Verslag vergadering Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media
Verslag
Mevrouw Lambrecht heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega's, meerdere oud-speelsters van de Belgische nationale volleybalploeg, de Yellow Tigers, getuigden eind 2021 in het Canvasprogramma ‘De prijs van de winnaar’ over psychologisch grensoverschrijdend gedrag van bondscoach Gert Vande Broek. In navolging van de getuigenissen, gaf de kapitein van het team, Ilka Van de Vyver, aan dat zij niet meer voor de Yellow Tigers wilde uitkomen zolang de huidige bondscoach aan het roer staat. Het Bondsparket van Volley Vlaanderen opende daarop een onderzoek naar grensoverschrijdend gedrag bij de Yellow Tigers. Hoewel dit onderzoek nog loopt, leidt de bondscoach intussen alweer de trainingen van het nationale team. Opvallend daarbij is dat aan de speelsters, vooraleer ze opnieuw mochten starten met trainen onder de huidige bondscoach, elk afzonderlijk gevraagd werd de volledige steun voor de coach uit te spreken: een zeer vreemde praktijk.
Minister, kunt u een stand van zaken geven over het onderzoek van het Bondsparket? Wie werd reeds ondervraagd en wie niet? Hoeveel getuigen zijn er al gehoord?
Wanneer zal het Bondsparket zijn onderzoek afronden?
Waarom zijn de bondscoach en de directeur topsport bij Volley Vlaanderen nog niet ondervraagd?
Op basis van welke argumenten heeft Volley Vlaanderen beslist om de huidige bondscoach, naar wie een onderzoek loopt inzake grensoverschrijdend gedrag, opnieuw de nationale ploeg te laten coachen, nog voor er een uitspraak is gedaan over de zaak?
Is er extra mentale begeleiding voorzien voor de speelsters van de nationale ploeg of zijn er andere voorzorgsmaatregelen genomen? Zo ja, welke?
Vindt u het normaal dat speelsters, vooraleer de trainingen bij de nationale ploeg te hervatten, hun 100 procent steun aan de coach moeten uitspreken in individuele gesprekken met de top van Volley Vlaanderen?
Waarom onderwerpt Volleybal Vlaanderen haar speelsters aan afzonderlijke interviews alvorens ze kunnen gaan trainen? Is dat een gangbare praktijk? Wat als een speelster die steunverklaring had geweigerd? Dienen deze interviews als drukkingsmiddel om in de toekomst mogelijke klachten in de kiem te smoren?
Minister Weyts heeft het woord.
U weet dat toen de problematiek in de media naar voren kwam, ik onmiddellijk heb gezegd dat ik een initiatief wilde nemen. Ik heb onmiddellijk actie ondernomen en onmiddellijk iemand aangeduid om een onafhankelijk onderzoek te kunnen voeren. Vervolgens heeft het Bondsparket gecommuniceerd dat zij het onderzoek naar zich toe trekken. Gelet op het gegeven dat de juridische actieradius, de juridische armslag, van het Bondsparket veel ruimer is dan wanneer ik zou optreden, heb ik mijn acties gestaakt omdat anders die beide onderzoeken met elkaar zouden interfereren.
Wat het lopend onderzoek van het Bondsparket betreft, denk ik dat het in het belang van eenieder is, ook van diegenen die de klachten hebben ingediend, dat er in alle onafhankelijkheid kan worden gewerkt door dat Bondsparket.
Expliciet vragen naar wie reeds gehoord werd of waarom bepaalde personen nog niet werden gehoord, gaat natuurlijk over het inhoudelijke onderzoek. Op die vraag kan en mag ik niet antwoorden. Het Bondsparket hoeft helemaal niet aan mij voor te leggen wie al dan niet en op welk moment gehoord is, en men doet dat ook niet. Dus, ik weet het niet, en dat is maar goed ook.
Het Bondsparket heeft laten weten dat ze zeer grondig en intensief te werk gaan. Het onderzoek zal duren zolang het nodig is om alle relevante getuigenissen te verzamelen.
De volleybalbond heeft ondertussen, in afwachting van de uitspraak van het Bondsparket, proactief een aantal acties ondernomen. Men moet natuurlijk ook wel voort kunnen, zonder daarover ter zake al een oordeel uit te spreken, impliciet of expliciet.
