Verslag vergadering Commissie voor Binnenlands Bestuur, Gelijke Kansen en Inburgering
Verslag
– Een aantal sprekers nemen mogelijk deel via videoconferentie.
De heer Warnez heeft het woord.
We hebben in het Vlaams regeerakkoord uitdrukkelijk gekozen voor een inclusieve samenleving. Wie hier geboren is of is ingeburgerd, is ook volwaardig lid van onze gemeenschap.
Vorig jaar beloofde u na enkele racistische voorvallen in matchen in de Pro League om tot actie over te gaan. U hebt gezegd dat u in overleg zou gaan met de Pro League, de betrokken club en Kazerne Dossin.
Heel concreet gaf u vier acties aan: de sanctioneringsmiddelen en interne regels die binnen voetbalclubs gehanteerd worden, moeten effectiever worden toegepast; clubs moeten meer meldingen van sancties maken en met die cijfers naar buiten komen; samen met Kazerne Dossin wordt een strategie rond het omstaandersprincipe uitgewerkt omdat ook groepsdruk binnen een voetbalstadion een ander klimaat kan creëren; het DNA van een club wordt verbonden met een positief, niet-discriminerend verhaal, en ook hiervoor wordt samengewerkt met Kazerne Dossin.
Er ontstonden reeds een aantal nieuwe initiatieven. Wie slachtoffer of getuige is van een incident rond het voetbalveld, kan dit sinds vorig jaar melden via een meldknop op de website van de Pro League. Binnen de organisatie bepaalt de ‘Spelersraad voor Racisme’ mee het beleid en geeft men workshops rond online hatespeech.
Op de dag tegen racisme, in maart, werden met onder andere Vlaamse steun de workshops ‘Sportief omgaan met wij-zij-denken in het voetbal’ gelanceerd. Samen met de Pro League wil Kazerne Dossin via deze opleiding voetbalprofessionals bewust maken van kansen en valkuilen. Daarnaast zou het aanbod van Kazerne Dossin vanuit feedback worden verbeterd.
U gaf in deze commissie aan dat zowel het succes van het proactieve als van het reactieve aanbod van Kazerne Dossin afhankelijk zal zijn van de doorstroming uit de clubs. Clubs moeten worden gemotiveerd om in te gaan op het aanbod. U stelde ook vast dat de zorg rond racisme, homofobie, seksisme of andere thema’s niet altijd een prioriteit was voor de voetbalclubs.
U had aandacht voor de Club Brugge Foundation, die samen met zeven andere Europese topclubs het educatief lessenpakket ‘Geef Racisme De Rode Kaart’ rond de thema’s racisme, discriminatie, gelijkheid, diversiteit en lgbtqi+ lanceerde voor alle Vlaamse middelbare scholen.
Omdat het uiteraard niet alleen over topclubs en de Pro League gaat, gaf u ook aan dat u van jongs af aan rond racisme wilt werken. U wilde samen met de Koninklijke Belgische Voetbalbond het racisme binnen het jeugd- en amateurvoetbal vanaf mei aanpakken.
De maand mei is voorbij, daarom de volgende vragen, minister.
Welke stappen hebt u gezet om een aanpak te voorzien tegen racisme in het jeugd- en amateurvoetbal? Welke partners werden betrokken? Wat is de verdere timing? Hebt u al zicht op de eerste resultaten?
U kondigde vanuit de vier actiepunten een evaluatie en bijsturing aan in het aanbod van de Pro League en Kazerne Dossin. Wat is de stand van zaken? Welke initiatieven werden genomen?
De doorstroom vanuit de ploegen was een van de werkpunten. Kunt u aangeven of u hierbij vooruitgang hebt geboekt?
Plant u tot slot nog andere initiatieven om racisme, hatespeech of uitsluiting in het voetbal aan te pakken? Wat is hierbij de timing?
Minister Somers heeft het woord.
Dank u wel, mijnheer Warnez, voor uw toch wel actuele vraag. Voetbal is de belangrijkste bijzaak in het leven, zegt men wel eens. Het heeft een grote maatschappelijke impact. Wat er gebeurt in en rond voetbalstadia, waar veel mensen samenkomen, bepaalt voor een stuk mee het klimaat in onze samenleving, en de waarden waarvoor we staan. Ik denk dus dat dit thema zeker onze aandacht verdient.
