Verslag vergadering Commissie voor Brussel en de Vlaamse Rand en Dierenwelzijn
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
Mevrouw Almaci heeft het woord.
Minister, we hebben in de commissie al meermaals een gedachtewisseling gehad over de problematiek in de asielen. Begin december trokken verschillende asielen opnieuw aan de alarmbel. Ze kampen met een serieus capaciteitsprobleem om huisdieren op te vangen die worden afgestaan. Asielen zitten propvol en hebben een wachtlijst van meerdere maanden voor wie vrijwillig een hond of kat aan hen wil afstaan. Het is wel een heel uitzonderlijke situatie dat wordt gewerkt met wachtlijsten. Asielen getuigen ook dat niet alle eigenaars hier begrip voor kunnen opbrengen en zelfs dreigen met mishandeling of euthanasie.
De dierenasielen zien zelf enkele oorzaken van dit probleem: er worden meer honden afgestaan nu dat mensen opnieuw meer vrijheden krijgen na de lockdowns, er worden meer dieren in beslag genomen en geplaatst in asielen – een problematiek waarover we ook al van gedachten hebben gewisseld – en er zijn minder asielen dan vroeger.
Minister, hoe ziet u die situatie rekening houdend met die alarmkreet? Denkt u aan maatregelen op korte of lange termijn?
Over de financiering hebben we ook al meermaals van gedachten gewisseld, maar de asielen blijven signaleren dat die niet volstaat. Men erkent wel de inspanning, maar men geeft aan dat er toch nog een weg te gaan is. Overweegt u de financiering van asielen te wijzigen?
Hebt u meer zicht op dit probleem? Hoeveel dieren werden er het afgelopen jaar vrijwillig afgestaan in vergelijking met de vorige vijf jaren? Hoeveel asielen zijn er de laatste vijf jaar gestopt en hoeveel nieuwe asielen zijn er gestart? Met andere woorden, is er een afname in het aantal asielen of niet? Heeft het puur te maken met een teveel aan dieren die worden afgestaan?
Hoeveel dieren worden er maandelijks in beslag genomen en geplaatst? Hoe verhoudt dat zich tot de vorige vijf jaren?
Minister Weyts heeft het woord.
Deze problematiek verdient ons aller aandacht en daarom vraag ik ook altijd om de vinger aan de pols te houden, niet alleen via mijn administratie maar natuurlijk ook via de Vlaamse Raad voor Dierenwelzijn.
Op 8 december heeft die raad zich nog eens over de problematiek met betrekking tot de asielen gebogen. Zoals u weet, zijn in deze raad, in tegenstelling tot de vroegere federale samenstelling, de dierenasielen sterker vertegenwoordigd. Dat wil zeggen dat er nu vanuit de vijf Vlaamse provincies altijd een vertegenwoordiging is namens de dierenasielen.
Wat de causale relatie betreft met de coronapandemie, blijft het een beetje gissen, ook voor de dierenasielen. Zij kunnen niet bevestigen dat de coronapandemie een rechtstreekse impact heeft gehad op de verhoogde afstand van honden en katten. Wel is het duidelijk dat het bereiken van de puberteit van de honden voor vele baasjes een jaarlijkse aanleiding is om hun dier af te staan aan het asiel, en dit jaar verschilt daarin niet van de vorige.
Sommige asielen geven aan dat de vertraagde doorlooptijd van vooral honden zorgt voor een langer verblijf, waardoor er vanzelfsprekend minder opvangcapaciteit is en mensen op een wachtlijst terechtkomen voor afstand van hun dier. Deze vertraagde doorlooptijd is in hoofdzaak te wijten aan de gedragstherapie die weinig gesocialiseerde honden moeten ondergaan voor ze ter adoptie kunnen worden aangeboden. Voor katten werd dan weer gesignaleerd dat er minder adoptanten waren. De redenen voor de overbevolking zijn dus niet eenduidig en niet onmiddellijk te herleiden tot de coronapandemie.
