Verslag vergadering Commissie voor Welzijn, Volksgezondheid, Gezin en Armoedebestrijding
Verslag
Het antwoord wordt gegeven door minister Dalle.
Mevrouw Wouters heeft het woord.
Minister, 1 op de 10 volwassenen zou lijden aan diabetes. Op 27 september 2022 verscheen echter in de pers dat er 400.000 mensen zouden lijden aan diabetes type 2 zonder het te weten. Daarom lanceert de Diabetes Liga met steun van de Vlaamse overheid dit jaar een preventiecampagne die zich, onder meer via de huisartsen, richt op personen met een verhoogd risico op diabetes type 2, om 45-plussers aan te moedigen om zijn of haar risico na te gaan. Opmerkelijk is dat er vaak wel enige symptomen aanwezig zijn, maar dat de link met diabetes niet wordt gelegd. Het gevolg hiervan is dat patiënten gezonde levensjaren verliezen en dat de medische zorg de samenleving bijna 6 miljard euro per jaar kost.
Volgens de Diabetes Liga moet er meer ingezet worden op preventie en vroegdetectie. Het belang van een gezonde levensstijl komt hierbij aan bod. Door slechte levensgewoonten krijgen vaak jongere mensen diabetes type 2. Op het vlak van levensstijl neemt de Vlaamse Regering al een heel aantal initiatieven. Daarnaast wordt ook het Gezondheidskompas gepromoot. Dit is een tool die ingevuld kan worden om zo het eigen risico te kunnen inschatten.
Mijn vragen hieromtrent, minister.
Op welke manier zullen mensen aangemoedigd worden om dit Gezondheidskompas in te vullen?
U gaf in het verleden reeds aan dat er gewerkt wordt aan een Vlaamse voedselstrategie. Die wordt getrokken door het Departement Landbouw en Visserij, is in samenwerking met alle andere beleidsdomeinen en het streefdoel is een grote voedsteltop in het najaar van 2022. Hoever staat het hier momenteel mee?
Welke beleidsaanpassingen gaat u doorvoeren naar aanleiding van de tussentijdse evaluatie van de gezondheidsdoelstelling ‘Gezonder leven in 2025’?
Op welke manier zal er meer ingezet worden op vroegdetectie?
Acht u de huidige initiatieven, die worden genomen om een gezonde levensstijl te promoten, voldoende?
Minister Dalle heeft het woord.
Dank u wel, collega Wouters, voor de vraag. Ook in de vraagstelling van collega Sleurs daarnet kwamen een aantal elementen voor die ik hier nog even in herinnering breng.
Het Gezondheidskompas is beschikbaar voor burger en huisarts op de website www.gezondheidskompas.be. Daar werd ook actief over gecommuniceerd tijdens de startcampagne in 2019 en in september was er ook – zoals ik daarnet ook zei – een campagne vanuit de Diabetes Liga. Die heette ‘1 op 10 heeft diabetes, 1 op 3 weet het nog niet’ en sensibiliseerde om gebruik te maken van het Gezondheidskompas. Zoals daarnet ook gezegd, op enkele dagen tijd waren er 22.000 Vlaamse burgers die het Gezondheidskompas hebben ingevuld.
Ook andere partnerorganisaties verwijzen naar dat Gezondheidskompas. Zo moedigt bijvoorbeeld het Vlaams Instituut voor de Eerste Lijn (VIVEL), als partner voor de eerste lijn, huisartsen en andere eerstelijnsactoren aan om burgers en patiënten toe te leiden naar het kompas. In 2022-2023 wordt een verdere verbetering van het instrument gepland. Dat biedt opnieuw de opportuniteit om daar breed over te communiceren.
