Verslag vergadering Commissie voor Welzijn, Volksgezondheid, Gezin en Armoedebestrijding
Vraag om uitleg over hoe zorgvoorzieningen een structureel antwoord kunnen bieden aan heel warme dagen en periodes
Verslag
Het antwoord wordt gegeven door minister Dalle.
De heer Vande Reyde heeft het woord.
Ik ga mijn vraag heel kort stellen, want ik moet naar een andere commissie om te gaan stemmen. Dus sorry als ik het antwoord niet volledig kan meemaken, maar ik zal het zeker nadien bekijken.
Het gaat over de warmtetoestand. Het is een beetje raar om er nu over te spreken, maar de vraag dateert natuurlijk al van afgelopen zomer. Toen zagen we heel veel problemen bij zeer warme temperaturen in sommige voorzieningen, soms vanwege de goede isolatie. Die komt in deze tijden natuurlijk wel goed van pas, maar zorgt tijdens de zomer dan weer voor extreem hoge temperaturen.
Mijn vraag lijkt een beetje op de vraag van mevrouw Schryvers, namelijk of de normen daarvoor eventueel aangepast moeten worden. Als het bijvoorbeeld gaat over koelsystemen, moeten die dan eventueel verplicht worden in voorzieningen? Kunnen energiescans misschien gebruikt worden om ook het zomercomfort, dus de hittesituatie, te monitoren? En hebt u daar eventueel cijfers over, of dat werkelijk een breed probleem is? Want we horen echt veel getuigenissen over die voorzieningen, van mensen met een beperking en van hun ouders, voor wie het echt niet te doen was. Mensen moesten zelfs thuis blijven omdat het in die voorzieningen veel te warm was.
Mevrouw Schryvers heeft het woord.
Ik had ook een vraag over dit thema ingediend, en dat lijkt nu heel vreemd. Het is alsof die hele warme zomer, met die hele grote hitte, er niet is geweest. En toch hebben we die gedurende verschillende maanden meegemaakt.
Het was voor iedereen moeilijk, die hele grote hitte, maar in het bijzonder voor ouderen en kwetsbare mensen veroorzaken zulke warme dagen extra gezondheidsrisico’s. Zo zijn bewoners van woonzorgcentra of voorzieningen voor personen met een handicap afhankelijk van anderen om zich te weren tegen de hitte of om de temperatuur in hun kamer en het gebouw draaglijk te houden.
Minister, de erkenningsvoorwaarden verplichten woonzorgcentra om een intern warmteactieplan te ontwikkelen. Vanuit het agentschap Zorg en Gezondheid werd een leidraad opgemaakt om de ontwikkeling en het gebruik van zo’n warmteactieplan te vergemakkelijken. Die leidraad kan ook gebruikt worden door centra voor herstelverblijf, centra voor kortverblijf, groepen van assistentiewoningen en serviceflatgebouwen. Het moet ervoor zorgen dat cliënten en bewoners zo weinig mogelijk hinder of negatieve gezondheidseffecten ondervinden van warme dagen. Er is een website, warmedagen.be, waar inspiratie wordt aangereikt voor het nemen van verschillende acties tijdens warme dagen.
Normaal gezien mag de kamertemperatuur niet hoger oplopen dan 27 graden, maar indien de meteorologische omstandigheden abnormaal zijn, zoals bij een hittegolf het geval is, dan mag daarvan afgeweken worden en mag de temperatuur oplopen tot maximaal 5 graden onder de buitentemperatuur. Dat wil zeggen dat het is toegestaan dat de kamertemperatuur tot 30 graden of meer oploopt, afhankelijk van de buitentemperatuur. Het is evident dat dergelijke temperaturen schadelijk zijn voor zowel de mentale als fysieke gezondheid van bijvoorbeeld ouderen, die bovendien weinig mogelijkheden hebben om verkoeling op te zoeken. Het is wel zo dat woonzorgcentra verplicht zijn om een koele ruimte te voorzien voor bewoners van wie de kamer te warm wordt. Maar in zo'n koele ruimte ontbreekt het vaak aan het comfort en de privacy die de bewoner wel heeft op de eigen kamer.
Die bekommernis is natuurlijk ingegeven vanuit de vaststelling of de voorspelling dat er wellicht meer hittegolven zitten aan te komen, of dat ze frequenter zullen voorkomen, en dat ze langer zullen aanhouden. Daarom stelt zich de vraag of de huidige normering rond maximale binnentemperatuur nog wel actueel is.