De raad heeft zich naar aanleiding daarvan voorgenomen om na te denken over maatregelen of remedies om hieraan tegemoet te komen. Het is duidelijk dat het probleem begint met een ondoordachte aankoop van een huisdier. Het is uitermate belangrijk dat men goed beseft dat de aanschaf van een dier, een levend wezen, gepaard gaat met enkele verantwoordelijkheden. Vandaar dat we de website www.huisdierinfo.be hebben opgericht. Op die website staat voor zowat elke diersoort heel duidelijk op een fiche beschreven welke verantwoordelijkheden gepaard gaan met het in huis halen van die bepaalde diersoort.
De afgelopen dagen zijn we gestart met een socialemediacampagne om mensen erop te wijzen dat ze beter geen dier cadeau geven. En wie voor zichzelf een dier in huis haalt, informeert zich het best goed vooraf. Bezin eer je begint met een dier en bekijk welke verantwoordelijkheden – financiële, maar ook inzake de nodige tijd en ruimte – je moet nemen om een dier een goed bestaan te garanderen.
Zoals ik al aangaf, is de overbevolking niet veroorzaakt door geldproblemen. Ik heb dit jaar voor het eerst voorzien in substantiële en structurele subsidies voor de dierenasielen. De bedragen van die subsidies hangen af van een aantal geobjectiveerde factoren zoals de opvangcapaciteit. Op de verdeelsleutel die ik hiervoor hanteerde, hadden sommige dierenasielen kritiek, maar we moeten daar natuurlijk ergens criteria hanteren. Ik heb die asielen gevraagd om een constructief alternatief voorstel te doen en ben altijd bereid om binnen de bestaande enveloppe de financiering te herzien wanneer blijkt dat er betere en correctere objectieve alternatieven bestaan.
U zegt dat er minder asielen zijn. Er zijn 134 nieuwe asielen bij gekomen terwijl er 92 asielen gestopt zijn. Netto is dat dus een aangroei. Momenteel zijn er 188 erkende dierenasielen. Dat is dus een vrij flinke toename.
De cijfergegevens van het aantal in 2021 afgestane dieren zijn uiteraard nog niet beschikbaar, want het jaar is nog niet voorbij. Maar als we kijken naar de cijfers van 2020 en die vergelijken met het jaar voordien, dan zien we dat er in 2020 minder dieren aan asielen werden afgestaan dan in 2019. 163 dierenasielen rapporteerden in 2020 een instroom van 38.130 dieren in vergelijking met 42.614 dieren in 2019. Dat is dus 10 procent minder. Vergelijkingsmateriaal van de jaren voordien is onvolledig omdat we nog maar net zijn kunnen starten met een objectieve dataset. Voordien werden de data heel disparaat aangeleverd; de dierenasielen waren daartoe ook niet verplicht. Zij hadden wel iets anders te doen dan ons cijfers te bezorgen. Via de Animal Shelter, een beheersysteem, vragen we aan de dierenasielen objectieve data. Dat is een van de voorwaarden voor de subsidiëring van asielen.
Ook de cijfers over de inbeslagnames zijn dit jaar natuurlijk nog maar partieel beschikbaar. Na een inbeslagname heeft de afdeling Dierenwelzijn twee maanden om een bestemmingsbeslissing te nemen. Wanneer de politie dieren in beslag neemt, sturen zij het dossier echter pas door naar Dierenwelzijn wanneer dat volledig is, met andere woorden, wanneer het onderzoek is afgerond en de betrokkene is verhoord. We zijn nu half december, dus dat wil zeggen dat de cijfers vanaf oktober nog onvolledig zijn. Er is dus wel wat voorzichtigheid geboden.
In 2016 werden 203 dieren per maand in beslag genomen. In 2017 ging het om 253 dieren, in 2018 om 266, in 2019 om 539, in 2020 om 342, en in 2021 voorlopig om een 560-tal. Ook voor dit jaar zijn er opnieuw een aantal pieken. We zien een gestage toename met enkele pieken die afhankelijk zijn van grote inbeslagnames. In 2019 was er een plotse stijging, in 2020 opnieuw een daling. Dat heeft te maken met het feit dat de normale werking van de inspectiedienst door de coronamaatregelen werd verstoord. Maar het volstaat om drie kuddes van een 200-tal schapen en een 100-tal kippen in beslag te nemen om de aantallen te doen kantelen. Maar het is wel onmiskenbaar zo dat er sinds de start in 2014, toen Vlaanderen bevoegd werd, een verdrievoudiging is van de getalsterkte van onze inspectieteams.
