Verslag vergadering Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening en Energie
Verslag
– Een aantal sprekers nemen mogelijk deel via videoconferentie.
De heer D’Haese heeft het woord.
Minister, in het gefaseerd beschrijvend bodemonderzoek rond de 3M-site kunnen we zien dat er in alle genomen grondwaterstalen de korte keten-PFAS (poly- en perfluoralkylstoffen) perfluorbutaanzuur (PFBA) teruggevonden wordt. Dat wordt ook teruggevonden in een groot deel van de bodemstalen op landbouwgebied en in residentieel gebied. Vooral bij de metingen in grondwater gaat het over hele hoge waarden – vaak, of zelfs bijna altijd, hoger dan de PFOS-waarden (perfluoroctaansulfonaat) die daar worden teruggevonden. Ik moet u niet vertellen dat, net als alle andere PFAS, ook PFBA schadelijk is voor de gezondheid en voor het milieu. Onder meer de schildklier en de lever zouden worden verstoord.
De verantwoordelijkheid voor de verontreiniging en verspreiding van PFBA ligt waarschijnlijk grotendeels bij 3M, maar het is niet de enige bron. Ook het Antwerps afvalverwerkingsbedrijf Indaver heeft de afgelopen jaren grote hoeveelheden PFBA en andere PFAS uitgestoten.
In het grondwater in de regio rond 3M wordt enorm veel PFBA teruggevonden, hoger dan de voorgestelde saneringsnormen voor PFAS in grondwater. Is er een gevaar voor verspreiding, is er gevaar voor de omwonenden? Welke maatregelen worden er genomen om die vervuiling aan te pakken?
Het afvalverwerkingsbedrijf Indaver heeft jarenlang heel grote hoeveelheden PFBA geloosd via het water, zonder dat ze daar een specifieke vergunning voor hadden. Cijfers van de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) tonen aan dat het gaat over lozingen van maar liefst 785 microgram per liter bij metingen in 2021 en 2000 microgram in 2020. Dat is veel hoger dan de vergunningen die voor andere PFAS gegeven worden. Hoe komt het dat Indaver zonder vergunning zulke grote hoeveelheden PFBA kon lozen? Welke maatregelen zullen daartegen genomen worden? Als je dat optelt bij het lozingsvolume per jaar, gaat dat soms over een halve ton PFBA die in de Schelde terecht is gekomen. Dat is niet niets.
Bij de laatste meting van de VMM bij Indaver in 2022 wordt er enkel gesproken over een resultaat lager dan 1255 microgram per liter. Hoe komt het dat er geen exacte waarde wordt meegegeven? Vanwaar komt de grenswaarde van 1255 microgram per liter?
PFBA wordt ook teruggevonden in de luchtdepositie, via die kruiken die de VMM heeft geplaatst. Hoe verklaart u dat dat daar wordt teruggevonden? Is dat alleen maar afkomstig van 3M, of komt dat ook van Indaver? Zijn er nog andere bronnen? Wat zijn daar de gegevens over?
Bij de laatste meting van de VMM bij Indaver in 2022 zien we ook een waarde van 432 nanogram per liter HFPO-DA (hexafluoropropylene oxide dimeer zuur), beter bekend als GenX. Ook daarvoor heeft Indaver geen vergunning. GenX is mogelijk kankerverwekkend en heeft effecten op de lever. Weet u hoe die stof terechtkomt in de lozingen van Indaver? Ik neem aan dat dat ergens te maken heeft met Nederlands PFAS-afval. Welke maatregelen zullen er worden genomen rond dat soort lozingen, waar geen vergunningen voor bestaan?
Bij de laatste meting van de VMM bij Indaver werd ook een waarde teruggevonden van perfluor-n-pentaanzuur (PFPeA), nog een PFAS waarvoor er geen vergunning is. Hoe komt die daar terecht, welke maatregelen worden daarrond genomen?
In 2021 had Indaver een vergunning voor 20 microgram per liter voor de stof perfluorbutaansulfonzuur (PFBS). Ze hebben dat overschreden door 30 microgram te lozen. Is Indaver hiervoor op de vingers getikt, en op welke manier? Wat is daarrond gebeurd?
Indaver is dit voorjaar gestart met het meten van luchtemissies. Zijn daar al resultaten van, van die afvalverbrandingsinstallatie? Op welke temperatuur wordt daar vandaag verbrand? Dat is ook heel belangrijk om te weten wat er met die PFAS gebeurt.
Amerikaanse staten als New York en Illinois verbieden het verbranden van PFAS-houdend afval, vanuit het voorzorgsprincipe. Hoe staat u daartegenover?
