Verslag vergadering Commissie voor Onderwijs
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
De heer Danen heeft het woord.
De Vlaamse Regering wil deze legislatuur sterker inzetten op levenslang leren. Om die ambitie kracht bij te zetten, werd het oprichten van een platform levenslang leren binnen de beleidsdomeinen Werk en Onderwijs opgenomen in het regeerakkoord 2019-2024. Dat platform moet de synergiën en samenwerking in het kader van levenslang leren binnen de Vlaamse overheid versterken. Via een gezamenlijke visie kunnen de noodzakelijke ambities en doelstellingen verder worden uitgewerkt.
Zoals bekend werd 2021 uitgeroepen tot het jaar van de opleiding. Het is dan wat bitter om vast te stellen dat de regering net in het jaar van de opleiding beslist om de mensen en middelen van de centra voor volwassenenonderwijs, met een ruim aanbod voor levenslang leren, significant terug te schroeven.
De sector van het volwassenenonderwijs maakt zich dan ook grote zorgen. Er is de geleidelijke toepassing van het financieringsdecreet. Daarbinnen is er een overgangsregeling met compensatiemaatregelen: 100 procent in 2020, 66 procent in 2021 en 33 procent in 2022 van het verlies wordt gecompenseerd. Dit jaar komt daar nog een educatief overbruggingskrediet bovenop. Dat was het zogenaamde nooddecreet.
Concreet zijn de implicaties voor 2021 de volgende. Eerst wordt het nieuwe financieringsdecreet toegepast. Dat zorgt voor om en bij de 9 procent verlies. Dat wordt gemilderd door de overgangsregeling en het overbruggingskrediet. De implicaties worden de jaren erna echter veel groter wegens het uitdoven van de compensatieregeling en het wegvallen van het overbruggingskrediet. Samengevat worden er op korte en middellange termijn tussen de 70 en 210 voltijdsequivalenten (vte’s) bedreigd.
Op het vlak van de werkingsmiddelen zijn de signalen op het eerste gezicht minder alarmerend. De werkingsmiddelen zouden op sectorniveau met ongeveer 176.000 euro worden teruggeschroefd. Die vermindering is wel ten opzichte van werkingsmiddelen die al historisch laag waren. Door de dalende compensatie en het wegvallen van het eenmalige overbruggingskrediet zouden de financiële middelen met nog eens 1.100.000 euro verminderen.
Ik heb daarbij de volgende vragen.
Wat is de stand van zaken in verband met de oprichting van het platform levenslang leren?
De sector van het volwassenenonderwijs maakt zich zorgen over de signalen die men krijgt over de vermindering van mensen en middelen als gevolg van het nieuwe financieringsdecreet en de uitdovende compensatieregeling. Is de bezorgdheid van de sector gerechtvaardigd? Plant u initiatieven om de hierboven beschreven effecten te milderen en welke zijn dat? Hoe kan volgens u het volwassenenonderwijs ontsnappen aan deze besparingslogica?
De toegekende overbruggingskredieten zouden wegvallen na één jaar waardoor er extra middelen en mensen dreigen te verdwijnen. Kunt u bevestigen dat de overbruggingskredieten slechts eenmaal werden toegekend? Zal het wegvallen van die kredieten gecompenseerd worden via andere kanalen? Zo ja, via dewelke?
Hoe gaat u ervoor zorgen dat de werkingsmiddelen gelijke tred houden met de steeds stijgende noden van het volwassenenonderwijs?
Minister Weyts heeft het woord.
Eerst en vooral wil ik de verkeerde interpretatie uit de wereld helpen dat de Vlaamse Regering zou beslist hebben om de personeelsleden en middelen van het volwassenonderwijs significant terug te schroeven. De daling in het aanbod van het volwassenenonderwijs is een gevolg van de coronacrisis.