Alles kan beter, natuurlijk, maar de reflectie daarvan zien we natuurlijk ook in het cijfermateriaal: meer controles, meer pv's maar dus ook meer inbeslagnames. Het is natuurlijk nog altijd een confronterende vaststelling dat we in een welvarend land als België meer dan driehonderd en in 2021 voorlopig meer dan vijfhonderd dieren per maand in beslag moeten nemen. Onze diensten doen dat heus niet lukraak, want zij moeten met die dieren zelf ook ergens terecht. Dat gebeurt dus enkel wanneer het welzijn en soms zelfs het leven van de betrokken dieren in gevaar is.
Maar ik dank u voor uw aandacht voor deze problematiek. Het belang dat we er zelf aan hechten, wordt nogmaals geïllustreerd door deze cijfers. We moeten dus aan de slag blijven met een kordaat dierenwelzijnsbeleid.
Mevrouw Almaci heeft het woord.
Dank u wel, minister, voor uw antwoord. Bedankt ook om de cijfers te geven over het aantal dierenasielen. Ik had inderdaad gevraagd hoeveel er gestopt zijn en hoeveel er bij gekomen zijn, om te kunnen zien of er een afname was van het aantal dierenasielen. U geeft aan dat er geen afname is maar een nettostijging. Mijn vraag is of er ook een nettostijging is van de capaciteit. We zien namelijk ook – wat op zich een goede zaak is – dat er meer kleine dierenasielen komen met een beperkte opvangcapaciteit, waar men bijvoorbeeld meer werkt met pleeggezinnen. Op momenten van grote inbeslagnames vind je echter niet zomaar snel 100 pleeggezinnen. Mijn vraag is dus wat dit betekent voor de effectieve capaciteit. Ik ben blij dat u aangeeft dat er 134 dierenasielen bij gekomen zijn en 92 gestopt zijn, wat een nettostijging betekent. Maar is er netto ook meer capaciteit, zijn er meer plaatsen? Dat is mijn specifieke bijkomende vraag.
Wat de inbeslagnames betreft, kunt u – en dat is wel interessant, en daarvoor dank ik u – aangeven wat het aantal inbeslagnames per trimester is. Dit jaar ligt dat aantal al hoger dan in de voorgaande jaren. Wat het aantal afgestane dieren betreft, is het moeilijk om de vergelijking te maken met 2019, toen er nog geen covid was, en met 2020, toen covid begonnen was. We hebben toen in deze commissie gedachtewisselingen gevoerd waarbij we ervoor ijverden om mensen heel goed te sensibiliseren, omdat dat een periode was waarin mensen eenzaam zijn en al snel een huisdier in huis nemen, terwijl dat iets voor het leven is. Eigenlijk zal er pas een echte vergelijking gemaakt kunnen worden tussen 2021 en 2022, want er zou wel eens een serieus vertragingseffect op kunnen zitten. Er kunnen minder dieren afgestaan zijn in 2020 omdat er net heel veel mensen dieren in huis beginnen te halen zijn, om ze dan misschien een jaar later, toen de lockdown versoepelde, af te staan.
De reden voor deze vraag is de analyse van een dierenasiel in Mechelen, die ik hoorde op de radio. Zij zeggen dat ze dit nog nooit meegemaakt hebben. Voor een dierenasiel van die omvang, en met die ervaring en professionalisering, is dat toch wel een belangrijke uitspraak. Er zijn ook andere dierenasielen, bijvoorbeeld in Beerse, die zich daarbij aansluiten. Ik begrijp dat het voor het aantal afgestane dieren niet mogelijk is om een overzicht te geven per trimester. Maar eerlijk gezegd houd ik wel mijn hart vast, gezien de signalen uit de sector, voor het jaar 2021.
