Verslag vergadering Commissie voor Welzijn, Volksgezondheid, Gezin en Armoedebestrijding
Verslag
De heer Daniëls heeft het woord.
Ik stel deze vraag in opvolging van vorige vragen. Begin 2022 werden twaalf proefprojecten opgestart in Vlaanderen en Brussel om de overgang tussen de kinderopvang en het kleuteronderwijs vlotter te laten verlopen. De projecten voorzien in een doorgaande ontwikkelingslijn voor kinderen van 0 tot 6 jaar. Op 1 september werd een nieuwe fase gestart die eindigt op 31 december 2024.
In mei werd door de regering beslist om enkele aanpassingen door te voeren aan de projecten. De reden hiervoor waren enkele drempels die de kinderopvanginitiatieven en kleuterscholen hadden ervaren. In de commissie van 30 mei gaf u aan dat er nog moest worden gewacht op het advies van de Raad van State alvorens er een regelluw kader voor de aanpassingen kon worden ontwikkeld. Dat advies zou rond 14 juni beschikbaar zijn.
Ondertussen is het nieuwe schooljaar begonnen en zijn de proefprojecten weer gestart.
Minister, welke aanpassingen hebt u overwogen en welke liggen er effectief op de plank?
Zijn de proefprojecten het nieuwe schooljaar kunnen starten met dat nieuwe regelluwe kader? Of is het nog het oude, en gaat het dan verder?
Op welke manier zullen de aanpassingen die werden doorgevoerd, verder worden opgevolgd om te evalueren of deze aanpassingen het gewenste effect hebben?
In de commissie van 30 mei sprak u over een eventueel profiel waarbij een job in de kinderopvang gecombineerd wordt met een job in de kleuterschool. Is er in tussentijd nog nagedacht over dat profiel? Op welke manier zou er een goede combinatie kunnen worden gemaakt zonder afbreuk te doen aan beide jobs?
Minister Crevits heeft het woord.
De aanpassingen die op de plank liggen, zijn deze die werden besproken in mijn antwoord op uw vraag over de projecten in het kader van de doorgaande lijn in de commissie op 30 mei 2023.
De projecten in het kader van de doorgaande lijn kunnen tijdens de projectperiode afwijken op de vergunningsvoorwaarden voor de opvang van baby’s en peuters. Concreet gaat het over vereisten op het vlak van infrastructuur en leefgroepgrootte, met name de normen vermeld in artikel 14, 16 en 55 van het Vergunningsbesluit van 22 november 2013. Het welbevinden van de kinderen staat hierbij natuurlijk altijd voorop.
Ja, het besluit van de Vlaamse Regering (BVR) dat deze regelluwte mogelijk maakt, is door de Vlaamse Regering goedgekeurd op 23 juni 2023, na advies van de Raad van State. De twaalf pioniers en de stuurgroep ontvingen begin juli een communicatie.
Pioniers krijgen de nodige tijd om verder te experimenteren, hun ervaringen te delen in het lerend netwerk en te rapporteren door middel van jaarlijkse inhoudelijke rapportages.
De stuurgroep volgt de ontwikkelingen op, op basis van input vanuit de dwarslezing van de rapportage en in uitwisseling met pioniers. Er komen een bezoek en een werkdag in 2024.
Dat alles zal leiden tot een eindrapport, met beschrijving van praktijkmodellen en beleidsadviezen.
Ook het kabinet van minister Weyts en mijn kabinet volgen de projecten uiteraard met veel interesse op. Op 20 oktober 2023 is er een opvolgvergadering met de administratie Onderwijs, Opgroeien en beide kabinetten.
De pioniers krijgen de ruimte om flexibel om te gaan met de werktijd.
Er is voor deze fase van de projecten een akkoord dat de mogelijkheid geeft aan de pioniers om met een doorgedreven ‘job shadowing’ te werken voor hun kinderbegeleiders en kinderverzorgers, en dit in functie van reflectie en vorming en voor de beperkte doorlooptijd van het project. Dit gaat over het innemen van elkaars plaats in het samenwerkingsverband, het zoeken naar gelijkenissen en verschillen in hun ambten, het in kaart brengen van de mogelijke gevolgen bij het streven naar één ambt en het in kaart brengen van de effecten voor de kinderen.
Er kan hierbij worden gebruikgemaakt van de ervaringen en conclusies binnen het DuJo-project, dat specifiek gaat over de combinatie van een job als kinderbegeleider in school en opvang.
Er werden dus toch wel stappen voorwaarts gezet.
De heer Daniëls heeft het woord.
Minister, het is goed dat er stappen voorwaarts werden gezet en dat een aantal van die drempels in kaart werden gebracht.
U bent niet erg diep ingegaan op mijn vraag over het profiel van die job, tenzij dat voorwerp uitmaakt van het overleg op 20 oktober?
Ik stip nog even aan dat ook minister Jambon de oproep heeft gedaan om flexi-jobs te kunnen inzetten in onderwijs, naast de zorg. In de zorg kan het niet op alle plaatsen en in het onderwijs helemaal niet. Dat lijkt mij toch iets om in deze doorgaande lijn verder op in te zetten, al was het maar om te kunnen inspringen in die gebroken diensten. Dat wilde ik hier toch nog eens onder de aandacht brengen, in aanwezigheid van collega’s met federale tentakels, om die bel te blijven luiden.
Ten slotte heb ik een bijkomende vraag. Er zijn nu twaalf proefprojecten. Is het de bedoeling om die twaalf tijdens deze legislatuur nog uit te breiden? Of wilt u het momenteel bij die twaalf houden, om het goed in kaart te brengen en op basis daarvan eventueel andere voorstellen tot wijziging van de regelgeving te doen?
Minister Crevits heeft het woord.
Ik ga ervan uit dat we het nu bij die projecten houden, maar dat is parate kennis, dus ik vermoed dat dit de projecten zijn.
Wat de profielen betreft: de niet-beantwoorde vragen zullen op de volgende overleggroep worden beantwoord. U kunt daar een schriftelijke of andere vraag over stellen.
De vraag om uitleg is afgehandeld.