Verslag vergadering Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken
Verslag
– Een aantal sprekers nemen mogelijk deel via videoconferentie.
Mevrouw Moors heeft het woord.
Mijn vraag zal worden gesteld door YOUCA-studente Anouck Everaerts. Ze is ook van Lummen, dus ze kent de problematiek een beetje.
De schepen van mobiliteit in Lummen krijgt frequent te maken met berichten van omwonenden van de E313, meer specifiek van de buurt Geneiken, die de geluidsoverlast van de snelweg in hun buurt niet langer kunnen harden. Geluidsoverlast door wegverkeer is een problematiek die steeds meer onder de aandacht komt. Cardioloog Marc Goethals sprak onlangs in een artikel in Knack over de zwaar onderschatte problematiek, waarin hij het verkeer als grote boosdoener noemt. Hoewel ook de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) waarschuwt voor de gevolgen van lawaai door wegverkeer, en hoewel het overduidelijk is dat lawaai een grote impact heeft op de gezondheid van de mens, worden de medische aspecten die gepaard gaan met geluidsoverlast vandaag de dag nog steeds veeleer onderbelicht.
Geluidsoverlast door wegverkeer kan worden veroorzaakt door diverse factoren, onder andere door een grote hoeveelheid verkeer, door het wegnemen van geluidsbuffers en/of soms ook door de slechte staat van het wegdek. Als er sprake is van geluidsoverlast door wegverkeer kunnen er door het Agentschap Wegen en Verkeer (AWV) geluidsmetingen worden uitgevoerd.
Minister, daarover bleek uit uw antwoord op mijn schriftelijke vraag 1317 dat AWV slechts over één meetploeg voor gevelbelastingsmetingen en één meetploeg voor rolgeluidsmetingen beschikt. Verder bleek ook dat de gemiddelde doorlooptijd tussen het vaststellen van de nood aan een geluidsmeting tot een uitgevoerde geluidsmeting negen maanden bedraagt. Ik stel vast dat het daarna in de praktijk vaak meerdere jaren duurt voor er daadwerkelijk ingrepen worden gedaan om de geluidshinder door wegverkeer te reduceren. Voor de mensen die last hebben van geluidsoverlast door wegverkeer, is het dus vaak een ellenlange lijdensweg.
Dat brengt mij tot de volgende vraag: welke maatregelen wilt u nemen om ervoor te zorgen dat AWV sneller en effectiever kan handelen in de strijd tegen geluidsoverlast afkomstig van wegverkeer?
Collega’s, er staat ook een verzoekschrift op de agenda dat over deze problematiek gaat.
Minister Peeters heeft het woord.
Ik wil bij dezen ook Anouck danken voor haar vraag in verband met geluidsoverlast. We krijgen daar heel vaak ook meldingen over van burgers. Dit is dus zeker een heel terechte bekommernis.
Ik wil eerst heel even duiden hoe AWV te werk gaat. Het agentschap probeert op verschillende manieren geluidshinder veroorzaakt door het wegverkeer te reduceren. Ik schets even het juridisch kader. Er is een Europese richtlijn uit 2002 die bepaalt dat er elke vijf jaar geluidskaarten moeten worden opgesteld en dat daaraan ook een aantal actieplannen moeten worden gekoppeld. De Vlaamse Regering heeft op 7 juni 2019 de geluidsactieplannen voor de belangrijke wegen en de belangrijke spoorwegen in Vlaanderen definitief goedgekeurd, en er is ook een knelpuntenkaart wegverkeerslawaai opgesteld.
Welke geluidswerende maatregelen worden genomen? Als het gaat over nieuwe wegen die worden aangelegd, dan moeten we natuurlijk bekijken wat er in de omgevingsvergunning staat. Voor elke nieuwe aanleg of heraanleg van wegen hebben we uiteraard een stedenbouwkundige vergunning nodig. Daaraan is meestal ook een milieueffectrapport (MER) gekoppeld. Daarbij wordt sowieso de impact op het klimaat gemeten, maar ook geluid, trillingen en dergelijke, de impact voor de mens als dusdanig. Er wordt daarbij onderzocht of er bijkomende milderende maatregelen nodig zijn inzake geluid. Het Richtlijnenboek Geluid en Trillingen wordt gehanteerd om te bepalen of er extra geluidswerende maatregelen moeten worden genomen.
