Verslag vergadering Commissie voor Buitenlands Beleid, Europese Aangelegenheden, Internationale Samenwerking en Toerisme
Verslag
De heer Deckmyn heeft het woord.
Minister-president, deze vraag bestaat uit twee luiken en is gebaseerd op ervaringen uit het recente verleden, en op uitspraken van defensiespecialist en politiek wetenschapper Sven Biscop. Hij vindt dat het hoog tijd is voor een Europese langetermijnplanning voor wapenleveringen aan Oekraïne. Nu verloopt dat binnen de EU volgens hem à la carte. Hij hoopt bijgevolg op meer structuur. Biscop vindt dat het tijd is voor meer coherentie in onze Europese militaire samenwerking.
Defensie is uiteraard een federale bevoegdheid. Dit neemt niet weg dat er op het vlak van militaire samenwerking ook elementen zijn die de Vlaamse bevoegdheden doorkruisen.
De oorlog in Oekraïne lijkt nog niet ten einde te lopen, maar toch ziet men in diverse landen al initiatieven om mee in te stappen in de heropbouw van Oekraïne na de oorlog. Enerzijds is dit uiteraard een nobel initiatief, anderzijds is dit ook een zaak die eveneens een positieve economische stimulans kan creëren in eigen land. Voor de heropbouw van Oekraïne is nu naar schatting zo’n 411 miljard dollar nodig, omgerekend 382 miljard euro. Dat blijkt uit een nieuwe studie van de Wereldbank, de VN, de EU en de Oekraïense regering. Het meeste geld is nodig voor transport, gevolgd door huisvesting, energie en landbouw. De jongste maanden kreeg vooral de energie-infrastructuur het hard te verduren, zegt de Wereldbank, net als de gebieden aan het front, zoals Charkiv en Cherson.
Tijdens een recent bezoek aan het deelstaatparlement van Noordrijn-Westfalen vernam ik dat deze deelstaat hieromtrent al actieve stappen onderneemt. Op de webstek recoveryua.com vindt men een opsomming van projecten per regio in Oekraïne in het kader van de wederopbouw van dit land. Het lijkt in dit kader evident om een gecoördineerde aanpak in Europese context na te streven. De vraag is dan ook of Vlaanderen in dit dossier al stappen heeft ondernomen naar analogie van wat men bijvoorbeeld in Noordrijn-Westfalen doet.
Deze problematiek is nog niet zo lang geleden ook even ter sprake gekomen in de debriefing van de EU-samenkomst. Deze vraag leeft dus.
Minister-president, is er vanuit de Vlaamse overheid reeds overleg met de Federale Regering over het Belgische standpunt op Europees niveau met betrekking tot militaire samenwerking en steun aan Oekraïne?
Wat is uw visie op Europese militaire samenwerking en militaire en logistieke hulp aan Oekraïne?
Zijn er in het kader van de heropbouw van Oekraïne na de oorlog reeds initiatieven vanuit Vlaanderen om hierin te participeren? Zo ja, welke? Zo neen, heeft de Vlaamse Regering plannen om hierin, al dan niet in combinatie met andere actoren, initiatieven te nemen?
Minister-president Jambon heeft het woord.
Mijnheer Deckmyn, de militaire steun aan Oekraïne is, zoals u het zelf hebt gezegd, een federale bevoegdheid. Op het intra-Belgisch overleg ter voorbereiding van de Raad Buitenlandse Zaken van 20 maart 2023, waar deze thematiek geagendeerd stond, is mijn administratie dan ook niet tussengekomen op dit punt. Dat is vanuit de bekommernis om niet tussen te komen wanneer het exclusieve federale bevoegdheden zijn, zoals het federale niveau niet tussenkomt wanneer het exclusieve bevoegdheden zijn van de deelstaten.
Wanneer de discussie zich echter breder uitstrekt, zoals over het versterken van de Europese defensie-industrie, kunnen Vlaamse belangen en bevoegdheden wel geraakt worden. Zo spraken de EU-defensieministers tijdens de informele Raad Buitenlandse Zaken in augustus 2022 over de mogelijkheid om de Europese defensie-industrie aan te sterken door middel van gemeenschappelijke aanbestedingen. Tijdens het intra-Belgisch overleg dat daaraan voorafging heeft Vlaanderen, onder andere, benadrukt dat de Europese Commissie de industrie rechtstreeks en voldoende op de hoogte dient te stellen en dat er bijzondere aandacht moet zijn voor de rol van kmo’s in dit proces.
Waar onze bevoegdheden geraakt worden, verdedigen we de Vlaamse belangen en trachten we bij te dragen waar mogelijk.
