Verslag vergadering Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
Mevrouw Fournier heeft het woord.
Minister, nadat het verzameldecreet het mogelijk maakte om het personenvervoer over het water toe te wijzen aan een instantie liet u in oktober weten in een persbericht: “Vandaag de dag verzorgt MDK (het Agentschap Maritieme Dienstverlening en Kust) reeds een aantal veerdiensten, maar was het personenvervoer over het water nog niet gestroomlijnd. Aangezien ik hier voor de vervoerregioraden kansen zie en omdat het over een specifieke vervoersmodus gaat, heeft de Vlaamse Regering nu beslist om dit toe te wijzen aan MDK.”
In mei 2021 hadden we het in de commissie al over de mogelijkheden van de watertaxi’s en dan vooral op het vlak van de modal shift. U zei toen in de commissie over het uitrollen in de rest van Vlaanderen: “Omdat dat deel uitmaakt van het vervoer op maat, is het aan de vervoerregioraad om te beslissen om daar al dan niet op in te gaan.”
Het bekendste voorbeeld van de watertaxi’s is DeWaterbus in Antwerpen, die betaald wordt vanuit de Vlaamse begroting. Uit een schriftelijke vraag van augustus begrijp ik dat MDK ook samenwerkt met Gent om daar een taxiproject op het water mogelijk te maken. Ik ken geen voorbeelden die momenteel door de vervoersregio’s opgezet zijn.
U zegt dat het de noden zijn van de vervoerregio’s die zullen bepalen of er watertaxi’s ingezet worden, maar u gelooft zeker in deze mogelijkheden. Volgens mij is onbekend toch vaak ook wat onbemind. Is het dus niet zinvol om hier enkele proefprojecten op te zetten om bijvoorbeeld de vervoersregio’s uit hun comfortzone te laten komen?
Minister, worden er bijkomende projecten rond watervervoer opgezet?
Welke vervoersregio’s zijn bezig met vervoer over water?
Hoe kan de Vlaamse overheid hier beter op inzetten? Is het uw bedoeling om de vervoersregio’s ook effectief op het water actief te krijgen?
Minister Peeters heeft het woord.
Mevrouw Fournier, bedankt om het watervervoer onder de aandacht te brengen.
Allereerst is het belangrijk een onderscheid te maken tussen watertaxi’s, waterbussen en veerdiensten. De watertaxi’s zijn een privé-initiatief, de waterbussen en veerdiensten vallen onder het openbaar personenvervoer. Daar is MDK bevoegd, maar onder meer in de Grensmaasregio valt dat nog onder De Vlaamse Waterweg. Waterbussen en veerdiensten varen met een vaste uurregeling en haltes.
Wat bijkomende projecten inzake watervervoer betreft, is men momenteel bezig met de oefening om alle bestaande verbindingen over het water te centraliseren onder het MDK. Een aantal van de veerdiensten zaten vroeger bij De Vlaamse Waterweg maar de bedoeling is dat ook zij onder het MDK worden ondergebracht, met uitzondering van de Grensmaasregio. Dat wordt verder uitgevoerd tegen 2022.
We werken ook nauw samen met de verschillende vervoerregio’s. Zij die het willen, kunnen personenvervoer over het water mee inbrengen om het vervoer op maat of de combimobiliteit daarin beter te faciliteren. De waterbus of de veren zijn daar een goed voorbeeld van. Men verlengt het fietstraject of de connectie met het openbaar vervoer. Dat gebeurt in samenspraak met de vervoerregio’s.
Vandaag zijn acht van de vijftien vervoerregio’s in meer of mindere mate bezig met verbindingen over het water. Soms gaat het over één of over enkele kleinere veerdiensten, maar soms gaat het over veel meer. In Antwerpen, Gent en het Waasland staat het personenvervoer over het water hoog op de agenda. Zo zijn er bijvoorbeeld in de vervoerregio Antwerpen reeds gesprekken opgestart voor het uitwerken van ideeën aangaande mogelijke toekomstige trajecten en uitbreidingen, vooral met het oog op het bewerkstelligen van de modal shift en het ondersteunen van het fietsnetwerk.
Hoe kan de Vlaamse overheid hier beter op inzetten? Het personenvervoer over het water moeten we niet als doel op zich zien, maar als een oplossing wanneer andere modi tekortschieten en om die combimobiliteit ten volle te faciliteren of te bewerkstelligen. De waterbus in Antwerpen is daar een heel goed voorbeeld van. Die connecteert het woongebied goed met het havengebied.
