Verslag vergadering Commissie voor Binnenlands Bestuur, Gelijke Kansen en Inburgering
Verslag
– Een aantal sprekers nemen mogelijk deel via videoconferentie.
De heer Dochy heeft het woord.
Minister, collega’s, op 25 juni 2017 werd federaal de wet aangenomen tot hervorming van regelingen inzake transgenders wat de vermelding van een aanpassing van de registratie van het geslacht in de akten van de burgerlijke stand en de gevolgen hiervan betreft. Personen die overtuigd zijn dat hun genderidentiteit niet overeenkomt met het geslacht dat staat vermeld in de geboorteakte, kunnen door deze wet hun geslachtsregistratie in hun geboorteakte laten aanpassen via een eenvoudige procedure bij de burgerlijke stand. Bij de vorige wet waren nog een aantal fysieke maatregelen nodig voor die omschakeling, nu gaat het om een louter administratieve aangelegenheid.
Het Grondwettelijk Hof heeft … (onverstaanbaar)… bepaald dat er een derde geslacht, x, dient te komen of dat de geslachtsregistratie afgeschaft dient te worden. Het is straks dus waarschijnlijk mogelijk om naast m of v ook x aan te duiden, wat voor non-binair staat en een oplossing biedt voor mensen die zich niet bij m of v thuis voelen.
In het Lokaal en Provinciaal Kiesdecreet van 8 juli 2011 vinden we enkel de verwijzing naar man en vrouw terug. Artikel 74 verwijst naar de pariteitsregels die in acht genomen moeten worden. Er staat ook dat op eenzelfde lijst het verschil tussen het aantal kandidaten van elk geslacht niet groter mag zijn dan één. De eerste twee kandidaten van eenzelfde lijst mogen niet van hetzelfde geslacht zijn. In artikel 285 verwijst men naar de vrouwelijke kandidaat en naar de mannelijke kandidaat.
Minister, wat zijn de gevolgen van een eventuele aanpassing van de federale wetgeving voor de toepassing van het Lokaal en Provinciaal Kiesdecreet? Hoe moet de invoering van het eventueel derde geslacht, x, gezien worden binnen de toepassing van het decreet?
Minister Somers heeft het woord.
U verwijst in uw vraagstelling naar de wet van 25 juni 2017 tot hervorming van regelingen inzake transgenders wat de vermelding van een aanpassing van de registratie van het geslacht in de akten van de burgerlijke stand en de gevolgen hiervan betreft. Op basis van die wet kunnen personen hun geslachtsregistratie in hun geboorteakte inderdaad laten aanpassen en, in tegenstelling tot de vorige wet, worden er geen medische eisen meer gesteld.
U concludeert echter verkeerdelijk dat het nu mogelijk is om naast m en v, ook x als geslacht aan te duiden, wat voor non-binair staat en een oplossing zou bieden voor mensen die zich niet bij m of v thuis voelen. De wet laat alleen toe dat een man zijn geslachtsregistratie wijzigt in dat van een vrouw en omgekeerd, maar niet dat zij kunnen kiezen voor x. De wet van 25 juni 2017 heeft bijgevolg geen invloed op de toepassing van het Lokaal en Provinciaal Kiesdecreet.
De Raad van Europa heeft in een resolutie zijn lidstaten wel opgeroepen om wettelijke regelingen voor geslachtsregistratie te baseren op zelfbeschikking. Elke lidstaat moet dus zelf zijn wetgeving aanpassen om daaraan te voldoen. Tot dusver hebben alleen Duitsland en Oostenrijk een wet aangenomen die de keuze voor een non-binair geslacht x in de geboorteakte toelaat.
Ik stel vast dat in 2019 het Grondwettelijk Hof de wet van 2017 in bepaalde delen ongrondwettig heeft verklaard. Zo oordeelde het hof dat deze afwezigheid van erkenning van personen met een non-binaire genderidentiteit in de wet van 2017 het gelijkheidsbeginsel, gelezen in samenhang met het recht op zelfbeschikking, schendt.
De Federale Regering heeft daarom in het regeerakkoord beslist dat ook in België de wetgeving met betrekking tot de genderregistratie wordt aangepast om in overeenstemming te zijn met de beslissing van het Grondwettelijk Hof. In verband hiermee staat het niet vast dat de wetgever een geslachtscategorie x zal invoeren. De wetgever kan ook verschillende bijkomende categorieën invoeren of ervoor kiezen om de registratie van het geslacht of de genderidentiteit als element van de burgerlijke staat van een persoon te schrappen. Dit zou echter verregaande gevolgen kunnen hebben op tal van domeinen, bijvoorbeeld voor het beleid inzake gelijke kansen, waar nu een aantal wettelijke verplichtingen inzake gendervertegenwoordiging of quota zijn opgenomen, die nog uitgaan van de klassieke m/v-opdeling.
Ik ben persoonlijk van oordeel dat gevolg moet worden gegeven aan de uitspraak van het Grondwettelijk Hof – ik ben jurist van opleiding en ik geloof in onze rechtsstaat – en dat de gevolgen grondig moeten worden onderzocht. Maar dit is een bevoegdheid die alleen aan de federale wetgever toebehoort. Wat daar wordt opgenomen, zullen wij op de voet volgen. En als er dus wijzigingen worden aangebracht aan de wetgeving van 2017, dan zullen wij uiteraard ook onze decreten daarop afstemmen. Wanneer uw vraag was te peilen naar intenties wanneer die situatie zich zou voordoen, dan heb ik de vrijheid om te verwijzen naar een groot staatsman uit uw rangen dat we de problemen pas moeten oplossen wanneer die zich voordoen.
