Verslag vergadering Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media
Verslag
De heer Meremans heeft het woord.
Voorzitter, collega’s, minister-president, Roald Dahl: bij ons thuis was de hit voornamelijk ‘Sjakie en de chocoladefabriek’ en nog vele andere natuurlijk, zoals ‘Matilda’. Ik herinner me nog de Britse versie van het filmpje, daarna met een Hollywoodacteur. En het geslacht van de Oempa Loempa’s: allemaal existentiële vragen waar we dagelijks onze hersenen over pijnigen. In de middeleeuwen ging het over de engelen, nu gaat het over de Oempa Loempa’s.
We hebben al meerdere voorbeelden zien passeren van aanpassingen in kinderboeken om ze zo beter in de huidige tijdsgeest te laten passen. Je mag dan nog Roald Dahl zijn, wereldberoemd, maar zelfs die moet eraan geloven. De Britse uitgeverij Puffin zal in samenspraak met de Roald Dahl Story Company de boeken herzien en een aantal wijzigingen doorvoeren. ‘Dik’ wordt ‘enorm’, ‘kleine mannetjes’ worden ‘kleine mensen’, ‘lelijk en beestachtig’ wordt ‘beestachtig’, en daarnaast gebeurden er ook nog vele andere aanpassingen en verduidelijkingen om de boeken naar verluidt ‘minder aanstootgevend’ te maken. De originele teksten worden in die zin niet enkel louter tekstueel gewijzigd, ook de beschrijving en positionering van personages wordt zo aangepast. Is ‘enorm’ beter dan ‘dik’? Ik weet het niet, maar goed.
De vraag is nu of de aanpassingen ook in de Nederlandstalige versies zullen worden doorgevoerd. Joris Van de Leur, de directeur van Dahls Nederlandse uitgeverij De Fontein, gaf aan dat de stereotypering en overdrijvingen in de boeken van Dahl juist net zijn humor vertolken en dat kinderen die ook herkennen. Ze laten ze nadenken over goed en kwaad. Mocht je het eruit halen, boet het net aan kracht in, aldus Van de Leur, directeur van uitgeverij De Fontein. Ondertussen vernamen we dat de Franse vertaling alvast niet zal worden aangepast. Puffin zal de twee versies uitbrengen: ik mag het misschien niet zeggen, maar ik zal dan maar de ‘wokeversie’ zeggen, en de andere versie. Zo kunnen ze twee keer langs de kassa passeren.
Wat zich nu voordoet rond de boeken van Dahl, is uiteraard slechts één voorbeeld van de vele boeken die reeds een aanpassing kregen of die in de toekomst nog zullen worden aangepakt. Het gaat ook nog over andere elementen. Ik heb gisteren vernomen dat het allemaal imaginair is, dat we het ons allemaal verbeelden, maar nu zien we het hier op het terrein daadwerkelijk worden toegepast, zelfs in beroemde boeken.
Literatuur Vlaanderen geeft onder meer subsidies voor vertalingen van Vlaams werk naar andere talen en voor vertalingen naar het Nederlands van anderstalig werk. We kunnen ons wel voorstellen dat in dat vertaalproces bepaalde gevoeligheden tussen culturen boven komen drijven. Het lijkt ons dan ook van belang dat Literatuur Vlaanderen een duidelijke werkwijze kent om hierover in dialoog te treden, in het belang van de auteurs van de vertaalde werken.
Minister-president, hoe gaat Literatuur Vlaanderen als bemiddelaar tussen Vlaamse en anderstalige uitgeverijen om met een dergelijke problematiek, zowel bij Nederlandstalige boeken als vertalingen?
Hoe gaat Literatuur Vlaanderen om met eventuele aanpassingen/censuur die via vertalingen worden aangebracht? Is het een subsidievoorwaarde om zo min mogelijk te raken aan de inhoud van werken?
Bent u al in dialoog gegaan met Literatuur Vlaanderen om dit te bespreken? Zo ja, wat was het resultaat hiervan? Zo nee, zult u dit nog opnemen?
Minister-president Jambon heeft het woord.
