Verslag vergadering Commissie voor Welzijn, Volksgezondheid en Gezin
Verslag
De heer Daniëls heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega’s, in Nederland hebben vrijwilligers dit jaar een recordaantal teken geteld. Ook in België stijgt hun aantal, hoewel de metingen hier minder uitgebreid verlopen. De stijging is gevaarlijk, omdat de kans op tekenbeten en het aantal mensen met de ziekte van Lyme – veroorzaakt door de Borrelia-bacterie – daardoor toeneemt.
Volgens een onderzoekster van de Université catholique de Louvain onderschatten we in België het aantal teken en tekenbeten. Officieel worden er een goede 1000 gevallen van de ziekte van Lyme geregistreerd, maar als we de cijfers van Nederland – waar nauwkeuriger wordt geregistreerd en waar de habitat vergelijkbaar is als de onze –toepassen op België, zou het gaan om zo’n 15.000 gevallen per jaar.
De symptomen van deze ziekte zijn echter zo uiteenlopend dat patiënten bij verschillende specialisten te rade gaan met hun klachten. Vaak worden de symptomen en klachten ook verward met het chronisch vermoeidheidssyndroom en fybromyalgie, waardoor patiënten jarenlang zonder de juiste behandeling de ziekte ondergaan. Onlangs nog kwam onze toptennisster Yanina Wickmayer met de verklaring voor haar mindere prestaties het afgelopen jaar: ook zij werd getroffen door de ziekte van Lyme. Zodra deze diagnose is gesteld, kan er met een antibioticakuur snel worden ingegrepen, met ook snel resultaat.
Collega Vandenberghe vroeg de minister onlangs in een schriftelijke vraag reeds naar initiatieven om detectie en preventie van deze ziekte mogelijk te maken. Minister, u antwoordde onder meer dat de wijze waarop u deze legislatuur preventie en sensibilisering, conform het Vlaams regeerakkoord, zult uitwerken, nog vorm moet krijgen.
Minister, de eerste vragen over dit thema dateren van 2006 en werden gesteld door mevrouw Margriet Hermans. Met welke concrete maatregelen zult u de preventie van besmettingen met de Borrelia-bacterie door tekenbeten trachten te bewerkstelligen, met inbegrip van een snelle detectie door artsen?
Mevrouw Saeys heeft het woord.
Het is een interessante vraag, maar ik wil erop wijzen dat het niet zo evident is om de ziekte te detecteren. Er is weinig wetenschappelijke informatie en ze is bovendien deels tegenstrijdig. Ook voor de diagnosestelling is er geen gouden standaard. In 1998 heeft men wel een vaccin ontwikkeld dat voor 80 procent effectief was. Uiteindelijk was het zo dat de antistoffen werden opgenomen door de teek zelf waardoor er geen effectiviteit meer was. Aan de hand van bloedanalyses probeert men bepaalde antistoffen te detecteren, maar het effect is, wat sensibiliteit en specificiteit betreft, niet hoog. Het is dus niet evident en niet zo gemakkelijk om de ziekte tijdig te detecteren.
Minister Vandeurzen heeft het woord.
Voorzitter, collega’s, de belangrijkste preventieve maatregel voor de bevolking is het informeren en het sensibiliseren van burgers over teken en tekenbeten, de ziekte van Lyme zelf en hoe deze ziekte te voorkomen. De Vlaamse en federale overheid namen hiertoe reeds meerdere initiatieven, waar ik overigens ook naar verwees in het antwoord op de vraag van de heer Vandenberghe. Op de website van het Agentschap Zorg en Gezondheid kan de burger advies vinden over de acties die hij moet ondernemen om een tekenbeet te voorkomen en wat te doen indien er een tekenbeet plaatsvond. Geïnteresseerden kunnen via deze site ook een folder over de ziekte van Lyme en tekenbeten downloaden. In het verleden is de folder ook in gedrukte vorm verspreid geweest en daarnaast ook aan jeugd- en wandelorganisaties bezorgd.
