Verslag vergadering Commissie voor Brussel en de Vlaamse Rand en Dierenwelzijn
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
Mevrouw Sterckx heeft het woord.
Op woensdag 5 januari 2022 werd door de Duitse politie in de buurt van Aken een Tsjechisch transport met meer dan zestig pups bestemd voor Vlaanderen onderschept. Er werden onder andere onregelmatigheden in verband met de vaccinaties vastgesteld. De dieren zijn opgevangen in verschillende asielen in de regio. In maart 2021 werd eveneens in Duitsland een Hongaars puppytransport met 101 pups onderschept dat onderweg was naar Vlaanderen. Ze waren tussen de 6 en 11 weken oud en hadden eten noch drinken.
Minister, het is duidelijk dat er nog steeds puppytransporten vanuit de Oostbloklanden naar ons land gebeuren die niet voldoen aan onze wetgeving. We lezen steeds vaker in de krant dat deze transporten onderschept worden in Duitsland. Nooit vernemen we echter iets over transporten die in Vlaanderen zelf onderschept worden.
Minister, hoe worden deze transporten in Vlaanderen en in België aangepakt? Hoeveel transporten heeft onze wegpolitie in de periode van 2014 tot heden onderschept? Beschikt u over cijfers?
Zijn er – onder meer naar aanleiding van de onderscheppingen in Duitsland – contacten met de Duitse politie om lessen te trekken uit hun aanpak van de illegale puppytransporten?
Beschikt u reeds over informatie over voor welke handelaars deze puppy’s bestemd waren? Zult u sancties treffen tegen de bedrijven die deze pups uit het buitenland hebben gekocht?
Welke bijkomende initiatieven zult u nemen om deze illegale toestanden met een zeer negatieve impact op het dierenwelzijn aan te pakken?
Minister Weyts heeft het woord.
Deze problematiek is niet nieuw. Ik heb er al vragen over beantwoord.
Jaarlijks worden er in Vlaanderen ongeveer 30.000 honden ingevoerd. Ongeveer 16.000 worden ingevoerd door kwekers-handelaars. Dat is geen apart uniek Vlaams gegeven. Dat is een legale handel die vooral vanuit Oost-Europa naar zowat alle andere landen van de EU bestaat.
Volgens onze bevindingen gebeurt dat transport meestal via de weg.
U haalt drie types van mogelijke overtredingen aan: de problemen met de vaccinaties, de problemen met de leeftijd, en het ontbreken van voeder en water op het moment van de controle.
De vaccinatie die verplicht is, is de rabiësvaccinatie. Deze wordt niet opgelegd vanuit het oogpunt van het dierenwelzijn, eerder vanuit het oogpunt van de volksgezondheid. Dit is een resultaat van de regelgeving die betrekking heeft op de volksgezondheid, bij het Federaal Agentschap voor de veiligheid van de voedselketen (FAVV).
Daaraan gekoppeld is de minimale leeftijd. Een hond kan pas op een bepaalde leeftijd worden gevaccineerd. Dan is er ook een veiligheidsperiode. Daardoor kunnen in de praktijk pups pas worden getransporteerd op de leeftijd van 15 weken. Daardoor zijn ze toch al iets minder fragiel. Onder de 15 weken is het voor de betrokken puppy’s dikwijls nefast omdat ze te kwetsbaar zijn, nog los van het feit dat ze heel vroeg uit het nest worden weggenomen. Als er problemen met de leeftijd worden vastgesteld, is dat niet een overtreding van een transportverordening of zelfs niet rechtstreeks van de dierenwelzijnsregels, maar op grond van de regelgeving met betrekking tot rabiës en dus gelinkt aan de regelgeving inzake volksgezondheid.
