Verslag vergadering Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media
Verslag
Mevrouw Meuleman heeft het woord.
Minister-president, op 1 oktober heropende het nachtleven, als zowat laatste in de rij. Voor de eventsector was dat echter niet echt een reden tot feesten, konden we lezen in de krant. Die sector ziet immers nog steeds zwarte sneeuw. Voor hen viel de ‘zomer van de vrijheid’ toch nog wat tegen. De actiegroep Sound of Silence slaakte een noodkreet en deed ook een concreet voorstel. Volgens de woordvoerster van Sound Of Silence is het de perceptie in de buitenwereld dat de sector weer op volle toeren draait, en draaide in de zomer. Dat is echter helemaal niet het geval. Er is zeker geen sprake van een volledige heropleving van de sector, laat staan dat het niveau van 2019 wordt gehaald.
Bovendien blijven er extra uitdagingen en kosten, zoals het halen van ventilatienormen. Ook al te angstige communicatie of voorbarige communicatie, zoals bijvoorbeeld rond Pukkelpop, doen de perceptie van de eventsector geen goed.
Om het tij te keren, stelt de sector voor om – naar analogie met de Vlaamse Bouwmeester – een Vlaamse Eventmeester aan te stellen: iemand die bruggen bouwt, een dialoog opzet en creatief nadenkt over de promotie van de sector. Hij of zij moet zorgen voor een structurele professionalisering van de sector.
Ik heb hierover de volgende vragen, minister-president.
Erkent u de noden van de eventsector?
Klopt het dat de sector relatief nieuw is en nood heeft aan structurele professionalisering? Op welke vlakken?
Hoe wilt u die professionalisering, afstemming en stroomlijning in de sector aanpakken?
Wat vindt u van het voorstel van een Vlaamse Eventmeester? Bent u dat idee genegen? Ziet u nog andere pistes?
Minister-president Jambon heeft het woord.
Mevrouw Meuleman, ik ben me heel erg bewust van de noden van de eventsector. Al sinds het begin van deze crisis heeft mijn kabinet wekelijks contact met spelers uit de eventsector. U weet wellicht ook dat deze sector zeer breed en zeer divers is. Het gaat om activiteiten van puur commerciële aard tot gesubsidieerde culturele initiatieven, van een congres tot een klein of groot festival. Dat zijn allemaal evenementen.
Er werden op het vlak van ondersteuning door de Vlaamse Regering heel wat steunmaatregelen genomen, waarvan deze sector gebruikgemaakt heeft. We denken aan het Vlaams Beschermingsmechanisme, het Garantiefonds, de activiteitenpremie enzovoort. We hebben het er in deze commissie al vaak over gehad.
Daarnaast werden er in de school van Event Flanders tal van tools ontwikkeld om een veilige heropstart van de sector te faciliteren. Het CERM en het CIRM – dus het COVID Event Risk Model en het COVID Infrastructure Risk Model – waren bedoeld om evenementen op een zo veilig mogelijke manier te kunnen laten doorgaan. Het CERM diende specifiek om evenementen te kunnen laten doorgaan. Ter info: het CERM telde meer dan 40.000 gebruikers en er zijn 60.236 COVID Event Scans en dus eventsimulaties gemaakt. Het CIRM moest toelaten aan permanente infrastructuren om evenementen met een nog groter aantal bezoekers COVID-veilig te ontvangen en was er specifiek voor uitbaters van een permanente sport-, culturele of evenementeninfrastructuur zoals stadions sporthallen, theaters, concertzalen, evenementenhallen en congreslocaties. Deze modellen kwamen tot stand dankzij een co-creatieve samenwerking met verschillende stakeholders uit de sector, onder andere de Event Confederation, het expertisecentrum Publieke Impact van de Karel de Grote Hogeschool en Event Flanders.
Daarnaast was er ook het bewustzijn dat een tweede gemiste festivalzomer zware economische en maatschappelijke gevolgen zou hebben voor de ruime sector maar ook dat dit de internationale toonaangevende reputatie van de Vlaamse festivalsector enorme schade zou toebrengen. Minister Demir heeft een deel van de relancemiddelen vrijgemaakt om via Event Flanders een projectoproep ‘Flanders is a Festival 2021’ te lanceren en op die manier een zeventigtal projecten van zomerfestivalorganisatoren te ondersteunen die inzetten op innovatie, duurzaamheid en netwerking om de corona-uitdagingen het hoofd te bieden.
Toerisme Vlaanderen ontwikkelde voor meetinglocaties, zoals hotels met meetingfaciliteiten, een leidraad rond coronapreventie.
Ook voor het opstellen van de protocollen werd heel nauw samengewerkt tussen de verschillende beleidsdomeinen en met de eventsector.
