Verslag vergadering Commissie voor Welzijn, Volksgezondheid, Gezin en Armoedebestrijding
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
De heer Vaneeckhout heeft het woord.
Minister, ik heb een vraag over de vaccinatiecentra, en vooral over de vrijwilligers daar. Ik denk dat het eens een andere insteek is. We hebben het er daarnet al over gehad. Ze spelen nog altijd een belangrijke rol, in de boostercampagne die volop loopt, bij de vaccinatie van kinderen, die ook nog loopt. Het is nog een beetje onduidelijk wat de nabije toekomst zal brengen, maar die vaccinatiecentra hebben een gigantisch belangrijke rol gespeeld, met dank aan lokale besturen, aan de samenwerkingsverbanden, aan de eerstelijnszones, maar vooral ook met respect voor de duizenden medewerkers, vooral vrijwilligers, die dag na dag paraat staan om het vaccineren vlot en veilig te laten verlopen.
Wij – ikzelf, maar ook collega’s – hebben hier al vaak de vraag gesteld op welke manier we ervoor kunnen zorgen dat ze dat volhouden, dat hun draagkracht staande blijft in toch uitdagende tijden. Minister, als ik vaccinatiecentravrijwilligers aanspreek of als zij mij aanspreken, ook bij de boosterprik die ik onlangs kreeg, is het opvallende dat ze niet vinden dat het begint te wegen, maar dat het veeleer omgekeerd is. Er is vaak een groot en blijvend enthousiasme over de rol die die mensen daar kunnen spelen. Voor sommigen is het een soort tweede thuis geworden. Het is een netwerk geworden dat een soort vangnet is. Het zijn vriendengroepen waar mensen elkaar oppeppen om opnieuw de volgende golf te trotseren. Het was ook wel voor een stuk een antwoord op een gevoel van isolement dat veel mensen doorheen de lockdowns kregen. Dat is toch voor een stuk gecompenseerd door de rol die die ploegen van vrijwilligers voor elkaar spelen.
Daarnaast is er natuurlijk de financiële kant. Er is een vergoeding die aan het vrijwilligerswerk vasthangt. Die blijkt voor velen ook – dat is vandaag nu eenmaal de realiteit – een belangrijke aanvulling op een vaak laag pensioen, op een vervangingsinkomen, en net dat duwtje in de rug om een aantal zaken wat beter aan te kunnen.
Minister, ik heb dus eigenlijk geprobeerd de logica eens om te draaien, en niet bezorgd te zijn om hoe onze vrijwilligers het volhouden, maar omgekeerd eens te bekijken hoe wij als overheid, als mensen die naar de inzet van die mensen hebben gevraagd, ook goed voor die mensen te blijven zorgen op het moment dat de vaccinatiecampagnes ten einde zouden lopen. Hoe kunnen we ervoor zorgen dat het engagement dat ze aan de dag hebben gelegd, kan worden voortgezet, misschien structureel, op andere plaatsen? Zij zouden namelijk een onbetaalbare rol kunnen spelen in tijden waarin we nood hebben aan iedereen die de zorg voor elkaar een warm hart toedraagt. Het zou zonde zijn om die netwerken uit elkaar te laten vallen.
Vandaar onze vragen. Erkent u dat het vrijwilligerswerk in de vaccinatiecentra voor velen essentieel is geworden als zinvolle dagbesteding en als sociaal netwerk, en vooral dat dat een essentiële rol heeft gespeeld voor ons als Vlaamse overheid? Ik hoop dat het antwoord daarop niet verrassend zal zijn. Bent u het met mij eens dat we die vrijwilligers niet in een zwart gat mogen storten na afloop van deze campagne? Hoe wilt u erover waken dat dit niet gebeurt? Erkent u dat de vergoeding die die vrijwilligers krijgen, voor velen een welgekomen en soms noodzakelijke aanvulling is op hun inkomen? Hoe wilt u er mee voor zorgen dat het vrijwillig engagement, zowel persoonlijk als vanuit nieuwe ontstane groepen, wordt gevaloriseerd en gekanaliseerd richting andere maatschappelijke noden, ter aanvulling van de professionele zorg? Hoe wilt u hierrond samenwerken met de lokale overheden?