Het project bij Kazerne Dossin neemt, samen met de voetbalbond, initiatieven ter zake om tegen racisme en discriminatie op te treden. Ik kan u daarover het volgende meedelen.
Het project van de Pro League gaat uit van een proactief luik en een reactief luik. Het bleek, zoals u terecht aanhaalt in de vraag, moeilijk om via het reactief luik clubs te engageren om supporters die zich schuldig maakten aan racistisch en discriminerend gedrag aan de sessies te laten deelnemen.
Kazerne Dossin heeft deze trend kunnen capteren door het proactief luik ook te enten op supportersclubs. Dat is proactief, dus voordat er incidenten zijn. Intussen hebben ze op die manier al drie supportersclubs op bezoek gehad na een sanctie van de nationale kamer: Club Brugge, KRC Genk en Beerschot. Maar ook Union is op bezoek geweest, uit eigen interesse, het volledige team van de Pro League, de Diversity Board van de Koninklijke Belgische Voetbalbond (KBVB) en het bestuur van de Belgian Supporters.
Ten slotte organiseerden zij een preventieve opleiding ‘Sportief omgaan met wij-zij denken in het voetbal’, waar al ongeveer vijftig personen naartoe kwamen.
Tijdens al deze sessies wordt er ook de nadruk gelegd op het belang van het omstaandersprincipe en het verbinden van het DNA van een club met een positief verhaal, zoals ik hen gevraagd had in de vier actiepunten.
Voor de aanpak van racisme en discriminatie in het amateur- en jeugdvoetbal ben ik te rade gegaan bij de initiatieven die vanuit Sport door mijn collega minister Weyts genomen worden, en ook bij de Koninklijke Belgische Voetbalbond, om te bekijken op welke manier we vanuit de goede praktijkvoorbeelden binnen Gelijke Kansen elkaar kunnen versterken.
Heel toevallig hebben de actoren vorige week nog in de commissie Sport een presentatie in de hoorzitting gegeven die een overzichtelijk beeld schept van alle actuele initiatieven die onder de noemer racisme en discriminatie in het voetbal vallen.
Voor de volledige hoorzitting verwijs ik u graag naar de website van het Vlaams Parlement, maar ik pik er graag een aantal interessante initiatieven uit.
Sport Vlaanderen heeft binnen het voetbalwezen een antidiscriminatiebeleid uitgetekend dat zich ent op vier pijlers: preventie, gebruik maken van meldpunten, sanctionering via de Nationale Kamer tegen Discriminatie en Racisme van de voetbalbond, en slachtofferbegeleiding.
Voetbal Vlaanderen zal binnenkort een campagne opstarten: ‘Doede gij da thuis ook?’. Dat zijn dingen die we regelmatig horen. Voetbal Vlaanderen is ook de officiële Vlaamse actor onder de KBVB, die op zijn beurt vele initiatieven neemt. Ik denk onder andere aan het ‘Come Together’-actieplan tegen discriminatie, dat niet alleen racisme aanpakt, maar ook focust op seksisme, homofobie, en dergelijke meer. Het gebruik van hun meldpunten maakt hier een belangrijk onderdeel van uit. In het seizoen 2021-2022, bijvoorbeeld, waren er voor Vlaanderen al 590 meldingen, op 330.000 wedstrijden. 590, dat is niet niks, dat is toch een teken dat het functioneert.
Verder organiseert de KBVB via zijn nationale kamer ook hoorzittingen op alle niveaus: jeugd, amateur en profvoetbal. Al 103 zaken werden dit seizoen behandeld. De zittingen zijn 2 keer per week. Dat is nieuw, want vroeger was het maar 1 keer per week. Mogelijke sancties zijn: geldboetes, een verbod op de organisatie van wedstrijden, schorsing, schrapping, en noem maar op.
Maar er zijn ook alternatieve sancties, en dat is waar Kazerne Dossin sterk bij betrokken wordt. Daarmee beoogt men een mentaliteitswijziging door te voeren. Dat kan bijvoorbeeld een museumbezoek aan het Afrikamuseum zijn, of aan Kazerne Dossin zelf. Bij de uitbouw van deze alternatieve sancties zijn ook andere partijen betrokken, zoals het Rainbow House, Play4Peace, het Afrikamuseum, Kazerne Dossin en zelfs mijn kabinet. Op deze manier wordt de kennis vanuit het door Gelijke Kansen gefinancierde project van de Pro League ook in het jeugd- en amateurvoetbal overgenomen en structureel verankerd.