Minister, ik wil hierbij toch wel heel uitdrukkelijk zeggen dat ik ook wel weet dat er in de verschillende zorgvoorzieningen heel veel moeite wordt gedaan om het binnenskamers zo fris mogelijk te houden. Soms is dat ook wel een hele uitdaging, en soms is het ook bijna niet mogelijk, aangezien we nog gebouwen hebben die niet goed geïsoleerd zijn, of gebouwen met heel veel ramen en te weinig zonnewering, waardoor de warmte binnen blijft hangen.
Ik wil ook een overstapje maken naar mensen in de thuisomgeving. Want er wonen natuurlijk ook nog heel veel kwetsbare mensen in hun thuisomgeving, en gelukkig maar. We doen ook heel veel om dat te ondersteunen. Maar ook voor hen is het niet altijd evident om de warmte buiten te houden en het voldoende fris te houden binnenshuis. Bij ouderen en hulpbehoevende mensen die een beroep doen op thuiszorgdiensten, kunnen die laatsten bijvoorbeeld een oogje in het zeil houden en tips doorgeven.
Het agentschap Zorg en Gezondheid kondigt bij aangekondigde hitte ook een waarschuwingsfase af. Ik heb ook zopas gezien dat alle fases werden opgeheven. Daar zal de intrede van het najaar wel wat mee te maken hebben. Onder andere voorzieningen, organisaties en lokale besturen krijgen telkens een melding wanneer er een waarschuwingsfase ingaat. Tijdens de voorbije zomer is dat maar liefst vier keer gebeurd.
Minister, hebt u melding gekregen van zorgvoorzieningen waar het tijdens hete dagen en periodes heel moeilijk is om de temperatuur binnen onder controle te houden? Ik weet niet of er ter zake, bijvoorbeeld ook bij de Woonzorglijn, meldingen binnenkwamen.
Op welke manier kunnen zorgvoorzieningen worden aangemoedigd en ondersteund om bijvoorbeeld meer zonnewering of een koelingssysteem te voorzien?
Wordt er tijdens hittegolven door Zorginspectie extra gecontroleerd op de regelgeving omtrent de binnentemperatuur en het voorzien van koele ruimtes?
Minister, is er volgens u nood aan een aanpassing van de normen omtrent de binnentemperatuur in functie van het veranderende klimaat, waarbij hittegolven frequenter voorkomen en langer aanhouden?
Op welke manier worden diensten die thuis zorg en hulp aanbieden, aangemoedigd om, wanneer het heel warm is, daar bijzondere aandacht aan te besteden?
Via warmedagen.be worden ook buren en familieleden van kwetsbare mensen aangemoedigd om extra alert te zijn, bijvoorbeeld dat iemand genoeg drinkt, lichte kledij draagt, enzoverder. Ik weet dat bijvoorbeeld ook aan steden en gemeenten wordt gevraagd om dat mee kenbaar te maken via hun communicatiekanalen, en dat is natuurlijk ook heel goed. Hebt u informatie over het aantal mensen dat de website tijdens de hitteperiodes heeft geconsulteerd? Hoe wordt dit geëvalueerd?
Op welke manier worden tussen al wie mee zorg opneemt voor kwetsbare mensen, goede praktijken gedeeld?
Minister Dalle heeft het woord.
De garantie op een minimaal zomercomfort zou eigenlijk ingeschreven moeten worden in de erkenningsnormen voor alle residentiële settings, naar analogie met wat nu reeds voorzien is in de erkenningsnormen voor woonzorgcentra. Daar wordt voorzien in een maximale comforttemperatuur en de verplichting tot een hitteplan. Dat gaat dan over personen met een handicap, waarover de heer Vande Reyde een vraag stelde. Het verplichten van een koelsysteem is geen goed idee, het verplichten van een hitteplan natuurlijk wel. De manier waarop een voorziening dat invult, hoeft volgens mij niet vastgelegd te worden.
Het voorzien in hittebestendige gebouwen voor onze zorgvoorzieningen is een van de uitdagingen om de toekomst tegemoet te gaan. Om het woon- en leefcomfort in de zorgvoorzieningen zo optimaal mogelijk te houden, gaan we risicogericht te werk en is een brede focus noodzakelijk.
De energiecrisis herinnert ons aan het belang van de Trias Energetica. Dat betekent concreet dat we bij het ontwerpen van gebouwen oog hebben voor drie zaken. Ten eerste moet de opwarming in het gebouw tot een minimum beperkt worden. Ten tweede moet ingezet worden op passieve maatregelen om de hitte weg te voeren. Ten derde moet ingezet worden op actieve koeling.
Binnen het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap (VAPH) is een werkgroep met vertegenwoordigers van de zorgaanbieders en de gebruikers de nieuwe infrastructuurnormen aan het uitwerken. Die normen moeten van toepassing zijn op de collectieve voorzieningen van het VAPH.