De militaire hulp aan Oekraïne en de Europese militaire samenwerking zijn geen Vlaamse bevoegdheden. Ik ben echter van mening dat steun aan Oekraïne van welke aard dan ook cruciaal is om het conflict zo snel mogelijk te doen beëindigen.
Verder dient de EU onverwijld in te zetten op logistieke hulp aan Oekraïne, met bijzondere aandacht voor coördinatie tussen de EU-lidstaten, om de efficiëntie te verhogen en overlap te vermijden.
Daarnaast heeft de Vlaamse Regering een initiatief genomen om logistieke hulp te bieden aan het land. We trokken op vraag van het Rode Kruis-Vlaanderen 2 miljoen euro uit voor stroomgeneratoren in Oekraïne. Met dat beschikbare budget werden in totaal 61 generatoren aangekocht met vermogens tussen 6,3 en 605 kilovoltampère (kVA). Van deze generatoren zijn er intussen 47 in Oekraïne geleverd. De resterende veertien generatoren zullen eind april, begin mei bezorgd worden. Het merendeel van de reeds geleverde generatoren werd geplaatst in de regio Odesa, waar – op basis van gesprekken met onze collega’s van het Oekraïense Rode Kruis – de grootste nood is aan kritieke energievoorziening. Voorts worden voorlopig ook zeven generatoren in de regio Volyn geplaatst en vier in de regio Rivne. Voor de dertien generatoren die deze week geleverd werden, wachten we nog op de bevestiging van de finale bestemming door het Oekraïense Rode Kruis.
Zijn er reeds initiatieven vanuit Vlaanderen om te participeren aan de heropbouw in de heropbouw van Oekraïne? Vooraleer de kern van uw vraag te beantwoorden, wens ik te benadrukken dat het onmiskenbaar een troef is dat Vlaanderen over diplomatieke vertegenwoordigingen in Warschau en Wenen beschikt. Dat stelt me in staat om de situatie aan de Europese oostgrens van kortbij op te volgen en de banden met de meeste landen in die regio te kunnen aanhalen.
Qua initiatieven kan ik meedelen dat Voka Antwerpen-Waasland reeds in 2022 een subsidie van 140.000 euro heeft ontvangen, van ons, voor de uitrol van een Platoproject in Oekraïne. Plato is het peter- en meterschapsproject dat ondersteuning en begeleiding biedt aan ondernemingen. Voka zal daarvoor samenwerken met Oekraïense experten en zo kmo’s versterken in hun economische ambities in het kader van de economische heropbouw van Oekraïne.
Verder volgt FIT de nood aan internationale hulp, investeringen en zakelijke initiatieven op via zijn kantoornetwerk in de regio. Ter bevordering van de Vlaams-Oekraïense relaties en de heropbouw van het land, stelde het agentschap op 1 januari jongstleden een Vlaamse Economische Vertegenwoordiger aan voor Oekraïne, die gelet op de veiligheidssituatie werkt vanuit Brussel. Het doel hiervan is om de relaties met alle betrokken partijen verder te ontwikkelen en te versterken. Concreet wordt er gewerkt rond de rol van internationale financiële instellingen, de Vlaamse overheid en Vlaamse en Oekraïense bedrijven bij de heropbouw van het land. Dus ja, wij staan open om onze rol te spelen, we zijn op dit moment aan het kijken waar we dat het best kunnen doen binnen Europese initiatieven. We hebben – zoals ze dat noemen – mensen op het terrein, zij het nu nog niet letterlijk op het terrein, om te kijken waar we ons het best op voorbereiden om steun te verlenen bij de heropbouw van het land.
De heer Deckmyn heeft het woord.
Dank u wel voor uw antwoord, minister-president. Ik kan begrijpen dat de administratie op interfederale vergaderingen niet tussenkomt als Vlaanderen niet echt bevoegd is. Je wilt niet het omgekeerde meemaken, waarbij men zich in onze zaken gaat moeien. Het vervolg van uw antwoord was dan wel goed, natuurlijk. Als het onze bevoegdheden zijn, worden er daarentegen wel initiatieven genomen op die vergaderingen, dus dat is zeker positief te noemen. Ik was niet onmiddellijk mee omtrent de heropbouw, ofwel heb ik daar iets verkeerd begrepen, dat daar ook een beetje terughoudendheid was in die vergaderingen, omdat het daar ook federale bevoegdheden betrof. Daar was ik niet volledig mee, want verder in uw antwoord hebt u het dan wel over actieve betrokkenheid via onder meer FIT en dergelijke meer.