We zetten volop in op het woon-werkverkeer. Er komen regelmatig vragen om nog een aantal bijkomende haltes te faciliteren om zo mensen aan te moedigen meer met de fiets van en naar het werk te gaan. De fiets kan mee op de waterbus en zorgt zo voor een goede aanvulling op het vervoer op maat, maar zorgt ook voor het faciliteren van de modal shift.
Mevrouw Fournier heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw antwoord. What’s in a name? Ik sprak inderdaad over watertaxi's, maar we kunnen evengoed waterbussen zeggen. Laten we het op personenvervoer over het water houden.
Minister, er gaan heel grote budgetten naar onze waterwegen, maar de focus ligt eigenlijk vooral op het goederenvervoer. Er zijn heel wat mogelijkheden om personenvervoer via het water te doen. U hebt die mogelijkheden al geschetst. Mijn eigen stad Menen ligt aan de Leie. Wij zouden eigenlijk perfect personenvervoer via het water kunnen organiseren naar Wevelgem, naar Kortrijk en, aan de andere kant, naar Wervik. Er liggen daar tal van mogelijkheden.
Minister, het was ook goed om van u te horen dat acht van de vijftien vervoerregio’s over heel Vlaanderen al bezig zijn met het vervoer over het water.
Ik heb daarbij een bijkomende vraag. Als we kijken naar wat er in Antwerpen en Gent gebeurt, dan wordt het allemaal betaald door het Agentschap voor Maritieme Dienstverlening en Kust, door de Vlaamse overheid. U zegt dat de verschillende vervoerregio’s daar ook mee bezig zijn, lokaal dan, in hun eigen regio. Maar die budgetten moeten dan ook worden afgenomen van het totaalbudget van de vervoerregio's. Minister, ik heb het al eens gevraagd in de commissie, maar zou het mogelijk zijn om, als een vervoerregio er graag op zou inspelen om het personenvervoer per water te organiseren, daar dan ook extra budgetten voor te voorzien? Want als dat allemaal moet worden meegenomen in het ene budget van vervoer op maat of van de vervoerregio's, is het bijna niet haalbaar voor die vervoerregio’s om dat nog eens extra te … (onverstaanbaar) …
Minister, mijn bijkomende vraag luidt: als bepaalde vervoerregio’s daar inderdaad op willen inzetten, is het dan mogelijk om daar vanuit de Vlaamse overheid extra budget aan te spenderen?
De heer Verheyden heeft het woord.
Mevrouw Fournier, ik moet u eigenlijk bedanken omdat u exact dezelfde vraag hebt gesteld die ik in mei jongstleden nog heb gesteld. Voor mij is dat personenvervoer over het water ook enorm belangrijk. We zitten in onze streek vlak bij de Schelde, Antwerpen ligt niet zo heel veraf en dat vervoer over het water zou inderdaad een wezenlijk deel van de modal shift kunnen uitmaken, zeker omdat we hier in de streek ook wel de effecten zullen merken wanneer de Oosterweelwerken op volle toeren gaan draaien en de files waarschijnlijk ook zullen toenemen. Vanuit deze streek, vanuit mijn gemeente, en ook vanuit ‘de overkant van het water’, van Temse en het Waasland, is er dus inderdaad de vraag om de waterbus mee in te schakelen. Er was recent ook nog een project van een privébedrijf dat wou starten met watertaxi’s. Die watertaxi’s zijn natuurlijk iets kleiner, en dan is het ook iets moeilijker om fietsen mee te nemen. Ik denk dat er in Vlaanderen veel mogelijkheden zijn om die watertaxi’s mee uit te rollen, om die waterbussen toch wat meer in te zetten.
Minister, het klopt wat mevrouw Fournier zegt. U hebt dat trouwens ook geantwoord op mijn vraag enkele maanden terug. De vervoerregio’s zullen die financiële middelen om zo’n waterbus te exploiteren, zelf moeten ophoesten. De aanlegsteigers, dat is het Vlaamse Gewest, maar dan nog blijft de exploitatie van een waterbus vrij duur. Gezien de beperkte budgetten van de vervoerregio’s is dat dus een weinig haalbare kaart voor de meeste van die vervoerregio’s. Ik kan me dus alleen maar aansluiten bij de vraag van mevrouw Fournier. Minister, bent u bereid, indien er vervoerregio’s zijn die willen inzetten op een waterbus, om daar meer middelen voor in te zetten?
De heer Maertens heeft het woord.
Minister, bedankt voor uw antwoorden. Collega Fournier, bedankt voor de vraag. Dit is immers een interessant onderwerp. In Antwerpen heeft men DeWaterbus. Als er een waterweg, een kanaal is, dan denkt men erover na om die waterweg ook voor personenvervoer in te zetten. Ik heb daar ook nog aan gedacht bij de start van onze vervoerregio. Dan moet men echter natuurlijk ook realistisch zijn en kijken naar kostprijs en rendement. Als je dan ziet dat er bijvoorbeeld langs heel veel kanalen of verbindingen langs rivieren en kanalen ook een spoorlijn is, dan weet ik niet of het wel het verstandigste idee is om daarin te investeren.