De vergunning van Indaver voor de lozing van PFAS verliep op 31 december 2021. Op dit moment hebben zij dus bij mijn weten geen vergunning om te lozen. Wanneer zult u uitspraak doen over die nieuwe vergunningsaanvraag, en spelen die overtredingen waarover ik het heb gehad, een rol?
Minister Demir heeft het woord.
Collega D’Haese heeft het over PFBA. Dat is een van de zesduizend PFAS-verbindingen die er zijn. Ik denk dat we zo elke week één PFAS-verbinding kunnen bespreken.
Ik begin bij uw eerste vraag. Karl Vrancken stelt voor om uit voorzorg de voorlopige bodemsaneringsnorm voor grondwater voor PFAS op de Europese limiet voor drinkwater vast te leggen. Deze Europese limiet voor grondwater bedraagt 0,1 microgram per liter voor de som van twintig PFAS en 0,5 microgram per liter voor de som van alle PFAS. Dit houdt een verstrenging in van de vorige toetsingswaarden.
In de regio’s rond 3M en Indaver is er inderdaad een overschrijding van deze norm. De verontreiniging in het grondwater hangt af van het neerdalen van PFAS in de lucht, uitloging uit de bodem en verspreiding via de grondwaterstroming. De verspreiding van PFAS via het grondwater is op de site van Indaver relatief beperkt omdat de grondwaterstromingen onder de site van Indaver traag zijn. Het is nog onduidelijk of de PFAS-verontreinig op de site van Indaver ook daadwerkelijk is veroorzaakt door Indaver. We namen alvast de volgende maatregelen om de PFAS-verontreiniging in kaart te brengen en te remediëren.
Zo heeft de Omgevingsinspectie Indaver aangemaand om de bronnen van PFAS in het afvalwater te onderzoeken. De Omgevingsinspectie maande Indaver aan om haar de meetgegevens van de meetputten waarin het grondwater zit zo snel mogelijk mede te delen. Indaver heeft ook beslist geen grondwater meer te gebruiken bij de rookgasreiniging van de schouw om PFAS-emissies via haar schouw te vermijden. De Omgevingsinspectie en Indaver werken ten slotte aan een actieplan om de verontreinigingsbronnen van PFAS op de site van Indaver in kaart te brengen.
De OVAM zal ook, waar mogelijk, de nodige stappen ondernemen conform het Bodemdecreet om de bodem- en grondwaterverontreiniging in kaart te laten brengen en indien nodig te saneren.
De VMM bracht de gekende grondwatergebruikers in de directe omgeving van zowel 3M als Indaver in kaart. Naast een algemene communicatie naar de gemeente, worden ook alle particuliere putwatergebruikers individueel aangeschreven door het agentschap Zorg en Gezondheid, die samen met de VMM instaan voor de opvolging van de drinkwaterwetgeving. Het opzet is om gebruikers te informeren over het mogelijk risico op verontreiniging van hun grondwater en hen op te roepen om dit niet langer voor consumptiedoeleinden te gebruiken zonder het eerst te controleren. De perimeter die hierbij gehanteerd wordt is 500 meter maar kan ruimer ingesteld worden als dat nodig is. Daarom hebben we voor 3M ook beslist om de perimeter op 3 kilometer te leggen.
Ik kom tot uw tweede vraag. In de afvalwaterstalen die de afdeling Handhaving in 2021 nam, bleken inderdaad hoge concentraties van PFBA aanwezig te zijn. De afdeling Handhaving maande het bedrijf aan om de aanvoer van de afvalstof die de vermoedelijke bron was van de lozing van PFBA in het afvalwater, onmiddellijk stop te zetten. Dit bleek een gedeeltelijk effect te hebben op de lozing van deze parameter. Indaver voerde nog verder reducerende acties uit. Ten gevolge van de genomen acties vertonen de meest recente analyseresultaten een aanzienlijke vermindering van de geloosde concentratie PFBA in het afvalwater. Handhaving volgt dit verder op.
In de recente vergunningsaanvraag zal ook een norm voor PFBA worden opgenomen. De vergunningsprocedure is momenteel nog lopende, dus ik ga hier niet op vooruitlopen.
Dan was er uw derde vraag. Het resultaat dat door het labo gerapporteerd werd onder hun kwaliteitszorgsysteem vermeldde 1255 microgram per liter, omdat het staal verdund werd en de bepalingsgrens omhoog ging. De concentratie was dus hoog, maar kon voor dit specifieke staal niet nauwkeurig gekwantificeerd worden. De meting van 27 september 2021 bedroeg 517,6 microgram per liter en die van 17 november 2021 785,4 microgram per liter.
