Verslag vergadering Commissie voor Welzijn, Volksgezondheid, Gezin en Armoedebestrijding
Vraag om uitleg over de nieuwe screening voor het zorgbudget
Vraag om uitleg over de resultaten van het onderzoek over de BelRAI-screener
Vraag om uitleg over de niet-toegekende zorgbudgetten op basis van de BelRAI-screener
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werden deze vragen om uitleg via videoconferentie behandeld.
De heer Parys heeft het woord.
Minister, op 20 oktober hadden we in de plenaire vergadering een debat over het lagere aantal mensen dat een zorgbudget voor zwaar zorgbehoevenden toegewezen kreeg na de inschaling met de nieuwe BelRAI-screener. Er werd eerst verwacht dat 15 procent minder mensen in aanmerking zouden komen, vergeleken met het vroegere inschalingsinstrument. Binnen de BelRAI-screener zouden nu 27 procent minder toekenningen gebeuren, wat de vraag deed rijzen of mensen vroeger te veel kregen en er dus te veel toekenningen werden gedaan onder het oude systeem, of dat er nu in het nieuwe systeem te weinig een toewijzing krijgen volgens de BelRAI-inschaling.
In uw antwoord ging u ervan uit dat het systeem geëvalueerd moest worden. Er werd terecht gesteld dat jaren onderzoek en arbeid aan dit instrument zijn voorafgegaan. Professor Declercq heeft dat uitgewerkt, maar het is natuurlijk ook een internationaal instrument. Er zou een evaluatie en een bijsturing komen, als dat nodig zou blijken. De nieuwe screening stopzetten, zou niet gebeuren, zei u op 20 oktober.
Maar na de kerst lazen we dat u het nieuwe inschalingssysteem wel degelijk on hold hebt gezet en dat het oude systeem weer wordt opgenomen, tot er gekeken is wat er eventueel knelt in het nieuwe systeem. Het is uiteraard nooit de bedoeling geweest om strenger te zijn, maar de nieuwe regels blijven wel gelden voor wie niet werd meegenomen tijdens de eerste inschalingen in de zomer.
Ik heb daarover de volgende vragen. Op basis van welke gegevens besloot u om de nieuwe screening toch op te schorten, terwijl u in oktober in het parlement net het omgekeerde hebt gezegd? Wanneer is het onderzoek van professor Anja Declercq afgerond? Zijn er tussentijdse resultaten bekend, die u met ons kunt delen? Zult u retroactief toekennen, als blijkt dat er fouten uit de evaluatie naar voren komen? En waarom communiceert u over de schorsing twee maanden nadat het probleem uitbrak, terwijl eerder stellig werd gezegd dat het systeem niet tijdelijk zou worden stopgezet?
Mevrouw Vandecasteele heeft het woord.
Minister, op 1 juni 2021 heeft de Vlaamse overheid een nieuwe manier ingevoerd om te bepalen of iemand al dan niet recht heeft op een zorgbudget. Dat heet de BelRAI- screener. Die nieuwe screening zou, zoals de vorige spreker zei, niet strenger moeten zijn, maar zou wel een betere inschatting moeten maken van de zorgnood. Er kwamen echter al snel onrustwekkende signalen vanuit het werkveld. Men schatte in dat minder zorgbehoevenden recht zouden hebben op een zorgbudget via de nieuwe screener.
Dat blijkt effectief het geval. Het blijkt zelfs nog erger te zijn. Men dacht eerst dat het 15 procent minder mensen zouden zijn die recht zouden hebben op het zorgbudget, maar vandaag blijkt dat maar liefst meer dan een op de vier, of 27 procent, van de mensen die vroeger een zorgbudget kregen van 130 euro per maand, bovendien zwaar zorgbehoevende mensen, sinds de zomer plots geen aanspraak meer maken op dat zorgbudget.
Ik kan u vertellen dat dat voor die mensen een enorm verschil maakt, minister. U weet, hoop ik, dat mensen met een zorgnood, mensen met een beperking, mensen die extra zorgen nodig hebben, het gemiddeld genomen ook niet gemakkelijk hebben op financieel vlak. Bijvoorbeeld het risico op armoede of een laag inkomen is veel groter bij mensen die chronisch ziek zijn of een beperking hebben. En dus betekent dat extra budget voor die mensen wel veel. Voor iemand die een zeer hoog loon heeft, zal 130 euro niet erg hoog lijken, maar voor deze mensen, zeer zwaar zorgbehoevende mensen, is dat een serieus verschil dat elke maand kan worden gemaakt.
Zij hebben dus gemerkt dat dat zorgbudget plots geschrapt werd. U hebt dan inderdaad, nadat u eerder verkondigd had dat u niets zou veranderen aan de nieuwe screener, in december gezegd dat u hem toch opnieuw in de koelkast zou stoppen, om te bekijken of er effectief iets schort aan de nieuwe screener en of het zo is dat mensen die toch recht hebben op een zorgbudget, of die hogere kosten hebben door hun beperking of een chronische ziekte, toch zo'n zorgbudget zouden mogen krijgen.
Het probleem is een beetje, minister, dat ik niet begrijp dat die drieduizend mensen wier zorgbudget reeds geschrapt werd via het nieuwe screeningsinstrument, gewoon hun zorgbudget blijvend geschrapt zien, ook al zegt u dat u verder wilt onderzoeken of die BelRAI-screener wel effectief goed is en er niets aan schort.