Los daarvan denk ik dat er in Vlaanderen, met het zeer dichte bevaarbare netwerk dat we hebben, wel mogelijkheden zijn. Minister, ik vroeg me dus af of de Vlaamse overheid en u dit in kaart hebben gebracht. Er zijn de indicaties vanuit de vervoerregio’s, maar is er ergens een behoefteanalyse gemaakt waar de grootste opportuniteiten uit kunnen worden gehaald? Het zal immers altijd kiezen worden. We gaan niet elke waterweg kunnen uitrusten met een waterbus. Weten we waar de belangrijkste behoefte of de belangrijkste markt kan zijn voor capaciteit en dus voor een rendabele uitbating? Los daarvan weet ik ook niet of de overheid alles moet doen. Misschien moeten we in dezen ook zoeken naar privépartners. Het lijkt me misschien niet onverstandig dat, als we weten waar er rendabel uit te baten lijnen zijn over het water, we dan eerst eens kijken richting de privésector. Minister, ik weet niet of er concrete contacten zijn, als er stappen zijn gezet.
Minister Peeters heeft het woord.
Collega’s, dank u wel voor de bijkomende vragen. DeWaterbus vaart sinds 2017 op de Schelde in Antwerpen. In de opstartjaren was het misschien wat moeilijk, maar recent hebben we daar toch onze 2 miljoenste reiziger mogen verwelkomen. Tegelijkertijd moet ik ook wel meegeven dat daar nog wel wat extra potentieel zit om nog wat meer reizigers, nog wat meer fietsers van de ene kant naar de andere kant van de Schelde te brengen. Dat is dus sowieso een goede zaak. Mijnheer Maertens, daarmee ga ik dan ook onmiddellijk in op uw vraag. Ik denk niet dat er vandaag een studie voorhanden is waarin werd bekeken waar men in het kader van de modal shift en de combimobiliteit volop zou kunnen inzetten op nog meer personenvervoer over het water. Ik denk dat dat zeker heel interessant is. Ik moet navraag doen bij het Agentschap MDK of men dat al in detail heeft gedaan, maar ik denk het niet. Ik weet op dit ogenblik ook niet of de vervoerregioraden zelf daar wel mee aan de slag zijn gegaan.
Ik hoor de heer Verheyden zeggen dat het in zijn regio zeker wel interessant zou zijn. Ik weet dat er in acht van de vijftien vervoerregioraden weliswaar over gepraat is, maar dat zal in de vervoerregioraad Antwerpen zeker uitgebreid gebeurd zijn. Als het ergens louter en alleen gaat over een bijkomend veeroverzet is dat natuurlijk van een heel andere impact.
Het budget dan: alles staat en valt natuurlijk met exploitatiebudgetten. U weet dat mijn budget niet oneindig is en dat ik geen recurrente middelen heb om extra in te zetten voor bijkomend vervoer op maat. Wat de vervoerregio vandaag uitrolt, is in principe binnen dat groeipad van die vervoer-op-maatmiddelen die we voorhanden hebben. We willen die modal shift en daarom denk ik – ik weet niet of de studie voorhanden is – dat het een goede suggestie is om daar toekomstgericht nog meer op in te zetten.
DeWaterbus is nu vijf jaar en mooi geëvolueerd. Het is misschien een voorbeeld voor andere regio’s om daar toekomstgericht meer op in te zetten. Alleszins, u weet dat, heb ik vandaag geen budgetten om extra exploitatie te voorzien voor meer private taxi- of waterbussen. Ik neem aan dat we eerst bekijken wat de vervoerregioraden daaromtrent uitwerken in het kader van hun vervoer-op-maatplannen. Toekomstgericht nemen we dat mee.
Mevrouw Fournier heeft het woord.
Er gaan heel veel budget naar onze waterwegen. We moeten dat optimaal benutten, niet alleen voor het openbaar vervoer, maar ook voor het personenvervoer. Het kan, mijnheer Maertens, dat dit naar privébedrijven gaat, maar dat zou dan grondig onderzocht moeten worden.
Misschien, minister, kunnen er best practices worden meegedeeld aan de vervoerregioraden als ze willen instappen in een bepaald project, of als ze binnen een bepaalde visie vanuit De Vlaamse Waterweg hulp kunnen krijgen.
De vraag om uitleg is afgehandeld.