Verslag vergadering Commissie voor Welzijn, Volksgezondheid, Gezin en Armoedebestrijding
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
De heer Danen heeft het woord.
Voorzitter, bedankt dat ik vandaag te gast kan zijn in deze commissie. Ik heb een vraag die zich op het kruispunt van onderwijs en welzijn bevindt, vandaar dat ik de vraag aan u stel, minister.
Het Armoededecreet van 21 maart 2003 stelt participatie van personen die in armoede leven of geleefd hebben, centraal in armoedebestrijding. Daartoe werd vzw De Link erkend voor de coördinatie en ondersteuning van de opleiding en de inzet van ervaringsdeskundigen in armoede en sociale uitsluiting, ook wel EDAS genoemd.
Voor het uitoefenen van die decretale taak, heeft De Link een methodiek ontwikkeld voor het opleiden en professioneel inschakelen van mensen die opgroeiden in kansarmoede. Die opleidingsmethodiek werd geïmplementeerd in het reguliere volwassenenonderwijs en aangeboden in vijf centra voor volwassenenonderwijs (CVO’s). Er wordt steeds in tandem lesgegeven – een lesgever van het CVO en een coördinator van De Link – en daarnaast is er ook nog een individuele procesbegeleiding. Vanuit het ministerie van Onderwijs ontving De Link een subsidie om de opleiding te coördineren en te ondersteunen.
De opleiding tot EDAS omvat vier academiejaren en kent een cyclisch verloop, wat betekent dat de opleiding pas opnieuw wordt opgestart nadat zo’n cyclus van vier jaar werd doorlopen. Dat wil zeggen dat de opleiding start, verder gaat in het tweede, derde en vierde jaar, maar dat er geen nieuw eerste jaar wordt ingericht vooraleer een vierjarige cyclus afgerond is. Om mensen toch de mogelijkheid te geven om ergens in dit traject in te stappen, loopt de opleiding niet simultaan in de verschillende CVO’s. Personen die aangeven dat ze in een dergelijk opleidingstraject wensen in te stappen, dienen in mei of juni van het jaar waarin de opleiding start, een screening bij VDAB te doorlopen. Pas na goedkeuring door VDAB kunnen personen in het traject stappen en worden ze vrijgesteld van stempelplicht gedurende de looptijd van de opleiding.
Het kabinet van uw collega Ben Weyts besliste op 20 augustus 2020 dat de omkadering van de opleiding niet langer gefinancierd zal worden. Daardoor zal De Link niet langer de omkadering van de opleiding kunnen verzorgen. Uit de conclusies van de uitgevoerde inhoudelijke audit van minister Weyts bleek onder andere dat uit gesprekken blijkt dat een EDAS voldoende meerwaarde biedt aan een organisatie, en wel op drie niveaus: het organisatieniveau, het niveau van de collega’s waarmee samengewerkt wordt en het cliëntniveau.
U gaf eerder al aan, in antwoord op een schriftelijke vraag, dat u geen reden zag om de financiële ondersteuning vanuit Welzijn en Armoedebestrijding aan De Link terug te schroeven. Wel gaf u aan dat u deze legislatuur, op basis van de aanbevelingen van het Rekenhof, de audit en het advies van de administratie, werk zult maken van een meer duurzame financiering van vzw De Link op basis van een meerjarenplan. Ik denk dat dat belangrijk is, zo’n duurzame financiering. Momenteel wordt de vzw nog gefinancierd op basis van een jaarplan, dat elk jaar opnieuw moet worden ingediend en goedgekeurd, wat zorgt voor een jaarlijkse onzekerheid.
Minister, wat is de stand van zaken met betrekking tot het verduurzamen van de financiering van vzw De Link? Welke stappen hebt u al genomen? Welke stappen zijn nog voorzien?
Het stopzetten van de financiering van de omkadering van de opleiding tot EDAS is een beslissing van de minister van Onderwijs. U gaf eerder al aan de meerwaarde ervan te erkennen. Wat betekent de eventuele stopzetting van de opleiding tot EDAS voor uw beleid? Heeft de stopzetting gevolgen voor dit beleidsdomein? Kan, na stopzetting van de financiering van De Link vanuit het departement Onderwijs, de coördinatie van de opleiding tot ervaringsdeskundigen in armoede en sociale uitsluiting verder gefinancierd worden vanuit Welzijn en Armoede? Hebt u daarover al overleg gepleegd met uw collega Ben Weyts?