Als het daarentegen gaat – en dat is het derde type van overtreding dat u aanhaalt – over voeder en drinken, gaat het wel om dierenwelzijn. We hebben daarvoor regels vastgelegd in de transportverordening. Honden moeten tijdens het vervoer met tussenpozen van niet langer dan 24 uur gevoederd en met tussenpozen van niet langer dan 8 uur gedrenkt worden. Het is dus niet zo volgens die regelgeving dat dieren permanent toegang moeten hebben tot eten en drinken, maar er zijn wettelijk wel tussenpauzes voorzien.
Het toezicht op de intracommunautaire handel van dieren berust bij het FAVV. Daarom hebben mijn diensten data via het FAVV, omdat daar de verantwoordelijkheid ligt. Naar aanleiding van uw vraag heb ik via het FAVV vragen gesteld over dat transport, maar daar was er nog geen officieel bericht ontvangen van de Duitse autoriteiten. De procedure die bij dergelijke vaststellingen wordt gevolgd, is dat het land van oorsprong wordt geïnformeerd over de vastgestelde inbreuken. Het zijn inderdaad de bevoegde autoriteiten van het land van oorsprong die in de eerste plaats kunnen en moeten nagaan of er fouten zijn gebeurd bij de certificering en of er maatregelen kunnen en moeten worden genomen om die te bestraffen en in de toekomst te vermijden.
Tegen de bestemmelingen, ongeacht de EU-lidstaat van bestemming, kan niet echt iets worden ondernomen. Die hebben immers geen overtreding begaan. Het is degene die het transport heeft georganiseerd en daarvoor verantwoordelijk is, die in overtreding is. Je kunt een koper niet verantwoordelijk stellen voor overtredingen begaan door de verkoper.
Alleen in het onwaarschijnlijke geval dat de bestemmeling bijvoorbeeld expliciet naar te jonge pups zou hebben gevraagd, is het een andere zaak, dus als er een uitdrukkelijke intentie is door de koper om de regelgeving te overtreden. In Vlaanderen weet men dat de Inspectiedienst Dierenwelzijn op dat vlak een oogje in het zeil houdt. Dat doen ook de praktijkdierenartsen. Daarom heb ik een meldpunt opgesteld voor praktijkdierenartsen, om melding te maken van zulke overtredingen wanneer ze worden geconfronteerd met een verkoop van jonge dieren.
Zoals ik al aangaf, heb ik over deze onderschepping geen informatie, maar uit eerdere contacten tussen onze diensten en de Duitse autoriteiten is gebleken dat dergelijke vaststellingen soms een toevalstreffer zijn. Een voorbeeld waarover ook hier een vraag werd gesteld, was een vergelijkbare vaststelling door de Duitse politie op aangeven van een wegenwachter.
Ik heb geen informatie over gerichte controles door het FAVV of de politie in Vlaanderen. Dat zit bij het FAVV en de politie. Steekproefsgewijze controles op de officieel erkende plaatsen van bestemming en een goede opvolging van de meldingen van pups bieden hiervoor meer garanties.
Ik weet wel dat een van de grote problemen – dat geldt voor de hele Europese Unie – is dat er geen betrouwbaar systeem is om de leeftijd van een pup onomstotelijk vast te stellen. De tandformule biedt hier enig houvast, maar de tandwisseling gebeurt bij de verschillende rassen op een verschillende leeftijd, en zelfs binnen de rassen zijn er nog verschillen. Daarom ook dat de lidstaten zich enkel kunnen baseren op de attesten die gevoegd zijn bij de pups en die werden opgesteld bij vertrek. De enige plaats waar immers juiste informatie over de exacte geboortedatum kan worden verkregen, is immers bij de fokker.
In een poging om een oplossing te vinden voor dit probleem, heb ik een onderzoeksproject van de faculteit Diergeneeskunde van de UGent ondersteund dat tot doel had om een onweerlegbare link tussen tandformules en leeftijd vast te stellen. Ik verwacht de resultaten midden dit jaar. Ik hoop dat we dan meer houvast hebben om een onbetwistbare formule te kunnen hanteren.