Ik heb nog enkele meer punctuele vragen. Ik dank u in ieder geval om ook te verwijzen naar de raad voor dierenasielen en het feit dat dat ze openstaan voor een andere constructieve verdeelsleutel. Ik denk dat veel te maken heeft met de aard van het dier. Paarden, honden, katten hebben allemaal andere behoeften. De dagprijs voor een paard is natuurlijk vele malen groter dan voor een kitten. We merken ook dat er, in tegenstelling tot het verleden, heel wat dieren in beslag genomen worden die serieuze kosten met zich meebrengen voor het onderbrengen in asielen. Bij de contacten die ik heb met de dierenasielen, merk ik ook dat de vraag rond de financiële problematiek blijft terugkomen. Ik heb u horen zeggen dat de begrotingsbesprekingen gaande zijn en dat de enveloppe afgesloten is. Heb ik dat goed begrepen? Of hebt u nog een mogelijkheid in het achterhoofd, als de cijfers blijven oplopen, met name die van de inbeslagnames? Is er toch nog een marge om tegemoet te kunnen komen aan het aantal dieren dat nu eenmaal onderdak, eten en verzorging nodig heeft? Dat is nog een specifieke bijkomende vraag.
U hebt ook verwezen naar het belang van de codex. Ik heb zelf een poging gedaan om een voorstel te doen. Ik denk dat dat ongelooflijk belangrijk is. Ik denk dat er een aspect is dat in de regelgeving wat extra aandacht verdient. Er zijn in deze covidperiode – en dat is ook een problematiek waarnaar asielen verwijzen – heel veel mensen die hun dieren afstaan omdat ze in financiële problemen komen en hun geen eten meer kunnen geven. Er zijn een aantal dierenvoedselbanken in ons land. Zij trekken aan de alarmbel omdat zij onvoldoende eten kunnen voorzien voor de vraag die er is. Ik weet niet of u daarmee bezig bent. Het zou interessant zijn om dat te weten.
Mevrouw Sterckx heeft het woord.
Dank u, minister. We zien in de cijfers wel opvallende verschillen. Zo zien we bijvoorbeeld dat er in de provincie West-Vlaanderen 102 honden in asielen zitten en in Vlaams-Brabant maar 23. Dat zijn toch heel grote verschillen tussen de verschillende provincies. Hebt u daar een verklaring voor?
Het is goed dat u een socialemediacampagne gestart bent om mensen te sensibiliseren bij de aankoop van een dier. Als mensen bezinnen vooraleer ze een dier aankopen, kan veel leed voorkomen worden. Maar nu er veel dieren in de asielen zitten, is het misschien wel opportuun om ook hiervoor een sensibiliseringscampagne op poten te zetten, om zo hondenliefhebbers aan te zetten om dieren te adopteren in plaats van dieren aan te kopen, die vaak uit het buitenland worden ingevoerd. Mijn vraag hierbij is de volgende. Bent u ertoe bereid om ook hiervoor een sensibiliseringscampagne op poten te zetten?
– Els Ampe treedt als voorzitter op.
Minister Weyts heeft het woord.
Ik zal ingaan op enkele elementen.
Wat de capaciteit betreft: vroeger was het niet zo dat de totale capaciteit werd gerapporteerd. Er is dus geen vergelijkingsbasis. Nu wordt dat wel gedaan. Het subsidiesysteem is namelijk net gebaseerd op het rapporteren van de capaciteit. We hebben daar nu dus wel data van. Maar je kan dus moeilijk correct vergelijken met het verleden.
Wat de impact van corona betreft, is het wat koffiedik kijken. Ik krijg tegengestelde signalen. De ene zegt, ook wel op grond van intuïtie, een grote toename te zien. De andere zegt geen effect te merken. Daar durf ik dus niet zomaar een lijn in te trekken. De cijfers lopen soms wat uiteen.
Wat de financiering betreft, kennen we nu inderdaad voor het eerst een structurele financiering toe aan de asielen. Maar ik zeg ook altijd dat we, wanneer asielen zich in grote nood bevinden en kampen met tijdelijke problemen, altijd bereid zijn om naar een oplossing te zoeken en een helpende hand te bieden.
Wat mensen in financiële nood betreft, ben ik dankbaar voor de caritatieve initiatieven, die trachten mensen in financiële nood die een huisdier hebben, bij te staan. Maar ik moet erkennen dat ik me hoed voor structurele initiatieven van mijn kant uit. Ik wil natuurlijk vooral ook benadrukken dat niet iedereen zomaar recht heeft op een dier. Je moet daarvoor ook financiële en andere verantwoordelijkheden nemen. Dat is ook de kernboodschap van onze campagne op huisdierinfo.be voor mensen die een dier in huis willen halen. Ik geef een klassiek voorbeeld. De aanschafprijs van een paard is vrij laag, maar de kosten zitten vooral in het onderhoud van de dieren. Daar hoed ik me dus een beetje voor.