Wat die heropbouw en de logistieke en andere hulp betreft, gaat u terecht aanhalen dat de diplomatieke vertegenwoordiging van Vlaanderen in onder meer Polen een meerwaarde is om ervoor te zorgen dat wij stappen kunnen ondernemen. Ik moet zeggen dat onze commissie – naar aanleiding van de dienstreis naar Polen – heeft kunnen zien wat de meerwaarde daarvan kan zijn richting Oekraïne.
Ten slotte, wat die actieve betrokkenheid van Vlaanderen betreft: ik kan alleen maar op een positieve manier vaststellen dat er inderdaad initiatieven worden genomen, via FIT, om ervoor te zorgen dat we niet alleen maar participeren en Oekraïne vooruithelpen, maar er – naar analogie van andere landen en andere deelstaten van Europa – ook voor zorgen dat onze eigen industrie daar ook een graantje van kan meepikken.
De heer Vanlouwe heeft het woord.
Dank u wel, minister-president, voor uw antwoord. Vorige week was ik in de regio Kiev en heb ik in het noorden van Kiev gezien hoe de heropbouw van bepaalde steden, streken en gemeenten volop bezig is. Dat is natuurlijk centraal Oekraïne, iets anders is uiteraard wat in het oosten van Oekraïne aan het gebeuren is. Het is van belang dat Vlaanderen aanwezig is bij de uitbouw van een netwerk en meehelpt bij de heropbouw. Het is een goede zaak, zoals u al hebt aangehaald, dat we verschillende generatoren ter beschikking hebben gesteld en ter plaatse hebben gebracht, alsook de verschillende vormen van steun die er zijn.
U haalde aan dat er een vertegenwoordiger van FIT sinds begin januari actief is. Ik weet dat het kort dag is, maar is er al een soort evaluatie mogelijk, zijn er aanbevelingen die reeds na die vier maanden kunnen worden gemaakt, of een focus die kan worden gelegd?
Ik kom tot mijn tweede concrete vraag, hoewel u er misschien niet meteen op kunt antwoorden. De vraag werd ook al meermaals gesteld. Wat is de stand van zaken aangaande de bevroren Russische tegoeden, die ook kunnen worden gebruikt bij de heropbouw in Oekraïne?
Minister-president Jambon heeft het woord.
Dank u wel, mijnheer Deckmyn. Waar ik het had over federale hulp, gaat het over militaire hulp en militaire samenwerking binnen de Europese context.
Wat FIT concreet doet voor Oekraïne, mijnheer Vanlouwe, is dat we werken rond vier pijlers. We werken enerzijds rond de internationale financiële instellingen, ten tweede rond de overheden hier en in Oekraïne, ten derde rond de bedrijven in Vlaanderen, en ten vierde rond de bedrijven in Oekraïne.
Wat de financiële instellingen betreft, heeft FIT reeds informele contacten gelegd met de federale vertegenwoordigers bij deze internationale instellingen en werkt FIT actief aan de kennis bij de Vlaamse bedrijven over de procedures en informatiebronnen die door deze instellingen worden gehanteerd, zodat ze over voldoende expertise zullen beschikken op het ogenblik dat de projecten voor de wederopbouw worden uitgeschreven en de aanbestedingen worden gelanceerd. Dat is dus kennis, informatieoverdracht, zeker voor het moment dat het daar in gang schiet.
Wat betreft de overheden hier en de contacten met de Oekraïense overheden, kan ik antwoorden dat de opdracht van de FIT-vertegenwoordiger is om diverse initiatieven in kaart te brengen en te coördineren, om initiatieven hier en daar met elkaar te coördineren. Maar men onderzoekt ook of een instrumentarium ter ondersteuning van bedrijven met projecten in Oekraïne kan worden uitgewerkt.
Wat de bedrijven in Vlaanderen betreft zijn de initiële focussectoren bouw en infrastructuur, groene infrastructuur, met onder andere hernieuwbare energie, de energiesector, en ten slotte IT en logistiek. Ik denk dat dat een beetje voor de hand ligt, ik denk dat dat de logische zaken zijn. Daar is het ook de bedoeling de bedrijven in Vlaanderen in die sectoren te sensibiliseren, in die zin dat ze voorbereid zijn dat er een groot wederopbouwprogramma gaat gebeuren, om te zorgen dat ze mee op de trein zitten. We zullen ze natuurlijk informeren.
Wat de bedrijven in Oekraïne betreft, is het de bedoeling de bedrijven te identificeren die samenwerkingsverbanden willen aangaan met Vlaamse bedrijven.
Wat de bevroren Russische tegoeden betreft, heb ik inderdaad geen bijkomende informatie.
De vraag om uitleg is afgehandeld.