Want voor de andere mensen die een nieuwe aanvraag doen, kan dat op de oude manier, maar het is zeer onlogisch dat er niet met terugwerkende kracht wordt gewerkt. Zo’n drieduizend mensen vallen plots zonder zorgbudget, en ze krijgen het niet weer, terwijl u zelf toegeeft, minister, dat u verder wilt onderzoeken of de BelRAI wel goed screent en juist zegt wie wel en wie geen zorgbudget moet hebben. Het strafste vind ik dat die mensen die een klacht willen indienen omdat hun zorgbudget werd afgepakt, moeten betalen om in beroep te kunnen gaan. Dat is een beslissing van uw regering. Vroeger kon men kosteloos in beroep gaan. Sinds vorig jaar moeten de mensen 75 euro dossierkosten betalen. Dat is toch straf! Er heerst onduidelijkheid rond het screeningsinstrument dat ze ondergaan hebben. Ze verliezen hun zorgbudget en als ze daarmee niet akkoord gaan, moeten ze geld op de tafel leggen.
Minister, ik vind dat geen teken van een warm Vlaanderen of een warm beleid. Het is een beleid dat ik echt niet kan begrijpen, zeker niet omdat de energie- en andere prijzen de hoogte in schieten. Zwaar zorgbehoevenden zijn vaak thuis, worden thuis verzorgd en ze verliezen het zorgbudget terwijl we niet zeker zijn van de BelRAI-screener.
Minister, bij de invoering van de BelRAI-screener werd geschat dat 15 procent geen recht meer zou hebben op een budget en dat er tegelijkertijd een instroom van 11 procent zou plaatsvinden. Hoe komt het dat de uitval hoger is dan verwacht? Hoeveel bedraagt de nieuwe instroom sinds de invoering van de BelRAI-screener?
Mijn belangrijkste vraag: welke maatregelen zult u vandaag nemen voor de drieduizend mensen die het nu sinds de zomer zonder zorgbudget moeten stellen? Wat gaat u daarvoor doen? Gaan ze toch nog met terugwerkende kracht een zorgbudget krijgen tot er een duidelijke evaluatie komt van het nieuwe screeningsinstrument BelRAI?
Hoeveel mensen gingen reeds in beroep tegen de beslissing? Zullen zij 75 euro dossierkosten moeten betalen voor hun beroep?
De heer De Reuse heeft het woord.
Mensen die nauwelijks of niet meer in staat zijn om voor zichzelf te zorgen, kunnen een beroep doen op een zorgbudget van 130 euro per maand. Sinds 1 juni 2021 wordt het nieuwe inschalingsinstrument, de BelRAI-screener, gebruikt om deze zorgnood te bepalen. De diensten gezinszorg signaleerden een aantal maanden geleden echter dat 30 procent van de mensen die vroeger een zorgbudget kregen, dit nu zien wegvallen. Over deze problematiek stelde ik tegelijk met anderen dan ook al een actuele vraag op 20 oktober 2021. Nu geeft u aan een onderzoek hierrond te voeren om in kaart te brengen hoeveel mensen nu precies uit de boot vallen.
Het onderzoek werd eind vorig jaar afgerond. Hieruit blijkt inderdaad dat er in de realiteit anders en strenger gescoord wordt dan verwacht op basis van voorgaand onderzoek, een studie van 2015. Zo zou 27 procent van de mensen die volgens de oude regels als ‘zwaar zorgbehoevend’ gezien werden, dit nu niet meer zijn. Oorspronkelijk werd er verwacht dat 15 procent mensen zouden afvallen die in het verleden ten onrechte een zorgbudget kregen en was er voorzien dat door de nieuwe regels 11 procent mensen meer aanspraak zouden maken op een zorgbudget. Deze cijfers komen allesbehalve overeen met de realiteit. U gaf aan dat er meer cijfers nodig zijn over een langere periode om te kunnen vaststellen of de daling een tijdelijk fenomeen is, dan wel of zorgbehoevenden onterecht uit de boot vallen.
In afwachting van verder onderzoek besloot u dat de nieuwe screening de koelkast in gaat. We zijn tevreden dat u ingaat op onze vraag. Voor mensen die hun zorgbudget willen verlengen, zullen de oude regels opnieuw gelden, maar voor mensen die al aan bod kwamen of wie voor het eerst een aanvraag doet, zullen de nieuwe regels gelden. De drieduizend mensen die hun zorgbudget zagen wegvallen, zitten dus nog steeds zonder zorgbudget en perspectief.
Ik heb hierover dan ook de volgende vragen.
Wordt er een nieuw onderzoek opgezet om extra cijfers te verzamelen? Over welke periode zullen er dan cijfers verzameld moeten worden? Met andere woorden, wat verstaat u onder ‘een langere periode’?
Hoe komt het dat er ineens wordt beslist dat er cijfers nodig zijn over een langere termijn terwijl men reeds voordien wist dat het huidig onderzoek enkel cijfers van de afgelopen maanden kon gebruiken?
Waarom zullen de oude regels niet opnieuw voor iedereen gelden? Hoe zal het risico op verder onrecht dan vermeden worden?
Kunt u verklaren hoe het komt dat er momenteel geen oplossing wordt gezocht voor de drieduizend zwaar zorgbehoevenden die geen zorgbudget meer hebben? Bent u op de hoogte van de zware gevolgen die dat meebrengt voor deze personen? Hoe zullen zij het hoofd boven water moeten houden? Hoe gaat u hier aan een oplossing werken?
Tot slot: voor hoelang zal de nieuwe screening in de koelkast gaan?
De heer Anaf heeft het woord.