Vervolgens is er de voedselstrategie. Naar aanleiding van de eiwittransitie, waarbij Vlaanderen tegen 2030 een verschuiving beoogt in de gehele zogenaamde eiwitketen, is de Vlaamse voedselstrategie in opmaak, die voorgesteld zal worden op de Vlaamse voedseltop op 29 november. Het plan beschrijft wat nodig is om zowel op korte als lange termijn een voedselsysteem uit te bouwen waarbij ecologische, sociaaleconomische en gezondheidsdoelen verzoend worden. Die toekomststrategie bevat zogenaamde deals waar we de komende jaren aan zullen meewerken. Zorg en Gezondheid zal het trekkerschap opnemen van de deal om betaalbare, gezonde en duurzame voedingspatronen aan te moedigen in openbare instellingen en zal actief meewerken aan de deal om aan een voedselomgeving in de openbare ruimte te sleutelen. Daarbij wordt verder gebouwd op de expertise van de partnerorganisatie met betrekking tot het thema gezonde voeding en het bestrijden van voedselongelijkheid. U begrijpt dat wij vanuit Welzijn, Volksgezondheid en Gezin deze deals natuurlijk heel sterk zullen ondersteunen.
Wat ‘Gezonder leven in 2025’ betreft, ook daar hebben we al even naar verwezen in de vorige vraag. De tussentijdse evaluatie gebeurde in het voorjaar. Het rapport wordt op dit ogenblik verder afgewerkt. Tijdens dit traject werden alle actoren uit het werkveld mee betrokken met het oog op het versterken van het draagvlak. Op basis van die evaluatie zal er richting 2025 verder werk gemaakt worden van voldoende maatregelen. Zoals u misschien weet, wensen wij de thema’s voor onze gezondheidsdoelstellingen uit te breiden. Voor valpreventie bij ouderen, mondgezondheid en geestelijke gezondheidsbevordering zal de goedkeuring worden gevraagd van de Vlaamse Regering en ook van het parlement.
Dan was er ook de vraag rond vroegdetectie. Momenteel wordt systematisch screenen van de bevolking naar diabetes door middel van een georganiseerd bevolkingsonderzoek niet geadviseerd. Het preventief gezondheidsbeleid blijft wel inzetten op het versterken van factoren die bijdragen tot een gezonde leefstijl en gedragsverandering bij alle burgers, en dus het voorkomen van veel verschillende risico’s en ziektes, bijvoorbeeld kanker, diabetes en dergelijke meer. Het Vlaams Gezondheidskompas ondersteunt dit beleid door burgers bewust te maken van een aantal risicofactoren en door te verwijzen naar leefstijlaanbod en, bij bepaalde zorgwekkende signalen, naar de huisarts voor een verdere aanpak.
In het kader van vroegdetectie is het ook belangrijk om te verwijzen naar het project van de Diabetes Liga, dat HALT2Diabetes heet, dus halt aan diabetes. Daarbij worden personen met een verhoogd risico op diabetes type 2 en hart- en vaatziekten opgespoord via een tweestapsmethode. Ze worden dan ook begeleid naar een gezonde leefstijl om het risico aan te pakken.
De eerste stap is dat er een FINDRISC-vragenlijst (Finnish Diabetes Risc Score) wordt afgenomen bij 45-plussers. Als je een score hebt van 12 of meer op 20, dan is het belangrijk om als tweede stap naar de huisarts te gaan voor een nuchtere bloedafname om de bloedsuikerwaarde te bepalen. Personen met een FINDRISC-score hoger dan 12 kunnen in de HALT2Diabetes-regio’s door de huisarts worden doorverwezen naar groepssessies ‘Gezonde voeding op verwijzing’ om het verhoogde risico op diabetes type 2 aan te pakken.
Tot slot hebben we dan nog uw laatste vraag over de evaluatie van de initiatieven. Ik denk dat we positief kunnen staan ten opzichte van de initiatieven die genomen zijn. Via de gezondheidsdoelstelling ‘de Vlaming leeft gezonder in 2025’ wordt heel sterk ingezet op het bevorderen van een gezonde levensstijl en een gezonde omgeving. We doen daarbij beroep op tal van partnerorganisaties en organisaties met terreinwerking die ook via verschillende beheersovereenkomsten ondersteund en gesubsidieerd worden. We investeren ook in de samenwerking met andere beleidsdomeinen om het preventief gezondheidsbeleid een groter bereik te geven.