Op de website www.gezondheidenwetenschap.be, die door het Agentschap Zorg en Gezondheid gesubsidieerd wordt, kan men wetenschappelijk onderbouwde reacties lezen op berichten die recent in de media verschenen. Zo verscheen er op deze website een tekst als reactie op getuigenissen van mensen die hun klachten toewijzen aan de ziekte van Lyme. Op dezelfde website is toegankelijke informatie te vinden voor mensen die aan de ziekte lijden. Sinds de jaren 2011 publiceert het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid (WIV) folders met informatie over tekenziekten op zijn website. Op verzoek verspreidt het WIV deze folders ook onder jeugdbewegingen, toeristische diensten enzovoort. Ook op de website van de medisch milieukundigen van de loco-regionaal gezondheidsoverleg en -organisaties (Logo) vinden burgers informatie over teken en preventieve maatregelen bij een tekenbeet terug, ondergebracht in de ‘infotheek’ op deze website. Wat betreft het informeren van artsen, kan ik hieraan nog toevoegen dat op de website van het agentschap Zorg en Gezondheid ook de in 2013 geactualiseerde richtlijn lymeborreliose opgenomen is.
In juli 2014 voerde het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid ook een risicoanalyse uit over de ziekte van Lyme. Men deed daarbij een aantal aanbevelingen die nu in uitvoering zijn. De aanbeveling om in voorlichting voor het publiek en de artsen te voorzien, voeren we, zoals gezegd, reeds uit.
Het Belgian Antibiotic Policy Coordination Committee (BAPCOC) is momenteel bezig met het opmaken van een document specifiek voor huisartsen, in samenwerking met Domus Medica. De ontwikkeling van betere testen is een opdracht van het nationaal referentiecentrum, verbonden aan het UZ Leuven. Het WIV ontwikkelt momenteel een applicatie om tekenbeten in België te monitoren. In 2015 zal een consultatie naar aanleiding van een tekenbeet ook opgenomen worden in de lijst van ziekten van de huisartsenpeilpraktijken. Verder start het WIV in 2015 met een project om verder onderzoek te doen naar de ziekte van Lyme. We verwachten dus nieuwe wetenschappelijke resultaten in de loop van 2015- 2016, op basis waarvan we al dan niet verdere stappen kunnen zetten, want uiteraard volgen we de situatie het komende jaar verder op en zal ik mijn beleid aanpassen aan eventuele nieuwe wetenschappelijke evidentie, zoals opgenomen in het Vlaams regeerakkoord.
De heer Daniëls heeft het woord.
Minister, ik ben blij om eindelijk jaartallen te horen waarin we de wetenschappelijke evidentie verder gaan onderbouwen.
Mevrouw Saeys zegt dat er inderdaad geen gouden standaard is. Er zijn PCR-reacties (Polymerase Chain Reaction), serologie, ELISA-test (Enzyme-Linked Immuno Sorbent Assay), Western Blot. Dit alles wordt verder onderzocht en dat is belangrijk om te voorkomen dat steeds meer mensen in het derde stadium terechtkomen, de chronische neuroborreliose.
Wat belangrijk is bij alle preventieve middelen die u aanhaalt, is dat vaak de erythema migrans – de rode kring – als voornaamste kenmerk wordt geduid. Verder wetenschappelijk onderzoek heeft al aangetoond dat maar een op vijf mensen zo’n rode kring ontwikkelen. Vele anderen weten totaal niet of ze een tekenbeet hebben die besmet is of niet. Meten is weten: het is dus belangrijk om effectief onderzoek uit te voeren, om op te volgen, ook meer longitudinaal, zodat het beleid, ook van huisartsen, hierop kan worden afgestemd.
Daar knelt het schoentje immers een beetje: hoe langer het duurt om effectief te starten met de juiste dosissen antibiotica en de opvolging hiervan, hoe langer dit ook duurt en hoe meer coïncidenties met andere mogelijke infectieziekten er kunnen optreden. Minister, ik ben alvast blij te horen dat dit met betrekking tot de huisartsen wordt opgenomen in de huisartsenpeilpraktijken. Ik hoop dat men ter zake ook de huisartsen goed kan informeren.
U hebt heel veel zaken opgesomd met betrekking tot preventie. Er is sprake van websites en brochures van allerlei organisaties. Ik meen dat men eens moet bekijken of men niet tot één algemene standaard kan komen die door al die organisaties wordt verspreid. Anders maken ze allemaal zelf iets, zodat er mogelijk verwarring kan zijn wat die rode kring betreft, over de vraag wanneer er naar de huisarts moet worden gegaan en dergelijke meer. Ik dank u.
Mevrouw Saeys heeft het woord.
Ik denk dat de essentie gewoon is dat je een correcte diagnosestelling moet hebben, en dat je die op dit moment niet echt hebt. We baseren ons voorlopig alleen maar op veronderstellingen, denk ik. Dat lijkt me de essentie.
De vraag om uitleg is afgehandeld.