Verslag vergadering Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening en Energie
Verslag
– Een aantal sprekers nemen mogelijk deel via videoconferentie.
De heer Aerts heeft het woord.
De Nationale Bank waarschuwt in haar jaarlijks Financial Stability Report voor een stijging van de risico's op wanbetalingen en verdere waardeverminderingen van niet-energie-efficiënte woningen als gevolg van de huidige hoge energieprijzen. Volgens de Nationale Bank blijkt ongeveer een derde van de woningen waarvoor in 2021 een krediet werd verstrekt en waarover de nodige info beschikbaar is, een EPC-label (energieprestatiecertificaat) E of F te hebben. De Nationale Bank is daar bezorgd om, omdat woningen met een zwakke energiescore in grotere mate worden gekocht door mensen met minder financiële ruimte. Op dit moment is er een oververtegenwoordiging van mensen die 90 tot 110 procent van de waarde van hun pand met een banklening dienden te financieren.
Belgische banken zijn al sinds begin vorig jaar verplicht om een energieprestatiecertificaat op te vragen van de woning waarvoor een klant een woonkrediet afsluit. Op die manier kunnen de banken en de toezichthouders de risico’s voor hun hypotheekportefeuille beter inschatten. Toch beschikken de banken over de EPC’s van slechts 40 procent van de woningen waarvoor ze een krediet hebben verstrekt. Ze kunnen dat EPC-certificaat wel opvragen, maar vaak is er geen EPC of wil de klant het niet bezorgen. Daarom roept de Nationale Bank het Vlaamse en Waalse Gewest op om de banken voortdurende toegang te geven tot de regionale EPC-databanken.
Minister, ik heb de volgende vragen.
Hoe staat u tegenover de waarschuwingen van de Nationale Bank voor de stijging van de risico's op wanbetalingen en waardeverminderingen van niet-energie-efficiënte woningen? Ziet u mogelijkheden om de bancaire kredietverstrekking voor de aankoop van niet-energie-efficiënte woningen te koppelen aan de Vlaamse steunmaatregelen voor renovatie?
Hoe staat u tegenover de oproep van de Nationale Bank om toegang te geven tot de EPC-databank? Kan overwogen worden om, zoals in een aantal andere Europese landen als het Verenigd Koninkrijk of Portugal, deze EPC-databank publiek te maken?
Minister Demir heeft het woord.
Ik kan de Nationale Bank deels volgen in de vaststelling dat de energieprestatie van een woning meer en meer de vastgoedwaarde van een woning mee zal bepalen. Ik denk dat heel veel kandidaat-kopers daar rekening mee houden als ze een woning gaan bezoeken. Als de woning een slecht EPC-label heeft, zet men daar ook de renovatiekosten tegenover. Ik verwacht ook dat de verkoopprijzen van woningen met een slechte energieprestatie minder snel zullen stijgen of mogelijk zelfs zullen dalen.
Een van de speerpunten van het Vlaamse energiebeleid bestaat erin om het Vlaamse gebouwenbestand energiezuinig te maken, want we hebben een heel oud gebouwenpatrimonium. Begin 2019 werd het vernieuwde EPC+ gelanceerd. Hierop staat een label van A+ tot F. Verder toont het EPC ook in hoeverre de woning of het appartement voldoet aan de langetermijndoelstelling, die stelt dat iedere woning tegen 2050 het label A moet halen. Het EPC geeft op een geautomatiseerde manier aanbevelingen om het label van de woning of het appartement te verbeteren.
Recent keurde de Vlaamse Regering een renovatieverplichting voor woongebouwen principieel goed. Nieuwe eigenaars van woongebouwen met een slecht label, zullen voortaan worden verplicht om binnen de vijf jaar na de notariële overdracht grondig energetisch te renoveren. Om een grondige renovatie voor zoveel mogelijk gezinnen mogelijk te maken, zijn ook interessante financiële incentives voorzien, zoals de EPC-labelpremie, het renteloos renovatiekrediet en ook de Mijn VerbouwPremie vanaf 1 juli dit jaar.