Minister Beke heeft het woord.
Collega, dank u wel voor deze vraag. De zeer vele vrijwilligers in de vaccinatiecentra vervullen inderdaad een essentiële taak. Ik wil hen hiervoor nogmaals bedanken. Hun ondersteuning en hun inzet hebben sterk bijgedragen tot het succes, de geloofwaardigheid, het vertrouwen in onze vaccinatiecampagnes. Ze zijn daarmee het gezicht, de ambassadeurs geworden. Ze hebben niet alleen voor een warm onthaal, maar ook voor heel veel zorgzaamheid in onze vaccinatiecentra gezorgd. Niet alleen in de centra hebben vrijwilligers een essentiële rol opgenomen tijdens de pandemie. De beperkingen qua sociaal contact tijdens de crisis waren zwaar om mee om te gaan. Zo bleken heel wat mensen tijdens de pandemie een warm contact te missen. Tijdens de coronapandemie werden initiatieven ontwikkeld, zoals Help de Helpers, maar ook Fred & Frieda, u goed bekend. Via deze weg werden mensen met eenzaamheidsgevoelens en buddy’s met elkaar in contact gebracht. De buddy hielp het sociaal isolement van de ander te doorbreken, bijvoorbeeld door regelmatig een kaartje te sturen, eens te bellen of te chatten of elkaar te ontmoeten. Dat initiatief werd georganiseerd als een aanvulling op het bestaande zorg- en welzijnsaanbod. In het najaar van 2021 werd gezorgd voor een structurele inbedding van die beide initiatieven in www.vrijwilligerswerk.be.
Vrijwillig engagement zal altijd een essentiële schakel blijven in ons zorg- en welzijnsaanbod. Om die reden heb ik hiervoor in lopende projecten steeds oog gehad, en zal ik ook bij toekomstige initiatieven steeds oog hebben, voor de rol die vrijwilligers op zich kunnen nemen.
Waardering voor vrijwilligerswerk wordt op een andere manier gegeven dan voor professioneel werk, zoals u weet. In de vrijwilligerscontext worden het engagement, de inzet en de betrokkenheid van de vrijwilliger geapprecieerd. Het deel uitmaken van een organisatie, het uitvoeren van een zinvolle opdracht, de onderlinge sociale contacten, de uitnodigende en bemoedigende aandacht van collega’s en professionelen zijn allemaal belangrijke elementen hierin.
De vergoeding waarnaar u verwijst, is geen vergoeding voor bewezen diensten, en heeft ook niet de finaliteit van een inkomen, maar is een tegemoetkoming voor onkosten die vrijwilligers maken om hun vrijwilligerswerk te doen. Vrijwilligers nemen zelden een rol als vrijwilliger op zich voor de financiële vergoeding, maar veeleer vanuit een intrinsieke motivatie en burgerzin. Zij wensen een bijdrage te leveren aan de samenleving door een verschil te maken voor hun medeburgers.
Vrijwilligerswerk is, zoals ik al aangaf, een belangrijke schakel in de maatschappij, specifiek ook in het zorglandschap en welzijnsaanbod. Ik heb hiervoor dan ook oog gehad in het kader van de opmaak van mijn eenzaamheidsplan, waar in actie 33 werd geformuleerd: “We consolideren de aandacht voor vrijwillige inzet in zorg en welzijn via vrijwilligerswerk.be.”
We voorzien in de ondersteuning van het Vlaams Steunpunt Vrijwilligerswerk (VSVW), dat onder meer een uitgebreide vacaturedatabank voor vrijwilligers aanbiedt.
De burger kan niet alleen rechtstreeks op hun website, maar ook via andere websites zoals die van lokale besturen en andere organisaties die daaraan gelinkt zijn, op zoek gaan naar een andere dagbesteding als vrijwilliger op het moment dat de vaccinatiecentra sluiten.