Het kan ook gaan over bestaande situaties, waarbij er geen sprake is van nieuwe wegenplannen of een heraanleg. Daarover krijgen we vaak klachten. Dan gaat men ook onderzoeken of die klachten en bekommernissen terecht zijn. Men gaat eerst bekijken of de woonzone vanwaar de klachten komen, is opgenomen in de prioriteitenlijst geluid. Dat gaat meestal over geluidsbelaste woonzones die binnen een straal van 250 meter van een drukke verkeersas liggen. Men gaat bekijken of er daar een bepaalde prioritaire aanpak inzake geluid is vastgesteld. Het kan ook zijn dat een woonzone deel uitmaakt van een actieve knelpuntenlijst, die dan volgt uit het geluidsactieplan dat gekoppeld is aan de plannen die in 2019 zijn goedgekeurd. Het kan ook zijn dat er door het lokaal bestuur samen met AWV in het kader van de mobiliteitsconvenanten een samenwerkingsovereenkomst is afgesloten om gezamenlijk over te gaan tot het nemen van bepaalde geluidswerende maatregelen.
Men kan dan overgaan tot geluidswerende constructies als aan welbepaalde voorwaarden is voldaan. Zo moet het gaan over een wooncluster van minimaal vijf woningen. Die moeten blootgesteld zijn aan een geluidsniveau dat groter is dan 60 decibel adjusted, en minstens één woning moet ook nog eens blootgesteld zijn aan een geluidsniveau van 65 decibel adjusted. Dat klinkt misschien allemaal heel technisch, maar dat zijn de specifieke criteria waar AWV rekening mee houdt vooraleer men geluidswerende constructies gaat plaatsen. Een ander belangrijk criterium is dat er voldoende fysieke ruimte moet zijn om bijvoorbeeld geluidsmuren te plaatsen. Ook dat is natuurlijk een element, want men kan niet zomaar overal pal op de scheidingslijn tussen de weg en het private domein geluidswerende muren zetten. De verkeersveiligheid is daarbij natuurlijk ook altijd een heel belangrijk aspect: dit mag ook geen hinder veroorzaken.
Ik had het specifiek over geluidswerende muren, maar daarnaast hebben we ook nog diverse mogelijkheden inzake de wegverharding die wordt aangebracht. Dat gebeurt dan meestal wanneer er een nieuwe laag asfalt moet worden gelegd. Daaromtrent heeft AWV de ‘Nota stille wegverhardingen’. Het geniet sowieso de voorkeur om die stillere wegverhardingen aan te wenden wanneer er een nieuwe asfaltlaag wordt aangebracht.
Op het moment dat AWV concrete vragen binnenkrijgt, wordt de meetcampagne opgenomen in de planning. Die gebeurt volgens het fifo-principe (first in, first out): de eerste aanvragen zullen dus ook het eerst worden behandeld. De metingen kunnen natuurlijk ook pas worden uitgevoerd als de juiste omstandigheden er zijn. Die meetresultaten moeten te allen tijde representatief zijn, en men moet ook bekijken of er geen meetcampagnes zijn die recent zijn gebeurd voor die welbepaalde elementen.
Afhankelijk van het resultaat van de geluidsmetingen gaat men dan bekijken of het nodig is om bepaalde maatregelen te nemen. Zo ja, dan wordt er een samenwerkingsovereenkomst afgesloten om daar verder uitvoering aan te geven. Dan volgt er meestal ook een akoestische studie om een en ander verder uit te rollen. Uiteraard moeten dan ook de nodige budgetten worden opgenomen in ons investeringsplan dat jaarlijks wordt opgemaakt, zodat men vervolgens kan overgaan tot de technische en praktische uitwerking, ofwel van geluidswerende muren, ofwel van geluidsarme wegverharding.
Dit was een vrij technische uitleg, maar ik denk toch wel vrij volledig op uw vraag te hebben geantwoord.
Mevrouw Moors heeft het woord.
Minister, dank u. Het was inderdaad zeer technisch en zeer uitgebreid, maar YOUCA-studente Lara Keunen heeft toch nog enkele bijkomende vragen voor u.
Minister, bedankt voor uw antwoorden. Zoals ik daarnet al aanhaalde, stel ik vast dat het in de praktijk vaak meerdere jaren duurt voor er daadwerkelijk ingrepen worden gedaan om de geluidshinder door wegverkeer te reduceren, waardoor dit voor mensen dus vaak een ellenlange lijdensweg wordt. Ik heb u daar onlangs ook een schriftelijke vraag over gesteld. U gaf toen zelf aan dat het zeer moeilijk is om aan te geven wanneer metingen zullen worden uitgevoerd. Ondertussen blijven die mensen wel in die geluidsoverlast leven, waarvan de medische gevolgen eigenlijk taboe blijven. Vandaar mijn bijkomende vragen. Bent u op de hoogte van de medische gevolgen van overmatige blootstelling aan geluidsoverlast door wegverkeer? Bent u van plan om daar een uitgebreid onderzoek naar te initiëren?
Minister, ik heb nog een bijkomende vraag, want dat bleek nog niet uit uw antwoord: op basis van een andere schriftelijke vraag heb ik begrepen dat er slechts twee meetploegen ter beschikking zijn van AWV, één meetploeg voor gevelbelastingmetingen en één meetploeg voor rolgeluidsmetingen. Wij stellen ons de vraag waarom maar een aantal beperkte ploegen dat kan doen. Wat is daar de reden van?