Literatuur Vlaanderen stelt zich bij vertalingen van Vlaamse literatuur in andere talen op als bemiddelaar en promotor. Buitenlandse uitgevers worden warm gemaakt voor Vlaamse literatuur door promotie op beurzen, publisher tours, auteurs op een podium bezig te zien, of door diverse projecten in het buitenland, zoals het gastlandschap op de Leipziger Buchmesse. Wanneer een uitgeverij beslist om de rechten van een titel te kopen, is dat een overeenkomst die rechtstreeks gemaakt wordt tussen de oorspronkelijke Nederlandstalige uitgeverij en de anderstalige uitgeverij. Literatuur Vlaanderen is intermediair tussen beide partijen, maar bezit de rechten op individuele titels niet. Het contract voor vertalingen wordt onderling afgesloten, pas daarna komt Literatuur Vlaanderen opnieuw in beeld, namelijk wanneer de buitenlandse uitgever vervolgens een aanvraag voor een ‘translation grant’ indient om een stuk van de vertaalkosten gesubsidieerd te krijgen. Zo’n translation grant is broodnodig, want een vertaling is door de vertaalkosten telkens opnieuw een financieel risico voor de uitgever, zelfs bij succesvolle auteurs.
De beslissingen over de inhoud van een vertaling worden dus rechtstreeks tussen de oorspronkelijke uitgeverij en de buitenlandse uitgeverij gemaakt, in samenspraak met de auteur. De buitenlandse uitgever gaat in zee, ook eventueel in overleg met de Nederlandstalige uitgever, met een literair vertaler, en die gaat vervolgens aan de slag met de originele tekst en probeert zo goed mogelijk de culturele verschillen in taal en tekst te overbruggen, en zoekt hiervoor creatief naar oplossingen. Indien de uitgeverij voor de vertaling ingrijpende wijzigingen wil doorvoeren, gebeurt dat dus ook in overleg met de oorspronkelijke uitgever en de auteur. Literatuur Vlaanderen is niet betrokken bij dit overleg.
De kwaliteit van de literaire vertaling is de hoeksteen van het vertalingenbeleid van Literatuur Vlaanderen. Het gaat dan niet alleen over de manier waarop de literaire tekst overgedragen wordt van de ene taal naar de andere, maar ook over de mate waarin de vertaling trouw is aan de oorspronkelijke stem van de auteur. Er zijn verschillende manieren waarop Literatuur Vlaanderen de literair vertaler ondersteunt. ‘Fair pay’ staat hierbij centraal. Het beroep van de literair vertaler is zeer kwetsbaar, en steun via allerhande maatregelen is nodig, bijvoorbeeld via werkbeurzen, residenties in het Vertalershuis, talentontwikkelingsbeurzen enzovoort.
Bij vertalingen van Vlaamse literatuur naar andere talen is literaire kwaliteit een sine qua non. Indien er geen literair kwalitatieve vertaling van de Vlaamse tekst voorligt, wordt er geen steun verleend aan het vertaalproject. Literatuur Vlaanderen steekt veel energie in het bewaken van de kwaliteit van een vertaling. Hiervoor wordt samengewerkt met tal van experts. Literaire vertalers die zich al ruim hebben bewezen en steeds positief geëvalueerd worden, worden geaccrediteerd. Hun profiel wordt zichtbaar op flandersliterature.be opgenomen, zodat buitenlandse uitgevers hen kunnen contacteren wanneer ze een Vlaams boek willen laten vertalen.
Bij nieuwe vertalers worden beoordelingsrapporten opgevraagd. De manier waarop de oorspronkelijke literaire tekst is overgedragen, wordt hierin onderzocht. Een fout hiertegen is bijvoorbeeld toevoeging of schrapping van tekst. Indien opgemerkt wordt dat in de vertaling een stuk van de tekst geschrapt wordt of er een nieuw stuk tekst wordt toegevoegd, wordt dit meegewogen in de evaluatie. Bij een negatieve evaluatie wordt er geen steun verleend. Dit komt echter maar uitzonderlijk voor, en in dat geval zijn het opnieuw de uitgeverijen en de auteur die hierover in gesprek gaan, en treedt Literatuur Vlaanderen op als gesprekspartner. De ervaring is dat buitenlandse uitgevers doorgaans samenwerken met professionele literair vertalers, die een kwaliteitsvol resultaat afleveren.