Collega’s, goedemiddag. Ik kan heel mijn vraag nog eens herhalen, maar dat ga ik niet doen. De collega’s hebben het al goed geschetst, denk ik. Waar het op neerkomt, is dat de uitgangspunten van de BelRAI-screener goed waren. Ik denk dat we het daar allemaal over eens zijn. Maar van in het begin, en zeker nadat het een aantal maanden werd toegepast, kwamen er signalen dat er toch wel wat problemen waren. Er waren veel meer afscoringen. Er waren veel meer mensen die niet meer in aanmerking kwamen, of die bij een eerste inschaling niet in aanmerking kwamen voor een zorgbudget, dan we op voorhand hadden verwacht.
Daarom hebben we met een aantal mensen, en gestaafd met cijfers vanuit het terrein, aan de alarmbel getrokken. Dat gebeurde al eind oktober. Toen werd gezegd dat professor Declercq dat ging onderzoeken, en dat men er daarna op zou terugkomen. U herinnert zich nog wel dat wij op dat moment ook, bij hoogdringendheid, een voorstel van resolutie hebben ingediend. Dat was met de vraag om het, zolang dat onderzoek liep, tijdelijk ‘on hold’ te zetten, en ervoor te zorgen dat men even zou teruggaan naar het oude systeem, waarvan we weten dat het wel werkte. Het kan natuurlijk verbeterd worden, maar het is tenminste een systeem dat altijd goed gewerkt heeft. Laat ons dus daar even naar teruggrijpen, want anders gaan er in de hele periode dat dit blijft duren, nog te veel afscoringen zijn en nog mensen die onterecht hun zorgbudget verliezen. De hoogdringendheid is toen weggestemd. Eind december hebben we het voorstel van resolutie nog eens gebracht, en toen werd weer gezegd: we gaan dat niet doen, we moeten eerst die evaluatie afwachten.
Op 27 december, tijdens de kerstvakantie, kregen we ineens toch het bericht dat het systeem tijdelijk in de koelkast wordt gestopt. Dat is twee maanden nadat we die vraag hadden gesteld, en twee maanden nadat extra mensen onterecht hun zorgbudget verloren hadden. Dat zijn dus twee verloren maanden. Je zou dan kunnen zeggen: oké, dat is heel vervelend voor al die mensen, maar het is op zich geen probleem als je die mensen tenminste nog de kans geeft om een nieuwe inschaling te krijgen. Ik vind de boodschap die ik gelezen heb, heel vreemd, minister, maar ik hoop dat u dat zo meteen tegenspreekt. Dit is een systeem dat door de Vlaamse overheid is ingevoerd, en we stonden er allemaal achter dat het ingevoerd ging worden. Maar we zitten duidelijk in de feiten met problemen, waardoor mensen onterecht geen zorgbudget krijgen, en dan zouden die mensen in beroep moeten gaan, en daarvoor ook een dossierkost moeten betalen. Dat vind ik echt heel vreemd. Er zijn in de Vlaamse sociale bescherming al extra drempels ingevoerd. Naast het betalen van het lidgeld en voldoende Vlaams zijn – ook nieuw van deze legislatuur – is er nu een derde uitsluitingsgrond, namelijk hopen dat de Vlaamse overheid op een goede manier haar werk doet en bij de les is om de zorgbehoevendheid correct te bepalen. Dat vind ik heel raar. Ik hoop dus dat u dat kunt tegenspreken, en dat het een verkeerde communicatie geweest is.
Ik heb een aantal vragen.
Welk bijkomend onderzoek is er door u gevraagd boven op het eerdere onderzoek van LUCAS en de cijfers vanuit de Vlaamse sociale bescherming (VSB) over het veel hogere aantal afscoringen na gebruik van de BelRAI-screener? Tegen wanneer worden de resultaten van dit onderzoek verwacht?
Hoeveel personen doorliepen ondertussen de BelRAI-screener? Welk aandeel daarvan zijn personen die al recht hadden op het zorgbudget, en hoeveel personen hadden nog geen recht op het zorgbudget?
Hoeveel beroepen zijn er ondertussen ingediend tegen een ongunstig ervaren uitkomst na het doorlopen van de BelRAI-screener?
Waarom volhardt u, ondanks het beduidend hoger aantal afscoringen door de BelRAI-screener, in het weigeren van een herbeoordeling van wie het zorgbudget niet toegewezen kreeg, of een stilzwijgende verlenging van wie het zorgbudget na de BelRAI-screener verloor?
Zijn de getroffenen ondertussen gecontacteerd door de Vlaamse overheid met de mededeling dat er mogelijk iets fout ging bij hun zorgzwaarte-inschaling? Welk perspectief wordt die mensen geboden?
Minister Beke heeft het woord.
Uit de eerste cijfers van het agentschap Zorg en Gezondheid over de periode juni-augustus ’21 blijkt dat sinds de introductie van de BelRAI-screener minder zorgbehoevenden recht krijgen op het zorgbudget dan verwacht.
Ik heb als gevolg van deze vaststelling professor Declercq om bijkomend onderzoek gevraagd. Dat heb ik ook tijdens de plenaire vergadering, toen we daarover hebben gesproken, meegedeeld. Uit de resultaten van dit bijkomend onderzoek blijkt dat minder mensen in aanmerking komen voor het zorgbudget zwaar zorgbehoevenden op basis van het criterium ‘minimum score 6 op de som van activiteiten van het dagelijks leven (adl) en instrumentele activiteiten van het dagelijks leven (iadl)’. Op basis van deze vaststelling heb ik besloten om de herinschalingen voor de verlenging van de toekenning van het zorgbudget tijdelijk op te schorten.
De oude regels gelden voor niemand. Het bericht dat in de media is verschenen, is helaas niet helemaal correct, waardoor er op het terrein verwarring is ontstaan.