De heer Dochy heeft het woord.
Minister, u bent jurist van opleiding, ik ben ingenieur van opleiding. Misschien is het verschil dat wij proberen ook wat proactief te denken. Het wordt een politicus zelden verweten proactief te denken.
Het zit er waarschijnlijk aan te komen dat het geslacht x wordt ingevoerd. In 2017 was er de beslissing van het Grondwettelijk Hof die aangeeft dat er een wijziging op til is. U verwijst naar Duitsland en Oostenrijk, maar ik neem aan dat ook Malta, Nieuw-Zeeland en Argentinië in diezelfde situatie zitten. Ik weet niet of u al hebt gepolst hoe men daar omgaat met dergelijke eventuele quota bij kieswetgeving, maar dit zou dus toch wel een heel groot effect kunnen hebben. Zoals het nu geformuleerd staat in onze kieswet, zou dat betekenen dat wanneer er drie geslachten zouden zijn, elk derde van de lijst moet worden vertegenwoordigd door mensen van dat geslacht. Het lijkt me niet onlogisch of onnodig om hier nu al even over na te denken. Stel dat dit zich zou voordoen vlak voor de Vlaamse, federale of gemeenteraadsverkiezingen, dan zou er snel en noodzakelijk een beslissing moeten worden genomen om niet in de onmogelijkheid te komen om op een rationele manier lijsten samen te stellen. Vandaar mijn vraag, minister, om dit niet zomaar te beschouwen als iets dat op termijn wel even zal moeten worden aangepakt van vandaag op morgen, maar om daar heel goed over na te denken en toch wel klaar te zijn indien dit op federaal vlak zou worden aangepast. Ik denk dat federaal minister van Justitie Van Quickenborne dit dossier vandaag in handen heeft.
Mijnheer Dochy, ik moest even denken aan een groot staatsman van uw politieke signatuur die daar een antwoord op had.
Minister Somers heeft het woord.
Mijnheer Dochy, het is inderdaad niet fout om na te denken, dat doen we permanent. Maar ik denk dat het soms ook fout kan zijn om te vroeg al harde opties te formuleren. Het is evident dat het een grote uitdaging zou zijn indien de Federale Regering of het federale parlement op een bepaald moment zou beslissen om een derde categorie in te voeren. In dat geval moet er een grondige analyse gebeuren. Zij zullen dat trouwens ook moeten doen en zullen dat ook vooraf doen om na te gaan welke impact dit heeft op tal van regelgeving. Het gaat niet alleen over onze verkiezingsregelgeving. In onze leefwereld is dat een belangrijke wet, maar er zijn ook andere belangrijke wetten met quota, vertegenwoordigingen en dergelijke meer. Vraag is dan hoe we daarmee moeten omgaan en hoe we die moeten aanpassen aan de nieuwe realiteit die op dat moment ontstaat.
We zijn daar zelf eigenlijk nog een beetje afwachtend, ik ga daar eerlijk in zijn. We kijken welke richting de federale overheid uitgaat. Zij zit aan het roer. Maar het is evident dat we dan zelf ook snel willen schakelen, en dat we onze regelgeving zullen moeten aanpassen. U hebt gelijk. Wat gaat dat bijvoorbeeld betekenen voor het ritssysteem dat we kennen bij lijsten? Wat betekent het als iemand ‘en cours de route’ – tijdens de verkiezingsprocedure – beslist om van geslacht te veranderen? Welke impact heeft dat op de samenstelling van schepencolleges? Enzovoort. Er zijn inderdaad heel veel elementen die in beeld komen. Maar mijn aanpak is niet om er niet over na te denken – dat doen we altijd – maar om toch wel wat af te wachten welke richting de federale overheid uitgaat. Ook daar houd ik natuurlijk contact met onze federale collega’s. Ik denk dat, zodra men daar weet waar men naartoe wil, we dan in onze commissie daar zeker nog eens zinvol over van gedachten kunnen wisselen. Maar het siert u, als ingenieur, dat u lang op voorhand de problemen detecteert, en de jurist in mij waarschuwt.
De heer Dochy heeft het woord.
Dank u wel, minister. Dat is inderdaad het signaal dat ik hier vandaag wilde geven. Ik vraag niet om vooruit te lopen op de feiten, maar ik vraag wel om eventueel toch wat voorbereid te zijn. We weten nu dat er een aantal landen zijn die reeds die stap gezet hebben. We weten dus dat dit waarschijnlijk ook wel op ons afkomt, hetzij het niet meer registreren van het geslacht, hetzij de x als derde geslacht invoeren, of eventueel zelfs meerdere geslachten, zoals u daarnet hebt aangegeven. Het zou misschien wel nuttig zijn om aan uw administratie te vragen om te kijken hoe men dat in andere landen aanpakt, om op die manier toch enige voorbereiding te doen. Maar dat laat ik natuurlijk aan uw wijsheid over. Bedankt voor uw antwoord.
De vraag om uitleg is afgehandeld.