Het Vlaams Steunpunt Vrijwilligerswerk onderneemt ook acties in het kader van de Week van de Vrijwilliger, van 27 februari tot en met 6 maart 2022, en van de Internationale Dag voor Vrijwilligers, op 5 december 2022, om het vrijwilligerswerk extra onder de aandacht te brengen.
Ik voorzie daarnaast ook in andere projecten een rol voor vrijwilligers, zoals bijvoorbeeld bij de projecten zorgzame buurten, die we vandaag hebben gelanceerd. Er zijn 114 projecten in steden en gemeenten goedgekeurd waar de vrijwilligers in de toekomst mee hun schouders onder kunnen zetten. Maar ook binnen lokale dienstencentra, de centra algemeen welzijnswerk (CAW’s) en het opbouwwerk wordt er voor vrijwilligers een rol weggelegd.
Een deel van de vrijwilligers in de vaccinatiecentra deed voordien ook al heel wat vrijwilligerswerk, dat vaak onderbroken werd in de voorbije maanden. Anderen werden nu misschien gebeten door het vrijwilligerswerk. Via vrijwilligerswerk.be promoten we verder vrijwilligersvacatures in Zorg en Welzijn, ook na corona. Daarnaast zal het ook belangrijk zijn dat lokaal aandacht wordt besteed aan de match tussen vrijwilligers en voorzieningen of verenigingen. Ik verwijs nogmaals naar de projectoproep en naar de toekenning van 114 projecten voor zorgzame buurten in Vlaanderen. Dat zal daarin een heel belangrijk element zijn. De vrijwilligers kunnen daar in de toekomst mee hun schouders onder zetten.
Heel wat lokale besturen werken nu al met vrijwilligers. Bovendien worden lokale besturen in het decreet betreffende het lokaal sociaal beleid gestimuleerd om initiatieven van vrijwillige en informele zorg te realiseren. Lokale besturen kunnen dat zelf organiseren of lokale actoren en de bevolking ondersteunen en stimuleren om dergelijke initiatieven te organiseren. Daarbij wordt hen ook gevraagd om bewustmakingsacties te organiseren die vrijwillige en informele zorg promoten bij de bevolking, en burgers stimuleren om zelf vrijwillige en informele zorg uit te voeren.
Voor ondersteuning kunnen zij uiteraard rekenen op het Vlaams Steunpunt Vrijwilligerswerk.
De heer Vaneeckhout heeft het woord.
Ik dank u voor uw antwoord, minister. Ik ben alvast heel blij dat u heel grote appreciatie uitdrukt voor de rol die vrijwilligers hebben gespeeld in de vaccinatiecentra en doorheen deze crisis. U hebt dat al verschillende keren in deze commissie gedaan. Dat we die mensen enorm moeten waarderen, is voor ons ook de kern van de boodschap. Ik geloof ook dat mensen in zulke momenten warm gemaakt kunnen worden voor vrijwilligerswerk en dat ze op die momenten inzien hoeveel voldoening het geeft om een maatschappelijk heel relevante rol te spelen zonder dat daar een grote vergoeding tegenover staat. Dat financiële deel is voor sommigen een cruciaal element, maar voor vrijwilligers is dat niet de belangrijkste stimulans om zich te engageren.
Doorheen deze crisis zijn de eerstelijnszones opgestart. Dat brengt me bij een aanvullende vraag. De eerstelijnszones hebben de ambitie om zeer nabij te werken samen met die lokale besturen. Ik geloof in de meerwaarde van een aantal initiatieven op Vlaams niveau, namelijk platformen en het toeleiden van mensen. Dat gebeurt via de digitale weg. Ziet u mogelijkheden om een traject voor te bereiden met de eerstelijnszones en met de lokale besturen om mensen rechtstreeks en op een meer informele manier toe te leiden? Mensen hebben de smaak van vrijwilligerswerk te pakken gekregen in de heel specifieke context van de preventieve gezondheidszorg, een plaats waar er meer dan ooit handen nodig zullen zijn, ook in de komende jaren. Misschien kunnen die mensen daar een heel specifieke rol spelen. Bent u bereid om te onderzoeken of een dergelijk plan van aanpak verder kan worden uitgewerkt om mensen toe te leiden via een informele, rechtstreekse en menselijke weg in plaats van via een heel sterke digitale weg?