Klopt het dat de sector relatief nieuw is en nood heeft aan professionalisering? De sector is, denk ik, als dusdanig niet nieuw. Het klopt wel dat wat we de ‘eventsector’ noemen minder georganiseerd was en niet altijd sprak met een stem. De coronacrisis heeft daar op een positieve manier verandering in gebracht. De Event Confederation, een associatie ter ondersteuning van de sector, heeft heel wat van het lobbywerk op zich genomen om de sector één stem te geven en significante noden aan te kaarten. Zoals ik al eerder zei, heeft mijn kabinet nagenoeg wekelijks overleg met deze mensen.
Hoe willen we de professionalisering, afstemming en stroomlijning in de sector, aanpakken? Initiatieven waarin de krachten worden gebundeld en de visie scherp wordt gesteld om de belangen van de eventsector te ondersteunen, zoals nu met de Event Confederation, zijn aan te moedigen.
De coronapandemie wees ons op de enorme economische en maatschappelijke relevantie van evenementen en tegelijk op de nood aan een overkoepelende aanpak en ondersteuning van de brede sector. We hebben het dan over het CERM, het CIRM, Flanders is a Festival, testevents, sectorprotocollen, steunmaatregelen, enzovoort. Dit alles diende ter ondersteuning van de brede sector.
Event Flanders zal ook in het postcoronatijdperk de verbinding blijven maken tussen sector en overheid. In de eventvisie 2.0 van Event Flanders zal kennisopbouw en kennisdeling een vaste pijler van de Event Flanders-werking worden.
In dat verband zal nu al, in december, de Meet in Flanders Academy, een inspiratie- en kennisdelingsdag worden opengetrokken naar eventprofessionals. Het kennisdelingsmoment dat gepaard ging met het FIAF-project (International Federation of Film Archives) zal worden gefaciliteerd door Event Flanders en samen met de sector worden gedeeld tijdens de Academy. Ondertussen is op basis van die output ook verder werk gemaakt van een model voor florerende events dat inzet op duurzaamheid, en positieve impact bewerkstelligt dankzij events op bewoners, ondernemers, bezoekers en de plek.
Wat betreft de Vlaamse Eventmeester: ik begrijp uit de contacten met de eventsector dat de meningen binnen de sector zelf verdeeld zijn over het idee van de Sound of Silence-groep. Om zo een voorstel vorm te geven, moet er in de eerste plaats gedragenheid zijn binnen de sector zelf. Ik stel vast dat die er niet is.
Los daarvan denk ik dat we met Event Flanders misschien wel een orgaan hebben om een dergelijke werking ter ondersteuning en promotie van de sector verder uit te bouwen. Zoals u weet is Event Flanders een beleidsdomeinoverschrijdende samenwerking tussen Toerisme, Cultuur, Sport, Kanselarij en Buitenlandse Zaken en is het operationeel in de schoot van Toerisme Vlaanderen.
Ondersteuning van zo een brede en diverse sector zal alleszins om een sterke wisselwerking vragen tussen de beleidsdomeinen zelf, de cultuursector, de sportsector en de toeristische sector.
Mevrouw Meuleman heeft het woord.
Minister, ik ben er inderdaad van overtuigd – en ik ben daar blij om – dat u het belang van de eventsector inziet. Het is een economisch grote sector, die instaat voor heel wat tewerkstelling, en die ook zorgt voor een stuk internationale uitstraling. Ik twijfel er niet aan dat u dat belangrijk vindt. Het is inderdaad een heel diverse sector, met grote spelers, maar ook met kleintjes. Ik denk dat we op alle niveaus aandacht moeten hebben voor de organisatoren van events, ook voor de minder grote en kleinere, die het soms moeilijk hebben om een aantal zaken te realiseren. Ik denk bijvoorbeeld aan de ventilatienormen, minister. Dat is voor de culturele sector, maar ook voor de eventsector, steeds meer een probleem.
Mijn bijkomende vraag – ik had het ook al aangehaald – is of daar nog bijkomende ondersteuning voor voorzien is? Het blijkt toch wel problematisch te zijn op dit moment om de normen te halen en de aanpassingen te doen die daarvoor nodig zijn. Worden die normen aangehouden? Zo ja, wordt daar nog extra ondersteuning voor voorzien?
Mijn tweede bijkomende vraag, minister: bent u ook klaar voor een vierde golf, een mogelijke nieuwe opflakkering? Het lijkt dat die eraan zit te komen. Dan kijkt de eventsector misschien aan tegen weer geen ‘winter van de vrijheid’, maar weer een problematische winter. Op welke manier zult u dan nog mogelijke extra ondersteuning voorzien voor de sector?