Met de banken wordt vanaf 2021 samengewerkt omtrent het in de markt zetten van een renteloos renovatiekrediet van maximaal 60.000 euro voor nieuwe eigenaars van een woning of appartement met een slechte energieprestatie. Dit renteloos renovatiekrediet is gekoppeld aan een hypothecair krediet bij de bank. Voor renovaties die verder gaan dan label D en lager, zal gedurende tien jaar tot maximaal 60.000 euro aan een negatieve rentevoet tot maximaal min 1,5 procent kunnen worden geleend.
Eerst en vooral wil ik erop wijzen dat de Vlaamse Regering het sinds september 2021 al heeft mogelijk gemaakt dat kredietgevers in het kader van een nieuwe kredietaanvraag toegang hebben tot de EPC-databank.
Ik heb in het verleden al de vraag van de Nationale Bank gekregen om te allen tijde een nog bredere toegang te krijgen tot de volledige EPC-databank. Hiervoor werd een grondige juridische analyse uitgevoerd en dat heb ik ook zo aan de Nationale Bank gecommuniceerd. Belangrijk in mijn standpunt is dat de gegevens opgenomen in het EPC te kwalificeren zijn als persoonsgegevens en de toegang tot de EPC-databank dus moet worden getoetst aan de beginselen van de algemene verordening gegevensbescherming (AVG).
De privacyregelgeving stelt dat de gegevens enkel voor welbepaalde, uitdrukkelijke en gerechtvaardigde doeleinden mogen worden verzameld en dat ze vervolgens niet verder op een met die doeleinden onverenigbare manier mogen worden verwerkt. Een volledige toegang tot de EPC-databank voor zowel de Nationale Bank van België als de Belgische banken gaat veel verder dan de finaliteit die voorzien is in het Vlaamse regeerakkoord. Het is nooit de bedoeling geweest, en het is nog steeds niet de bedoeling, dat de EPC-databank voor de bevordering van particuliere commerciële belangen van ondernemingen kan worden gebruikt.
De door de Nationale Bank voorgestelde oplossing is dus disproportioneel, niet verzoenbaar met het recht op privacy van de betrokken bewoners én niet noodzakelijk voor de door de Nationale Bank beoogde finaliteit. Voor deze finaliteit ben ik ervan overtuigd dat ook met geaggregeerde cijfers kan worden gewerkt.
Aan de Nationale Bank werd in het verleden een minder verregaande oplossing voorgesteld waarbij het Vlaams Energie- en Klimaatagentschap (VEKA) aan de Nationale Bank na een aanvraag de geaggregeerde EPC-scores kan bezorgen van de subgroep die de Nationale Bank wenst te onderzoeken. De privacy van de betrokken inwoners en hypotheeknemers komt op die manier nooit in gevaar en de Nationale Bank beschikt dan ook over de data die nodig zijn om het risico van een bepaalde subgroep in te schatten. Op dit voorstel heb ik nooit een reactie ontvangen.
Ik ben in het verleden ook ingegaan op het voorstel van de Nationale Bank om samen met de twee andere gewesten eventuele andere mogelijkheden in een administratieve werkgroep verder te onderzoeken. Hieromtrent werd door de Nationale Bank echter ook nog geen initiatieven genomen. Ik ben nog steeds in afwachting van een uitnodiging.
Zoals al gezegd, worden de gegevens opgenomen in het EPC gekwantificeerd als persoonsgegevens. Het publiek maken van deze gegevens kan dan ook enkel onder strikte voorwaarden, met een specifieke rechtsgrond en met toestemming van de burger bij de opmaak van dat EPC. Als er al een overeenstemming met de privacyregelgeving zou zijn, dan nog zou het publiek maken van de EPC-databank enkel kunnen voor nieuw opgestelde EPC’s waarbij de burger zijn toestemming kan verlenen voor het gebruiken van zijn persoonsgegevens.
Teneinde de sensibiliserende rol van het EPC te versterken, werd met het wijzigingsdecreet van 17 december 2021 een rechtsgrond voorzien om een beperkt aantal gegevens, waaronder het label, het type gebouw, de datum, het erkenningsnummer van de energiedeskundige en het adres van het gebouw, actief openbaar te maken. Het VEKA zal de komende maanden met geïnteresseerde stakeholders deze bepaling verder praktisch uitwerken.
De heer Aerts heeft het woord.