De heer Parys heeft het woord.
Ik dank collega Vaneeckhout voor zijn interessante vraag en ook de minister voor het aanbieden van Fred & Frieda, een mooi initiatief dat we allemaal samen hebben genomen. Ik sluit me aan bij wat collega Vaneeckhout heeft gezegd, namelijk dat er een heel groot tekort aan zorgpersoneel is.
Wij zijn er in Vlaanderen in geslaagd om onze warme kant te laten zien door massaal veel vrijwilligers op te trommelen die in de vaccinatiecentra heel goed en heel nuttig werk hebben geleverd. Minister, u hebt een aantal initiatieven aangekondigd, maar de grootste nood die er vandaag is, is dat we in heel veel zorgberoepen onvoldoende mensen vinden om een handje toe te steken. De vraag is hoe u ervoor zult zorgen dat we daar de link maken tussen mensen van wie we vandaag weten dat ze bereid zijn om zich in te zetten en al die zorgprofielen waar we naar op zoek zijn, bijvoorbeeld in de woonzorgcentra. Ik denk bijvoorbeeld aan het platform Help de Helpers, een heel goed initiatief. Op welke manier plant u nog extra acties, minister, om de vrijwilligers die we vandaag kennen, naar andere vrijwillige taken of naar een zorgberoep toe te leiden? Dat lijkt me heel belangrijk.
Sommige mensen die al actief zijn als vrijwilliger in een vaccinatiecentrum, zijn gepensioneerd. We kunnen die niet allemaal inzetten, maar het lijkt me dat er een heel groot potentieel is. De vraag is of u in kaart wilt brengen welk soort vrijwilligers in de vaccinatiecentra aanwezig zijn om nog beter de match te maken met de openstaande vacatures en eventueel zijinstroom in de zorg mogelijk te maken.
De heer De Reuse heeft het woord.
Ik sluit me graag aan bij de vraag van collega Vaneeckhout over de blijvende valorisatie en het blijvend benutten van het grote aanbod van mensen die zich willen inzetten als vrijwilliger. Ze komen hier dikwijls ter sprake als een actieve en onmisbare schakel in het sociale weefsel. We kunnen hen inderdaad niet genoeg waarderen.
De vrijwilligers kun je het best inzetten op het lokale vlak, relatief dicht bij de deur en in de eigen leefomgeving. Daarom is het van groot belang dat er initiatieven zijn om de brug te maken tussen organisaties en mensen die graag als vrijwilliger aan de slag willen. Het zijn een soort datingsites, een plaats waar vraag en aanbod samenkomen en waar de organisaties kenbaar maken wat ze nodig hebben en wat hun aanbod is, en waar de vrijwilliger via enkele gerichte vragen naar hun interesses en vrije momenten enzovoort gekoppeld kan worden aan een organisatie. Er zijn heel wat lokale platformen beschikbaar, bijvoorbeeld Give a Day. Lokaal in Roeselare is er ‘Roeselare vrijwilligt’. Maar de minister verwees ernaar: er is ook weer meer vrijwilligerswerk van de overheid. Er is het platform Help de Helpers.
Het is natuurlijk goed dat er veel toegang naar vrijwilligerswerk is, maar de vraag, minister, is hoe u die verschillende initiatieven die naast elkaar bestaan, evalueert en welke plannen u in dat verband hebt.
Ik sluit me ook graag aan bij de vraag van collega Vaneeckhout over de persoonlijke benadering van vrijwilligers die nu actief zijn in de vaccinatiecentra, maar die we nadien warm kunnen maken om zich verder in te zetten als vrijwilliger voor de maatschappij.
Mevrouw Saeys heeft het woord.
