrouw Taeldeman, ik wil u bedanken om dit thema op de agenda te zetten. Het is belangrijk dat het Vlaams Parlement er aandacht aan besteedt.
Wat vandaag niet aan bod is gekomen en wat ook in de waterpeiling naar boven is gekomen, is dat jongeren hun waterfactuur duidelijk minder grondig controleren. Het is misschien een thema dat op de agenda zou moeten komen: jongeren moeten zich bewust zijn van de kostprijs van water. Misschien is het ook een aandachtspunt voor de scholen.
De heer Sanctorum heeft het woord.
Minister, u zei dat vanaf 2016 de nieuwe tarifering van kracht zal zijn en dat we nog even geduld moeten hebben.
Ik kan het niet laten om toch even te duiden op het feit dat uit die peiling blijkt dat er eigenlijk wel een draagvlak bestaat voor een progressieve tarifering in die waterfactuur. Dat heeft ook een belangrijke ecologische dimensie. Staat dat niet in contrast met de voornemens uit het regeerakkoord en de beleidsnota waarbij de vaste component in de drinkwaterfactuur net aan belang zal toenemen? Tijdens de bespreking van de beleidsnota hebt u gezegd dat die vaste component belangrijker wordt maar dat daar wel een economische dimensie aan gekoppeld zal worden. Het is me echter niet duidelijk hoe u dat kunt doen. Vaste component versus progressieve tarifering, dat zijn twee verschillende benaderingen. Misschien loop ik vooruit op wat u uiteindelijk zult ondernemen maar het valt wel op dat elementen uit die peiling anders zijn dan wat in het regeerakkoord en de beleidsnota staat vermeld. Is daar nog enige marge of blijft u bij uw oorspronkelijk standpunt?
Ik verwacht dat het debat over de tarifering binnen afzienbare tijd in deze commissie zal worden gevoerd.
Minister Schauvliege heeft het woord.
Mevrouw De Vroe, er is inderdaad contact geweest over de LAC’s. Dat is een problematiek die niet alleen voor water geldt. Ook voor elektriciteit ziet men heel veel lokale en regionale verschillen. Dat wordt verder bekeken en aangepakt, ook vanuit het beleidsdomein Welzijn dat daarvoor bevoegd is.
Mijnheer Sanctorum, het afschaffen van die 15 kubieke meter water is geen budgettaire maatregel. Het is zelfs een budgetneutrale maatregel. Het is de bedoeling om mensen bewust te maken dat zij duurzaam moeten omgaan met water. Zodra er water uit de kraan komt, is daar een maatschappelijke kost aan verbonden. Het gaat dan over het zuivere water dat uit de kraan komt en over de zuivering achteraf. Daar zit een logica achter met als principe dat de vervuiler betaalt. Daar hebt u wellicht geen probleem mee.
De bevraging die heeft plaatsgevonden en een aantal vaststellingen daaruit staan niet in contrast met een aantal principes die zijn opgenomen in het regeerakkoord. Ik wil niet vooruitlopen op de zaken maar in overleg met een aantal middenveldorganisaties gaan wij na hoe die bevindingen kunnen worden gecombineerd met afspraken die we hebben gemaakt en waar ik helemaal achter sta. Het principe ‘de vervuiler betaalt’ moet worden doorgetrokken in het waterbeleid. Daar zijn we nu mee bezig. U zult dus nog even geduld moeten oefenen, mijnheer Sanctorum. We moeten nog iets hebben om naar uit te kijken.
De vraag om uitleg is afgehandeld.