Vraag vier: de oorsprong van de luchtdepositie van PFBA op de site van Indaver is nog niet duidelijk. Indaver heeft het Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek (VITO) aangesproken om tegen de zomer aan depositiemetingen te doen om de bronnen van de luchtdepositie van PFAS op de site van Indaver te identificeren. Uit modelleringen van VITO op de grond en emissiemetingen van Indaver blijkt vandaag dat de gemodelleerde concentraties lager liggen dan de voorlopige toetsingswaarde die we hebben afgeleid voor PFAS in de lucht.
Ik kom tot uw vijfde vraag. Indaver is een afvalverwerker en verwerkt een groot aantal uiteenlopende afvalstromen. GenX kan aanwezig zijn in diverse stromen, zoals industriële afvalstoffen, gronden en percolaten van stortplaatsen. Om meer zicht te krijgen op de bronnen van PFAS en GenX is Indaver gestart met een bronnenonderzoek. Voor relevante afvalstromen zullen de acceptatiecriteria en verwerking worden herbekeken. In 2021 werd de waterzuivering uitgebreid met een extra actiefkoolfilter. Bijkomende optimalisaties en uitbreidingen van de waterzuivering worden momenteel voorbereid.
Wat uw zesde vraag betreft, heeft Indaver in zijn huidige vergunning een norm voor PFPeA van 10 microgram per liter.
Dan was er nog uw zevende vraag. Volgens VLAREM II (Vlaams reglement betreffende de milieuvergunning) wordt voor deze stof de grenswaarde geacht te zijn overtreden wanneer de gemeten waarde, na verrekening van de meetonzekerheid van 50 procent, hoger is dan de emissiegrenswaarde. Aangezien in 2021 een lozingsnorm van 20 microgram van kracht was, impliceert dit dat gemeten waarden tot 40 microgram niet als een overschrijding kunnen worden beschouwd door de afdeling Handhaving.
Dan kom ik tot vraag acht. Tot op heden bestaat er nog geen gevalideerde onderzoeksmethode voor de bemonstering en analyse van PFAS in rookgasemissies. VITO startte in opdracht van de Vlaamse overheid met de ontwikkeling ervan. Bij Indaver werden hiervoor een reeks testmetingen uitgevoerd. Gelet op het pionierswerk dat wordt uitgevoerd en gelet op het feit dat we nog in de testfase zitten, kunnen de voorlopige resultaten nog niet gedeeld worden.
VITO voerde met de voorlopige testresultaten luchtmodelleringen uit waaruit blijkt dat de hoogste te verwachten luchtconcentraties sterk beneden de tijdelijke gezondheidskundige toetsingswaarde voor PFAS in omgevingslucht liggen.
Naast aanvullende emissiemetingen zal de administratie erop toezien dat, net zoals in de buurt van 3M, naast emissiemetingen ook metingen in de omgeving worden uitgevoerd zodat de luchtkwaliteit goed kan worden gemonitord.
Wat uw negende vraag betreft, heeft de Europese wetgeving dit probleem opgelost door verbranding van gevaarlijke afvalstoffen slechts onder hoge temperaturen toe te laten. De luchtemissies van de omgevingsvergunning van Indaver zijn in die zin gebaseerd op de Europese industriële emissierichtlijn. Deze praktijk is dus verankerd door de Europese industriële emissierichtlijn, de POP-verordening (persistent organic pollutant) en de Best Beschikbare Technieken. Indaver zet hiervoor ook zijn draaitrommelovens in, waarbij PFAS worden afgebroken door een combinatie van drie elementen: hoge temperatuur, lange verblijftijd en sterke turbulentie. De vergunning van Indaver schrijft dan ook voor dat afvalstoffen onder een temperatuur boven de 950 graden moeten worden verbrand. Dus een verbod op verbranding is momenteel niet aan de orde.
Dan zijn we bij uw tiende vraag. Het concrete dossier loopt. Ik kan dus moeilijk al ingaan op allerlei adviesverleningen of wat dan ook, want dan zou ik adviesverleningen gaan beïnvloeden, en we moeten procedurefouten zien te vermijden.
De heer D’Haese heeft het woord.