Het is een heel goede zaak. Ik heb het zelf de leuke, toffe sfeer in de vaccinatiecentra mogen ondervinden, de positiviteit die er heerst en de banden die er worden gesmeed. Zeker in het begin, toen verschillende sectoren dicht waren, sprongen heel veel mensen uit bijvoorbeeld de evenementensector bij. Verder waren er de gepensioneerden. Het gaat om verschillende profielen. Er is daar een belangrijk kapitaal van mensen die zich willen engageren en op een onbaatzuchtige manier hun steentje willen bijdragen. Het zou heel jammer zijn mochten we die mensen zomaar wegsturen.
Er zijn twee opties. Ofwel probeer je die mensen te sturen naar het algemene vrijwilligerswerk in verschillende sectoren. Ofwel kun je die mensen toeleiden naar een job in de zorg, en daar zit toch wat potentieel. We hebben het gehad over de knelpuntberoepen, namelijk verpleegkundigen en verzorgenden. We zoeken ook meer logistieke medewerkers in bijvoorbeeld de woonzorgcentra. Het zou een goede zaak zijn mochten we de vrijwilligers daarover informeren en ervoor zorgen dat ze on the job een opleiding kunnen krijgen om eventueel daar een toekomst op te bouwen.
Mevrouw Schryvers heeft het woord.
Vooreerst druk ik ook mijn appreciatie uit voor de vele vrijwilligers in de vaccinatiecentra en ook ver daarbuiten, in de volledige zorgsector en in het gemeenschapsleven.
Wat betreft de vaccinatiecentra en de pool van vrijwilligers die daar al meer dan een jaar actief zijn, gaat het vaak over mensen die er van bij de start bij waren en die nu nog actief zijn. Het gaat voor een deel om mensen die binnen de zorgsector werken en zich bijkomend inzetten in de vaccinatiecentra. Dat vraagt een andere benadering dan mensen die gepensioneerd zijn bijvoorbeeld en in dat kader meer tijd hebben om vrijwilligerswerk te doen. Het is van belang om die mensen op een goede manier vast te houden. Ze hebben hun engagement getoond en we moeten dat op een goede manier proberen vast te houden en in te vullen.
De vraag is hoe we hen kunnen toeleiden enerzijds naar een reguliere job, zoals collega Saeys zegt, in bijvoorbeeld de zorgsector door de opleidingen kenbaar te maken, maar anderzijds ook naar ander vrijwilligerswerk. Ik sluit aan bij wat collega De Reuse zegt: in heel wat gemeenten zijn momenteel vrijwilligerspunten actief waar je een match krijgt – bijna net zoals bij VDAB – tussen vraag en aanbod in het kader van vrijwilligerswerk.
Als je je als gepensioneerde wilt engageren als vrijwilliger, zijn er veel verschillende mogelijkheden. Het is van belang dat je een goede keuze maakt. Daar kan een uitwisseling van ervaringen heel veel doen. We kunnen daar nog sterk op inzetten, omdat mensen op voorhand niet altijd een goed zicht hebben op wat ze allemaal kunnen doen als vrijwilliger en wat dat allemaal inhoudt. Als je je wilt engageren en het loopt niet goed als vrijwilliger, is dat een grote gemiste kans. Net zoals VDAB moeten we zorgen voor een goede matching, want er is zoveel nood en er zijn zoveel mensen die zich willen engageren.
Minister Beke heeft het woord.
Collega’s, ik heb het ook in mijn eerste antwoord gezegd: we hebben het platform Help de Helpers en Fred & Frieda geïntegreerd in vrijwilligerswerk.be. We hebben dat gedaan om al die vormen van vrijwilligerswerk te stroomlijnen en ervoor te zorgen dat ze duurzaam worden verankerd na de acute noden in de zorg, waarvoor een speciaal appel werd gedaan en waarin mensen speciaal getriggerd werden.