Er was ook een vraag over de energiescans. De energiescan wordt niet enkel voorzien met het oog op zomercomfort, maar maatregelen in het kader van zomercomfort worden wel meegenomen, aangezien actieve koelinstallaties natuurlijk een groot energieverbruik hebben. De methodieken om energieverslindende actieve koelsystemen te vermijden, worden door de studiebureaus geval per geval mee in kaart gebracht.
Wat de cijfers betreft: Zorginspectie heeft de afgelopen zomer extra geïnspecteerd op de naleving van de regelgeving met betrekking tot de binnentemperatuur in woonzorgcentra. Al die inspecties vonden plaats tijdens de waarschuwingsfase. Extra inspectiecapaciteit werd ingezet op dagen dat er zeer hoge temperaturen voorspeld werden. Nu deze inspectieverslagen definitief geworden zijn, zal een rapport met de voornaamste inspectievaststellingen opgemaakt worden.
In de inspecties hebben we oog voor de leefomstandigheden in een voorziening. Standaard worden de volgende elementen bekeken. Is de infrastructuur voldoende ruim? Is de infrastructuur aangepast aan de bewoners? Kan de infrastructuur voldoende geventileerd worden? Is de temperatuur aangepast? Is de infrastructuur voldoende onderhouden?
Tijdens de afgelopen zomermaanden was er bijkomende aandacht voor de manier waarop de voorziening omgaat met de hitte en voor de voorzorgsmaatregelen die genomen werden. Die vaststellingen zijn opgenomen in de betreffende inspectieverslagen onder de rubriek ‘bijkomende vaststellingen’.
Ook in andere sectoren werd er extra aandacht gegeven aan de hitte. Zo wordt aan de inspecteurs in de kinderopvang gevraagd om erover te waken dat kinderen tijdens hittegolven voldoende te drinken krijgen en voldoende bescherming krijgen tegen de zon en de warmte.
Tussen 1 juli en 31 augustus zijn er in totaal 38 inspecties gebeurd bij vergunde zorgaanbieders. In geen enkel verslag werden tekorten vastgesteld betreffende de temperatuur van de organisatie. Er werd wel vastgesteld dat extra maatregelen genomen werden, zoals mobiele airco’s, parasols op terrassen, het ’s nachts openzetten en overdag sluiten van ramen, het actief aanbieden van extra water en aangepaste activiteiten.
Het is ook belangrijk om aan te geven dat airconditioningsystemen met een koelvermogen van meer dan 12 kilowatt op gebouwniveau elke vijf jaar energetisch gekeurd worden door een energiedeskundige. De resultaten daarvan worden geregistreerd bij het Vlaams Energie- en Klimaatagentschap (VEKA). In die databank zijn dus in principe alle comfortkoelinginstallaties opgenomen.
Wat de meldingen bij de woonzorgcentra betreft: bij de Woonzorglijn zijn een beperkt aantal klachten binnengekomen over de temperatuur. In 2022 werden zes meldingen ontvangen over het hitteplan of de temperatuur. Vijf van de klachten gaan over warmte of hitte. Een melding werd tijdens de winter verstuurd en ging over een elektrisch vuurtje. De klachten werden door de Woonzorglijn opgenomen door in gesprek te gaan met de voorziening of door de regelgeving te verduidelijken aan de klachtindiener. Wat de overige voorzieningen betreft, ontving het agentschap Zorg en Gezondheid geen meldingen.
U vraagt verder of er nood is aan een aanpassing van de normen. Er is enkele jaren geleden al afstemming gezocht met het Vlaamse Binnenmilieubesluit, dat richtinggevend is voor een gezond binnenmilieu. Temperatuur is een parameter die hier deel van uit maakt. Ik verwijs naar de parameterlijst van het Binnenmilieubesluit, waarbij er als richtwaarde voor de warme jaarhelft is opgenomen dat de binnentemperatuur het beste tussen de 22 en 26 graden Celsius blijft. Dat is daarvan een voorbeeld. In elk geval is er voorzien dat er vanaf de waarschuwingsfase van het Vlaamse Warmteplan maatregelen worden genomen, ook door zorginstellingen. Daarom werd de website warmedagen.be opgezet als ondersteuningselement.
De wetenschappelijke literatuur over de dosis-responscurves – het epidemiologisch inzicht dat een gebeurtenis, hier dus temperatuur, koppelt aan gezondheidseffecten – wordt opgevolgd door het agentschap Zorg en Gezondheid, binnen het preventieprogramma Klimaat en Gezondheid.