De voetbalbond zal binnenkort een campagne tegen discriminatie lanceren waarin de spelers van de Rode Duivels een prominente rol krijgen.
Ten slotte lanceerde Club Brugge enkele weken geleden het ‘Niet met ons’-project, waarbij ze met 24.000 QR-codes in het Jan Breydelstadion en met stewards die de meldingen onmiddellijk opvolgen, proberen racisme uit te sluiten en te bestraffen. Bewezen feiten zullen worden bestraft met een stadionverbod van 2 jaar.
Discriminatie, racisme, homofobie en seksisme blijven een grote uitdaging en een probleem, maar zonder naïef te willen zijn durf ik toch concluderen dat de bevoegde en relevante instanties heel hard aan het werk zijn om de problemen rond racisme, en discriminatie in brede zin, binnen de voetbalsector aan te pakken.
Het zal uiteraard een werk van lange adem zijn, dat weten we allemaal. Het voetbal gaat dat ook niet helemaal oplossen, want dit is natuurlijk onlosmakelijk verbonden met de samenleving, maar er worden duidelijk structurele stappen gezet. Dat kan ik alleen maar toejuichen. Ik hoop dat die focus en het engagement ook de volgende maanden en jaren goed worden volgehouden. Ik denk dat het, voor wat de voetbalwereld en de relatie met Kazerne Dossin betreft, vandaag behoorlijk goed werkt.
De heer Warnez heeft het woord
Minister, wij zijn enkele weken geleden ook in Kazerne Dossin geweest. Daar hebben we gezien hoe men op een sprekende en heel begrijpelijke manier aandacht heeft voor het thema en die opleiding voorziet. Ik geloof daar ook wel heel sterk in.
Wat het aantal betreft, zei u dat er 590 meldingen op 3300 wedstrijden waren. Over welk type wedstrijden gaat dat dan precies? Zijn dat nationale wedstrijden? Grof gerekend zou het dan over 1 op de 6 wedstrijden gaan. Of heb ik dat verkeerd begrepen?
Overal waar er drie Vlamingen samenkomen om te voetballen … Neen, neen, dit gaat over alle voetbalwedstrijden. Ik heb mij slecht uitgedrukt. Het gaat over 590 meldingen op 330.000 wedstrijden. Voor mij is het belangrijk dat er toch 590 keer contact is opgenomen met dat meldpunt. Dat bewijst dat men dat terugvindt, dat het bestaat, het is er niet alleen op papier. Waarschijnlijk zijn er nog veel meer gevallen, laten we daar eerlijk in zijn. Er zal een dark number zijn dat veel groter is, maar dat men toch al 590 keer contact opneemt, is toch het bewijs dat het begint te leven, dat het bestaat, dat het een meerwaarde is.
Oké, dat zet dat cijfer voor mij in perspectief.
590 als absoluut cijfer is veel, maar ik denk dat dat op 330.000 wedstrijden waarschijnlijk een relatieve doorsnede geeft van de samenleving. We doen er echter wel goed aan om zo’n meldpunt te voorzien. Op zich werkt dat dan wel goed. Ik heb daar dan geen specifieke vragen meer over en ik dank u voor uw antwoord.
De heer Tommelein heeft het woord.
Mijnheer Warnez, bedankt voor de vraag en om die opnieuw te stellen.
Ik ben ook heel tevreden dat de minister werk maakt van deze problematiek. We moeten ook duidelijk zijn: deze problematiek gaat veel verder dan de voetbalwereld. Ik denk dat we dat allemaal wel weten, het is een dieperliggend probleem, waarmee niet alleen de sport kampt. Het is een triest fenomeen dat zich in elk maatschappelijk domein voordoet. De laatste dagen zijn we daar nog mee geconfronteerd geweest. Ik merk het ook elke dag op het terrein en zie het ook op sociale media. Het is triest. Het doet zich voor op de arbeidsmarkt, de woningmarkt en in het dagelijks leven van de mensen. Als ik zie hoeveel reactie er komt op het drukke weekend dat we aan zee hebben gehad en waarbij mensen dan altijd anderen de schuld geven omdat het iemand anders is dan zijzelf, dan is dat alleen maar diep te betreuren.