Lokaal is het vaak eenvoudiger om mensen te matchen door hen persoonlijk aan te spreken. Daarom kunnen lokale platformen voor burenhulp en dergelijke zeker een meerwaarde zijn. Verschillende projecten van de zorgzame buurten die we hebben goedgekeurd, hebben in hun aanvraag vaak zo’n app als een deel van hun project naar voren gebracht. We kunnen het idee dat voortkomt uit deze discussie, wel eens nagaan via vrijwilligerswerk.be. Ik wil dat zeker mee opnemen.
Als je kijkt naar het vrijwilligerswerk in de vaccinatiecentra, dan zijn er daar verschillende profielen. Er zijn mensen die daar actief zijn als professional naast hun taak als verpleegkundige, apotheker of arts en mensen die als gepensioneerde actief zijn, bijvoorbeeld gepensioneerde artsen of apothekers. Dan heb je ook nog die andere categorie. We moeten goed weten dat een aantal mensen dat hebben opgenomen als een bijkomend engagement, maar hun reguliere professionele engagement niet hebben laten staan. Dat is iets anders dan de categorie van, heel waardevolle, vrijwilligers.
Ik kan me inbeelden dat er ook vrijwilligers zijn die nu dankzij dat vaccinatiecentrum het gevoel hebben dat dat eigenlijk wel iets is voor hen. Wel, die kunnen zich inschrijven voor #kiesvoordezorg om een betaalde opleiding te volgen tot zorgkundige of verpleegkundige. U weet dat wij een actieplan zijinstroom hebben gemaakt. Zij kunnen daar dus ook toe opgeroepen worden, en ik zou graag hebben dat daar ook veel uit voortkomt, want u weet dat we daar met heel wat tekorten zitten, en dat we daar op die manier ook voor een stukje op willen anticiperen.
Er is ook een evaluatie van die eerstelijnszones voorzien. Daar kunnen we bekijken of de eerstelijnszones daar ook een rol kunnen in opnemen. Maar ook lokale besturen zullen natuurlijk een belangrijke partner in heel dat verhaal zijn. En nog eens, ik heb daarstraks gesproken over de zorgzame buurten. Dat gaat niet alleen over 114 projecten, dat gaat ook over 2 andere zaken. Ten eerste bekijken we welke lessen we hebben geleerd. Wat kunnen we daarvan onthouden, welke lessen kunnen we daaruit trekken om een aantal zaken te verbeteren, om de brug tussen formele en informele zorg te versterken? Die vaccinatiecentra zijn daar wat dat betreft mooie projecten rond geweest. Maar dat is nu inderdaad helemaal stilgevallen.
Een andere zaak is dat ik ook aan mijn eigen administraties de opdracht heb gegeven om te kijken of er regelgeving is die de zaken eerder bemoeilijkt dan vergemakkelijkt. Dan kunnen we bekijken of we onze eigen interne regels kunnen aanpassen.
De heer Vaneeckhout heeft het woord.
Bedankt voor het aanvullend antwoord. Ik wil nog kort afsluiten. We hebben samen een enorm kapitaal gevonden, van mensen die ofwel al eerder als vrijwilliger functioneerden of die nu de smaak te pakken hebben gekregen. Dat is een enorm kapitaal dat we inderdaad misschien ten dele professioneel kunnen toeleiden naar een job in de zorg. Ik denk dat dat kansen zijn die we niet mogen laten liggen.
Maar ten tweede zijn dat ook heel veel vrijwilligers die een enorm cruciale rol kunnen spelen op een moment dat we overal handen tekortkomen. En dan is mijn laatste pleidooi om toch echt de persoonlijke toer op te gaan, en dat misschien met minister Somers ook te bekijken met de coördinatoren van de vaccinatiecentra zelf. Zo kan men ter plaatste, terwijl de centra nog bezig zijn, daar ook een traject opstarten rond het verder toeleiden van die mensen. We moeten dus niet wachten tot die vaccinatiecentra gesloten zijn om ze dan toe te leiden naar ons vrijwilligerswerkplatform op Vlaams of op lokaal niveau. We moeten echt bekijken wat een traject op maat kan zijn, geïnitieerd door de coördinatoren van de vaccinatiecentra.
De vraag om uitleg is afgehandeld.