Mede in het kader van deze problematiek – dat is misschien het allerbelangrijkste – zou het goed zijn dat we een verplichte identificatie en registratie van honden op Europees niveau hebben. Dat probeer ik bij herhaling te bepleiten in de Europese Unie. Wie weet dat het Belgische voorzitterschap in 2024 ook op dat vlak een goede aanleiding is.
Mevrouw Sterckx heeft het woord.
Dank u wel, minister, voor uw uitgebreid antwoord. U geeft inderdaad ook aan dat die puppytransporten toch wel een probleem zijn. Ik geef u gelijk dat het FAVV hiervoor verantwoordelijk is, vooral om te kijken of de puppy’s gevaccineerd zijn. Maar er wordt vastgesteld dat er transport is van puppy’s van tussen de 6 en 11 weken, en dat ze zelfs op nog jongere leeftijd naar hier komen. In onze dierenwelzijnswetgeving staat heel duidelijk dat ze pas vanaf ten vroegste 8 weken verkocht mogen worden. Ik weet niet of dat inhoudt – het staat er niet expliciet in – dat dit enkel geldt voor honden die in Vlaanderen of in België gefokt zijn, want dat kunnen we beter controleren. Of geldt het ook voor honden die uit het buitenland komen?
U gaf daarnet aan dat het best is dat ze 15 weken oud zijn voor ze naar hier komen. Dan zijn ze normaal gezien ook met alle vaccinaties in orde, en is er een termijn over gegaan waarin we kunnen kijken of ze volledig gevaccineerd zijn. We kunnen wel achterhalen voor wie die puppytransporten bestemd zijn, en we weten ook dat als die puppy’s van 6 weken bij die handelaars toekomen, ze ook op 6 weken worden verkocht. Ze gaan die echt niet twee weken in quarantaine houden om ze dan te verkopen. We weten dat dat gebeurt. We kunnen die handelaars dan toch wel gaan controleren? Ik zeg niet dat we daar een jaar lang moeten postvatten voor de deur, want er komen daar wekelijks wel van die busjes uit de Oostbloklanden toe. Maar het moet toch mogelijk zijn dat de politie daar steekproefgewijs af en toe controleert? Er zijn organisaties die deze transporten opvolgen, en die wel postvatten in de buurt van die bedrijven en die, als ze weten wanneer die transporten aankomen, zelfs de politie verwittigen. Maar de politie komt dan niet ter plaatse om te controleren. Maar er zijn dus wel mogelijkheden voor Dierenwelzijn om dit korter op te volgen.
Ik weet dat er een werkgroep is bij de wegpolitie waar ook de Belgian Society for Prevention of Cruelty to Animals (BSPCA) mee inzit. Zij zijn er momenteel mee bezig om een procedure uit te werken om die transporten in België te kunnen stoppen, onder andere aan de hand van de leeftijdsbepaling die men ervoor geeft. Wij hebben gehoord dat er een studie is aangevat, in verband met de leeftijdsbepaling, door dokter van den Broeck. Zij had aangegeven dat dit normaal eind 2021 afgerond zou zijn. U geeft nu aan dat het in de loop van 2022 zou zijn. Hoe komt het eigenlijk dat die studie langer duurt dan de professor eerst zelf heeft aangegeven? We moeten echt inzetten op het tegenhouden van die puppytransporten, want ik denk dat daar heel veel mensen van wakker liggen. Het is niet enkel omdat ze hier op jonge leeftijd aankomen, maar ook dikwijls ongezond. Ik zie dat zelf in mijn trimsalon, hoeveel hondjes er moeten geopereerd worden aan slechte knieën. Dat is iets wat je vroeger niet zag. Als je dan vraagt vanwaar die hondjes komen, dan zijn het allemaal hondjes uit de Oostbloklanden. Ik denk dus dat we echt wel strenger moeten gaan toezien, om die transporten ook hier in België te onderscheppen. U zegt dat we de kopers eigenlijk niet kunnen bestraffen, omdat het probleem bij de verkopers ligt. Dan moeten we, als België, toch wel meer contact opnemen met die Oostbloklanden, om daar waar het probleem zit strenger op te treden. U weet welke invoerders het zijn, vanuit Europese landen of vanuit die Oostbloklanden, die hier aankomen met puppytransporten, want ze hebben waarschijnlijk al meerdere overtredingen begaan. Dan is het heel simpel: ze worden geschrapt van onze lijst van degenen die nog mogen invoeren in Vlaanderen. Hopelijk zullen ze zich dan wel herpakken, en eventueel wel correcte transporten naar Vlaanderen doen.