We plannen ook nog een volgende campagne, waarbij ik vooral wil focussen op het asielaanbod. We zijn erin geslaagd om stelselmatig steeds meer asielen ertoe te bewegen om hun aanbod op een website samen te brengen, namelijk adopteereendier.be. Vervolgens zou ik ook de vraag willen triggeren en mensen die een dier in huis willen halen, ertoe bewegen om, in plaats van onmiddellijk naar een dierenhandelszaak te lopen, eerst eens te gaan kijken naar wat we te bieden hebben in de asielen. Dat zou een reflex moeten zijn. Er worden ongelooflijk veel dieren voor adoptie aangeboden, steeds meer, en zelfs in die mate dat ik me niet kan inbeelden dat je als dierenliefhebber je gading niet vindt bij het aanbod van de asielen, dat ondertussen heel gevarieerd en heel groot geworden is.
Mevrouw Almaci heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw antwoorden. Met betrekking tot capaciteit, hebt u de eerlijkheid om te zeggen dat er niet echt vergeleken kan worden. Ik zal die vraag dan ook niet meer stellen. Het is belangrijk om te blijven werken aan capaciteit op het moment dat de inbeslagnames stijgen. Op zich is dat een goede zaak. Ik wil dat ook nog wel eens benadrukken, want dat toont ook de effectiviteit en het belang van de controles aan.
In uw antwoord heeft één iets mij wel verrast. Ik heb goed genoteerd dat u zegt dat als dierenasielen in grote nood zijn, er tijdelijk een oplossing kan worden gezocht, maar wat zullen we doen als dit structureel een behoorlijk issue blijft? Ik was toch wel verrast op het moment dat u sprak over voedselbanken voor dieren. Ofwel heb ik het verkeerd begrepen, maar ik heb het in elk geval zo geïnterpreteerd dat niet iedereen recht heeft op een dier. Een van de signalen die gegeven worden vanuit de dierenasielen is dat er mensen zijn die door corona in financiële problemen komen en dan hun dier afstaan omdat ze niet meer rondkomen. Dat zijn mensen die voor corona die problemen niet hadden. Ik heb dan liever een beleid dat hen helpt om die periode door te komen met hun huisdier, die dan ook een noodzakelijke trouwe vriend kan zijn, dan een omkering van de situatie. Dus, dat was een beetje een onaangename verrassing. Ik hoop dat ik mij met mijn interpretatie vergis, want armoede is geen keuze en ook mensen in armoede hebben recht op vriendschap en gezelschap.
Wat betreft die voedselbanken: in Diest heeft onze partij vanuit de oppositie het succes verkregen dat er één werd opgericht. Dat is voor heel veel mensen een kwestie om met hun dier op een goede manier een moeilijke periode door te komen. Als het kan voorkomen dat een dier naar een dierenasiel gaat, dan lijkt mij dit een heel goede zaak. Ik wist dus niet goed hoe ik die opmerking moest plaatsen.
Ik denk dat mensen recht hebben op een dier zolang ze dat dier goed verzorgen. Mensen verliezen het recht op een dier op het moment dat ze dat dier beginnen te mishandelen of herhaaldelijk dieren hebben mishandeld of bij wie dieren in beslag zijn genomen. Zo staat het trouwens ook in de Waalse codex en dat vind ik een goed principe. Maar een financiële tegenslag zou niet als gevolg moeten hebben dat men dat recht verliest. We moeten dan ook zoeken hoe we dit kunnen overbruggen, hoe we die armoede structureel kunnen aanpakken want voor mij is armoede nog altijd een onrecht.
Laat ons wat de asielen betreft goed monitoren of de nood structureel dan wel tijdelijk blijft. De signalen die ik krijg vanuit het veld gaan eerder in de richting van het structurele. Ik wil daar toch de aandacht op blijven vestigen en er uw aandacht voor vragen. Als dat dan betekent dat we de enveloppe moeten herbekijken, dan moeten we dat doen.
De vraag om uitleg is afgehandeld.