Minister, ik wil toch op één ding ingaan. Als ik mij niet vergis zijn PFBA, GenX en andere stoffen toch stoffen waar Indaver geen vergunning voor had? En die zijn toch geloosd. Dan is mijn vraag hoe daarmee werd omgegaan. Want u zegt dat u in 2021 een aanmaning hebt gestuurd om ermee te stoppen, en dan is het beter geworden. Maar volgens mij was dat al veel langer dan 2021. Hoe komt het dat er pas dan is ingegrepen? En het is dan wel beter, maar ze hebben er gewoon geen vergunning voor. Op welke manier wordt er dan ingegrepen als dat wordt vastgesteld, in toch geen geringe hoeveelheden?
De vergunning is bij mijn weten verlopen eind vorig jaar, dus men opereert nu zonder vergunning. Wat is dan het kader waarin het bedrijf op dit moment werkt? Het is uw goed recht om geen uitspraak te doen over de nieuwe vergunning, maar die is er natuurlijk nog niet. Dus we zitten in een vacuüm. Hoe kijkt u daarnaar, dat een bedrijf in een vacuüm opereert, na het aflopen van de vorige en voor het afsluiten van de volgende vergunning?
Over de verbranding bij hoge temperaturen heb ik begrepen dat er een discussie is bij Indaver om de verbrandingstemperatuur net te gaan verlagen, om tegemoet te komen aan alles wat met broeikasgassen en stikstof te maken heeft. Maar hoe lager de temperatuur, hoe meer PFAS in de lucht. Hoe hoger de temperatuur, hoe meer stikstof. Klopt het dat het dat is wat er op dit moment aan de gang is? Hoe kijkt u daarnaar, los van de exacte temperaturen en de vergunning zelf?
De deposities gaan we onderzoeken met kruiken rond Indaver, maar de vraag ging eigenlijk over wat er al gemeten is op dit moment op Linkeroever en Zwijndrecht. Met de kruiken die er nu staan meet men die PFBA. Als u zegt dat volgens de modulering van Indaver het onder de norm is, dan neem ik aan dat het in de eerste plaats opnieuw afkomstig is van 3M. Klopt die analyse? Of klopt die niet?
Ten slotte, de PFBA die in vooral het grondwater maar dus ook in de bodem zit, zit vooral met hele hoge concentraties op Linkeroever-Zwijndrecht. Zal die meegenomen worden in de sanering die 3M nu moet uitvoeren en waarvoor een plan moet worden op tafel gelegd in juni en in december 2022?
Mevrouw Schauvliege heeft het woord.
Minister, ik wil me graag bij deze vraagstelling aansluiten. Ook ik heb de vraag in welk kader Indaver op dit moment opereert. Er is beslist om administratieve rust toe te passen. Dat is nog zes maanden wachten met de behandelingstijd van die vergunningsaanvraag, maar wat gebeurt er in afwachting van deze uitspraak met de verstrenging van de normen? En wat als Indaver haar vergunningsaanvraag intrekt? Gaan zij dan in het kader waarbinnen zij vergund waren kunnen verder werken? Of werken zij dan illegaal? Dat is heel concreet mijn vraag.
De heer Schiltz heeft het woord.
Ja, minister, dit is toch wel een zeer ernstig probleem. We hebben ons allemaal in de onderzoekscommissie bijzonder boos gemaakt over de illegale lozingen die het bedrijf 3M heeft uitgevoerd in de Schelde met PFBA. Nu blijkt dat ook Indaver dergelijke lozingen heeft gedaan. We moeten toch heel hard uitkijken wat daarvan de gevolgen zijn. Bijkomend sluit ik me aan bij de vraag van collega D’Haese over de verbrandingstemperatuur. We hebben daarover in de onderzoekscommissie geleerd dat om PFAS efficiënt te verbranden de temperaturen net zeer hoog moeten zijn. Op welke manier gaan we hiermee omgaan in het gekende kader rond broeikasgassen? En als het niet kan: wat dan wel? Ik denk dat het heel duidelijk is dat er rond de sanering van PFAS een stringent of een robuust kader moet komen dat zekerheid biedt. Want wat baat het dat wij bedrijven saneringsplichten opleggen als we niet weten of hen niet kunnen vertellen op welke manier het gesaneerd moet en kan worden?
Ik wilde nog vragen of u contact hebt gehad met Indaver en of zij bereidwillig zijn om samen te werken. Of gaan zij eerder op de rem staan? Kunnen we van hen verwachten dat ze een partner worden in de sanering van PFAS of moeten we hen eerder op het lijstje met de boosdoeners zetten?
Tot slot wat betreft de berging van het residu: ik heb begrepen dat wanneer zij PFAS verbrand hebben het residu geborgen moet worden op een beveiligde stortplaats. Zijn daar alle vergunningen in orde? Hebben uw diensten controles uitgevoerd dat dit residu wel degelijk op een veilige manier wordt geborgen?
