Verslag vergadering Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening en Energie
Verslag
– Een aantal sprekers nemen mogelijk deel via videoconferentie.
Mevrouw Schauvliege heeft het woord.
Minister, eind september publiceerde het Rekenhof een rapport over e-waste. E-waste is een van de snelst groeiende huishoudelijke afvalstromen. In 2016 zou er wereldwijd ongeveer 44,7 miljoen ton afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (AEEA) zijn bijgekomen, wat overeenkomt met de massa van ongeveer 4500 Eiffeltorens.
Dit zijn de laatst gekende cijfers voor België. 48,4 procent van de op de markt gebrachte huishoudelijke elektronische en elektrische apparaten wordt apart ingezameld, maar dat biedt nog geen zekerheid op een correcte verwerking. Een bijkomende 19,8 procent kan enkel gedocumenteerd worden, zonder dat de correcte recyclage kan worden nagegaan. Een aanzienlijk deel daarvan bevindt zich bij schroothandelaars, een ander in de export. Tot slot zou 31,7 procent van het afval spoorloos zijn. Dat zijn op zich geen geruststellende cijfers.
In zijn conclusies is het hof niet mals voor het Vlaamse beleid. Ik citeer: “Vlaanderen heeft de Europese wetgeving weliswaar tijdig en soms ambitieuzer dan vereist omgezet, maar haalt sommige doelstellingen niet. Gelet op de omvang van deze afvalstroom, de gevolgen voor het milieu en de mogelijke illegale praktijken worden de nodige uitvoerings- en handhavingsmiddelen onvoldoende ingezet.” Verder luidt het: “Er zijn momenteel weinig of geen exacte Vlaamse cijfers die het AEEA-beleid en de AEEA-doelstellingen kunnen ondersteunen.”
Zorgwekkend zijn ook de conclusies over handhaving. Er vinden te weinig controles plaats. Ook blijkt bij de controles dat meer dan de helft van de gecontroleerde bedrijven niet in orde zijn. Er zijn indicaties dat er onvoldoende mensen beschikbaar zijn in de strijd tegen overtredingen op de afvalwetgeving.
Meten is weten. Een geïntegreerde gegevensdatabank is een noodzakelijk instrument om te monitoren, te evalueren en bij te sturen. Het Rekenhof doet de suggestie om een koppeling van de registers van producenten en handelaars te voorzien, waardoor kruiscontroles en een efficiëntere controle op het beheer mogelijk worden. Objectieve gegevens zijn nodig. Het Rekenhof vraagt ook om dat niet over te laten aan de private Belgische vzw’s Recupel, Bebat en PV CYCLE. Zult u werk maken van een objectief datasysteem door uw administraties, in plaats van het over te laten aan de private spelers?
In een reactie op het rapport onderschreef de Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij (OVAM) de noodzaak van voldoende personeel om de controleaanpak uit te voeren. Nogmaals komt de vraag van de administratie om meer mensen en middelen om een degelijk milieubeleid uit te voeren. Overweegt u de aanwerving van extra inspecteurs en aan welke grootteorde denkt u dan?
De OVAM verwacht dat een inzamelpercentage van 65 procent op korte termijn niet kan worden gehaald. Voor een hoger inzamelpercentage is volgens de OVAM meer informatie nodig over actoren die niet rapporteren en zijn meer inspanningen nodig in de selectieve inzameling en meer controles op de uitvoer. Hoe gaat u ervoor zorgen dat we de doelstelling van 65 procent halen, een doelstelling die trouwens niets zegt over de recyclagegraad?
Minister Demir heeft het woord.
In het kader van de producentenverantwoordelijkheid leggen we de verplichting om de cijfers te verzamelen inderdaad bij de producenten. Het Vlaams reglement betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen (VLAREMA) legt daarbij ook duidelijk op dat die cijfers moeten worden gecontroleerd door een onafhankelijke keuringsinstelling. Het verzamelen en samenbrengen van al die gegevens is een groot werk en het lijkt me niet meer dan logisch dat we die taak aan de producent opleggen. We controleren natuurlijk wel de werkzaamheden, mede door die onafhankelijke audits.
Sinds eind 2019 wordt de rapportering van de gegevens over afgedankte elektrische en elektronische apparatuur beheerd door de onafhankelijke vzw BeWeee. Rapporteringsplichtige bedrijven moeten jaarlijks voor 1 juli in de bijbehorende tool rapporteren en hun gerapporteerde cijfers laten verifiëren door een onafhankelijke keuringsinstelling. Beheersorganismen Recupel, PV CYCLE en Bebat worden in dezen beschouwd als producent en rapporteren conform de regelgeving aan de vzw BeWeee.