De staf rond de Yellow Tigers werd uitgebreid met een vrouwelijke coach en een vrouwelijke dokter om zo de antennefunctie te verhogen. Een sportpsycholoog en een vertrouwenspersoon maakten al deel uit van de multidisciplinaire omkadering van de ploeg. Zij staan in voor de mentale begeleiding en zijn ook toegankelijk als aanspreekpunt rond mentaal welzijn.
Op dit moment is het onderzoek nog lopende, en is er dus nog geen uitspraak gevallen, noch in de ene, noch in de andere richting. Het lijkt me in dezen dan ook te verantwoorden dat de federatie pas beslissingen neemt op basis van de uitkomst van het onderzoek en niet proactief mensen op non-actief zet. Dat zou natuurlijk ook al een uitspraak zijn.
Het klopt dat de federatie gesprekken gevoerd heeft met de speelsters. U geeft het een negatieve draai, maar het was net met de bedoeling om groepsdruk te vermijden, dat men ervoor heeft gekozen om met elke speelster afzonderlijk te spreken. Het installeren van een dergelijk proces, waarbij de federatie luistert naar input van de speelsters en waarbij gepeild wordt naar hun mentaal welzijn, beschouw ik als een positief signaal, eerder dan als een negatief signaal. Daar moeten we immers samen naar evolueren: naar een topsportcultuur waar met respect open gecommuniceerd wordt tussen alle betrokken partijen.
Ga er maar eens aan staan: welke beslissing moet men dan nemen om het onderzoek in alle onafhankelijkheid te laten voortgaan en er ondertussen ook voor te zorgen dat wij met het betrokken team wel op topniveau kunnen blijven presteren? Daarom vind ik de aanpak die men heeft gevolgd, wel positief en productief.
Mevrouw Lambrecht heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw antwoord.
Het onderzoek zal lopen zolang het nodig is. Ja, dat vind ik ook. Het loopt al van december 2021 en het is bijna juni. Ik denk dus dat het nuttig is om een vraag te stellen. Ik ga het opvolgen.
U spreekt over ‘proactief’. Maar de coach die verantwoordelijk was voor het vermeende grensoverschrijdend gedrag, heeft uitdrukkingen gebruikt als ‘stomme trut’ enzovoort. We hebben dat gehoord. Het is er geweest en er zijn heel wat getuigen. Die coach is dus weer aan zet, weliswaar samen met een vrouwelijke coach en een vrouwelijke dokter. Dat is goed.
U zegt dat u het goed vindt dat de individuele gesprekken er waren omdat er dan geen groepsdruk is. Wel minister, ik moet u zeggen dat ik intussen heb vernomen dat er wel groepsdruk was. Er is een gezamenlijke meeting geweest met al die meisjes en men heeft dit gefilmd. Het filmen van zo'n vergadering kan toch wel tellen. De speelsters moesten dus vooraf niet alleen individueel hun steun aan de coach – die wordt beschuldigd van grensoverschrijdend gedrag – uitspreken maar nadien zijn ze in groep gefilmd.
Minister, ik stel me echt de vraag of u het dan niet ongepast vindt voor het vertrouwen om de hele groep te filmen.
Een groot deel van de nationale ploeg is ook al gestopt door die bondscoach. Het is niet dat iedereen hem vraagt om te blijven. U hebt een punt: het onderzoek moet het onderzoek zijn. De dag dat het onderzoek alle klachten die er waren, kan negeren en zeggen dat het niet zo is, dan is het zo. Maar men had ook proactief kunnen zeggen dat men de bondscoach even zou parkeren en intussen iemand anders het werk laten doen.
Minister, lijkt het u niet beter om een nieuwe coach aan te stellen in plaats van steunbetuigingen te eisen van de meisjes voor de coach die er vroeger was en nu nog is? Bovendien is er dan ook nog een film gemaakt van een groepsvergadering.
Ik denk dat het ‘nee’ zal zijn, maar ik ga het toch durven te vragen. Zult u ingrijpen of blijft u de federatie eigenlijk vrij spel geven om op die manier om te gaan met jonge kwetsbare mensen?
Mevrouw Perdaens heeft het woord.
Sta me toe om eventjes de vaststelling te doen dat de vaste voorzitter van deze commissie niet alleen nalaat om de commissie voor te zitten, maar duidelijk ook nalaat om de vragen te triëren voor ze hier passeren.