Mevrouw Perdaens heeft het woord.
Ik denk dat ik me kan aansluiten bij de collega’s door te stellen dat illegale lozingen van PFAS absoluut uit den boze zijn. We hebben dat in de onderzoekscommissie inderdaad allemaal uitvoerig bekeken. Ik denk ook dat het vergunningenbeleid en de handhaving hierbij hand in hand gaan. Het een is een tool voor het ander. Op dit moment zijn ambtshalve bijstellingen van alle relevante lozingsnormen lopende, rekening houdend met het meest recente kader van de opdrachthouder. Dat is een heel erg goede zaak.
De rest van de relevante vragen richting PFAS werden door de collega’s reeds gesteld. Maar, minister, ik heb nog een vraag over GenX. Ik heb daar eerder een schriftelijke vraag over gesteld. Er werd toen aangegeven, in respons op mijn vraag, dat om deze stof kwantitatief in het effluent te bepalen men terugvalt op het zogenaamde compendium voor de monsterneming, meting en analyse van water (WAC-meetmethode). Op het moment dat ik die vraag stelde en het antwoord binnenkwam, was de parameter nog niet kwantitatief. Men kon dat nog niet meten met de relevante WAC-methode maar die parameter was wel opgenomen in het nieuwe ontwerp dat waarschijnlijk midden 2022 zou worden goedgekeurd. Minister, we naderen midden 2022. Ik neem aan dat hier dus ook een zekere timing voor aangehouden kan worden. Is er een update met betrekking tot dat ontwerp voor de WAC-methode?
Minister Demir heeft het woord.
Dank u, collega’s, voor de bijkomende vragen.
Collega D’Haese, inderdaad, die parameters zaten niet in de vergunning. Het is door de VMM die metingen heeft gedaan dat we dat te weten zijn gekomen. Daarop heeft dan ook de Omgevingsinspectie verschillende initiatieven genomen, zoals ik daarnet heb voorgelezen.
De verbrandingstemperatuur zo zegt men mij – ik ben er geen specialist in – kan niet onder de normen komen die Europa daarvoor oplegt. Ik denk dat het hier specifiek gaat over die draaitrommelovens. Men zegt ons dat je niet lager dan onder de normen die Europa ons voorlegt kunt gaan.
Als zij hun vergunningsaanvraag intrekken dan kunnen ze inderdaad niet verder opereren, mevrouw Schauvliege. Dat was uw vraag. Ze opereren nu op basis van eerder vergunde parameters. Men exploiteert dus nu wel op een legale manier.
Nieuwe parameters gaan we effectief in de nieuwe vergunning moeten opnemen. Dat spreekt voor zich. In de vergunning voor Indaver stond geen norm voor PFBA, zoals ik eerder had gezegd, omdat deze parameter enkel indicatief kon worden bepaald in de WAC-methode 2016, de methodiek voor de monsterneming. Er werden dus destijds ook geen overschrijdingen voor die parameter gemeld aan Handhaving.
De timing voor de nieuwe WAC is in juni 2022. Normaal gezien gaan we die datum verder aanhouden. Voor alle duidelijkheid: Indaver heeft nog een basisvergunning waarop ze nu terugvallen. De inspectie maant hen aan – en er is ook nazicht – om alle stoffen boven de detectielimiet aan te vragen in de nieuwe vergunningsaanvraag. Dat is de logica zelve.
De heer D’Haese heeft het woord.
We blijven toch van de ene verbazing in de andere vallen in het PFAS-dossier. Een stof die in 2016 enkel indicatief kon worden bepaald, is blijkbaar een vrijgeleide om die dan met tonnen tegelijk te lozen in de Schelde. Dat kan toch niet de bedoeling zijn? We moeten toch onwaarschijnlijk voorzichtig zijn met die lozingen van PFAS. Of dat nu bij producent 3M is of bij de plaats waar het afval wordt verwerkt: het komt op beide plaatsen in de lucht terecht, het komt op beide plaatsen in het water terecht. Daar is toch een veel grotere voorzichtigheid nodig. Het is duidelijk dat afvalverwerking, zeker in de chemische clusters in de haven van Antwerpen, ongelooflijk belangrijk is. Maar laat ons toch de zorg voor het leefmilieu en voor de mensen die daar wonen hoog in het vaandel blijven dragen. Ik val toch wel een beetje achterover van een aantal zaken die ik hier vandaag hoor.
De vraag om uitleg is afgehandeld.