De ruime persaandacht voor de aanpassingen aan de teksten van Roald Dahl door de Britse uitgeverij Puffin kan doen uitschijnen dat het hier gaat om een wijdverspreide praktijk. Wanneer Literatuur Vlaanderen echter kijkt naar de vertalingen van kinderboeken die door hen worden ondersteund, blijkt dat bij de vertaling steevast de oorspronkelijke tekst wordt overgenomen.
Literatuur Vlaanderen waakt hierover, zoals eerder uitgelegd, in de vorm van beoordelingen van de literaire kwaliteit, maar gaat als intermediair niet rechtstreeks in gesprek over de inhoud van boeken. Dat is immers een gesprek dat tussen de twee uitgeverijen, Nederlandstalig en anderstalig, gebeurt, en in overleg met de auteur.
Ik zie momenteel dan ook geen reden om hierover verder in gesprek te gaan met Literatuur Vlaanderen.
De heer Meremans heeft het woord.
Minister-president, dank u wel. Het is alleszins belangrijk om nog eens bevestigd te horen hoe Literatuur Vlaanderen werkt. Niet dat we daar grote twijfels over hadden, maar zo is het wel duidelijk dat de literaire kwaliteit wordt bewaakt. Ik heb ook gehoord dat de auteur telkens wordt betrokken, als hij uiteraard nog in leven is, en dat we trouw blijven aan het origineel. Met andere woorden: we zijn wel gerustgesteld, als ik het zo mag zeggen, want het was wel een bekommernis die hier en daar opdook.
We zijn blij dat hiermee de zaken duidelijk zijn gesteld. We hopen dat het ook zo blijft. Er is nu een Boonprijs. Ik mag er niet aan denken dat we de boeken van Boon hier en daar, wat taalgebruik betreft, moeten wijzigen. Het zou afbreuk doen aan de literaire erfenis.
De heer Brusselmans heeft het woord.
Collega Meremans, ik dank u voor de vraag.
Het is niet de eerste keer dat zoiets gebeurt. Er is nu het gegeven dat er twee verschillende versies van het verhaal in de winkel zullen liggen. Dat is op zijn minst bizar, maar men is natuurlijk vrij om te kopen wat men wil en om te schrijven wat men wil. Liever twee versies dan één gecensureerde versie.
We weten wel – en we moeten daar niet naïef in zijn – dat er op middellange termijn maar één versie meer beschikbaar zal zijn, als het zo doorgaat. Dat is vandaag bij verschillende boeken al zo. Stap in de sinterklaastijd eens binnen in de Standaard Boekhandel en probeer maar eens een boek te vinden met Zwarte Piet. Probeer op Bol.com of in andere speelgoedwinkels maar eens speelgoed te bestellen met een Zwarte Piet. Tegenwoordig zijn we zelfs al zo gek geworden dat we bepaalde barbies censureren. Een geluk bij een ongeluk: ‘get woke, go broke’, zeggen wij wel eens. Veel van die prullaria moeten uit de winkels worden gehaald omdat geen kat ze koopt. Het is een luide minderheid die er veel tamtam rond maakt, maar aan het einde van de rit – en dat geldt voor uitgevers maar evenzeer voor producenten van andere dingen – telt enkel de winst.
Ik ben blij dat het debat hier lichtjes is gevoerd. Wat ik niet hoor, zijn concrete oplossingen voor dit fenomeen. Zoals ik al zei, zal het er op middellange termijn toe leiden dat enkel de gecensureerde versie er nog is. Ik hoor geen oplossingen.
Ik heb het grootste stuk van het boek van uw partijvoorzitter gelezen, collega Meremans. Hij heeft er een heel boek aan gewijd. Het is een analyse die al honderd keer is gemaakt, maar ik zie er ook geen oplossingen in staan. Er staan geen voorstellen van de N-VA in. Collega's, gelukkig is er nog het Vlaams Belang dat op 30 maart met een brochure naar buiten komt met concrete voorstellen van wat we ertegen kunnen doen.
Last but not least wil ik afsluiten met een twitteraar-vluchteling die is gevlucht uit een dictatuur. Naar aanleiding van de heisa rond Roald Dahl schreef hij dat hij iedereen wil wijzen op de parallellen met de denkpolitie, de censuur en de vervolging van kunstenaars en intellectuelen in zijn thuisland. “De kunst is altijd het eerste slachtoffer van de intolerantie.”
