Verslag vergadering Commissie voor Buitenlands Beleid, Europese Aangelegenheden, Internationale Samenwerking en Toerisme
Verslag
Mevrouw Lambrecht heeft het woord.
Een consortium van dertien mediaorganisaties, onder de naam ‘Xinjiang Police Files’, verspreidde recent duizenden documenten van politieservers in Xinjiang. Het gaat om foto’s en persoonsinformatie van gedetineerden, handleidingen voor bewakers en ongepubliceerde toespraken van politieke leiders, noem maar op. Deze documenten bevestigen wat velen al lang wisten maar wat de Chinese autoriteiten met alle mogelijke middelen trachten te ontkennen en verbergen: men voert een systematisch en grootschalig terreurbeleid tegen de Oeigoerse bevolking in Xinjiang.
Volgens de Verenigde Naties (VN) zijn in Xinjiang de afgelopen jaren minstens een miljoen mensen in heropvoedingskampen opgesloten. Voormalige geïnterneerden getuigden reeds uitvoerig over politieke indoctrinatie, dwangarbeid, foltering en seksueel misbruik in de kampen.
Dit thema kwam al meerdere keren aan bod in deze commissie en, minister-president, u sprak in het verleden reeds uw afgrijzen uit over het terreurbeleid van de Chinese overheid ten aanzien van de Oeigoerse bevolking. In het licht van de nieuwe overweldigende getuigenissen en bewijzen, heb ik volgende vragen.
Minister-president, welke diplomatieke contacten had u sinds de laatste bespreking van dit onderwerp waarbij het lot van de Oeigoerse bevolking ter sprake kwam?
Bij de eerdere besprekingen verwees u naar sensibiliserende acties vanuit Flanders Investment & Trade (FIT). Kunt u wat meer in detail toelichten wat die sensibilisering concreet inhoudt?
Welke diplomatieke en economische activiteiten staan er momenteel gepland richting China vanuit Vlaanderen?
Ziet u mogelijkheden om dit thema aan te kaarten via deze activiteiten?
Minister-president Jambon heeft het woord.
Welke diplomatieke contacten ik gehad heb? De problematiek rond de Oeigoerse bevolkingsgroep in China kwam reeds meerdere malen aan bod in deze commissie. Zoals u terecht schetst, heb ik al herhaaldelijk mijn ontzetting uitgesproken over het beleid van de Chinese overheid ten aanzien van de Oeigoerse bevolking. Ik herbevestig natuurlijk dit standpunt, maar jammer genoeg lijken de zaken in Xinjiang eerder te verergeren dan te verbeteren. Ik heb hieromtrent recent geen diplomatieke contacten meer gehad.
FIT sensibiliseert Vlaamse ondernemers verder rond internationaal maatschappelijk verantwoord ondernemen (IMVO) en rond mensenrechten, meer bepaald inzake de ‘Guiding Principles on Business and Human Rights’ van de VN. Deze VN-leidraad vormt een mijlpaal voor de bescherming van mensenrechten, aangezien het de eerste wereldwijde standaard betreft die de negatieve impact van de activiteiten van ondernemingen op mensenrechten wil aanpakken. Vlaanderen werkte reeds mee aan de doorvertaling van deze Guiding Principles naar het eerste Nationaal Actieplan. Momenteel zetten we onze schouders onder het tweede Nationaal Actieplan.
Concreet sensibiliseert FIT via webinars, nieuwsbrieven en informatie op de website tijdens de Exportbeurs en tijdens handelsmissies. In mei 2018 publiceerde FIT in de reeks ‘Leidraad voor Internationaal Ondernemen’ het werkboek ‘Verduurzamen van Internationaal Ondernemen – Aan de slag met de VN Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen ter versterking van uw bedrijfsstrategie’. Een geactualiseerde versie hiervan is voorzien voor het voorjaar van volgend jaar. In tussentijd zal FIT dit thema onder de aandacht blijven brengen. Bovendien voorziet FIT ook bijkomende opleidingen voor zijn personeel rond duurzaamheid en de aangehaalde VN-leidraad.
Ook geven FIT en MVO-Vlaanderen (maatschappelijk verantwoord ondernemen) extra ruchtbaarheid aan de zogenaamde Sustatool. Deze tool biedt kmo’s de mogelijkheid diverse duurzaamheidsaspecten op systematische wijze in de dagelijkse werking te implementeren en te monitoren. FIT en MVO-Vlaanderen hebben een aparte extensie van deze tool ontwikkeld onder de naam Sustatrade. Sustatrade werd specifiek ontwikkeld in functie van de duurzaamheidsambities van de Vlaamse internationale ondernemer. De extensie zal binnenkort online komen. Verder engageert FIT zich ertoe de OESO-richtlijnen (Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling) voor multinationale ondernemingen blijvend onder de aandacht te brengen van onze ondernemingen. Zo moeten de bedrijven die een beroep wensen te doen op subsidies van FIT deze richtlijnen onderschrijven. Ook het Agentschap Innoveren en Ondernemen (VLAIO) zal zijn doelpubliek sensibiliseren en zijn personeel verder opleiden over het belang van de Sustainable Development Goals, duurzaamheid en IMVO.
