Verslag vergadering Commissie voor Welzijn, Volksgezondheid, Gezin en Armoedebestrijding
Vraag om uitleg over het overlijden van gevaccineerde bewoners van woonzorgcentra ten gevolge van COVID-19
Vraag om uitleg over een derde dosis van het coronavaccin
Verslag
Goedemiddag, collega’s. Ik wil nog even wijzen op het tijdsgebruik. We zijn het vorige parlementaire werkjaar iets beter geëindigd. Ik hoop dat we het zo verder kunnen organiseren. Mijnheer Daniëls, op die manier wordt er toch ook wat tijd gespaard en kunnen we misschien in de toekomst om 14 uur in de plaats van om 13.30 uur beginnen.
Minister, meer en meer of toch zeker de laatste tijd – mijn vraag is al een tijdje geleden ingediend – beweren sommigen dat bepaalde vaccins zoals Pfizer en Moderna veel effectiever zijn na een derde prik. Dat zou blijken uit resultaten van het onderzoek door de bedrijven die de vaccins leveren. Dat is ook niet zo verwonderlijk, denk ik. Deze vervolgvaccinatie wordt ook wel een booster genoemd. Tijdens de gedachtewisseling over vaccinatie hebben we het hierover al een paar keer gehad. De Amerikaanse onderzoeken zeiden dat het immuunsysteem dusdanig lang aan het werk wordt gezet dat de vaccins mogelijk jarenlang bescherming geven tegen het virus. Blijkbaar zijn er bemoedigende resultaten over proeven voor een derde dosis van het huidige vaccin. Minister, ik heb een aantal vragen – ondertussen hebt u daar ook al op gereageerd.
Wat is uw visie op het eventueel toedienen van een derde prik?
Bieden twee prikken Pfizer en Moderna dan nu onvoldoende bescherming? Hoe zit het dan met de andere vaccins en een eventuele boosterprik?
Wat kunnen de mogelijkheden van een derde prik zijn?
Indien Vlaanderen zou overgaan tot het toedienen van een derde prik, hoe ziet u dan de organisatie ervan?
Toen ik deze morgen naar hier reed, hoorde ik op de radio dat de World Health Organization (WHO) een derde prik eigenlijk afraadt en zelfs niet nodig vindt. Ook professor Molenberghs trekt het nut daarvan in twijfel.
Mevrouw Wouters heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega’s, mijn vraag om uitleg dateert ook al van 13 augustus. In die periode circuleerden er vele berichten over besmettingen in de woonzorgcentra. In enkele woonzorgcentra stierven zelfs enkele bewoners met corona. Onder andere in Zaventem lieten zeven personen besmet met corona het leven. Opmerkelijk is dat, op één uitzondering na, alle bewoners en ook alle personeelsleden op de afdeling van de uitbraak reeds gevaccineerd waren. Ook in Genk overleed een van de negen rusthuisbewoner die positief getest waren op corona.
Tijdens de toelichting rond corona in de commissie Welzijn op 6 juli, voor het reces, uitte ik reeds mijn bezorgdheid over een grote uitbraak van het coronavirus in een woonzorgcentrum in Nijvel midden mei. Daar was nochtans 95 procent gevaccineerd met het Pfizervaccin en toch raakte de helft van de 119 bewoners besmet. Uit onderzoek blijkt dat zowel de Britse als de Indiase variant er de ronde deed. Uiteindelijk stierven 12 bewoners. Zij waren allemaal gevaccineerd. Minister, u omschreef dit in uw antwoord als ‘doorbraakinfecties’. Daar voegde u nog aan toe dat die onderzocht worden door onder meer de universiteiten van Gent en Antwerpen.
Minister, hoever staat u met het onderzoek naar aanleiding van het woonzorgcentrum in Nijvel? Welke conclusies kunnen hieruit getrokken worden? Hoe worden deze conclusies gecommuniceerd naar de woonzorgcentra? Welke initiatieven neemt u naar aanleiding van dit onderzoek?
Is er reeds onderzocht hoe het zit met de antistoffen en de immuniteit van deze bewoners tegen het coronavirus, aangezien zij toch de eersten waren die werden gevaccineerd? Werken de vaccins nog na enkele maanden? Indien dit momenteel nog niet onderzocht wordt, neemt u initiatieven om dit wel te laten onderzoeken? Zal er een derde vaccin nodig zijn voor deze doelgroep?
