Verslag vergadering Commissie voor Algemeen Beleid, Financiën, Begroting en Justitie
Verslag
De heer De Roo heeft het woord.
Minister-president, de federale overheid zou werken aan een eigen alternatief voor itsme, de app die toelaat om in te loggen op overheidswebsites en banktoepassingen. Dat blijkt uit berichtgeving in de pers op 28 juni 2022. De app itsme is ontwikkeld door Belgian Mobile ID, een bedrijf dat werd opgericht door vier grootbanken en drie telecomoperatoren in België.
Staatssecretaris voor Digitalisering Mathieu Michel zou vooral vinden dat de Belgische overheid voor zulke cruciale technologie niet afhankelijk mag zijn van één privébedrijf en hij uit bezorgdheden over een buitenlandse overname of over een plotse uitval zonder bruikbaar alternatief.
De nieuwe app van de federale overheid zou in 2023 operationeel moeten zijn. Via de app zal elke burger zijn of haar digitale portefeuille kunnen raadplegen, met daarin onder andere het rijbewijs, overheidsattesten, communicatie met de overheid, enzovoort. Dit soort communicatie doet denken aan de toepassingen van de persoonlijke Vlaamse datakluis die in ontwikkeling zijn, zoals My Professional Data, dat burgers zal toelaten om op een veilige wijze hun diploma en competenties te delen met derden. Deze SOLID-technologie zal de privacy van de burger versterken en zal de veiligheid en het digitaal bewustzijn verhogen.
Minister-president, deelt u de risicoanalyse en de bezorgdheden van de staatssecretaris wat betreft de privéspeler, de buitenlandse overname of een plotse uitval? Kunt u daar iets meer uitleg bij geven?
Wat is uw visie op de uitspraken van de staatssecretaris en de berichtgeving over de ontwikkeling van een eigen toepassing of app? Nam u ook contact op met de staatssecretaris?
Hoe wordt er samengewerkt tussen het federale en Vlaamse niveau met betrekking tot de toepassingen voor het beschikbaar stellen van data en documenten aan de burger?
Welke impact of samenhang ziet u met de persoonlijke Vlaamse datakluizen? Bedankt voor uw antwoorden.
Minister-president Jambon heeft het woord.
Ik vind dat het vanwege ‘vendor lock-in’, dus een te grote afhankelijkheid van een enkele leverancier, en vanwege bedrijfszekerheid aan te bevelen is dat de burgers meerdere mogelijkheden hebben om zich digitaal en mobiel te authenticeren.
Maar wat de federale uitspraken betreft, daar ben ik niet helemaal in mee. Ik weet niet of je op de private markt of federaal toegangscontroles of authenticatietoepassingen en apps moet maken. Daar ben ik minder van overtuigd. Als die zich aandienen … Ik ben mijns broeders hoeder natuurlijk niet. Als het federale niveau meent dat men dat moet ontwikkelen, dan zullen we dat natuurlijk bekijken. Maar ik ben daar op voorhand niet wildenthousiast over.
Er is tussen de federale overheid en het agentschap Digitaal Vlaanderen momenteel al geregeld overleg over het gebruik van itsme als authenticatiehulpmiddel, onder andere voor de CovidSafeBE-app, die door Digitaal Vlaanderen ontwikkeld werd tijdens de coronapandemie. Ik heb over de uitspraken van de staatssecretaris nog geen contact met hem opgenomen.
Hoe wordt er samengewerkt? Er wordt nauw samengewerkt tussen het federale en het Vlaamse niveau om data en documenten beschikbaar te stellen aan de burgers en ondernemingen. Zo maakt Vlaanderen volop gebruik van de federale eBox als digitale postbus, zowel voor burgers als ondernemingen. Burgers hebben toegang tot de eBox via Mijn Burgerprofiel, ondernemingen hebben toegang tot hun eBox via het e-loket voor ondernemers. Via Mijn Burgerprofiel worden niet alleen verzonden documenten ontsloten, maar ook andere data. Gebruikersonderzoek toont immers aan dat burgers verwachten dat ze via een loket alle informatie van de overheid kunnen raadplegen, los van het bestuursniveau. De Vlaamse overheid zet dan ook in op de uitwisseling van data met verschillende bestuursniveaus. Via het gegevensuitwisselingsplatform maximale gegevensdeling tussen administraties (MAGDA) worden ook nu al heel wat federale data ter beschikking gesteld van Vlaamse en lokale entiteiten.
In 2021 werd de MAGDA Documentendienst gebouwd die overheidsinstanties in Vlaanderen toelaat om de documentstromen in hun businessprocessen te digitaliseren of de verzending van hun post te automatiseren. Hiermee worden documenten digitaal afgeleverd in de eBox van burgers en ondernemingen. Er zijn momenteel reeds meer dan tweehonderd aansluitingen gerealiseerd op de MAGDA Documentendienst, door een mix van Vlaamse overheidsinstellingen en lokale besturen. Voor de verdere uitbouw van de mogelijkheden van de MAGDA Documentendienst wordt er zeer frequent afgestemd tussen de betrokken federale entiteiten – dat is dan vooral de FOD Beleid en Ondersteuning en de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid – en Vlaanderen via het agentschap Digitaal Vlaanderen maar ook het Agentschap Innoveren en Ondernemen (VLAIO).