Gaat u dat aanpakken? Gaat u de leveranciers uit de Oostbloklanden die puppy’s naar Vlaanderen brengen die niet voldoen aan onze dierenwelzijnswetgeving, schrappen van onze lijst van invoerders?
Mevrouw Almaci heeft het woord.
Minister, collega’s, dit vraagstuk leeft al sinds 2010, toen werd vastgesteld dat er in Oost-Europa heel veel broodfok voor West-Europa ontstond. Die broodfok is alleen maar toegenomen. Op een bepaald moment zijn er artikels verschenen over ‘de snelweg van de dood’, waarbij puppy’s vanuit het Oostblok naar ons land en Nederland werden vervoerd. Daarover zijn in Nederland ook vragen gesteld. Er is bovendien een wetsvoorstel van Theresa May dat er alleen nog dieren mogen worden verkocht als degene die ze verkoopt, ook degene is die de moeder van de puppy bezit. Op die manier wil men niet alleen de transporten, maar ook gewoon de broodfok an sich, die zeer sterk wordt aangedreven vanuit Oost-Europa, aanpakken. Er is best wel wat commotie rond deze problematiek, en dat is ook logisch. Het gaat echt over tienduizenden dieren die vaak ziek of met zware gebreken online worden aangeboden en de indruk wekken dat ze vanuit een familiale context worden verkocht, dat ze daarin opgegroeid zijn en gesocialiseerd werden. Dat is een zeer hardnekkig probleem.
Het is niet evident om dat aan te pakken, maar ik wilde hier aansluiten omdat ik u twee dingen heb horen zeggen die wel relevant zijn. Als het ten eerste over de Duitse autoriteiten gaat, weten we dat zij, als ze inbreuken vaststellen – en ze zijn sinds 2014, 2015 actiever bezig met de illegale puppytransporten uit het Oostblok – dat eigenlijk aan de gewesten moeten melden. Gebeurt dat systematisch? Wordt er, als de Duitse autoriteiten illegale puppytransporten vaststellen, systematisch contact opgenomen met de Vlaamse Dienst voor Dierenwelzijn?
Ten tweede hebt u terecht verwezen naar Europa. Daarin denkt elk land over deze problematiek na en over hoe het paal en perk kan stellen aan deze mistoestanden. Ik heb al verwezen naar Nederland en Groot-Brittannië. Deze mistoestanden zijn slecht voor het dier in kwestie, voor de moeder van de puppy’s, en uiteraard ook voor het baasje, dat niets anders wil dan een huisdier waarmee men goed en gelukkig kan samenleven. Dat is toch de basisintentie. Hebt u zicht op wat hierrond op Europees niveau beweegt? Is er op de een of andere manier een coördinatie? In 2024 hebben we het Europese voorzitterschap waarbij we verschillende initiatieven kunnen nemen. Bent u bijvoorbeeld pleitbezorger om de online verkoop gewoon te stoppen, want daar zit een heel groot probleem. We weten wel dat er een erkenningsnummer nodig is, maar je ziet op sites zoals 2dehands.be en zelfs op Facebook dat broodfokkers op een heel inventieve manier de regels omzeilen. Op die manier is het dweilen met de kraan open. Zullen wij zelf naar Europa stappen met een heel specifieke vraag? Is bijvoorbeeld het aanpakken van de online verkoop een mogelijkheid? Of denkt u aan een voorstel zoals Theresa May dat in Groot-Brittannië heeft gedaan om geen puppy’s meer aan te bieden zonder dat je zekerheid hebt dat het moederdier bij de verkoper aanwezig is, waardoor je puppytransporten kunt voorkomen en vraagt dat de dieren hier worden gekweekt? Dat gaat dan gepaard met de nodige bewustwording en waarschuwing, ook via het dierenasiel, waarvan ik ook wel weet welke initiatieven zij ten gronde nemen. Zijn dat zaken die u overweegt of mogelijk zou overwegen?