Nieuwe aanvragen worden wel degelijk nog altijd behandeld op basis van de BelRAI-screener en op basis van de huidige afkappunten. Wel heb ik beslist om het zorgbudget zorgbehoevenden ambtshalve en voor een beperkte periode te verlengen voor personen die momenteel al recht hebben op het zorgbudget, dit in afwachting van een verdere analyse van de BelRAI-scores over een langere periode. Deze langere tijdsduur is nodig om uiteindelijk een beslissing te nemen die voldoende onderbouwd is.
Het onderzoek van professor Declercq is ondertussen afgerond. De resultaten zullen u worden bezorgd. Voorzitter, het gaat over heel wat cijfergegevens die ik hier niet allemaal zal voorlezen. Ik zal ze u zo snel mogelijk bezorgen zodat het secretariaat ze aan de vraagstellers en aan de leden van de commissie kan overmaken.
Wanneer na verdere analyse blijkt dat er op bepaalde vlakken bijsturing nodig is, dan moet ook de mogelijkheid worden onderzocht om desgevallend retroactief eerdere beslissingen recht te zetten.
De uitval in de eerste maanden na implementatie is hoger dan verwacht omdat voor een aantal items lager gescoord wordt dan uit het eigen onderzoek en uit internationale gegevens bleek. Er is vastgesteld dat er vooral minder vaak totale afhankelijkheid wordt gescoord op de items adl en iadl.
Aangezien het een nieuwe schaal betreft die sinds 1 juni 2021 in gebruik is, is de vraag of het hoger aantal afscoringen zoals we die zagen in de periode juni-augustus 2021, zich verder blijft voortzetten of dat dit eerder een tijdelijk fenomeen was.
Ik betreur dat in die eerste maanden minder mensen recht kregen op het zorgbudget zorgbehoevenden. We hadden niet verwacht dat de implementatie van een nieuw zorgzwaarte-inschalingsinstrument dergelijke effecten zou veroorzaken.
Voor er kan worden bijgestuurd, worden de resultaten van de verdere monitoring afgewacht. Zoals gezegd wordt dan ook de mogelijkheid bekeken om retroactief bij te sturen. Dat betekent dat wanneer voor bepaalde mensen de beslissing retroactief wordt aangepast, ook de betalingen voor de gerateerde periode zullen gebeuren.
814 personen gingen in beroep tegen de beslissing die werd genomen op basis van de scores op de BelRAI-screener. De dossierkosten bij het indienen van een beroep moeten worden betaald. Bij een positieve beslissing worden de kosten echter terugbetaald.
De BelRAI-scores zullen effectief over een langere periode gemonitord worden en minimaal over de periode juni 2021-januari 2022.
Het is niet ongebruikelijk dat uit een eerste onderzoek blijkt dat bijkomende data aangewezen zijn voor een beslissing wordt genomen. Het eerste onderzoek heeft er ook al toe geleid dat de herinschalingen van huidige gebruikers tijdelijk worden opgeschort.
Op basis van de trimestriële rapportering van de zorgkassen die beschikbaar is sinds 15 november 2021, beschikt het Agentschap Vlaamse Sociale Bescherming momenteel over de definitieve cijfers juni-september 2021, waarbij ook een onderscheid kan worden gemaakt tussen personen met een eerste aanvraag en personen die al een recht hadden.
Voorzitter, die gegevens en tabellen zal ik allemaal bezorgen.
Tot slot kan ik u nog zeggen dat er ondertussen, in oktober 2021 en november 2021, nog 12.654 indicatiestellingen werden uitgevoerd met het oog op de toekenning van een zorgbudget zwaar zorgbehoevenden. Daarvan hadden er 7752 een score die recht geeft op het zorgbudget. Voor meer details over de periode oktober 2021-december 2021 wachten we op de boekhoudkundige rapportering van de zorgkassen op 15 februari 2022.
De heer Parys heeft het woord.
Minister, als ik het goed begrijp, hebben die drieduizend personen die onduidelijkheid hadden over de vraag of ze het zorgbudget dat ze eigenlijk al hadden, nu niet meer krijgen, intussen wel een zorgbudget van u gekregen. Dat is een beslissing die u hebt genomen maar die tijdelijk is. Heb ik dat goed begrepen?
Als u zegt dat in het laatste kwartaal – als ik dat goed heb opgeschreven – 7752 positieve beslissingen zijn genomen op de 12.654, dan is dat 61 procent. Mijn vraag is of dat percentage in lijn is met de vroegere vaststelling, namelijk dat er nu veel meer mensen uit de inschaling vallen dan voorheen met het oude inschalingsinstrument.
Minister, heeft dit gevolgen voor de verdere invoering van BelRAI? Moeten voor de andere pijlers in de Vlaamse sociale bescherming ook eerst soortgelijke onderzoeken plaatsvinden voor er een verdere invoering gebeurt?
Minister, wij kijken uit naar de cijfers die u zult overmaken aan het Vlaams Parlement, want daar is toch wel heel wat verwarring over. Wij hopen dat we daar snel duidelijkheid over krijgen.
Mevrouw Vandecasteele heeft het woord.
Minister, ik vrees dat u de onduidelijkheid alleen maar hebt verscherpt. Zoals de voorgaande spreker heb ik helemaal niet begrepen dat die drieduizend mensen die hun zorgbudget geschrapt zagen, dat toch nog ontvangen. Als ik u goed heb begrepen, zou er een retroactieve bijsturing kunnen gebeuren, maar het is me helemaal onduidelijk op basis waarvan. U zegt dat er een evaluatie is gemaakt van het BelRAI-instrument, maar zal er dan een effectieve bijsturing komen van dat instrument of niet?