Wat is de impact of de samenhang met de persoonlijke Vlaamse datakluizen? Volgens de geplande herziening van de Europese eIDAS-verordening (electronic IDentification Authentication and trust Services) krijgt elke lidstaat de verantwoordelijkheid om een implementatie door te voeren van een Digital Identity Wallet, waarbij elke burger de mogelijkheid wordt gegeven om toegang te krijgen tot zijn persoonlijke digitale identiteitsportefeuille. Deze nieuwe wetgeving moet er ook voor zorgen dat elke burger zijn unieke digitale sleutel kan gebruiken om specifieke gegevens vanuit die identiteitsportefeuille op een veilige manier te delen met zowel publieke als private instanties, en dit binnen alle Europese lidstaten.
Vlaanderen heeft ondertussen ruime ervaring opgedaan met de implementatie van persoonlijke datakluizen en is bereid om de federale implementatie van de Digital Identity Wallet maximaal te ondersteunen en hierin samen te werken met de federale overheid.
De heer De Roo heeft het woord.
Bedankt voor uw antwoord. Itsme is vandaag een groot succes, met 6 miljoen gebruikers in België, een score van 4,8 op de appstore en meer dan 1000 overheidsplatformen die er al op hebben aangelogd. Meer dan 250 bedrijven bieden het aan.
Ik denk dat het ook in uw antwoord zat dat, als een overheid zelf iets ontwikkelt, we daar niet per se iets op tegen kunnen hebben. Maar we zijn natuurlijk een regio met een krapte op de arbeidsmarkt, zeker als het gaat over ICT-profielen. Het budget dat daarvoor nodig is moet ook goed kunnen worden verantwoord. Als je dan ziet dat er op de private markt een aanbieder is die via de geldende verordening, de eIDAS-verordening, ook in staat is om dezelfde functionaliteiten aan te bieden met minder publieke gelden, dan moeten we ons daar vragen over stellen.
De bezwaren over het monopolie zijn wel terecht, denk ik, maar die kunnen ook worden opgelost met samenwerking, met goede afspraken, en met een goede regeling tussen de partijen. Dus het nut van een nieuw overheidsinitiatief lijkt mij in eerste instantie ook niet direct duidelijk. Ik hoop dat de federale collega’s genoeg tijd kunnen nemen om met alle betrokken partijen in overleg te gaan, een evaluatie te kunnen maken en daar een goede beslissing over te kunnen nemen.
Minister-president, u hebt het in uw antwoord gezegd, maar ik wil toch nog eens herhalen dat de kern van de zaak is dat het voor de burger eenvoudig is: dat die ergens kan aanloggen, dat het duidelijk is hoe men kan aanloggen en via welke kanalen, dat men weet dat het veilig is, en dat men weet dat men daar alle overheidsdocumenten kan terugvinden, of het nu van het lokale, het provinciale, het Vlaamse, het federale of misschien zelfs het Europees niveau is. Men moet op één loket alle informatie kunnen raadplegen, en het zo eenvoudig mogelijk maken voor de burger. Dat is waar we naartoe moeten. Ik weet dat daar achter de schermen ook allerhande initiatieven voor in de steigers staan.
Bedankt voor uw antwoord, ik heb geen verdere vragen.
De heer Gryffroy heeft het woord.
Ik denk dat de basis is dat we niet tegen nieuwe inlogmethodes zijn. Een burger moet inderdaad kunnen kiezen, en die kán tot op vandaag eigenlijk zelfs kiezen: je kunt ook je eID gebruiken. Maar net door het feit dat die eID zo gebruiksonvriendelijk is in vele situaties, heeft men dan beslist om te gaan samenwerken met een privépartner, om te komen tot de oplossing die er vandaag is.
We zien dat itsme ondertussen niet enkel gebruikt wordt door de overheid, maar bijvoorbeeld ook door banken enzovoort. En dan zou ik het een verkeerd signaal vinden van de staatssecretaris om te zeggen dat we het overboord gaan gooien en er niet mee akkoord gaan omdat het een monopolie is, en dat we dan maar moeten gaan voor een overheidsapp. Ik denk dat het bij mensen al verdacht zou overkomen, als ik het zo mag uitdrukken, dat het een overheidsapp is. Mensen zullen zich dan afvragen hoelang het zal duren voor ze die app hebben, of dat wel goed zal werken, enzovoort.
Onze fractie vraagt dan ook met aandrang om, bij uw gesprekken met de staatssecretaris, toch aan te dringen op een gesprek met de privépartner, en desnoods te kijken of er nog andere apps zouden moeten kunnen bestaan, indien nodig, of eventueel prijsafspraken te maken, eerder dan te gaan opteren voor een compleet nieuwe overheidsapp.
Minister-president Jambon heeft het woord.
Ik kan daarover natuurlijk spreken met de staatssecretaris, maar de democratische controle van de staatssecretaris gebeurt in het federaal parlement. Dus ik maan de fracties die hier nu heel straf tussenkomen aan om in het federaal parlement hun rol te spelen.
De heer De Roo heeft het woord.
Minister-president, bedankt voor uw laatste reflectie. We zullen dat ook zeker doen, en dat gebeurt ook op dit eigenste moment. Ik denk dat dat ook goed is, en u hebt dat ook herhaald in uw tussenkomst. Daarom leek uw reflectie daar een beetje mee in contrast te staan.
Ik denk dat het nodig is om heel goed samen te werken tussen Vlaanderen en de federale overheid. Dat daar ook overleg over kan zijn, lijkt mij zeker ook niet verkeerd vanuit uw positie.
De vraag om uitleg is afgehandeld.