Mevrouw Saeys heeft het woord.
We weten dat de meest kwetsbaren een zwakker immuunsysteem hebben, en dat die personen de komende maanden wel een derde dosis zullen krijgen. Of echt alle ouderen een derde prik moeten krijgen, daar zijn echter nog geen beslissingen over genomen. Nochtans zien we dat ook volledig gevaccineerden die besmet raken met het coronavirus, ook wel in het ziekenhuis worden opgenomen. De helft van die volledig gevaccineerde patiënten in het ziekenhuis is ouder dan 82 jaar, 93 procent heeft onderliggende aandoeningen en 49 procent is een rusthuisbewoner.
In elk geval rijzen er vragen over de duur en de werking van de antistoffen. Een nieuw onderzoek aan de universiteit van Oxford toonde aan dat de effectiviteit van de vaccins van AstraZeneca en Pfizer na drie maanden daalt tot respectievelijk 61 en 75 procent. We weten ook dat vaccins bij ouderen minder goed werken dan bij de rest van de bevolking.
Minister, vandaar ook mijn vragen. Wordt er, gelet op het onderzoek over de duur en de werking van coronavaccins en de doorbraakinfecties in woonzorgcentra onderzoek gedaan naar de aanwezigheid van antistoffen bij ouderen op dit ogenblik? Zo ja, door wie? Zo niet, zal een dergelijk onderzoek in Vlaanderen worden opgestart? Gelet op het belang van de vaccinatie van zorgpersoneel en de overweging om voor die groep de vaccinatie te verplichten, wordt er ook nagedacht over de toediening van een derde dosis aan dat zorgpersoneel om hun bescherming toch wel optimaal te garanderen?
De verplichte vaccinatie van het zorgpersoneel komt straks nog aan bod.
Minister Beke heeft het woord.
Collega’s, dank u wel voor deze vragen over wat inderdaad een belangrijk onderwerp is. In verband met het woordgebruik moet ik eerst en vooral zeggen dat er toch een verschil is tussen een derde dosis en een boostervaccin. Bij het eerste wordt er na twee dosissen een derde dosis van hetzelfde vaccin gegeven. Dat is hetgeen wij nu doen voor meer dan 200.000 patiënten die met een verminderde immuniteit zitten. Die krijgen dus een derde dosis van hetzelfde vaccin, van het mRNA-vaccin van Pfizer. Een boostervaccin is een nieuw vaccin, bijvoorbeeld van Pfizer, maar ook van Moderna, dat aangepast is aan nieuwe varianten en nieuwe wetenschappelijke inzichten. Ons land heeft gezegd aankopen ter zake te willen doen wanneer die er zouden komen. Het boostervaccin is dus van een andere orde. De derde vaccins zijn bestaande vaccins, de boostervaccins zijn er nog niet. We kijken uit naar het moment wanneer die de wetenschappelijke tests hebben kunnen doorstaan, om ze desgevallend in te zetten. Dat dus voor alle duidelijkheid.
Ik keer terug naar de vragen die zijn gesteld. Een studie van Sciensano toont aan dat alle deelnemende groepen, ook de ouderen dus, antistoffen aanmaken tegen het coronavirus na het toedienen van twee dosissen van het BioNTech/Pfizervaccin. De hoeveelheid antistoffen na vaccinatie is hoger bij personen die vóór hun vaccinatie al een covidinfectie doormaakten. De laagste hoeveelheden antistoffen na twee dosissen zijn er bij bewoners van woonzorgcentra die voorafgaand aan de vaccinatie geen covidinfectie doormaakten. Bewoners en medewerkers van woonzorgcentra die eerder een covidinfectie doormaakten, maakten ook al meer antistoffen aan na één dosis. Belangrijk is hierbij te vermelden is dat de aanwezigheid van antistoffen niet de enige factor is die immuniteit bepaalt. Ook andere vormen van immuniteit kunnen een rol spelen.