Mevrouw Claes heeft het woord.
We moeten blijven inzetten op de controle en handhaving van die handelaars. De minister zegt het ook: die grenzen stoppen niet aan Vlaanderen of Wallonië of tussen Vlaanderen en Duitsland. De afstemming met de andere gewesten en regio’s is zeker aangewezen.
Ook het luik van de sensibilisering moet belangrijk zijn. Het is een sterk middel tegen die puppytransporten. Als er vraag is naar puppy’s, dan worden die transporten in stand gehouden. Daar moeten we ook zeker op inspelen.
Ik had ook wat cijfers opgezocht. We moeten aan de Vlaming duidelijk maken en hem laten beseffen dat heel wat ingevoerde honden bestemd zijn voor Vlaanderen. Als mijn cijfers juist zijn, ligt dat percentage op 85 tot 90 procent.
99 procent van de honden die afkomstig zijn uit Tsjechië, Slovakije en Hongarije is bestemd voor erkende kweker-handelaars. Honden afkomstig uit Spanje, Roemenië en Ierland zijn voornamelijk straathonden of asielhonden. Ik denk dat we ervoor moeten zorgen dat de Vlaming eerst nadenkt, zorgen dat er geen impulsaankopen gebeuren en dat men zeker ook eens gaat kijken naar de asielen. De minister heeft een goed initiatief genomen met het lanceren van de website www.adopteereendier.be,waarop alles wordt verzameld. Het is goed dat we de boodschap ‘adopt before you shop’ verder mogen verkondigen.
Tot slot, minister, hebt u eventjes gesproken over het Europese niveau. Ik ben alvast blij te horen dat u het debat op het Europese niveau ondersteunt om die registratie en identificatie te uniformiseren in Europa.
Minister Weyts heeft het woord.
De leeftijdsregelgeving met betrekking tot de 8 weken als minimale leeftijd waarop puppies kunnen worden verhandeld, is gebaseerd op dierenwelzijn. Maar de rabiëswetgeving, die gebaseerd is op volksgezondheidregelgeving, stelt dat puppies enkel kunnen worden verhandeld en dus ook kunnen worden getransporteerd binnen de Europese Unie op de leeftijd van 15 weken. Dierenwelzijn inspecteert natuurlijk ook de fokkers en de handelaars. Gelukkig hebben we ervoor kunnen zorgen dat het aantal inspecteurs verdrievoudigd is. We kunnen die inspecties en controles dus opvoeren.
We hebben vandaag de strengste regelgeving in Europa. Ik hoor hier enkele mensen verwijzen naar buitenlandse initiatieven. Wij hebben in Vlaanderen vandaag de strengste regelgeving van de Europese Unie. Het is die regelgeving en het zijn die principes die we willen uitdragen binnen de Europese Unie. Wij zijn ook de enigen die beperkingen opleggen via onze wetgeving ten aanzien van kwekers in het buitenland.
Er zijn nog wat stappen te zetten, maar het is mijn ambitie om in 2024 het thema op de agenda te krijgen. Ikzelf zou daartoe in eerste instantie het voorzitterschap moeten krijgen. Dierenwelzijn zit momenteel in de rayon van Landbouw, wat mijns inziens op zich al een slecht idee is. Daar zit er wat fout. Maar ik ga er alles aan doen om het thema op de agenda te zetten, als ik daar het voorzitterschap van krijg. Ik denk dat dat ook een momentum is om concrete voorstellen te kunnen lanceren. Maar in het kader van deze problematiek begint alles natuurlijk bij een Europees identificatie- en registratiesysteem. Als we dat niet hebben, is alle andere regelgeving eigenlijk de facto zonder voorwerp.
