Verslag vergadering Commissie voor Economie, Werk, Sociale Economie, Wetenschap en Innovatie
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
Mevrouw Moors heeft het woord.
Ik heb het er hier al meer over gehad. Limburg is in de running om het uniek wetenschappelijk miljardenproject van de Einsteintelescoop (ET) binnen te halen. De provincie hoopt samen met Nederland en Duitsland de Einsteintelescoop te bouwen. Dat is een onderzoeksinstituut met wereldfaam, dat zwaartekrachtsgolven in het heelal kan bestuderen en ons mogelijk meer inzicht kan geven in de oerknal. Het binnenhalen van zo een prestigieus project zou betekenen dat Limburg zich definitief kan profileren als kennisregio.
Met de aanstelling van een coördinator voor de Einsteintelescoop, wordt het belang van het project voor Limburg en bij uitstek voor Vlaanderen nogmaals bevestigd. Het takenpakket van de coördinator bestaat erin de kandidatuur in zijn geheel te versterken, en ook inzicht te krijgen in de technische, financiële en juridische details van het project. Concreet heeft hij de opdracht gekregen om de opbrengsten en de kosten in kaart te brengen, om daarna een projectvoorstel te maken voor structurele Vlaamse steun.
Maar ook uit uw antwoord op mijn eerder aan u gestelde schriftelijke vraag bleek dat er nog een aantal zaken dienen te worden uitgeklaard. Er dient onder andere nog een geologische analyse van de bodem te worden uitgevoerd, waaruit moet blijken of de ondergrond van de bodem van de regio voldoet. Ook het uiteindelijke standpunt van Vlaanderen om al dan niet medegastheer te zijn voor de Einsteintelescoop moet nog worden uitgeklaard. Tot slot is er nog onduidelijkheid of Duitsland zich al dan niet zal aansluiten in het drielandenconsortium.
Dat brengt mij tot de volgende vragen. Zijn er deadlines opgelegd aan de Einsteintelescoopcoördinator voor zijn takenpakket? Zo ja, dewelke? Wanneer zal de geologische analyse van de bodem worden uitgevoerd? Is het uiteindelijke standpunt van Vlaanderen om al of niet mede gastheer te zijn voor de Einsteintelescoop al geformuleerd? Is er tot op heden al meer duidelijkheid over het al dan niet aansluiten van Duitsland bij het consortium?
– Robrecht Bothuyne treedt als voorzitter op.
Minister Crevits heeft het woord.
Ik heb al veel vragen beantwoord over de Einsteintelescoop en dat toont dat het de zielen beroert. We zijn nu bezig de pro’s en de contra’s te onderzoeken en wetenschappelijk te onderbouwen. Dat is de reden waarom we via het Fonds Wetenschappelijk Onderzoek Vlaanderen (FWO) de Einsteintelescoopprojectmanager aanwerven met als specifieke taak hieraan te werken. De scope is 2022-2023. Dan wordt er gewerkt aan het uitschrijven van het bidbook, en wij zullen hierop een voorstel met onze buurlanden moeten uitwerken tegen 2023-2024. De échte deadline is dus het moment dat de onderhandelingen hiervoor starten. De ET-projectmanager wordt dan ook voor drie jaar benoemd.
Op dit moment is er een breed zoekgebied afgebakend, waarbinnen de specifieke locatie wordt bepaald. Dat zal gebeuren op basis van verschillende parameters zoals de geologische ondergrond, de resultaten van een aantal testboringen enzovoort. De finale locatie en configuratie is op dit moment dus nog niet bepaald. Daarvoor is het nog te vroeg. Dat zijn dus allemaal zaken die de projectmanager in kaart zal brengen. Maar het zijn dus geen vragen die heel snel beantwoord kunnen worden.
Voor uw derde en uw vierde vraag, collega, vrees ik dat het nog wat te vroeg is voor een antwoord. Maar we zitten niet stil. We zullen met de projectmanager een specifiek profiel aantrekken om dit goed voor te bereiden voor Vlaanderen. Ik onderhoud uiteraard goede contacten met onze buurlanden. In een bilateraal overleg in november vorig jaar met mijn collega Pinkwart uit Noordrijn-Westfalen, heb ik geïnformeerd naar het Duits standpunt ter zake en afspraken gemaakt om dit voorts in bilaterale contacten te bespreken, onder andere door onze beide administraties.
Collega, u stelt de vragen en ik probeer de aandacht voor dit dossier optimaal te benutten om ons deskundig voor te bereiden op de onderhandelingen die binnen een paar jaar tot volle wasdom zullen komen.
Mevrouw Moors heeft het woord.
Ik heb een concrete vraag. Ik hoor dat het project uw bijzondere aandacht heeft, maar niet alleen uw kabinet is bevoegd. Er is naast het economische aspect ook de weerslag op ruimtelijke ordening, op leefmilieu en noem maar op. Bent u al in overleg met uw collega’s binnen de Vlaamse Regering en ook op het federale niveau?
Een andere vraag is de verdeelsleutel met Duitsland. Ik begrijp uit uw antwoord dat het nog te vroeg is om daar uitsluitsel over te geven. Maar een bijkomende vraag is hoever het staat met het overleg hierover met uw collega’s binnen de Vlaamse Regering?
Minister Crevits heeft het woord.
Wat het Vlaamse niveau betreft, collega Moors, is de nota voor de aanwerving van een projectmanager voor de vakantie op de Vlaamse Regering gebracht. Het is besproken en de regering heeft haar akkoord verleend om de projectmanager aan te werven. Ook de link met het kabinet Omgeving van collega Demir is toen gelegd. Op dit ogenblik zitten wij dus op dat niveau. Federaal heb ik nog geen concreet overleg gehad. Maar ik denk dat het van belang is dat wij het dossier eerst technisch zeer goed voorbereiden. Zo kan onze projectmanager dan alle nodige linken leggen. Budgettair is dit een zeer omvangrijk project maar de return die je daaruit op het eerste gezicht kunt halen is eveneens enorm. Daarom ben ik vanuit mijn bevoegdheden heel erg geïnteresseerd in dit project.
Mevrouw Moors heeft het woord.
Minister, wij zijn het erover eens dat dit een heel mooi project is. Ik ben mij zeer bewust van de grote financiële inspanningen die het vergt. Maar zoals u terecht zegt, zal de return zeker in dezelfde verhouding zijn. Dat is belangrijk voor Limburg en voor Vlaanderen. Een sterk engagement van de Vlaamse overheid kan de kansen vergroten dat het project in de regio van het drielandenpunt, België-Nederland-Duitsland, wordt gerealiseerd. Wij zijn allen overtuigd van de grote meerwaarde voor Limburg en Vlaanderen.
De vraag om uitleg is afgehandeld.