Een derde dosis wordt in België op dit ogenblik voorzien voor mensen met een verminderde immuunrespons door bepaalde ziektes of medicatie, zoals ik zei. Voor de toediening van een derde dosis aan andere groepen wordt vooral gekeken naar bewoners van woonzorgcentra. Deze mensen zijn fragieler en ze sluiten dichter aan bij de categorie van mensen met een verzwakt immuniteitssysteem die al werden opgeroepen voor een derde dosis. Er zijn dus ook al duizenden mensen in woonzorgcentra die onder deze groep vallen en die dus nu ook een derde dosis zullen krijgen. Dit voor alle duidelijkheid. Bovendien wonen ze in collectieve voorzieningen, wat het risico op uitbraken natuurlijk verhoogt.
Ik heb over de noodzaak, de opportuniteit om een derde dosis te kunnen toedienen aan bewoners van woonzorgcentra via de Interministeriële Conferentie (IMC) een advies gevraagd aan de Hoge Gezondheidsraad. Ik heb gevraagd dat daar werk van wordt gemaakt. Als dat advies beschikbaar is, dan zal deze kwestie uiteraard besproken worden binnen de Taskforce Vaccinatie en dan zal daar ook een beslissing over volgen op de IMC, op dezelfde manier als we dat procedureel gedaan hebben voor patiënten met een verminderd immuniteitssysteem.
Wat mijn visie over de derde prik betreft: die is heel duidelijk. Als de experten aantonen dat het een betere bescherming tegen het virus geeft, dan vind ik dat we die stap moeten zetten. Maar we wachten dus op het advies van de Hoge Gezondheidsraad daaromtrent. Als het zou gebeuren, dan zullen we dat op dezelfde wijze doen als bij de vorige twee dosissen in woonzorgcentra. Logistiek en operationeel zijn we in voorbereiding, maar we wachten nog op het definitieve advies van de Hoge Gezondheidsraad.
Op de vraag of twee prikken van Pfizer en Moderna voldoende bescherming geven en hoe het zit met de andere vaccins en de eventuele boosterprik, kan ik u zeggen dat studies aantonen dat alle in België gebruikte vaccins een hoge beschermingsgraad bieden tegen ernstige infectie door de deltavariant. Er wordt hiervan slechts een lichte daling gezien na verloop van tijd na de vaccinatie. De vaccins blijken wel iets minder effectief om besmettingen en lichte infecties te voorkomen bij de deltavariant. Maar globaal genomen helpen onze vaccins. Ik wil dat misschien toch ook nog even in herinnering brengen, want we zijn intussen bijna een jaar of toch tien maanden aan het vaccineren. In die tien maanden hebben we al vier varianten moeten trotseren. De Britse variant in januari, intussen was er de Zuid-Afrikaanse variant, dan de Braziliaanse variant en nu is de meest dominante de Indische of de deltavariant. Het geeft toch wel aan dat onze vaccins op dit ogenblik werken, en dat is een belangrijke vaststelling. We hebben op dit ogenblik al vier varianten kunnen trotseren met onze vaccins. Ik ben niet zeker dat dat voor komende varianten ook zo zal blijven. We kunnen daarop hopen, we kunnen daarop rekenen, maar we zijn daar niet honderd procent zeker van. Laat ons dat ook eerlijk zeggen. Vandaar dat ik denk dat we ook in de komende periode nog wat voorzichtigheid aan de dag moeten leggen. Maar het goede nieuws is wel dat er al vier varianten zijn die we met onze vaccins hebben kunnen trotseren.
Wat het woonzorgcentra in Nijvel betreft, werd het onderzoek naar de uitbraak gevoerd door de Waalse gezondheidsinspectie in samenwerking met Sciensano en het referentielaboratorium voor SARS-CoV-2. Vermoedelijk leidde een samenloop van omstandigheden tot de uitgebreide besmetting. De vaccinatiegraad was veel lager dan in de Vlaamse woonzorgcentra. Het woonzorgcentrum had tevoren nog geen grote uitbraak gekend, waardoor er dus ook minder immuniteit was onder de bewoners.
We blijven waakzaamheid promoten, houden de richtlijnen van de ouderenzorg up-to-date en communiceren ze ook regelmatig aan de sector. Er is bovendien een versterkte surveillance naar doorbraakinfecties opgezet door Sciensano in samenwerking met, wat Vlaanderen betreft, het agentschap Zorg en Gezondheid.
Dank u wel, minister. Ik heb altijd wel een beetje mijn bedenkingen als farmabedrijven zelf zeggen dat het nodig is om een derde dosis toe te dienen. Dat is altijd een beetje vreemd, maar soit.