Mevrouw Segers heeft het woord.
Dank u wel, collega, voor de terechte vraag.
Dit is eigenlijk een debat dat over de plas is gevoerd. Hoe dat zich uitgebreid heeft naar ons land en de rest van Europa, vind ik heel opmerkelijk.
Cultuur en taal zijn natuurlijk veranderlijk. Dat evolueert constant. Er gebeuren altijd wel aanpassingen. De sprookjes van Grimm worden vandaag ook niet meer verteld zoals ze oorspronkelijk geschreven zijn. Taal evolueert, maar ik wil heel duidelijk zeggen dat ik blij ben dat de Nederlandse uitgever heeft aangegeven niets te zullen veranderen in de vertalingen van de boeken van Roald Dahl, zeker wanneer het gaat om het toevoegen van zinnen als “Heksen zijn vrouwen met een pruik op, en dat gebeurt wel meer dat er vrouwen zijn met een pruik op.” Dat is gewoon onzin, om zelfs te beginnen daar zinnen aan toe te voegen. Dat is dus heel duidelijk. Maar ik wil dus toch aangeven dat ik het een interessant debat vind, omdat taal en cultuur nu eenmaal niet onveranderlijk zijn. Ze veranderen continu. En dat we ons moeten adapteren aan de aanpassingen, in de manier waarop we met culturele producten omgaan, is belangrijk.
Een beetje onder de radar gebleven, vind ik, is eigenlijk het economische en het commerciële verhaal hierachter. Dat is toch wel heel belangrijk. We weten dat de boeken van Dahl fantastisch zijn, maar dat hij zelf niet onomstreden is geweest. In 2021 hebben zijn erven zich ook verontschuldigd voor antisemitische uitspraken die hij wel degelijk gedaan heeft in interviews in ongeveer 1938. Maar wat heel belangrijk is, is dat de erven het bedrijf in 2021 aan Netflix verkocht hebben. En dat deze demarches gebeuren, is om puur commerciële redenen. Netflix dekt zich gewoon in tegen mogelijke kritiek op Dahl. Dat is allemaal een beetje terzijde.
Minister-president, ik was heel blij om de toelichting te horen over hoe Literatuur Vlaanderen daar precies mee omgaat, dat zij bij de vertaalbeurzen toch ook specifieke regels hebben en kijken naar de mate waarin er correct en goed wordt omgegaan met de oorspronkelijke vertaling.
Ik heb dus niet per se een bijkomende vraag, maar bedankt voor de verduidelijking. Ik vind het wel belangrijk dat dat gebeurt.
Ik ga niet herhalen wat mevrouw Segers gezegd heeft, maar kan me er volledig in vinden. Soms voeren we veel cultuurdebatten over iets wat puur plat commercieel ingegeven is. En dat zeg ik als liefhebber van Roald Dahl. Ik heb al zijn boeken, vooral ‘De Heksen’ en ‘Matilda’ – maak ervan wat je wilt qua persoonskenmerk – met heel veel plezier gelezen. Ik heb ze allemaal in het Engels bij mij thuis.
De heer Meremans heeft het woord.
Ik denk dat je niemand kunt verplichten om vertalingen op een andere wijze te brengen. Het is, denk ik, wel aan ons, met de instellingen die we zelf subsidiëren, om daar nog zeer waakzaam mee om te gaan, en dat gebeurt dus ook. En inderdaad, wat mevrouw Segers aanhaalt klopt: cultuur en taal zijn zaken die verschuiven.
Er is natuurlijk wel een verschil tussen zaken die op een natuurlijke wijze verschuiven, en plotseling iemand die zegt: “Dat adjectief en dat substantief mag je vanaf nu eigenlijk niet meer gebruiken.” En dat zie je toch wel gebeuren in onze eigen media, waarbij sommige kranten bijvoorbeeld termen gebruiken waarvan je denkt dat ze toch wel een beetje overdreven ‘woke’ zijn, als ik het zo mag zeggen. En ik hoop ook dat zij, net zoals Literatuur Vlaanderen, zich daarover gaan bezinnen, want het is toch ook belangrijk in het gebruik van taal en de promotie van cultuur.
Maar goed, bij dezen. Dank u wel voor de antwoorden en de reacties van de collega's.
De vraag om uitleg is afgehandeld.