Intussen moeten we – en dat heeft collega Claes terecht aangehaald – natuurlijk de consument sensibiliseren. Daar begint ook alles bij. We hebben er ondertussen door een aanpassing van de regelgeving voor gezorgd dat elke consument contractueel het recht heeft – dat is een opschortende voorwaarde, de nietigheid van het contract kan zelfs worden ingeroepen – om het moederdier te zien. Wanneer een handelaar beweert dat het eigen kweek is, heb je als consument altijd het recht om het moederdier te zien. We moedigen mensen ook expliciet aan om van die mogelijkheid gebruik te maken. We organiseren bovendien permanent campagnes in het kader van adopteereendier.be waarbij we zoveel mogelijk mensen willen toeleiden naar de asielen, en dat werpt wel wat vruchten af. Aanvankelijk hadden we de ambitie om ervoor te zorgen dat er minstens 1000 dieren zouden worden aangeboden voor adoptie via de website adopteereendier.be. We zitten vandaag aan 1500 dieren. Je hebt dus geen enkel excuus meer om eerst naar een handelaar te lopen of naar een dierenwinkel. Kijk eerst wat het aanbod is op adopteereendier.be. Je stelt vast dat er een aanbod is voor elk wat wils. Bijna voor elk hondenras vind je een aanbod op adopteereendier.be.
We hebben ervoor gezorgd dat de meeste asielen connecteren en hun aanbod registreren op die website. Dat is een stap vooruit. We moeten er ook voor zorgen dat we een stimulans geven aan de vraagzijde. Dat zullen we doen met extra campagnes.
Mevrouw Sterckx heeft het woord.
Minister, dank u voor uw antwoord. U zegt dat wij in Vlaanderen de strengste regelgeving hebben in verband met dierenwelzijn. Ik wil dat toch wel betwisten, zeker als ik hoor dat Wallonië de invoer of de verkoop van puppy’s uit het Oostblok wil verbieden of zelfs verbiedt op dit moment. Toen ik u die vraag een tijdje geleden stelde, gaf u aan dat we dat in Vlaanderen nog niet zullen doen omdat we te veel puppy’s uit het buitenland nodig hebben. Maar als we dat wel zouden doen, zouden er in Vlaanderen misschien bonafide fokkers opstaan om ervoor te zorgen dat de puppy’s op een juiste manier gekweekt en verkocht zouden worden in Vlaanderen, op een manier die voldoet aan onze dierenwelzijnswetgeving.
Op de vraag of het dossier of de studie over de leeftijdsbepaling zeker in 2022 zal afgerond zijn, hebt u mij niet echt een antwoord gegeven. Hoe het zit met de werkgroep die werd opgericht bij de wegpolitie? Ik zal u eventueel nog schriftelijk vragen naar de stand van zaken daar. Dat zou ik zeker graag weten. U zegt dat er meer inspecteurs zijn aangeworven. Dat is correct, maar we moeten dan ook daadwerkelijk veel meer controles uitvoeren. Dat is hier het grootste probleem. We hebben een wetgeving, maar er worden achterpoortjes gevonden. Dat kunnen we enkel vermijden met zoveel mogelijk controles en boetes. We zullen straks de verzwaring van de strafmaat goedkeuren in het parlement. Dan moet dat nog door de rechters worden toegepast. We moeten ook de erkenning van die bedrijven, die puppywinkels waar al meermaals fouten zijn vastgesteld intrekken, om zo een duidelijk signaal te geven dat Vlaanderen het niet eens is met de manier waarop op dit ogenblik de handel in puppy’s gebeurt.
Ik hoop dat wij snel, zoals in Duitsland, transporten kunnen onderscheppen. Wat Duitsland kan, vind ik, moet Vlaanderen ook kunnen.
De vraag om uitleg is afgehandeld.