Ik heb al op een eerdere vraag om uitleg van mevrouw Loes Vandromme in deze commissie toegelicht dat het volwassenenonderwijs zwaar heeft geleden onder de coronacrisis, maar we hebben het grote verlies aan omkadering en werkingsmiddelen al voor een deel opgevangen door de bestaande decretale maatregel voor de overgang van het oude naar het nieuwe financieringssysteem.
Voor het schooljaar 2021-2022 wordt het verlies al voor 66 procent gecompenseerd voor elk centrum. We hebben het daarbij niet gelaten want anders zou er inderdaad een groot verlies zijn. Daarbovenop hebben we ook nog een educatief overbruggingskrediet uitgewerkt waarbij we rekening hebben gehouden met de grootste maatschappelijke noden. We hebben daar 14,5 miljoen euro voor uitgetrokken. Die overbruggingsregeling is opgenomen in het Coronadecreet VII dat de collega’s als voorstel van decreet hebben ingediend, waarvoor dank. Dat is het zevende voorstel van decreet met dringende tijdelijke maatregelen in het onderwijs naar aanleiding van de coronacrisis. Het is een goede zaak voor het volwassenenonderwijs. Daarmee hebben we het globale verlies voor het volwassenenonderwijs zowel bij de omkadering als de werkingsmiddelen voor het schooljaar 2021-2022 sterk kunnen beperken.
Net vanwege die coronacrisis heeft de Vlaamse Regering het jaar 2021 tot het jaar van de opleiding uitgeroepen. ‘Put your money where your mouth is’. Dat doen we ook. Aan het relanceplan Edusprong ter versterking van het volwassenenonderwijs is een kostenplaatje verbonden, namelijk 60 miljoen euro voor de volgende schooljaren.
Het is goed om te weten dat ongeveer 80 procent van die voorziene middelen rechtstreeks in de centra geïnvesteerd zal worden, zodat zij zich kunnen versterken op het vlak van het afstandsonderwijs, de flexibele trajecten en het hybride leren of het outreachen naar doel- en kansengroepen. De overige 20 procent zullen we besteden aan de ondersteuning van het volwassenenonderwijs, bijvoorbeeld via een wervende Vlaanderenbrede promotiecampagne om van dat volwassenenonderwijs een sterk merk te maken, aan een up-to-date opleidingskompas om de mensen te helpen om door de bomen het bos te laten zien want er is een serieus aanbod, aan de begeleiding van cursisten naar het geschikte aanbod en aan een digitale tool voor cursistenopvolging.
De eerste projectoproep naar de centra zullen we binnenkort lanceren. Het gaat om een bedrag van 10 miljoen euro. Ook over de regioscan wil ik de centra nog voor het zomerreces kunnen inlichten. De centra kunnen daarvoor vanaf 1 september rekenen op bijkomende omkadering en werkingsmiddelen om een analyse te maken van de lokale arbeidsmarktbehoeften in functie van een regionaal afgestemd opleidingsaanbod. We proberen maximaal om op lokale schaal te kijken wat de noden zijn, maar ook wat het aanbod is. Elke lokaliteit is anders. In sommige regio’s zijn de bedrijven sterk vragende partij voor specifieke opleidingsvormen. Het gaat niet alleen om de vraag die er leeft bij potentiële cursisten, maar ook bij het afnemende veld. Dat is belangrijk. Als je bijvoorbeeld een opleiding kunt organiseren met een grote mate van jobzekerheid, dan is dat een uitstekend argument om steeds meer mensen naar die opleiding toe te leiden. Natuurlijk heb ik ook begrip voor de bezorgdheid over de toekomstige structurele omkadering en werkingsmiddelen.
Om voorspellingen te doen over de omkadering en werkingsmiddelen voor het schooljaar 2022-2023 is het nu nog te vroeg. Ik kan al meegeven dat de bestaande compensatieregeling van het nieuwe financieringssysteem voor het schooljaar 2022-2023 in een compensatie van 33 procent van het geleden verlies voorziet. Uiteraard zullen we de gevolgen van de coronacrisis en de impact van de relancemiddelen moeten monitoren. Net zoals we de impact op de toekomstige structurele financiering van het volwassenenonderwijs nauwgezet zullen bekijken.