U zegt dat de experts zeggen dat een derde dosis in heel wat gevallen nodig is en u verwijst naar de woonzorgcentra. Ik heb u daarnet ook gezegd wat ik vanmorgen op de radio hoorde over de WHO en professor Molenberghs, die beweren dat een derde dosis niet nodig is. Het is altijd zo dat er een aantal experten zijn die voor en die tegen zijn. Dat is natuurlijk een beetje de problematiek. Ik heb begrepen dat het enkel de mensen in de woonzorgcentra zijn die een derde dosis krijgen.
Voor alle duidelijkheid, wij hebben in augustus beslist dat de mensen met verminderde immuniteit – dat gaat over een 400.000 in ons land, een 280.000 in Vlaanderen – opgeroepen worden voor een derde dosis. Daarvan zijn er een 5000-tal – geloof ik, maar ik ben het cijfer even kwijt – die ook in de woonzorgcentra zitten; het gros zit daarbuiten. Voor de anderen hebben wij nog geen enkele beslissing genomen en wachten we op de Hoge Gezondheidsraad.
Dat was juist de reden van mijn vraag hoe een en ander georganiseerd zal worden. Want u weet ook dat de meeste vaccinatiecentra in Vlaanderen afgebouwd worden. Bij ons wordt dat bijvoorbeeld verplaatst naar een kleinere locatie. Er gaat daar wel opnieuw wat organisatie bij komen. Hoewel het in Vlaanderen nog best meeviel, was het al niet evident om het grootste aantal mensen te overtuigen van het vaccineren. Maar natuurlijk: een derde dosis, binnen zes maanden is het misschien een vierde dosis, en zo kunnen we maar voortgaan. Ik wil toch graag uw reactie daarop en ook op hetgeen de WHO daarover gezegd heeft.
Mevrouw Wouters heeft het woord.
Dank u, minister Beke, voor uw antwoorden. Ik denk dat het vooral heel belangrijk is dat we een zicht krijgen op de effectiviteit van het vaccin na enkele maanden, niet alleen bij onze ouderen, maar ook in alle leeftijdscategorieën, en bij elk vaccin. Onderzoek naar die immuniteit na enkele maanden is cruciaal. Het heeft ook geen nut, denk ik, mensen een derde prik te geven als ze nog voldoende antistoffen hebben. En die derde prik komt er momenteel alleen voor mensen die een verminderde immuniteit hebben. Wie dat is, wordt bepaald door de mutualiteiten en de huisartsen.
Hierbij heb ik enkele bijkomende vragen. Is er voldoende onderzoek geweest naar de immuniteit bij deze groep van mensen? Zo ja, over welke onderzoeken spreken we dan en op welke manier is dit gebeurd? Wat waren de resultaten? Is er reeds onderzoek gebeurd naar de antistoffen bij de mensen die in de zorg werken? Want ook zij waren bij de eersten die gevaccineerd zijn. Wat was hier het resultaat? Blijkbaar wordt de huisartsen afgeraden om de immuniteit van hun patiënten te laten controleren. Dit kan enkel op expliciete vraag van de patiënt en de kostprijs van deze bloedcontrole is volledig voor de patiënt. Waarom wordt dit zo afgeraden door de overheid? Hoe kunnen huisartsen dan inschatten hoeveel antistoffen hun patiënten nog hebben? Op basis waarvan wordt er dan bepaald of ze al dan niet een derde vaccin nodig hebben?
Mevrouw Saeys heeft het woord.
Rond die derde dosis is er heel veel te doen. We hebben nu ook de groep internationale experts die verbonden zijn aan de WHO die zeggen dat het eigenlijk beter is om die vaccins voor te behouden voor de armere landen, waar de vaccinatiegraad nog zeer laag is.
U vraagt een advies aan de Hoge Gezondheidsraad. Maar is dat dan enkel en alleen voor ouderen in woonzorgcentra, of voor ouderen in het algemeen? Je hebt natuurlijk ook ouderen die thuis wonen. Wanneer dat toch toegediend zou worden, wordt er dan nagedacht om dat te doen samen met de griepvaccinatie? Ik denk dat het heel belangrijk is om dat dan eventueel te combineren. Wat de griepvaccinatie betreft, heb ik vernomen dat er een heel deel meer vaccins zijn aangekocht. Dat is een heel goede zaak. Het is ook heel belangrijk dat we mensen gaan stimuleren om het griepvaccin te nemen.
