Verslag vergadering Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening en Energie
Verslag
– Een aantal sprekers nemen mogelijk deel via videoconferentie.
Mevrouw Schauvliege heeft het woord.
De provincie Antwerpen bleek vorig jaar zonder gedegen onderzoek naar milieueffecten en zonder de Nederlandse autoriteiten op de hoogte te stellen een eeuwigdurende omgevingsvergunning aan het bedrijf 3M te hebben verleend. Gelet op de grote Vlaams-Nederlandse aandacht voor grensoverschrijdende infrastructuurprojecten, is het niet te begrijpen waarom projecten met grensoverschrijdende effecten door Vlaanderen op zo’n manier worden behandeld.
De Nederlandse provincie Zeeland stelt Vlaanderen nu een ultimatum. Als de Vlaamse overheid niet uiterlijk deze maand actie onderneemt tegen de vervuiling van de Westerschelde, stapt het provinciebestuur naar de Belgische rechter om de omgevingsvergunning van 3M in Zwijndrecht te laten vernietigen.
Advocate en docent omgevingsrecht Isabelle Larmuseau zegt dat dit geen alleenstaand geval is. Volgens haar deugen veel vergunningen die in Vlaanderen zijn verleend niet, bijvoorbeeld omdat grensoverschrijdende effecten niet zijn onderzocht of omdat Nederland niet werd geïnformeerd. Nederland zou volgens haar met een beroep op de Belgische Grondwet bij wijze van spreken de hele Antwerpse haven plat kunnen leggen.
Nederland en Vlaanderen hebben aanvullende afspraken gemaakt rond milieueffectrapportages. Overheden aan beide zijden van de grens informeren elkaar als er sprake is van grensoverschrijdende effecten. Dat geldt in elk geval als binnen 5 kilometer van de grens een milieueffectrapport wordt uitgevoerd. Als belangrijke effecten buiten die zone verwacht worden, doen ze dat ook, is de afspraak.
Mijn vragen aan u, minister, zijn de volgende.
Wat is uw reactie op het ultimatum van het provinciebestuur van Zeeuws-Vlaanderen? Zult u ingaan op hun eis om de omgevingsvergunning van 3M te vernietigen?
Nederland benadrukt het belang van een grensoverschrijdende afstemming en is bezorgd over grensoverschrijdende vuilvrachten. Dat antwoordde u in juni op mijn vraag over de waterkwaliteit van de Schelde. Toch stelde u dat Nederland tevreden is over de huidige samenwerking. Gezien de reactie van Zeeuws-Vlaanderen, denkt u aan een herziening van de afspraken met Nederland? Hebt u hierover al overleg gehad met de Nederlandse overheden? Wat zijn de resultaten van dat overleg?
In juni zei u structureel samen te werken aan grensoverschrijdende problemen vanuit de internationale riviercommissies van de Schelde en de Maas. Werden er nieuwe maatregelen afgesproken? Zo ja, welke zijn dat dan?
Minister Demir heeft het woord.
Ik ontving tot vandaag enkel het verzoek van de provincie Zeeland om ook met hen rechtstreeks alle informatie te delen over de lozingen van PFAS door 3M in Zwijndrecht. Uit persberichten begrijp ik dat de meerderheidspartijen van de provincie Zeeland hebben gesteld dat zij een verzoek tot vernietiging van de omgevingsvergunning van 3M zullen overwegen indien hun vraag om informatiedeling niet wordt beantwoord. Ik begrijp zeker de bezorgdheid van de inwoners van de provincie Zeeland en ik zal dan ook aan deze vraag tegemoetkomen zodat de inwoners correct geïnformeerd kunnen worden.
Belangrijk om te weten is ook dat de provincie Zeeland bij de omgevingsvergunningsprocedure van 3M in 2018 uitgenodigd werd om advies te verlenen, maar nagelaten heeft om dat te doen.