Daarnaast wil ik nog even ingaan op die dossierkosten. Het is toch bijzonder onlogisch dat u een nieuw screeningsinstrument invoert, dat u dat tijdelijk in de koelkast stopt om het te evalueren, maar dat u de mensen die nu in beroep gaan tegen de afschaffing van hun zorgbudget, toch een dossierkost laat betalen. Dat is toch echt zeer onlogisch.
Zoals de collega van de N-VA zegt, is er vandaag enorm veel verwarring, uiteraard ook voor die mensen. Ik denk dat we vandaag die mensen eerder moeten steunen om in beroep te gaan om hun zorgbudget te laten herbekijken, in plaats van hen nu op te zadelen, voor de eerste keer nota bene want het is pas vorig jaar ingevoerd, met een dossierkost om in beroep te gaan terwijl u er eerlijk gezegd een klein beetje een soep van maakt. Nu is het immers erg onduidelijk wie wel en niet welk instrument gebruikt.
In de krant stond dat de nieuwe aanvragen volgens het oude systeem zouden gebeuren. U zegt nu zelf dat die toch volgens het nieuwe systeem zullen gebeuren, maar intussen zou u wel bekijken of dat BelRAI-instrument wel goed is. Niemand kan er nog aan uit, maar toch jaagt u de mensen die duidelijkheid willen krijgen over hun situatie, op kosten. Ik vind dat zeer onlogisch en ik vind dat eigenlijk niet respectvol ten opzichte van die mensen die zwaar zorgbehoevend zijn, die jarenlang een zorgbudget hebben gekregen en die nu plots, door de invoering van een nieuw instrument, dat budget verliezen.
Ik zou het heel graag duidelijkheid krijgen over die drieduizend mensen die hun zorgbudget hebben verloren. Krijgen zij dat budget nu wel of niet retroactief uitbetaald?
En wat die dossierkost betreft: hoe legt u aan de mensen uit dat ze toch dossierkosten moeten betalen, ook al er is er vandaag erg veel onduidelijkheid over dat nieuwe screeningsinstrument?
Ten derde wil ik u toch ook even horen spreken over het feit dat die mensen het allemaal financieel niet breed hebben. En we zien momenteel ook dat de energiekosten enorm aan het stijgen zijn. Hoe u dan argumenteert dat u denkt dat die mensen die momenteel hun zorgbudget verloren hebben, dan toch geen recht zullen hebben op een retroactieve bijsturing …
De heer De Reuse heeft het woord.
Minister, ik deel inderdaad de verwarring die er heerst rond die drieduizend mensen. Hebben die nu al dan niet het zorgbudget? Ik denk dat dat inderdaad wel de belangrijkste vraag is geweest die hier werd gesteld door de collega's.
Aansluitend heb ik nog een volgende vraag. U zegt zelf dat er inderdaad wat onduidelijkheden zijn, dat er nog wel wat studiewerk nodig is, en dat u dat ook verder zult uitrollen, ook in de andere sectoren. Lijkt het dan niet aangewezen dat u nu al de beslissing neemt, als u dit uitrolt in andere sectoren, om een soort periode te nemen waarin u sowieso een aantal zaken verlengt tot aan een eerste evaluatie? Dan zullen we zeker dergelijke slechte communicatie en dat soort zaken niet tegenkomen, en zullen de mensen ook met een geruster hart naar hun zorg kijken. Aansluitend daarbij: zou het dan ook niet zo kunnen zijn dat je geen initiatief meer kunt nemen om die dossierkost op te heffen tot na de eerste evaluatie?
De heer Anaf heeft het woord.
Minister, ik moet zeggen dat uw antwoord niet gemakkelijk te volgen was. Ik ben blij dat de collega’s ook helemaal verward zijn na uw antwoord. Waar we zo blij om waren in de kerstvakantie, was dat u dan toch het systeem tijdelijk on hold zou zetten, ook voor nieuwe aanvragen, tot u zeker wist wat eigenlijk het probleem was bij de toepassing van die BelRAI-screener. Is dat gewoon foute informatie geweest? Klopt dat niet, en gaan jullie dat toch gewoon blijven gebruiken, ondanks wat er gecommuniceerd is?
Ik begrijp ook dat u zegt dat die problemen van de laatste maanden wellicht maar tijdelijk zijn. Dat raakt wel opgelost. Maar als ik dan kijk naar dat recente onderzoek van Anja Declercq, dan geeft dat aan dat dat probleem er ook in 2019 al was, bij het proefproject. Die cijfers van 2019 liggen veel dichter bij 2021 dan bij hoe het daarvoor was. Dat zal dus niet zomaar opgelost raken.
Ik heb een aantal vragen. Misschien heb ik het gewoon verkeerd begrepen, maar waarom die screening nog wel blijven gebruiken bij eerste inschalingen maar niet bij herinschalingen? Waarom dan bij het ene wel en bij het andere niet?
Ten tweede, wat dat retroactief bijsturen betreft: u zegt dat dat in bepaalde gevallen mogelijk zal zijn. Is dat dan bij al die drieduizend mensen die hun zorgbudget verloren zijn? Bij wie wordt die inschaling dan opnieuw gemaakt? Moeten die mensen daar dan voor in beroep gaan en dus een beroepskost betalen? Of wordt dat automatisch gedaan? Dat zijn een aantal vragen die ik echt nog heb, en ik hoop dat daar nog verduidelijking rond kan komen.
Mevrouw De Martelaer heeft het woord.
Ik wil graag ingaan op een aspect dat nog niet aan bod is gekomen. De BelRAI-screener van nu is vooral vanuit medisch oogpunt opgesteld, maar in de loop van dit jaar – ik heb gehoord begin juni – zou er een sociaal supplement geïmplementeerd worden dat de sociale noden in kaart zou brengen van de mensen.