Ik krijg heel wat vragen over het zorgpersoneel. Ik weet dat, om de immuniteit te bepalen, je enerzijds de antistoffen hebt, maar dat er anderzijds nog andere factoren zijn die immuniteit bepalen. Het is dus niet evident, maar wordt dit ook opgevolgd bij het zorgpersoneel?
De heer Parys heeft het word.
Minister, u zegt dat u afwacht als het gaat over de derde prik bij ouderen. Maar ondertussen heeft uw federale collega Frank Vandenbroucke in de Kamer al laten weten dat het er voor hem niet moet komen en dat wij beter de derde wereld kunnen gaan inenten dan hier een derde prik af te wachten. Hij zegt dat er geen wetenschappelijk bewijs is en dat hij uitgaat van een studie in The Lancet. Er zijn trouwens al een twintigduizendtal studies verschenen over corona. Ik heb de indruk dat iedereen af en toe de studie van het rek neemt die hem op dat ogenblik het beste uitkomt. Ik stel een politieke vraag, minister. U hebt een minister met wie u samen in de IMC zit, die zegt dat het er niet komt. U zegt dat u afwacht. Dan is natuurlijk de vraag: wat als straks wordt gezegd dat dit toch nuttig is? Wat gaat u dan doen?
Wanneer verwacht u de beslissing of het advies van de Hoge Gezondheidsraad over het al dan niet toedienen van de derde prik?
Minister, zullen wij het Nederlandse voorbeeld volgen, waar men onderzoekt of de griepprik en een derde inenting met een vaccin tegelijk toegediend kunnen worden? Ik heb ook gelezen dat Moderna werkt aan een prik die zowel een coronabooster als een griepvaccin zou zijn. Zijn wij met onderzoek daarnaar bezig? Zijn wij voorbereid wanneer dat op de markt zou komen, om daar eventueel op in te tekenen?
Mijn laatste vraag, minister, gaat over de vaccinatiecentra die binnenkort sluiten maar waarvan sommige nu al met overschotten zitten. Kunnen we die overschotten niet inzetten om bijvoorbeeld te gaan inenten in woonzorgcentra of bij andere kwetsbare delen van de bevolking?
Mevrouw De Rudder heeft het woord.
Ik heb ook nog een kleine vraag in verband met het advies. We weten dat de meeste vaccinatiecentra tegen 15 oktober hun deuren zullen sluiten. Wat zal dan de impact zijn van de beslissing op de sluiting en dus op het eventuele oprichten van de apotheekhubs? Zal het advies daar rekening mee kunnen houden? Stel dat het advies stelt dat er nog een groter deel van de bevolking zou moeten worden gevaccineerd, zal dat allemaal ondervangen kunnen worden in die apotheekhubs, waar er toch sprake is – als ik het niet verkeerd voor heb – van een tot twee per eerstelijnszone? Hoe zal dan die impact daarop kunnen afgestemd worden?
De heer Vaneeckhout heeft het woord.
Minister, ik heb twee aanvullende informatieve vragen. Ten eerste, wanneer verwacht u het advies van de Hoge Gezondheidsraad? Wanneer kunnen we de definitieve beslissing daarover op de IMC verwachten? En twee, u zegt daarnet terecht dat boostervaccins iets anders zijn dan een derde dosis. Hebt u zicht op een timing, wanneer die nieuwe vaccins wettelijk op de markt zullen kunnen worden gebracht en of ze aangepast zullen zijn aan nieuwe varianten?
Een laatste punt nog. De WHO verwees er deze ochtend nog naar: internationaal en wereldwijd vaccineren is voor de impact van covid op lange termijn op dit moment veel belangrijker dan het eventuele debat over de derde vaccinatie. Als ik de cijfers goed interpreteer, zie ik op dit moment dat er in ons land 2,5 miljoen dosissen liggen te wachten op toediening. Wordt er in de IMC nagedacht over een strategie hoe die 2,5 miljoen dosissen op een zo goed mogelijke manier snel toegediend kunnen worden? We zien ook de wachttermijn opschuiven. Intussen wacht een vaccin veertig dagen op toediening. In het begin van de vaccinatieprocedure wilden we dat zo kort mogelijk houden. Wat is de strategie om die vaccins op de juiste plaats zo snel mogelijk toegediend te krijgen?