Het is goed dat er binnen het voetbal acties worden ondernomen. Mijn zoontje van 10 jaar speelt ook voetbal en hij vindt dat niet de belangrijkste bijzaak, maar de belangrijkste hoofdzaak in zijn leven. Elke sector moet zijn steentje bijdragen en is moreel verplicht om dat te doen. Het is goed dat elk kiezeltje dat in de rivier verlegd wordt, ook een goede stap vooruit betekent.
Minister, u haalt aan dat er discriminerende meldingen zijn door de Koninklijke Belgische Voetbalbond en dat die worden opgevolgd. Hebt u meer informatie over deze meldingen en over welke soort inbreuken dat dan gaat?
De heer Van de Wauwer heeft het woord.
Vorige week kwam uit die hoorzitting en uit het rapport heel duidelijk naar voren dat van die 590 meldingen de overgrote meerderheid meldingen van discriminatie of haatspraak waren op basis van etnisch-culturele achtergrond. Andere discriminatiegronden kwamen bijna niet aan bod, wat ik toch wel had verwacht. Zo is lgbtq+ bijvoorbeeld bijna geen grond op basis waarvan meldingen zijn binnengekomen.
We zien nochtans dat binnen die clubs die etnisch-culturele diversiteit wel heel zichtbaar aanwezig is onder de spelers. Hoewel zij vaak de helden van de ploegen zijn, bestaat er nog altijd angst en worden vaak nog heel kwetsende uitspraken gedaan. Ik vind dat een heel vreemde vaststelling. Tegelijkertijd zou het misschien kunnen helpen wanneer de diversiteit ook meer wordt doorgetrokken in de bestuursorganen van de clubs en federaties waardoor er meer aandacht voor deze problematiek kan zijn. Het kan een manier zijn om die discriminatie aan te pakken. Hoe kijkt u daar als minister van Gelijke Kansen naar? Ziet u daar een mogelijke oplossing in? Het meest fundamentele probleem is natuurlijk nog altijd die mentaliteit en houding van de supporters.
Ik wil even tussenkomen in naam van mijn fractie. Ik ben heel tevreden dat die thematiek niet alleen in de commissie Sport maar ook hier wordt besproken. Dat is ook de reden waarom ik vind dat deze vraag hier op haar plaats is. Na de hoorzitting van vorige week waar u ook aanwezig was, mijnheer Van de Wauwer, heb ik niet alleen de indruk maar ben ik er ook van overtuigd dat de voetbalwereld dit zeer ernstig neemt. En we moeten dan niet alleen over de Pro League spreken en over de koren in de stadions maar ook over de kleinste clubs. De initiatieven die Voetbal Vlaanderen nu neemt en waarbij ook scheidsrechters die zaken melden, zijn heel positief. Wanneer we de cijfers van de meldingen bekijken, stellen we vast dat meldingen vaak pas doorkomen wanneer men weet dat men ergens kan melden. Daar moet ook worden op ingezet. Meldingen op zich zeggen niets want veel meldingen zullen waarschijnlijk niet doorkomen, de zogenaamde dark numbers. We moeten daar heel intens op inzetten.
Daarnaast moeten we ons ook geen illusies maken. Voetbal is een element in de samenleving. Wat naast het veld gebeurt, is voor een stuk een vertaling van wat in onze samenleving gebeurt. Het is niet alleen een zaak van racisme maar ook van discriminatie, uitschelden, bijvoorbeeld van iemand met een andere haarkleur. Het gaat over het bijbrengen van respect en hoffelijkheid. Wat Voetbal Vlaanderen voor ogen heeft, waarbij clubs worden gestimuleerd om dat zelf op te volgen, zijn wel degelijk stenen die worden verlegd en die tot resultaat zullen leiden. We mogen niet rusten of temperen maar ik denk dat we op vele terreinen op de goede weg zijn.
Minister Somers heeft het woord.
Dank u wel, voorzitter en collega’s, voor de zeer waardevolle beschouwingen.