Minister Beke heeft het woord.
Collega, gelet op de context die u zelf hebt geschetst, overleg ik momenteel op zeer regelmatige basis met vzw De Link om de actuele situatie op te volgen. We bekijken momenteel op welke manier de toekomst van de opgeleide ervaringsdeskundigheid, zoals opgenomen in het Armoedebestrijdingsdecreet, vorm kan krijgen en welke rol De Link daarbij kan spelen. Zodra er op basis van die besprekingen meer zicht is op deze toekomst, zal ik bekijken op welke manier de financiering op basis van het Armoedebestrijdingsdecreet verder kan verlopen en of die moet worden aangepast.
Zoals u weet, zijn er binnen mijn beleidsdomein verschillende opgeleide ervaringsdeskundigen actief, zowel binnen de Vlaamse overheid zelf als in de sectoren die wij aansturen. Die inzet kan verder lopen zoals vandaag. De stopzetting van de opleiding impliceert dat er op een of andere manier invulling zal moeten worden gegeven aan de wijze waarop ervaringsdeskundigen in de toekomst opgeleid en nadien ook ingezet kunnen worden. Ik gaf al aan dat we daarover in overleg zijn.
De minister van Onderwijs heeft de beslissing tot stopzetting genomen. Hij is daar ook toe bevoegd. Een vorm van opleiding is voorzien in het Armoedebestrijdingsdecreet. We zoeken naar een passend alternatief, maar ik kan de opleiding in haar huidige vorm niet financieren vanuit mijn bevoegdheden.
De heer Danen heeft het woord.
Bedankt voor uw antwoord, minister. Als u zegt dat u naar een oplossing zoekt, is dat natuurlijk al een eerste stap. Kunt u daar ook een termijn op kleven?
Ik stel ook vast dat een aantal studenten begonnen zijn in dat eerste jaar, maar dat de volgende jaren niet meer worden aangeboden. Dat is wel een bijzonder vervelende situatie. Zijn er voor hen oplossingen voorzien, zodat zij de opleiding toch kunnen vervolmaken?
Mevrouw Wouters heeft het woord.
Eerst en vooral dank aan collega Danen om mijn schriftelijke vraag over de financiering van vzw De Link te gebruiken voor zijn vraag om uitleg. Dit soort appreciatie wordt steeds gewaardeerd.
Subsidies dienen steeds doeltreffend en doelmatig te worden ingezet. Het gaat immers over belastinggeld. Uit de audit van minister Weyts naar de doeltreffendheid … (Het geluid van Suzy Wouters valt weg.)
Collega Wouters, u valt weg.
Minister Beke heeft het woord.
Ik kan daar op dit ogenblik niet meer aan toevoegen dan wat ik daar vandaag over gezegd heb.
De heer Danen heeft het woord.
Ik was al verheugd over het eerste antwoord van de minister, over het feit dat hij in overleg gaat en een oplossing zoekt.
Ik hoop dat er snel een oplossing kan worden gevonden, want ik moet zeggen dat de stopzetting wel bijzonder jammer is, omdat de meerwaarde van de opleiding en van de ervaringsdeskundigen door vriend en sommige vijanden – niet allemaal, natuurlijk – wordt erkend. Ik weet dat een van de bezwaren is dat het weinig tewerkstelling zou bieden. Maar het is natuurlijk wel zo dat die mensen tewerkgesteld worden in organisaties en van daaruit worden uitbesteed aan andere organisaties om hun werk te doen, een soort van consultancyachtige opdrachten. Dat is natuurlijk bijzonder waardevol. Ik ben ervan overtuigd dat die opleiding een meerwaarde zoekt en een duurzame financiering nodig heeft. Ik zal niet nalaten om er opnieuw naar te vragen als ik merk dat de oplossing niet dichterbij komt.
De vraag om uitleg is afgehandeld.