Minister Beke heeft het woord.
Collega’s, wat de toediening van de derde dosis betreft: ik heb uiteraard ook The Lancet gelezen, niet alleen collega Vandenbroucke heeft dat gedaan. Ik heb ook nog andere artikels gelezen. Dat is allemaal bijzonder interessant. Maar we hebben afgesproken dat we het advies van de Hoge Gezondheidsraad zouden vragen en dat we op basis van dat advies beslissingen zouden nemen. Ik heb erop aangedrongen dat de Hoge Gezondheidsraad hier werk van zou maken, zodat we daar de nodige beslissingen rond zouden kunnen nemen. Wat mij betreft, mag de WHO zeggen wat hij wil, maar als in dat advies zou worden gezegd dat we een derde vaccin moeten toedienen om onze oudere mensen te beschermen, dan zullen wij dat ook doen. Dat lijkt me nogal vanzelfsprekend.
Wij zijn dus organisatorisch klaar om dat ook te kunnen uitrollen. Wij hebben dat ook zo gedaan met de eerste ronde, begin dit jaar. Ik begrijp absoluut de bekommernissen van de WHO. Die zegt dat de pandemie wereldwijd elke dag nog 40.000 overlijdens oplevert. Ik begrijp absoluut die bekommernissen. Dat ook de rest van de wereld gevaccineerd is, is ook in ons belang. Een van de redenen waarom ik nu nog in de maand september pleit voor voorzichtigheid, is de terugkeer van mensen die de hele wereld zijn gaan bezoeken tijdens hun vakantie – ik hoop dat ze ervan genoten hebben. Zij dragen wel risico’s van nieuwe varianten die we vandaag nog niet kennen, maar die misschien wel op onze radar gaan komen. Ik hoop vurig dat ik mij vergis, maar ik ben daar nog niet 100 procent zeker van.
Aan de andere kant hebben we vanuit ons land ook al wel ons deel gedaan. We hebben al 1,8 miljoen vaccins gedoneerd. In verhouding met andere landen is dat meer dan ons deel. Hoe hebben we dat kunnen doen? Omdat wij in onze vaccinatiecampagne van in het begin gerekend hebben op de extra’s. Geen vijf, maar zeven spuiten uit flacons. Herinner u. Geen tien, maar twaalf. Dat heeft ervoor gezorgd dat wij in ons land sneller hebben kunnen vaccineren en dat we ook meer hebben kunnen toedelen dan vele andere landen in het kader van COVAX. Ook hebben we met Vlaanderen in het kader van bilaterale akkoorden al vaccins aan het buitenland gegeven.
Wat dat laatste betreft heb ik nog een bedenking. Als ik kijk naar het buitenland, dan stel ik vast dat het grootste probleem niet het doneren van vaccins is op dit ogenblik. Er zijn landen die al veel vaccins gekregen hebben en daar maar weinig vaccins van ingezet hebben, omdat het er niet alleen over gaat of ik een vaccin heb, maar ook of ik het logistieke proces om die vaccins tot bij de mensen te krijgen onder controle heb. Daar hebben wij ondertussen met z’n allen al voldoende ervaring van in de vele commissies en vergaderingen waar we het daarover hadden. Ik denk dat daar internationaal veel meer op gekeken moet worden. Als ik zie dat in sommige Afrikaanse landen er honderdduizenden vaccins zijn, maar maar tienduizenden vaccins worden toegediend, dan zie ik dat daar het knelpunt ligt. Ik zou de WHO vooral willen oproepen om daarnaar te kijken.
De grote afspraken die gemaakt moeten worden – en die systemen lopen, die kunnen misschien nog versterkt worden –, waar het over gaat, is de hele operationele uitrol om ervoor te zorgen dat dat ook bij de mensen komt. Dat is op dit ogenblik wereldwijd een van de grootste knelpunten die we kennen. Onlangs heb ik in de Franstalige krant Le Soir nog een artikel gelezen over vaccins die aan Congo zijn toegediend. Ja, dan ziet u waar de problemen zich situeren: het gaat er niet zozeer over of we ze willen doneren – nog eens: we hebben er al 1,8 miljoen gedoneerd –, maar wel hoe ze bij de mensen geraken. Daar hebben we allemaal belang bij. Als men onze expertise daaromtrent wil, dan kan men die ook krijgen.