U vraagt ook op welke manier de diensten die thuis zorg en hulp aanbieden, worden aangemoedigd om, wanneer het heel warm is, daar bijzondere aandacht aan te besteden.
De koepelorganisatie Zorggezind pikt info op uit de nieuwsbrieven van het agentschap Zorg en Gezondheid en vertaalt die verder naar de diensten voor gezinszorg, die de info op hun beurt verder vertalen naar hun gebruikers via tips en adviezen. Voor thuiszorgdiensten en mantelzorgers werden specifieke ondersteunende documenten opgemaakt die hen helpen in het integreren van de hitteproblematiek in hun aanpak en beleid.
Een volgende vraag betreft het bereik van warmedagen.be en de consultatie ervan tijdens die hitteperiodes. Dat wordt effectief gemonitord via Google Analytics. Daarbij stellen we opvallende pieken vast in de bezoekersaantallen die gelijk vallen met de warme perioden in de maanden juni, juli en augustus. Zo waren er in de week van 12 tot 18 juni 12.604 unieke paginaweergaven met een gemiddelde tijd per pagina van 1 uur 39 minuten. En zo gaat het door voor de piekweken van 10 tot 23 juli en de piekweek van 7 tot 13 augustus.
Ter vergelijking: in de periode maart-mei registreerden we over een periode van drie volledige maanden 16.632 unieke paginaweergaven. Dat toont wel aan dat het effectief serieuze pieken zijn.
De startpagina is evident de vaakst bezochte pagina, met 15,9 procent. Uit de verdere cijfers blijkt dat bezoekers vooral terechtkomen op de pagina’s met de praktische tips bij warm weer of de pagina over gezondheidsklachten bij warm weer consulteren. We kunnen hieruit concluderen dat mensen vooral op zoek gaan naar praktische info bij warm weer en dat het belangrijk is blijvend in te zetten op de communicatie rond de tips.
Ten slotte vraagt u op welke manier er tussen al wie mee zorg opneemt voor kwetsbare mensen, goede praktijken worden gedeeld.
Op de website warmedagen.be is er ook een rubriek ‘inspiratie lokale acties’, waar er per setting of kwetsbare doelgroep een aantal ondersteunende documenten worden aangeboden. Het gaat over leidraden, checklists, matrices en inspirerende acties. Er worden ook een aantal praktijkverhalen aangeboden die inspirerend kunnen werken. Via de nieuwsbrieven die het agentschap verstuurt tijdens een warmteperiode wordt ook telkens een sector in de kijker geplaatst. Ook via sociale media, onder meer Facebook, kunnen organisaties hun acties delen onder de hashtag ‘warmedagen’. De medische milieukundigen van de loco-regionale gezondheidsoverleggen en -organisaties (Logo’s) ondersteunen lokale besturen bij de opmaak van een lokaal gezondheidsplan Warme Dagen. Door hun contacten in het werkveld kunnen zij die goede praktijken verder delen.
Mevrouw Schryvers heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw uitvoerig antwoord. Wanneer er een hittegolf wordt aangekondigd, dan horen we allemaal waarschuwingen. De meeste mensen ondervinden daar wel last van, maar dat geldt extra voor mensen die kwetsbaar zijn. Vaak kunnen zij zelf niet de nodige maatregelen nemen, dus moeten anderen mee zorgen opnemen voor hen. Het lijkt logisch dat dat gebeurt in de voorzieningen, dat de mensen daar op een kwalitatieve manier worden verzorgd en dat er hitteplannen zijn. Maar niet elke voorziening is daar qua infrastructuur even goed voor uitgerust. We moeten daar oog voor hebben, ook in de toekomst.
Mijn zorg gaat ook uit naar de mensen die thuis zijn. Daar kunnen diensten voor thuiszorg mee zorg opnemen. Maar die komen natuurlijk niet bij iedereen die kwetsbaar is. En vaak komen zij ook maar één keer per week bij mensen die kwetsbaar zijn.
Minister, het is een thema dat we mee kunnen opnemen in het kader van de zorgzame buurten. Want ook dan kan het belangrijk zijn om even binnen te springen bij iemand in de buurt die kwetsbaar is om te zien of alles in orde is, of het er niet te warm is, of er wel lichte kledij wordt gedragen, of de tips die we kunnen lezen op www.warmedagen.be worden gevolgd, of er genoeg wordt gedronken. Hoe dan ook moeten we er ons allemaal van bewust zijn dat dit, gezien de klimaatverandering en de grotere frequentie van hittegolven, een issue is, ook voor kwetsbare mensen die nog thuis wonen. Dat is het punt dat ik hier wilde maken.
De vragen om uitleg zijn afgehandeld.