Zoals ik in juni aangaf, is er momenteel al een structureel overleg tussen Vlaanderen en Nederland in het kader van de Internationale Scheldecommissie. Ik ben natuurlijk bereid om te bespreken hoe we onderling nog beter informatie kunnen uitwisselen. Er zijn momenteel al diverse overlegmomenten gepland tussen Vlaanderen en Nederland over de PFAS-problematiek. Volgende week heb ik een ontmoeting met de verantwoordelijke gedeputeerde van Zeeland.
Consultatie van Nederland gebeurt ook steeds wanneer tijdens de Vlaamse project-MER-procedure (milieueffectrapport) blijkt dat grensoverschrijdende impact op Nederlands grondgebied mogelijk is. Dit is zo geregeld.
In 2020 werd besloten tot het actualiseren van het afsprakenkader voor informatie-uitwisseling en consultatie dat toepasselijk is wanneer een project wordt geïnitieerd in Vlaanderen of Nederland waarvoor een MER wordt opgesteld en dat aanzienlijke milieueffecten kan veroorzaken aan de andere kant van de grens. De besprekingen hierover met Nederland zijn dus gaande.
Wat de Scheldecommissie betreft, wil ik benadrukken dat de Nederlandse delegatie aangeeft dat de samenwerking en informatie-uitwisseling met Vlaanderen goed verloopt. Tot op heden werden er vanuit de Nederlandse delegatie geen nieuwe maatregelen gevraagd. Wel is afgesproken dat we elkaar op de hoogte blijven houden van recente ontwikkelingen in de PFAS-kwestie. Hierover vindt trouwens deze week nog een overleg plaats tussen mijn administratie en de Nederlandse collega’s.
Wat de Maascommissie betreft, werden op het overleg van 25 juni afspraken gemaakt over inventarisatie en informatie-uitwisseling met betrekking tot de problematiek.
Mevrouw Schauvliege heeft het woord.
Dank u wel, minister, voor uw antwoord. Intussen lezen we dat 43 burgers aangifte hebben gedaan tegen de PFAS-vervuiling, zowel in Nederland als in België. Die aangifte is gericht aan 3M maar ook aan instanties die hier hadden moeten handhaven. Ze zeggen dat 3M niet de enige vervuiler is, het gaat over meerdere bedrijven in de haven van Antwerpen. Hebt u weet van die aangifte tegen de handhavende instanties? Wat houdt die juist in?
In een Nederlands artikel lees ik ook dat er gedreigd wordt met het leggen van een hypotheek op de ontpoldering van de Hedwigepolder. Hebt u daarover signalen ontvangen? Wat is uw reactie daarop?
Minister Demir heeft het woord.
Ik moet u die antwoorden schuldig blijven. Ik heb op dit moment geen signalen ontvangen. Als die nog komen, dan zal ik die aan u overmaken.
Mevrouw Schauvliege heeft het woord.
Minister, ik wil er u toch nog even attent op maken dat die hele toestand rond 3M zeer erg is. We zien ook dat er zeer veel structurele problemen zijn inzake kennisoverdracht tussen de verschillende administraties, dat er een personeelstekort is enzovoort. Nu komt daar blijkbaar nog een grensconflict bij, dat ernstige gevolgen kan hebben voor de haven van Antwerpen. Dat heeft heel veel te maken met de manier waarop wij omgevingsvergunningen verlenen en hoe we die individueel beschouwen.
Ik denk dus dat de tijd rijp is om na te denken over het concept ‘milieugebruiksruimte’ en om dat te bekijken in een globale context in de plaats van bedrijf per bedrijf. Ik roep dan ook op om met dat concept aan de slag te gaan, want we hebben al een stikstofarrest, geïnspireerd door Nederland wegens het feit dat het stikstofbad vol is. We zitten niet te wachten op een tweede grote case waardoor we totaal geen ontwikkelingsmogelijkheden meer hebben voor gelijk welke activiteit.
Het is belangrijk voor onze gezondheid, voor onze natuur, maar ook voor onze bedrijvigheid, dat we een degelijk vergunningskader hebben en dat we dat concept ‘milieugebruiksruimte’ meepakken in alles wat we doen.
De vraag om uitleg is afgehandeld.