Wat het zorgpersoneel betreft: intussen zitten wij – u kunt dat allemaal raadplegen in de Sciensano-cijfers – aan 93,6 procent van de mensen in de zorg die gevaccineerd zijn. In Brussel is dat 69,3 procent en in Wallonië 80,6 procent. Ik heb het net voor u opgezocht.
Zijn er voldoende antistoffen? Het zorgpersoneel is, net zoals de mensen in de woonzorgcentra, natuurlijk al het langst gevaccineerd. Volstaat de brug tussen de toestand vandaag en het moment dat men gevaccineerd is? Dat wordt voortdurend aan onze experten gevraagd. Daarrond zijn internationale en andere onderzoeken aan de gang. Wanneer het nodig is, zullen we daar de nodige opbouw rond doen. Collega’s, dat is ook de reden waarom we een aantal vaccins in stock houden, voor als de beslissing genomen zou worden om een derde vaccin te geven en te moeten geven, dat we dat kunnen doen. Stel u voor dat men ‘go’ zou zeggen of dat we in augustus gezegd zouden hebben dat we alles zouden uitdelen, nog veel meer dan het part dat we zouden moeten doen binnen internationale afspraken en dat onze experten dan gezegd zouden hebben: ‘de immuniteitgerelateerde patiënten moet je nu gaan vaccineren’ en stel dat we daar geen vaccins voor hadden, dan zouden we daar ook mee in de patatten gezeten hebben. Dat willen we dus voorkomen.
Die uitnodigingen voor de mensen met verminderde immuniteit gaan nu de deur uit. Het is nu nog precies een maand voor de sluiting van de meeste vaccinatiecentra. De bedoeling is dat zij tussen nu en 15 oktober daadwerkelijk hun derde vaccin krijgen, zodat dat geen problemen oplevert.
We hebben ook al afspraken gemaakt met alle belanghebbenden, onder andere ook met de apothekers, om ook na 15 oktober vaccins te kunnen geven. Daarnaar is hier verwezen. Stel je immers voor dat er mensen zijn die pas nu of de komende weken hun eerste vaccin krijgen, om een of andere reden, en hun tweede vaccin dus op een andere manier zullen moeten halen. We zijn met de eerste lijn dus afspraken aan het maken over hoe dat moet lopen.
Wat het overige betreft, dat zal natuurlijk mee afhankelijk zijn van de adviezen die we krijgen over dat derde vaccin: ja of neen, voor wie, hoe breed moet dat gaan? Als dat bijvoorbeeld louter voor mensen in woonzorgcentra is, dan is dat een ander organisatorisch model dan indien men zou zeggen dat dat voor iedereen moet gebeuren. Persoonlijk denk ik niet dat het voor iedereen te gebeuren staat op dit ogenblik, voor alle duidelijkheid. Als je kijkt naar de ziekenhuisopnames, dan is het toch ook wel een element dat het vooral gaat om gevaccineerde ouderen of mensen met onderliggende aandoeningen die toch nog in de ziekenhuizen terechtkomen, weliswaar veeleer met milde symptomen. Dat is dus een goede situatie op dit ogenblik voor onze ic’s. Je ziet dat het vooral mensen zijn met die karakteristieken bij wie het door onze ‘dijken’ gaat.
Dat is de stand van zaken, met de kennis die we op dit ogenblik daaromtrent hebben.
Dank u wel. Ik heb daar eigenlijk niks meer aan toe te voegen. Er was alleen de vraag van een aantal collega’s naar de datum wanneer we het advies van de Hoge Gezondheidsraad mogen verwachten.
Ik weet het niet. Ik zou het willen zeggen.
Dan volgen we dat samen met u op.
Mevrouw Wouters heeft het woord.
Minister, dank u voor de bijkomende antwoorden. Via de pers vernamen we dat u wilt weten hoeveel gevaccineerden in het ziekenhuis belanden, omdat volgens u de besmettingscijfers niet meer de juiste thermometer van de pandemie zijn. Dat vind ik een zeer goede zaak. Zo krijgen we inderdaad meer zicht op de effectiviteit van de coronavaccins tegen de nieuwe varianten, en ook op de snelheid van de pandemie. Ik kijk uit naar die cijfers en hoop dat Sciensano die zal publiceren.
De vragen om uitleg zijn afgehandeld.