Welke diplomatieke of economische activiteiten we nog gepland hebben? Momenteel staan er geen diplomatieke of economische zendingen gepland richting China. Zoals jullie weten, ben ik van mening dat het multilaterale en het Europese niveau goed geplaatst zijn om deze zaken aan te kaarten. Voor Vlaanderen vormen deze niveaus de krachtigste hefbomen om invloed uit te oefenen op een grootmacht als China. Maar op 29 juni aanstaande ontmoet ik de Chinese ambassadeur, de heer Cao Zhongming. Ik zal natuurlijk de kwestie van de Oeigoeren ter sprake brengen tijdens ons gesprek.
Deze multilaterale en Europese hefbomen worden wel degelijk benut. Vorig jaar antwoordde ik al dat men op Europees niveau werkt aan een richtlijn rond gepaste zorgvuldigheid voor ondernemingen. Men beoogt een verplicht due diligence-systeem uit te rollen. Het voorstel moet duurzaam en verantwoord gedrag van ondernemingen in de hele mondiale waardeketen bevorderen. Bedrijven spelen immers een sleutelrol bij het bouwen aan een duurzame economie en samenleving. Met deze richtlijn zullen bedrijven de negatieve effecten van hun activiteiten op de mensenrechten, zoals bijvoorbeeld kinderarbeid en de uitbuiting van werknemers, moeten identificeren. Waar nodig zullen ze dit moeten aanpakken. De onderhandelingen over deze richtlijn lopen. Zoals bepaald in mijn beleidsnota, zal ik opbouwend meewerken aan het Europese kader hieromtrent.
Daarnaast zal de Europese Commissie in september een wetgevend initiatief voorstellen rond ‘waardig werk wereldwijd’, dit naar analogie met de Amerikaanse ‘forced labour ban’. Producten die tot stand kwamen via dwangarbeid zullen aldus gebannen worden van de Europese markt. Dat lijkt me een goed instrument om in de toekomst mensenrechtenschendingen tegen te gaan. Hoewel er nog weinig bekend is over dit initiatief, zal ik ook hier constructief aan meewerken.
Zoals u weet, was de hoge vertegenwoordiger van de VN voor de mensenrechten, mevrouw Bachelet, onlangs in China. Voor het eerst in zeventien jaar kon een Hoge Commissaris voor de Mensenrechten van de VN naar China reizen om er rechtstreeks met de hoogste regeringsfunctionarissen te spreken over belangrijke mensenrechtenkwesties, in China en wereldwijd. Mevrouw Bachelet zal binnenkort een rapport voorstellen waar – en dat zal u niet verbazen – reikhalzend naar uitgekeken wordt. Ze gaf inmiddels reeds aan dat haar bezoek een gelegenheid vormde om een aantal zorgwekkende situaties bij de regering aan te kaarten. Bovendien stelt de VN-commissaris dat ze deze kwesties blijvend zal opvolgen. Bij haar bezoek aan de regio Xinjiang uitte ze vragen en bezorgdheden over de toepassing van de zogenaamde maatregelen ter bestrijding van terrorisme en deradicalisering. De brede toepassing hiervan heeft, zoals u welbekend is, een zware impact op de rechten van Oeigoeren en andere overwegend islamitische minderheden. Mevrouw Bachelet moedigde de Chinese regering aan om alle beleidsmaatregelen ter bestrijding van terrorisme en deradicalisering te herzien om ervoor te zorgen dat ze volledig voldoen aan de internationale mensenrechtennormen en niet langer op willekeurige en discriminerende wijze worden toegepast. Ze kaartte ook de problematiek van de Oeigoerse diaspora aan, van de families die in het buitenland vertoeven en het contact met hun dierbaren verloren hebben.
Mevrouw Bachelet kreeg overigens kritiek van sommige media, omdat ze in een statement aanhaalde dat haar bezoek aan China geen onderzoek betrof, omdat – ik citeer – “officiële bezoeken van een Hoge Commissaris van nature te opvallend en dus ongeschikt zijn voor het gedetailleerde, methodische en discrete werk dat een onderzoek vergt." Hoe dan ook, betrof haar bezoek aan China een uitstekende opportuniteit om de grootmacht te wijzen op de verplichtingen onder de internationale mensenrechtenwetgeving. Ik meen alvast dat haar contacten ter plaatse bijzonder nuttig zijn.