Dank u wel voor de toelichting. Ik begrijp dat de onderhandelingen bezig zijn of opnieuw dienen te worden opgestart omdat er voorstellen naar beide kanten toe geformuleerd zijn.
Nu, ik had nog een bijkomende vraag. Ik ben ze even aan het zoeken in mijn geheugen. Ze is verdwenen. Ik zal ze later schriftelijk bezorgen.
Daar wordt voor gezorgd. Maar de heer Aerts heeft zijn vraag gevonden.
De heer Aerts heeft het woord.
Ik had de vraag niet opgeschreven, ik dacht dat ik het wel zou onthouden.
Het EPC-label wordt heel belangrijk op het moment van verwerving van een woning, als banken daar effectief ook strenger op gaan toezien. Uit uw antwoord op een eerdere schriftelijke vraag had ik begrepen dat er bijzonder weinig controles zijn op de EPC-labels. Dit wordt een steeds belangrijker instrument om een lening te verkrijgen of om nadien subsidies te verkrijgen. Moeten we die controles niet opschroeven? Dat was mijn vergeten vraag.
De heer Pieters heeft het woord.
Voorzitter, ik wil op die vraag van collega Aerts reageren. Ik heb al eens eerder gemeld dat bij EPC-berekeningen de ambtenaar of de persoon die de berekening maakt, niet altijd geloofwaardig is. Daarmee bedoel ik dat die persoon aan de telefoon zegt dat de berekening gemakkelijk te verkrijgen is, dat er gewoon een graad hoger of lager wordt aangegeven in het document. We moeten zeker zijn dat de EPC-berekening juist gebeurt, dat de notarissen en de banken ervan uit kunnen gaan dat het correct is.
De heer Schiltz heeft het woord.
Ik ben de heer Aerts zeer erkentelijk voor zijn teruggevonden inspiratie. Het is natuurlijk iets waar elk commissielid af en toe wel eens verhalen over hoort.
Ik heb gehoord dat een huis opgemaakt uit sandwichpanelen bijvoorbeeld een EPC met score C krijgt, een beetje meer dan driehonderd, maar achteraf blijkt een score F meer realistisch. Naarmate het EPC als maatstaf voor een heel aantal transacties zal dienen, zal ook de fraudegevoeligheid toenemen. Naarmate wij het beleid meer op het EPC richten, zou dat een objectieve maatstaf moeten zijn zoals fiscaliteit dat ook is. Minister, we moeten ons beraden dat de kwaliteit van die certificering op maat is en met voldoende controle kan gebeuren. Het kan niet de bedoeling zijn dat mensen zien dat ze heel veel geld investeren in hun huis en maar met moeite aan een B geraken, terwijl een buurman wat sandwichpanelen bijeen gooit, een dak erop zet en dezelfde score haalt voor geen geld. Zoiets ondergraaft elk investeringsbeleid dat we voor klimaatvriendelijke woningen willen voeren.
Minister Demir heeft het woord.
Toen we de renovatieverplichting invoerden, hebben we daar als regering over gediscussieerd. We wisten dat de EPC’s aan waarde gingen winnen. Wij horen zulke zaken ook, men belt ons daarvoor, men vraagt om een hoger EPC omdat ze net niet onder de renovatieverplichting vallen.
Daarom heeft de regering in februari beslist om extra personeel aan te werven. We gaan heel strikt handhaven. We hebben de straffen wat verhoogd. De eerste die we betrappen op gesjoemel zal daar niet gemakkelijk vanaf komen. Integendeel, die zal een zware geldboete krijgen. We hebben beslist om vier extra mensen aan te nemen om de controles en handhaving op te voeren. We zullen dat wereldkundig maken, we zullen dat fel communiceren, zodat eenieder in de sector weet dat de pakkans heel groot is en er zeker geen handeltje moet worden ontwikkeld.
De heer Aerts heeft het woord.
Als het instrument belangrijker wordt, moeten we inderdaad de controle opvoeren. Er bleek dat slechts 1 procent steekproefsgewijs gecontroleerd werd, wat bijzonder weinig is. Van die vijftig gecontroleerde EPC-labels bevatte de helft een overtreding. Er is dus nog zeker werk aan de winkel. U hebt ingezet op versterking. Ik kijk uit naar de cijfers van volgend jaar om beterschap te zien.
De vraag om uitleg is afgehandeld.