Die meldingen worden goed opgevolgd, mijnheer Tommelein, voor alle duidelijkheid. Ook: vanwaar komen ze, op welk spelersniveau doet zich dat voor? We zien bij de Vlaamse meldingen dat racisme en discriminatie stipt op nummer een staan, maar er worden ook meldingen gedaan rond psychologische intimidatie, fysieke intimidatie, pesterijen, fair play, het gaat tamelijk breed. Daar worden regelmatig analyses van uitgevoerd. Voetbal Vlaanderen past zich daaraan ook aan. Men werkt daar dus actief op.
Wat de lgbtqi+-gemeenschap betreft: dat is nog onderbelicht. Ik denk dat dat een terechte opmerking is. Ik neem mij ook voor om samen met çavaria eens met de voetbalbond te praten om te kijken hoe die focus daar wat kan worden versterkt. U vraagt of meer diversiteit in bestuursorganen zou kunnen helpen en ik geloof dat dat altijd helpt. Ik denk dat een bestuursorgaan met veel diversiteit ook een sterker bestuursorgaan is, ook veel meer invalshoeken heeft. Dat blijkt uit alle wetenschappelijk onderzoek, ook naar bedrijven en ondernemingen. Daar waar er bijvoorbeeld genderdiversiteit is of diversiteit op basis van seksuele oriëntatie of op basis van afkomst of op basis van leeftijd, versterkt dat een team altijd en geeft het meer invalshoeken. Dat is dus inderdaad een punt.
Voor alle duidelijkheid, men doet daar inspanningen voor, maar het blijkt toch altijd niet zo evident te zijn dat bijvoorbeeld vrouwen of mensen met een migratieachtergrond – ik weet het nu niet heel specifiek over mensen uit de regenbooggemeenschap – snel komen solliciteren voor bijvoorbeeld een job binnen de voetbalwereld. Er is daar nog altijd een drempel, men is zich daarvan bewust en men wil daar ook aan werken. Voor mij is het al heel veel waard dat er een grote openheid en een groot engagement is om stappen vooruit te zetten. De suggestie om nog eens met çavaria samen te zitten – dat is bij hen tot nu toe niet de topprioriteit geweest – is ook naar beeldvorming en zo heel belangrijk, ook voor jonge mensen die net ontdekken wat hun seksuele geaardheid is en aan het sporten zijn, zodat daar een klimaat kan ontstaan waarin ze in alle vertrouwen, in alle veiligheid, in alle comfort kunnen blijven sporten zonder dat zij zich op een of andere manier verveeld moeten voelen met hun eigen persoonlijkheid en seksuele oriëntatie. Ik denk dus dat we dat absoluut moeten doen, ik denk dat dat een goede suggestie is.
Maar voor alle duidelijkheid, ook collega Weyts en de voetbalwereld werken daar hard aan. Ik denk dat we daar in Vlaanderen wel op een lijn zitten. Dat is een goede zaak. Het werk is niet gedaan, maar we zijn op de goede weg.
De heer Warnez heeft het woord.
Dank u wel, minister.
Collega’s, ik denk dat het goed is dat we allemaal aan dezelfde koord trekken, om het zo te zeggen, en dat we dat hier ook samen uitdragen. Ik denk dat het klopt dat er stappen worden gezet in de voetbalwereld. Als ik naar mijn eigen club kijk, Club Brugge, zie ik dat ze recent ook in de raad van bestuur … Ik zie hier een duimpje … (Opmerkingen van Bart Tommelein en Kris Van Dijck)
We kunnen het er alvast over eens zijn dat ze een ding goed doen. Ze hebben recent in de raad van bestuur de diversiteit ook vergroot met enkele mensen van buitenlandse origine, maar ook een aantal vrouwen. Ik denk dat dat alleen maar een meerwaarde kan zijn, ook voor onze clubvoorzitter en -secretaris. Het is stap voor stap de maatschappelijke klik die we moeten zetten. Dank u.
Ik heb nu eigenlijk maar één vraag meer: wat is dat eigenlijk, voetbal? Ik ken dat niet. (Gelach)
Ik begrijp dat u dat in Mechelen niet begrijpt. (Gelach)
Dat is een stap te ver. Persoonlijk feit, voorzitter. (Gelach)
Ik ga dat toch tolereren. (Gelach)
De vraag om uitleg is afgehandeld.