Er zijn natuurlijk ook een aantal thema’s die overleg nodig maken met de federale overheid, omdat de acties die de grootste impact hebben op gedragsverandering en gezonde levensstijl vaak niet tot onze bevoegdheid behoren. Ik denk bijvoorbeeld aan het btw-tarief op fruit en groenten dat tot 0 procent zou moeten worden gebracht. Ik denk aan bepaalde aspecten van de reclamewetgeving. Een deel valt binnen mijn mediabevoegdheid, een deel is federaal. Ik heb daar trouwens morgen een overleg naar aanleiding van de aanbevelingen van de Hoge Gezondheidsraad over reclame rond ongezonde producten, specifiek naar minderjarigen toe. Ook een aantal beperkingen op de leeftijd, belastingen op ongezonde voeding zoals vetrijke snacks bijvoorbeeld, snoep en suikerhoudende dranken en de labeling van voedingsproducten kunnen een rol spelen en dat is ook een federale bevoegdheid.
Mevrouw Wouters heeft het woord.
Dank u wel, minister, voor uw uitgebreide antwoord.
Sommige vrouwen hebben meer kans om diabetes type 2 te ontwikkelen en op deze doelgroepen moet er specifiek ingezet worden. Zo is er het project ‘Zoet Zwanger’ dat vrouwen na zwangerschapsdiabetes begeleidt om het risico op diabetes type 2 te voorkomen. Zij werken vooral via een informatiecampagne en via registratie van deze vrouwen. In het verleden werd door minister Beke aangegeven dat onderzocht zou worden of er een leefstijlaanbod uitgewerkt kan worden voor vrouwen uit het Zoet Zwanger-programma.
Mijn bijkomende vraag is of er dus ondertussen een leefstijlaanbod werd uitgewerkt.
Mevrouw De Rudder heeft het woord.
Ik denk dat de minister correct is als hij zegt dat een algemene screening op diabetes niet zinvol is, omdat we dan opnieuw – een beetje zoals daarnet – overgaan naar die ongerustheid en die overscreening. Maar vroegdetectie is natuurlijk wel heel belangrijk.
U verwees ook naar een aantal federale bevoegdheden en onze collega Nathalie Muylle heeft ook op federaal niveau een voorstel van resolutie ingediend, met betrekking tot de geïntegreerde diabeteszorg. In die resolutie staat ook een apart luik rond die vroege detectie opgenomen, zeker omdat daar eigenlijk bekeken gaat worden of er een mogelijkheid is om binnen het RIZIV-programma (Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering) toch ook andere zorgverstrekkers te kunnen inschakelen op het vlak van diabetes, en zo nog meer mensen te kunnen inschakelen om in te zetten op vroegdetectie. Dus ik denk dat die initiatieven, ook op federaal niveau, binnen het RIZIV-programma, zeker en vast goed bekeken moeten worden, om te kijken op welke manier die ook geïntegreerd zouden kunnen zijn met de nadruk op vroegdetectie.
Mevrouw Sleurs heeft het woord.
Minister, een aanvullende vraag. Ik denk dat u er eventjes op gealludeerd hebt, maar ik heb het niet zo goed gehoord.
Er zijn de projecten groepssessies gezonde voeding voor personen met verhoogd diabetesrisico. U hebt over groepssessies gesproken. Omdat dat pas sinds maart via een decreetwijziging verankerd is in de regelgeving – dat is dus vrij nieuw, dat we dat gedaan hebben, hier op Vlaams niveau – is mijn vraag of u op de hoogte bent over hoever die groepssessies in Vlaanderen zijn uitgerold of uitgerold zullen worden, en op welke termijn die geëvalueerd zullen worden. Maar ik heb er begrip voor als u dat ook dient op te zoeken, in uw nieuwe hoedanigheid.
Minister Dalle heeft het woord.
Ik vrees dat ik voor een aantal bijkomende vragen ga moeten verwijzen naar het verslag. Zowel voor ‘Zoet Zwanger’ als voor die groepssessies gaan we de informatie nog bezorgen.
Mevrouw Wouters heeft het woord.
Dank u wel, minister. Ik zal mijn vraag schriftelijk indienen.
De vraag om uitleg is afgehandeld.