Collega Lambrecht, als u vragen als deze wilt stellen, stel ik voor dat u een nieuwe carrière ambieert bij het gerecht en dat u onderzoeksrechter wordt. Dit soort vragen horen hier niet thuis. Het is een lopend onderzoek. Als u een carrière ambieert binnen het gerecht, dan zou ik u voorstellen om te starten met twee elementaire basisvoorwaarden van ons rechtssysteem, en dat is dat iemand onschuldig is tot het tegendeel is bewezen en dat het geheim van het onderzoek moet worden nageleefd. In die zin is het dus compleet ongepast om deze vragen hier te stellen, behalve de vijfde vraag in uw opsomming, die er volgens mij gewoon tussen is gefoefeld om deze vragen hier te kunnen stellen.
Wat de mentale ondersteuning betreft en het beleid van grensoverschrijdend gedrag, ben ik het absoluut eens en steun ik natuurlijk het beleid van de minister. Ik ben er ook van overtuigd dat het breder gaat dan alleen de sportsector en breder gaat dan deze commissie.
Sta me toe nog even iets te zeggen over de gesprekken met de speelsters. Mevrouw Lambrecht, ik ben er 100 procent van overtuigd dat, mochten er geen gesprekken geweest zijn met de speelsters en de bondscoach en de trainingen waren gewoon doorgelopen, u daarover vragen had gesteld, want dan was er geen poging tot bemiddeling geweest, was hun mening niet gevraagd – overigens, bemiddeling en gesprekken die ook worden geadviseerd via het advies van de Genderkamer. We hebben het er in deze commissie eerder al over gehad. Waren die gesprekken er niet geweest, dan was het ook niet goed geweest.
Mijn excuses, voorzitter, maar nog een allerlaatste bemerking. Ik denk echt wel dat het onderzoek beter degelijk en zo nodig lang wordt gevoerd dan dat het snel snel wordt afgehandeld en tot conclusies wordt gekomen, wat de conclusies ook mogen zijn. Ik ben geen onderzoeksrechter. Ik ben niet iemand die conclusies moet trekken of een oordeel moet vellen, en dat bent u ook niet.
Minister Weyts heeft het woord.
Ik ga er wel van uit dat de molens van het Bondsparket niet aan hetzelfde tempo malen als op het klassieke justitiële niveau. Los daarvan, ga er maar eens even aan staan: welke keuzes moet men dan maken als volleybalteam?
U zou kunnen zeggen dat we bij voorbaat een de-factoschorsing uitspreken. In Nederland heeft men dat in sommige gevallen gedaan met een regen van juridische procedures als gevolg. Men zegt: ‘Wij worden al bij voorbaat veroordeeld.’ Het wordt dus aangevochten. Ik denk niet dat je daarmee de zaak dient van diegenen die een klacht hebben ingediend. Laat het dus maar in zijn onafhankelijkheid.
Alle respect voor het nationaal volleybalteam, dat moeilijke keuzes moet maken en dat in eer en geweten keuzes moet maken waarop je kunt schieten. Maar wat is dan het alternatief? Het alternatief is misschien wel slechter dan de weg die hier wordt gevolgd.
Ik respecteer dat men probeert om er pragmatisch en met respect voor het mentale welzijn van de speelsters mee om te gaan.
Mevrouw Lambrecht heeft het woord.
Minister, de gemoederen lopen hoog op, wat wil zeggen dat het een thema is dat harten raakt. Het is dan belangrijk dat de vraag juist wél wordt gesteld. Ik heb u nog nooit tegengesproken als u zegt dat er een onderzoek is en dat u er niet in kunt tussenkomen. Ik heb daar begrip voor, maar op het moment dat er doorsijpelt dat meisjes worden gefilmd in vergaderingen, heb ik als parlementslid de mogelijkheid om u als minister te vragen of u dat een goede praktijk vindt. Dat gaat niet over de werking van het Bondsparket, maar over de werking van de sportclub zelf.
Ik hoor hier ook zeggen dat degelijke onderzoeken lang zouden moeten duren. Bij mijn weten is daar geen correlatie tussen. We hebben het hier trouwens niet over een onderzoek dat een paar weken loopt; het onderzoek is nu al zes maanden bezig. Dat is al een half jaar.
Ik ga het verder opvolgen en ik hoop dat jullie dat allen met evenveel enthousiasme als ik doen. Dank u.
De vraag om uitleg is afgehandeld.