Het is zo dat op dit moment vier op de vijf ouderen in een woonzorgcentrum zwaar zorgbehoevend zijn, en automatisch recht hebben op het zorgbudget. Maar daarnaast zijn er eigenlijk wel heel veel ouderen die zwaar zorgbehoevend zijn, die thuis wonen en die een beroep doen op thuisverpleging, thuisdiensten, de mantelzorgers, en die ook een zorgbudget aanvragen. En het zijn niet alleen ouderen maar ook personen met een beperking die thuis wonen, die ook zwaar zorgbehoevend zijn en die ook een zorgbudget aanvragen. Volgende week hebben we daar bijvoorbeeld opnieuw een verzoekschrift rond.
Nu, we spreken heel gemakkelijk over de vermaatschappelijking van de zorg, over een beroep doen op de familie, de buren, de omgeving, het sociale netwerk. Maar zwaar zorgbehoevenden in een thuiscontext zijn volledig afhankelijk van dat netwerk. En die bevinden zich in een ongelooflijk zorgafhankelijke situaties, en dat zorgbudget van 130 euro is voor hen ook heel belangrijk. Sommige mensen hebben dat nodig om hun primaire zorg mee te kunnen betalen, met medische kosten. Maar voor heel veel mensen is die 130 euro ook een stuk een manier om dat sociaal netwerk te waarderen. Men betaalt bijvoorbeeld de benzine van de mensen die hen naar het ziekenhuis brengen of de boodschappen doen. Of men geeft een attentie aan de mantelzorgers, men betaalt de vrijwilligers die ’s nachts of overdag langskomen, er is een kleinkind dat komt slapen. Zij willen dus op de een of andere manier die zorg, of de vermaatschappelijking van de zorg, toch betalen.
En laat ons zeggen dat het toch wel heel belangrijk is om de vermaatschappelijking van de zorg in stand te houden. In die zin heb ik twee vragen, minister. Is er, aangezien we ook een sociaal supplement geïmplementeerd gaan krijgen in de BelRAI, een inschatting gemaakt van hoeveel bijkomende dossiers hier mogelijk ook een budget gaan vragen? Is dat voorzien in het budget? En bent u het met mij eens dat het zorgbudget ook kan bijdragen tot het in stand houden van de vermaatschappelijking van de zorg?
Mevrouw Saeys heeft het woord.
Minister, er is al heel veel jaren geïnvesteerd in dit instrument. Het heeft al heel veel tijd en geld gekost. En we zien dat het nu toch dingen doet die we niet hadden verwacht.
Ik begreep ook niet goed wat u zei. Hoe ik het geïnterpreteerd had, was dat u zei dat voor de mensen die recht hadden op budget en dat nu niet hebben, nu onderzocht wordt of zij toch in aanmerking zouden komen en dat het dan retroactief zou worden vergoed. Daar had ik graag duidelijkheid over.
Er wordt dus bekeken wat de problemen nu zijn, maar ik denk dat een collega dat ook al had gevraagd. Wordt er ook gekeken naar de andere aspecten van de BelRAI-screening?
Mevrouw Schryvers heeft het woord.
Collega’s, aan de invoering van de BelRAI-screener is een heel lang traject voorafgegaan. Dat is allemaal ook heel breed gedragen. We zien nu met de implementatie inderdaad dat er veel meer afscoringen blijken te zijn dan wat er initieel werd verwacht. Ik denk dat het echt nodig is om daar een heel goede analyse van te maken en er verder onderzoek naar te doen, en dan eventueel ook bijkomende beslissingen te nemen. De minister heeft dat eerder al gezegd. Er was ook al een opdracht gegeven aan professor Declercq. Ik hoorde dat we toch al een aantal gegevens daarvan ter beschikking zullen kunnen krijgen in deze commissie.
Minister, dit was eigenlijk maar stap één. Zoals de collega's al hebben gezegd, zal de BelRAI ook worden geïmplementeerd in andere sectoren. Wordt het voorbereidende werk daarvoor, dat momenteel toch nog overal bezig is, op basis van de huidige ervaringen of de verdere analyses die zullen gebeuren, eventueel ook bijgesteld? Zullen daarvoor eventueel bijkomende opdrachten worden gegeven, vooraleer we daar de stap naar invoering zetten?
Minister Beke heeft het woord.
Collega’s, we hebben de beslissing die we in de Vlaamse Regering hebben genomen, ook onmiddellijk door het agentschap laten communiceren aan de zorgkassen, de diensten maatschappelijk werk, de diensten gezinszorg en de OCMW's. In essentie komt het erop aan dat we gezegd hebben dat we nu tijdelijk de herinschalingen opschorten. Ik ben het eens met de verschillende tussenkomsten die gebeurd zijn, dat BelRAI lang voorbereid is, internationaal gemonitord is en een bijzonder belangrijk schalingsinstrument is, en dat we moeten oppassen dat we het kind niet met het badwater weggooien, om het zo te zeggen.
Daarom hebben we ook gezegd dat we de afscoringen – want dat is een vaststelling die we allemaal gemaakt hebben – en de bias die daarop zat, over een langere periode wilden monitoren. We hebben dat gevraagd aan professor Declercq, die ook het initiële onderzoek deed en die eigenlijk de grote expert is op het vlak van BelRAI-scoringen. We hebben gevraagd dat we de resultaten daarvan zouden kunnen krijgen en dat ze ook die langere periode zou kunnen weten te bestieren.
