Verslag vergadering Commissie voor Landbouw, Visserij en Plattelandsbeleid
Verslag
Het antwoord wordt gegeven door minister Brouns.
De heer Dochy heeft het woord.
Minister, dit is een dossier dat hier meerdere malen aan bod is gekomen, namelijk dat van de zeeboerderij voor de kust van Nieuwpoort. Colruyt Group is gestart met de voorbereidingen, de eerste fase voor die zeeboerderij Westdiep. Daar wil men Belgische mosselen kweken, en in een volgende fase ook oesters en zeewier. Na het verkrijgen van de nodige vergunningen ging men op zoek naar partners voor de installatie en het onderhoud van de mossellijnen. De stad Nieuwpoort heeft zich bij de kortgedingrechter verzet tegen het krijgen van die vergunning, maar die gaf groen licht voor de bouw van de zeeboerderij. Vandaar dat Colruyt Group reeds is gestart met die bouw. Er zijn ondertussen echter nog procedures die lopen, die vermoedelijk in de maand november hun beslag zullen krijgen, onder andere bij de Raad van State. De stad stelt zich dus nog altijd vragen bij de haalbaarheid van die zeeboerderij voor de kust.
Minister, dat leidt mij tot de volgende vragen. Welke partners zijn aan het werk voor de installatie en het onderhoud van de mossellijnen? Hoe verloopt de samenwerking ermee? Ik verneem ook dat er uitdagingen zijn in kader van de veiligheid en dat sommige partners zich zouden terugtrekken. Wat zijn de uitdagingen en de mogelijke risico’s? Hoe zal dat eventueel worden aangepakt?
Minister Brouns heeft het woord.
Collega Dochy, dank u wel. Wij zijn als Vlaamse overheid niet actief betrokken bij de opvolging van de operationele gang van zaken voor de opstart van een private onderneming zoals de zeeboerderij in Nieuwpoort. Ik moet u het antwoord op deze vragen dan ook helaas schuldig blijven. Colruyt heeft vorig jaar bij de aankondiging van het project zelf gecommuniceerd met welke partners het in zee ging. Het is dus aan hen om daarover meer info te geven, en ook over eventuele problemen die opduiken op het vlak van de veiligheidsrisico’s. Net als bij andere bouwprojecten is ook Colruyt uiteraard verplicht om de nodige veiligheidsvoorschriften in acht te nemen en zich daarin te laten bijstaan door een veiligheidscoördinator. Ik denk dat dat gebruikelijk is. Colruyt heeft, via een persbericht eind juli van vorig jaar, bij de start van het project zelf aangegeven de veiligheid in en rond de projectzone als een zeer grote prioriteit te zien, zoals u weet. Conform het koninklijk besluit voor veiligheidsafstanden in Belgische zeegebieden werd er, aldus Colruyt, ook een veiligheidszone rond de zeeboerderij aangenomen door de federale overheid, op advies van de bevoegde instanties, zoals de wetenschappelijke dienst Beheerseenheid van het Mathematisch Model van de Noordzee en het Schelde-estuarium (BMM), het Directoraat-generaal Scheepvaart van de FOD Mobiliteit en het Maritiem Reddings- en Coördinatiecentrum (MRCC). Een dergelijke zone heeft tot doel te vermijden dat andere gebruikers van de zee terechtkomen in de werfzone.
De heer Dochy heeft het woord.
Minister, dank u wel. Dat is nu net een van de problemen, natuurlijk: de veiligheidszone die werd afgebakend, wordt soms even doorsneden door de pleziervaart. Dat is ook een van de redenen waarom de stad Nieuwpoort zich verzet tegen de ligging van de zeeboerderij. Die ligt heel dicht en op een plaats die normaal werd bevaren door de vele pleziervaartuigen die in de haven van Nieuwpoort aanwezig zijn. Ook kunnen er zich eventueel zaken manifesteren die betrekking hebben op de werken zelf. Ik begrijp echter dat u daarvoor verwijst naar een veiligheidscoördinator, naar de federale overheid. Ik zal dan ook de zaak verder aankaarten op dat niveau.
Het is natuurlijk zo dat de stad Nieuwpoort nog altijd een procedure lopen heeft bij de Raad van State. Logischerwijze is er dan nog altijd een zekere vijandigheid ten aanzien van diegenen die reeds aan het bouwen zijn, ondanks het feit dat de procedure loopt. Ze mogen dat natuurlijk doen. Ik hoop echter dat, als de procedures eenmaal zijn beslecht voor de rechter, wat de uitspraak ook is, men gevolg gevend aan die uitspraak van de Raad van State dan toch wel tot een modus vivendi kan komen en er een beter overleg kan zijn tussen de stad enerzijds en Colruyt Group anderzijds. Minister, ik kom daar dan later nog op terug, maar dat zal dan vermoedelijk opnieuw met minister Crevits zijn. Welke rol kan zij als minister van Visserij in dezen spelen om tot een goed overleg te komen, en tot een meerwaarde voor het project in een eventueel aangepaste vorm, afhankelijk van de uitspraak van de Raad van State, zodat dit een toekomst kan hebben?
Ik begrijp dat er een beveiligde zone is, die dus ook met boeien is afgebakend, op de digitale kaarten. Pleziervaartuigen moeten in principe gebruikmaken van die digitale kaarten. Ze zouden er dus eigenlijk van op de hoogte moeten zijn dat ze niet in die zone mogen varen. Er blijkt dat er toch een honderdtal intrusies in die zone zijn geweest. Ik denk dat er op dat vlak in eerste instantie wel nog een rol is weggelegd voor Wind & Watersport Vlaanderen om haar leden correct te informeren daarover. Misschien is er dus een coördinerend initiatief vanuit de Vlaamse overheid mogelijk. Ook het MRCC zou dit mee kunnen begeleiden, denk ik. Minister, zullen er nog initiatieven worden genomen om mee vorm te geven aan die coördinatie?
Minister Brouns heeft het woord.
Ik begrijp dat dit een thema is dat hier al vaker aan bod is gekomen. Helaas zit men in dezen inderdaad in een procedure voor de Raad van State. Mijn collega kennende zal ze er alles aan doen om die mensen rond de tafel te krijgen, via een overleg. Ze heeft dat ook al gezegd. Ik denk dat een overlegmodel in dezen ook aangewezen is om ieders belangen maximaal te kunnen respecteren, zowel die van de stad, met haar potentieel op water, onder andere voor de pleziervaart, als die van de private partij die daar een project wil realiseren. Ik begrijp echter dat dat in die zin zal worden vervolgd, en hoop dat ter zake middels overleg een draagvlak bij eenieder kan worden gevonden.
De heer Dochy heeft het woord.
Dank u wel voor dat engagement, weliswaar namens uw collega-minister, maar ik begrijp dat u ook wel in dezen met haar on speaking terms bent. Het is een belangrijk project. Het is natuurlijk spijtig dat dit in een vijandige sfeer moet starten, maar ik begrijp ook wel de bekommernissen van de stad Nieuwpoort. Ik betreur dan ook wel dat er door de aanvrager toch heel weinig contact is opgenomen met de stad. Anderzijds heeft de stad ook haar verantwoordelijkheid. Ik wil mij daar ook niet als een rechter over uitspreken. We zijn echter benieuwd wat de Raad van State zal zeggen omtrent dit dossier, en we komen daarop terug.
De vraag om uitleg is afgehandeld.