Ook de Internationale Arbeidsorganisatie maakte reeds opmerkingen en het thema staat ook de komende weken op de agenda.
Of ik mogelijkheden zie om dit thema aan te kaarten? Ik heb u juist gezegd dat ik eind juni de ambassadeur zie en ik zal dat thema daar ter sprake brengen. FIT besteedt in zijn activiteiten reeds veel aandacht aan mensenrechten. Dat zal men uiteraard onverminderd blijven doen.
Mevrouw Lambrecht heeft het woord.
Minister-president, ik dank u voor uw antwoord, dat hoopgevend en goed is. Ik verwacht ook niet anders, het ligt in de lijn van de verwachtingen van wat u vroeger zei. U vindt dat het nu nog een stap verder gaat en dat de zaken in Xinjiang verergerd zijn in plaats van dat er enige verbetering is. Ik neem er akte van dat FIT verder doet op het elan van sensibiliseren rond mensenrechten en dat duurzame handel met respect voor de mensenrechten heel belangrijk is en op lange termijn eigenlijk ook tot meer economische welvaart kan leiden. Dat is de weg die men volgens mij moet volgen.
Ik heb één vraag over de ontmoeting met de Chinese ambassadeur op 29 juni, maar ik weet niet of u zult kunnen of willen antwoorden. Hoe gaat zo’n ontmoeting dan in zijn werk? Duurt die lang? Hoeveel tijd hebt u dan om over de Oeigoeren te praten? Zijn dat een paar minuten of is dat eerder een groot deel? Ik neem aan dat alles daar zeer snel moet gaan. Maar het is zeer goed dat u het op tafel zult leggen.
Ik volg u ook in het feit dat het op Vlaams niveau, maar zeker ook op Europees niveau moet worden aangekaart. En dat is blijkbaar goed bezig. Ik verwijs naar de uitleg van mevrouw Bachelet die u hebt gegeven. Het thema blijft dus op de agenda staan. Ik dank u.
Mevrouw Brouwers heeft het woord.
Collega Lambrecht, ik dank u voor de vraag. De thematiek van de Oeigoeren is recent weer in de media gekomen, maar beroert ons al een hele tijd. Wat zich daar allemaal afspeelt, tart elke verbeelding. We hebben het daar ook al vroeger over gehad.
Rond Michelle Bachelet wil ik toch even iets zeggen. Zij is onze VN - Hoge Commissaris voor de Mensenrechten. Gisteren heeft zij op Twitter aangekondigd dat zij geen tweede termijn zou ambiëren. In de internationale pers wordt er nu natuurlijk gespeculeerd of dat al dan niet te maken heeft met het bezoek dat zij bracht en dat ook een beetje gecontesteerd is, omdat het geleid zou zijn geweest – het was natuurlijk ook in covidtijden. Hoe dan ook heeft ze bevestigd dat het rapport er nog zou komen. Het is afwachten wat er daarin uiteindelijk zal staan.
Het is heel goed dat de Europese Commissie bezig is om de invoer van die producten die met dwangarbeid in de provincie Xinjiang in China werden geproduceerd, te verbieden, en dat u dat steunt. Wij steunen dat uiteraard ook. Wat de eventuele gevolgen zijn voor de Vlaamse economie is op zich zelfs minder belangrijk dan dat we dit voorstel van de commissie, dit nieuwe initiatief, zeker steunen. Maar ik had dan wel een vraag: zal de problematiek van de Oeigoeren al dan niet worden geagendeerd op de Europese top van 23 en 24 juni? Of kunnen wij eventueel aan de federale overheid voorstellen om dat eventueel op die Europese top aan te kaarten?
Minister-president Jambon heeft het woord.
Mevrouw Lambrecht, ik lunch die dag met de ambassadeur. Ik heb het even nagekeken in mijn agenda: het is ingepland voor de duur van 1 uur en een kwartier. We kunnen dus wel wat langer dan enkele minuten over deze problematiek praten. Ik zal het tussen het hoofdgerecht en het dessert doen, want anders lig ik misschien voordien al met klikken en klakken buiten. Het is alleszins de bedoeling om daar substantieel over te praten.
Wat uw vraag over de Europese top betreft, mevrouw Brouwers, daarop kan ik niet antwoorden. Ik zal het eens nakijken en eventueel meegeven bij de voorbereiding. Ik weet niet af het daar op de agenda staat.
Mevrouw Lambrecht heeft het woord.
Ik heb geen verdere vragen, dank u.
De vraag om uitleg is afgehandeld.