Op basis van de cijfers van die eerste vier maanden hebben we inderdaad vastgesteld dat er hogere afscoringen waren dan voor de implementatie van de screener. Is dat nu een tijdelijk effect of is dat iets dat duurzamer is? Dat is wat we gevraagd hebben. Ik denk dat dat ook belangrijk is om de verdere implementatie van BelRAI in de andere sectoren te kunnen voorzien, in eerste instantie in de thuiszorg en de residentiële ouderenzorg, zoals u weet, maar uiteraard ook verder. Dat moet met wetenschappelijk onderzoek en in goede afstemming met het terrein kunnen gebeuren.
Ik denk dat dat ook belangrijk is voor de meerwaarde van BelRAI, en ook voor het draagvlak ervoor.
Collega Vandecasteele, ik denk dat het op zich niet zo abnormaal is dat de toepassing van een nieuw instrument een aantal effecten heeft. Daarom hebben we gezegd dat we willen kijken of dit nu een tijdelijk effect of een duurzamer effect is. En daarom moeten we kijken tot en met januari 2022, alvorens we kunnen zien of die tendens die we initieel gezien hebben, zich verderzet.
We moeten langer monitoren om die data te verzamelen en te onderzoeken, en dan te beslissen of de huidige beslissingen moeten worden aangepast of niet. Enkel als blijkt dat de beslissing ook retroactief aangepast diende te worden, kunnen de betalingen voor de gerateerde periodes ook gebeuren.
De studie rond het sociale supplement, collega De Martelaer, is nog niet afgerond. Het is momenteel niet onze bedoeling om het sociale supplement te gebruiken voor de toekenning van het zorgbudget voor zwaar zorgbehoevenden. Dit is een nieuw en heel belangrijk instrument. Wij willen leren uit de eerste ervaringen en de kinderziektes eruit halen. En we willen dat natuurlijk niet zomaar doen, maar wel op een goede en onderbouwde manier. Daarom hebben we professor Declercq, die het hele project ook op het spoor heeft gezet en die een internationale reputatie geniet, daarvoor in de arm genomen.
De heer Parys heeft het woord.
Ik was in de war, ik ben in de war en ik blijf in de war, minister, omdat ik nu nog altijd niet weet wat het lot is van die drieduizend mensen. Ik heb het antwoord nog niet gehoord. Of ik heb het gemist.
Wat ik ook niet zo goed begrijp, is het volgende. Ofwel werkt het instrument, ofwel werkt het niet. Als we dan nieuwe mensen gaan blijven inschalen volgens het nieuwe instrument, maar als je dan, als je in beroep gaat, teruggaat naar de oude inschaling, en we nog niet weten wat we met de retroactiviteit van die drieduizend gaan doen, vrees ik gewoon dat ik door de bomen het bos niet meer zie. Ik begrijp het ook allemaal niet zo heel goed. Waarom u in oktober zei dat u daarbij bleef totdat de analyse helemaal rond was, en dat u dan twee maanden later het geweer helemaal van schouder verandert, is voor mij eerlijk gezegd nog altijd een raadsel.
Voor de collega’s is er ook iets dat ik niet begrijp, omdat wij allemaal samen BelRAI hebben bewierookt als een heel goed systeem en alle vragen er hier nu gaan over gaan dat er een fout in zou zitten, terwijl we dat nog niet eens weten, en dat die fout ertoe zou leiden dat er nu te weinig mensen een budget krijgen toegekend. Dat kan zijn, maar dat weet ik niet. Het kan evengoed zijn, collega’s, dat er in het oude systeem te veel mensen een zorgbudget kregen. En daar hoor ik nooit iemand over spreken. Dat vind ik ook weinig consequent.
Ofwel werkt het systeem, ofwel werkt het niet. Gebaseerd op het antwoord op die vraag, moeten we gewoon rechtlijnig handelen. Maar nu is het een mikmak van alles. Ik vrees een beetje dat het einde zoek is. En dat is natuurlijk voor die vele mensen die een aanvraag doen voor een zorgbudget, allesbehalve transparant. Ik roep u dus op, minister, om snel werk te maken van duidelijkheid.
Mevrouw Vandecasteele heeft het woord.
Minister, ik zit hier eigenlijk echt met mijn mond vol tanden. Ik snap niet hoe u zo kunt omgaan met zwaar zorgbehoevende mensen, die een zorgnood en een zorgbudget krijgen, en die daar vaak ook nood aan hebben om rond te kunnen komen. Ik snap niet hoe u dan kunt zeggen dat u toch doorgaat met een instrument waarvan we vandaag eigenlijk niet heel zeker weten of het voldoende betrouwbaar is. Eigenlijk maakt u zich geen zorgen over de mensen die momenteel hun zorgbudget verloren zijn ten gevolge van dat instrument waarvan de betrouwbaarheid vandaag onduidelijk is.
U zegt dan dat we vandaag moeten bekijken of de tendens dat er minder mensen zijn die recht hebben op een zorgbudget en dat die afscoringen gebeuren, duurzaam of tijdelijk is. Stel u voor, minister, dat dat inderdaad duurzaam is en dat u tegen al die mensen die maandenlang die 130 euro niet meer krijgen, gaat moeten zeggen: ‘Sorry, we hebben een vergissing gemaakt, het instrument schaalt inderdaad niet goed in. We gaan het toch retroactief uitbetalen.’ Dat zijn mensen die maand na maand 130 euro minder gekregen hebben, die daardoor zorg zullen hebben afgebouwd, die dingen zullen hebben afgebouwd, die het daardoor financieel moeilijker hebben. Dat kunt u toch echt niet maken, als u nu niet kunt zeggen dat het instrument voldoende betrouwbaar is, dat u de beslissingen behoudt. Op dit moment vind ik dat echt respectloos ten aanzien van die drieduizend mensen die hun zorgbudget vandaag verloren zijn, zeker na de onduidelijkheid die u hier nu ook naar ons brengt. Die onduidelijkheid is ook duidelijk in de pers gekomen. Het is voor de mensen helemaal niet meer duidelijk of ze nu in beroep moeten gaan of niet. Bovendien, als ze in beroep gaan, moeten ze nog eens 75 euro betalen. Ik snap echt niet hoe u zo met die groep mensen, van wie we weten dat ze een zorgnood hebben, kunt omgaan. Ik denk echt dat u hier moet ingrijpen.