Mevrouw Segers heeft het woord.
Dank u wel, collega Meuleman, voor uw vraag. Ik heb niet per se een bijkomende vraag, maar wel een ondersteuning van de vraag van collega Meuleman, naar de kleine en middelgrote spelers in die zeer diverse en ruime sector. Zeker in het licht van een mogelijke vierde golf, en de eisen die gesteld worden – onder andere op het vlak van ventilatie – en een trage heropstart, wil ik de vraag steunen over welke bijkomende steunmaatregelen u plant, minister-president, voor deze sector?
Mevrouw Brouwers heeft het woord.
Ik was het eerst niet van plan, maar de tussenkomst van mevrouw Segers doet me inderdaad ook ergens aan denken. Ik hoorde vanmorgen op de radio dat men vanuit de sportsector soepelere ventilatieregels vraagt, of maatregelen die daaromtrent genomen moeten worden. Ik denk dat er toch ook voor de cultuursector gekeken zal moeten worden hoe wij het de komende winter mogelijk maken om alle zalen open te houden zonder heel zware kosten voor alle centra en organisaties. Het is een heel algemene bedenking die ik hier maak. Misschien is dat toch iets om de komende week of weken ook mee te nemen, minister, in uw opdracht als minister van Cultuur. Ik denk dat daar wat vragen leven en onzekerheden spelen. We hopen toch allemaal dat we de komende winter niet weer allerlei zaken op een lager pitje moeten gaan zetten, ook bij cultuur.
Minister-president Jambon heeft het woord.
Collega’s, ik ga nog even in op de twee concrete vragen over ondersteuning van de ventilatienormen. Volgende week – vrijdag over acht dagen – is er weer een vergadering van het Overlegcomité. Ik heb vorige keer gezegd dat ik dat daar ter sprake wil brengen. Het zal me benieuwen hoe jullie drie partijen daarmee rond de tafel gaan zitten. Het is de minister van Binnenlandse Zaken die het MB schrijft. Ik ga ervan uit dat er federaal dus enorme steun gaat komen van de minister van Binnenlandse Zaken om die normen aan te passen. In ieder geval zal ze aan mij een medestander hebben.
Zijn we klaar voor de vierde golf? Vlaanderen is klaar voor de vierde golf. We zijn voor 92 procent gevaccineerd. Besmettingen interesseren mij iets minder. De druk op het gezondheidssysteem interesseert mij. Ik denk dat we er met onze hoge vaccinatiegraad in Vlaanderen klaar voor zijn, zeker omdat we nu de 65-plussers ook aan het vaccineren zijn. In die zin zijn wij klaar.
Ik ga er niet van uit dat we opnieuw delen van de sectoren moeten stilleggen en al die andere vervelende maatregelen die we het afgelopen anderhalf jaar hebben moeten nemen, herhalen. In het geval er toch iets zou zijn dat we vandaag niet zien aankomen, zal het Vlaams beschermingsmechanisme geactiveerd worden. We houden dat achter de hand voor het geval de omstandigheden van dien aard zijn dat het nodig is. Onze hoge vaccinatiegraad is de beste verzekering om ons leven op een normale manier te kunnen verderzetten. Dat de besmettingen zouden toenemen, had iedereen voorspeld. Dat er meer mensen in het ziekenhuis liggen met covid of griep of andere ziektes is op zich ook niet erg, behalve als je natuurlijk zelf het slachtoffer bent. Waar het ons om gaat, is om overmatige druk op het gezondheidssysteem te vermijden. Dat dient zich in Vlaanderen vooralsnog niet aan.
Mevrouw Meuleman heeft het woord.
We hoeven het, denk ik, niet noodzakelijk stil te leggen. Het resultaat zou wel kunnen zijn dat door een vierde golf mensen sowieso minder naar cultuur en evenementen zullen gaan. We zien dat nu al. De verwachte volledige heropleving in cultuur is er nog niet gekomen. Ik denk dat hetzelfde geldt voor de eventsector. Dat klagen ze ook aan en dat hebben ze gezien tijdens de zomer. Als de perceptie van de vierde golf doorzet, de cijfers naar omhoog gaan en de schrik er weer wat inzit, dan kan die sector zonder dat er sluitingen worden opgelegd of extra maatregelen worden genomen, toch nog getroffen blijven. We moeten ook daar waakzaam voor zijn. Het gaat niet alleen over al dan niet stilleggen, het gaat wel over monitoren. Wat zijn de resultaten? Hoe leeft de sector op? En als die het bijzonder moeilijk krijgt, moet de regering klaarstaan om waar nodig te ondersteunen. Dat is mijn pleidooi, minister.
De vraag om uitleg is afgehandeld.