De OVAM werkt op dit moment aan een nieuwe digitale traceringstool, MATIS (Materialen Informatie Systeem), voor de inzamelaars en de verwerkers van afvalstoffen, dit onder meer om aan de nieuwe verplichtingen inzake de Europese kaderrichtlijn afvalstoffen te voldoen. De bedoeling is dat die databank ook een beter inzicht zal verschaffen in de bestemmingen van specifieke Vlaamse afvalstromen, waaronder de afgedankte elektrische en elektronische apparatuur. Die tool kan helpen om de AEEA-stromen die vandaag correct verlopen, maar niet gerapporteerd worden, beter in kaart te brengen. Momenteel loopt de eerste testfase voor huishoudelijk en gelijkaardig bedrijfsafval. De bedoeling is om MATIS uit te breiden naar alle verschillende afvalstromen.
Het team Terreincontrole van de OVAM telt zeven controleurs voor de controle op de aanvaardingsplicht en twee stroomopvolgers, één voor AEEA en één voor batterijen. De controle van klasse 1-bedrijven en de export van AEEA is de bevoegdheid van de afdeling Handhaving van het Departement Omgeving en de douane.
Het niet bereiken van de Europese doelstelling van 65 procent is een probleem waar zowat alle Europese landen mee geconfronteerd worden. Geen enkel van de ons omliggende landen haalt die doelstelling. Ondanks het feit dat we het vergeleken met andere landen zeker niet slecht doen, ben ik het ermee eens dat we sowieso moeten verbeteren. Om het inzamelcijfer omhoog te krijgen, zetten we in op verschillende acties.
Ten eerste is er correct ingezamelde en gerecycleerde AEEA dat nog niet gerapporteerd wordt. Het gaat dan concreet over inzamelaars en verwerkers die geen contract hebben met Recupel en nog niet rapporteren in BeWeee. Die stromen moeten in kaart worden gebracht. Daartoe worden de actoren in de keten aangesproken en op hun rapportageplicht gewezen, onder meer via de stroomopvolger.
Daarnaast is er de AEEA die niet correct wordt ingezameld of verwerkt. Dat is enerzijds een verhaal van controles op bijvoorbeeld illegale export en op aanwezigheid in andere afvalstromen. Anderzijds zet het beleid ook in op het aanmoedigen van selectieve inzameling via onder andere communicatie en financiële ondersteuning.
Ten slotte is er een deel van de AEEA dat niet als afval wordt afgegeven, maar dat bij de mensen thuis achterblijft. Hier wordt vooral ingezet op sensibilisering en aanmoediging tot afgifte.
Ik besef dus dat er nog heel wat werk voor de boeg is. We zijn er nog niet. Het is nu een kwestie om al die zaken uit te voeren.
Mevrouw Schauvliege heeft het woord.
Minister, bedankt voor uw antwoord. In coronatijd hebben we gemerkt dat de online platformen boomden. Die online verkoopplatformen hebben op dit moment geen rapporteringsplicht. Ik denk dat het een belangrijke actie is om daar ook naar te kijken. Plant u een strategie voor online verkoopplatformen te ontwikkelen om ook daar de verzamelplicht te voorzien? Welke en wanneer zult u die uitrollen, gelet op het toenemende gebruik van die platformen?
Minister Demir heeft het woord.
De nieuwe aanpassing van het Materialendecreet zit in het wetgevend traject. Dat is al een eerste keer op de Vlaamse ministerraad geweest. We zullen de beheerders van online marktplaatsen ook veel beter verantwoordelijk kunnen stellen om te voldoen aan hun aanvaardingsplicht. Met deze maatregel denken wij dan ook dat er meer AEEA opnieuw ingezameld en geïdentificeerd zal kunnen worden. Maar het zit dus nog even in een wetgevend traject.
Mevrouw Schauvliege heeft het woord.
Dank u wel, minister. Meten is weten. Het is superbelangrijk dat we al die afvalstromen in beeld krijgen, want anders kunnen we daar ook niet op handhaven en weten we niet wat er aan het gebeuren is. Ik vraag u nogmaals om daar heel veel werk van te maken, want het is een problematiek die zal toenemen in de toekomst en die we niet uit het oog mogen verliezen. Ik doe dus nog eens de oproep om dat zeer goed ter harte te nemen.
De vraag om uitleg is afgehandeld.