Als u zegt dat u de herinschalingen tijdelijk gaat opschorten, is het onlogisch dat u de mensen bij wie de herinschaling al gebeurd is, niet retroactief hun zorgbudget teruggeeft tot u duidelijkheid hebt over de betrouwbaarheid van dat nieuwe inschalingsinstrument. Ik hoop dat er alsnog meer duidelijkheid komt van uw kant, minister, over wat er nu specifiek gebeurd is met die drieduizend mensen. En ten tweede hoop ik echt dat u na deze commissie nog eens ziet wat een onduidelijkheid er vandaag heerst en dat u andere beslissingen gaat nemen, zeker ten aanzien van die drieduizend mensen die vandaag hun zorgbudget verloren zijn.
De heer De Reuse heeft het woord.
Minister, het is eigenlijk gewoon verbijsterend. We zijn met vier vraagstellers, die allen toch zeker één vraag gemeen hebben: wat met die drieduizend zwaar zorgbehoevenden? En u begint uw antwoord niet met: ‘Collega’s, die drieduizend zwaar zorgbehoevenden zullen dit of dat.’ U draait gewoon om de hete brij heen. Die mensen hebben nu dat broodnodige zorgbudget nodig. Nu, niet later. Nu hebben ze dat nodig. Waarom geeft u geen klaar en duidelijk antwoord en zegt u niet waar die mensen zich aan kunnen verwachten?
Er zal nog een verdere uitrol zijn van de BelRAI in andere zorggebieden. Ik heb gevraagd of u wat u nu doet, de verlenging van tegemoetkomingen, ook daar wilt doen indien er studies zijn om weeffouten binnen de BelRAI te detecteren. Collega Parys, u zegt dat wij weinig consequent zijn, maar het is natuurlijk zo dat wij ons allemaal – u waarschijnlijk ook – gebaseerd hebben op simulaties en op de zaken zoals ze ons werden voorgesteld. Als dan bij een eerste uitrol blijkt dat dat niet klopt, dan is het toch maar heel logisch dat wij ons vragen stellen en dat wij aan de minister vragen om eventjes terug te gaan en te kijken wat we kunnen doen om ervoor te zorgen dat die mensen hun rechten kunnen vrijwaren en dat ze die tegemoetkomingen kunnen krijgen. Dat neemt niets weg over het systeem zelf. Wij willen dat onderzoek zal uitwijzen wat er fout loopt en hoe dit kan worden opgelost.
De heer Anaf heeft het woord.
Collega Parys, u hebt natuurlijk een punt dat we goed moeten weten of er inderdaad vroeger te veel zorgbudgetten werden uitgegeven of dat er nu te weinig mensen in aanmerking komen. Ik moet eerlijk zeggen dat, toen we het in oktober voor de eerste keer onder de aandacht brachten, dat veeleer was op basis van wat we uit het werkveld hoorden, de inschatting van heel wat mensen die op het terrein met die zorgbudgetten bezig zijn. Maar ondertussen is dat wel gestaafd door het onderzoek van professor Declercq. Het staat letterlijk in de conclusie dat uit een vergelijking van data uit onderzoek in Vlaanderen en internationale data blijkt dat er momenteel in Vlaanderen op de BelRAI-screener minder vaak totale afhankelijkheid wordt gescoord. Het is dus inderdaad wel in die richting dat er een probleem is. Er zijn momenteel veel mensen die onterecht geen zorgbudget meer krijgen en die dat vroeger wel hadden, of die daar nu eigenlijk recht op zouden hebben en het niet krijgen.
Minister, ik denk dat de verwarring hier echt compleet is. Ik vind het heel bizar dat u niet op de vragen wilt of kunt antwoorden over wat er met die drieduizend mensen gebeurt. We gaan die vraag dan maar opnieuw stellen, wellicht.
Hoe je het met het gelijkheidsbeginsel kunt rijmen dat mensen die voor de eerste keer worden ingeschaald, wel via dat systeem van de BelRAI-screener worden ingeschaald, waarvan we nu weten dat er echt een probleem is met die toepassing, en dat het voor mensen die een herinschaling krijgen tijdelijk wordt opgeschort, begrijp ik echt niet. Ik snap niet hoe je dat kunt motiveren. Je brengt jezelf in de problemen. Dat is nu al een half jaar het geval. In het begin kan men daar niets aan doen. Maar na een aantal maanden wordt u dan gesignaleerd dat er een probleem zit. Mensen zijn onterecht hun zorgbudget aan het verliezen. U doet daar eerst helemaal niets aan en nu doet u eigenlijk nog veel te weinig. U zorgt er zelf voor – dat moet u toch zien – dat er de volgende maanden nog mensen kwaad gaan zijn dat ze onterecht hun zorgbudget gaan verliezen in moeilijke tijden. Als minister van Welzijn brengt u uzelf daar opnieuw mee in de problemen, terwijl het absoluut niet nodig is. U kunt een oplossing voor die mensen bieden. Ik snap echt niet waarom u dat niet doet.
De vragen om uitleg zijn afgehandeld.