De heer Verheyden heeft het woord.
Dank u, minister. Het onderwerp is al herhaaldelijk aan bod gekomen in deze commissie. Enkele maanden geleden heb ik u trouwens een vraag om uitleg gesteld over het frezen van wegen met de Next Generation Concrete Surface-techniek. In Maldegem was hiermee een vrij succesvol proefproject geweest en men zou dat ook op de Antwerpse Ring toepassen. Dat zou toch wel een decibelverlaging van 4,5 tot 5 decibel kunnen genereren.
Zijn er plannen gemaakt om dat naar andere wegen in Vlaanderen uit te breiden? Zo ja, over welke tijdslimiet spreken we dan? Zijn die resultaten bevredigend genoeg om die techniek meer toe te passen op onze wegen in Vlaanderen?
Minister Peeters heeft het woord.
Natuurlijk kan dat een impact op de gezondheid hebben als je continu wordt blootgesteld aan geluidsoverlast. Ik denk dat we het daar wel allemaal over eens zijn. Je moet er ook wel altijd rekening mee houden en ervan uitgaan dat voor de ene een welbepaald geluid al onmiddellijk het toelaatbare overschrijdt, terwijl de andere daar misschien iets toleranter mee omgaat. Daarom ook worden die akoestische studies en metingen door het Agentschap Wegen en Verkeer uitgevoerd. Het moet natuurlijk ook te allen tijde objectief worden vastgesteld.
Het is alleszins niet aan het Departement Mobiliteit en Openbare Werken (MOW) om een gezondheidsonderzoek naar de impact van geluid op de mens te doen. Het geluid kan van alle mogelijke elementen komen. Dat kunnen ook andere omgevingsgeluiden zijn, dat hoeft niet noodzakelijk alleen van het wegverkeer te komen. Dat geluid kan tal van oorzaken hebben. Als het gaat over een grootschalig onderzoek naar geluid en de correlatie met gezondheid, dan denk ik dat ik naar het departement Welzijn moet verwijzen.
Dan was er uw vraag over de meetploegen. Ik heb daarstraks gezegd dat het Agentschap Wegen en Verkeer van start gaat als er een aanvraag binnenkomt om welbepaalde metingen te doen. Men heeft verschillende soorten metingen en er zijn vier groepen: de gevelbelastingmeting, CPX-meting (Close ProXimity), CPB-meting (Controlled Pass-by) en de in situ-meting.
Ik begrijp echter niet heel goed wat uw specifieke vraag was?
Er zijn te weinig meetploegen.
Het is mij alleszins niet bekend dat er te weinig mensen zijn die de metingen effectief zouden kunnen uitvoeren, maar het is een en-enverhaal. We kunnen niet telkens ad hoc op elke vraag ingaan. Op het moment dat er een melding binnenkomt, zal men kijken of daar recentelijk nog metingen zijn uitgevoerd. Dat wordt eerst gecontroleerd. Als er meerdere klachten zijn, dan zal men alleszins kijken of men daar objectieve vaststellingen kan doen en kan meten of daar een welbepaalde geluidsoverschrijding is. Wat is daar dan de oorzaak van en hoe kan men daar verder mee omgaan? Dat gebeurt dan in samenspraak met het verhaal van de investeringslijsten.
We hebben enerzijds wel veel middelen ter beschikking om te investeren, maar de noden zijn ook immens groot, en het is niet overal mogelijk om op één dag tijd geluidsmuren te plaatsen of geluidswerend asfalt aan te brengen. We nemen al die metingen ter harte, maar we kunnen niet gelijktijdig alles uitvoeren. Dat moet dus weloverwogen en in samenspraak met de lokale besturen gebeuren. Desgevallend wordt een samenwerkingsovereenkomst in het kader van die mobiliteitsconvenanten afgesloten.
Dan wat de laatste vraag van de heer Verheyden betreft: ik heb hier niet direct de concrete resultaten voorhanden. Ik zal dit navragen, maar ik moet u hierop vandaag het antwoord schuldig blijven. U kunt deze ook desgevallend via een schriftelijke vraag of een volgende vraag om uitleg opvragen.
Mevrouw Moors heeft het woord.
Dank u wel, minister, voor uw uitgebreide antwoord. We hebben zo meer inzicht gekregen in hoe het er allemaal aan toegaat. Ik zal de situatie bij ons in Lummen verder op de voet blijven volgen. De nieuwe technieken die er nu zijn om buiten de geluidsmuren veranderingen aan te brengen aan het wegdek, kunnen inderdaad op sommige plaatsen soelaas brengen.
De vraag om uitleg is afgehandeld.