Wat betreft de vragen over het Vlaams Partnerschap Levenslang Leren: ondanks de coronacrisis zijn de werkzaamheden voortgezet. Ik heb eind oktober vorig jaar samen met collega Crevits in de Vlaamse Regering een mededeling gebracht over de samenstelling, de opdracht en de regeling van de ondersteunende rol van het expertisecentrum en van de secretariaatswerking. Op 23 november 2020 hebben we samen het startschot van dat partnerschap gegeven. Dat gebeurde natuurlijk digitaal. Sindsdien komt het partnerschap maandelijks samen om aan een gezamenlijk actieplan te werken. Dat zal in het najaar klaar moeten zijn.
De heer Danen heeft het woord.
Ik dank u voor de antwoorden, minister. Ik stel vast dat u bereid bent om voor een stuk tegemoet te komen aan de zorgen van het volwassenonderwijs. Ik heb me ook aangesloten bij de vraag om uitleg van mevrouw Vandromme over Edusprong. Ik heb gehoord wat u daar toen hebt gezegd. Ik heb begrepen dat u tegemoet wilt komen aan een aantal bezorgdheden.
Ik wil dit toch nog even zeggen. Een aantal centra wordt bovengemiddeld zwaar getroffen als gevolg van corona. Ik heb helemaal niet gezegd dat u gretig bent om iedereen geld af te pakken. Natuurlijk heeft corona daarin een heel belangrijke rol gespeeld, maar als het financieringsdecreet en alle financiering die er nadien is gekomen, ervoor zorgen dat bepaalde centra verliezen, dan moeten we kijken wat er aan de hand is. Je kunt zeggen dat lichte verliezen normaal zijn en dat we daar weinig aan kunnen doen, maar sommige centra worden bovenmatig getroffen. Er zullen daar wel redenen voor zijn. Wilt u daaraan tegemoetkomen?
Wat daarmee samenhangt, is het gevolg van het financieringsdecreet. Ik heb begrepen dat opleidingen die stijgen, maximaal 0,8 procent financiering krijgen. Voor opleidingen die dalen, is dat 0 procent. Typisch aan het volwassenenonderwijs is dat bepaalde opleidingen die het goed doen, op heel korte tijd heel veel studenten kunnen aantrekken. Als het wat minder gaat, vallen er heel wat studenten weg. Dat is heel cyclisch en helemaal anders dan in het hoger of het universitair onderwijs. Daar zijn de meeste opleidingen min of meer stabiel. Ik vind dat er een twist zit in de financiering. Dat maakt dat ook als gevolg van corona bepaalde opleidingen met veel praktijklessen heel zwaar verloren hebben en heel fel zullen verliezen. Wilt u dat monitoren en desgevallend bijsturen?
Ik heb uit uw antwoord ook begrepen dat het overbruggingskrediet voor een jaar is, maar dat u niet uitsluit dat er nog een dergelijke maatregel komt. Als de cijfers duidelijker zijn, zult u eventueel initiatieven nemen?
Mevrouw Vandromme heeft het woord.
Ik dank de heer Danen voor de vraag en ik sluit heel graag aan. U gaf al aan dat ik daar al een aantal vragen over stelde. Ik ben blij dat de minister ook deze keer aangeeft dat de cijfers, het aantal inschrijvingen, het effect op de personeelsmiddelen en op de werkingsmiddelen goed gemonitord moeten worden en dat er moet worden gekeken wat de impact van corona is op het aantal inschrijvingen. We volgen dat in elk geval zelf heel goed op.
Ik verwijs ook naar mijn vraag die ik twee weken geleden stelde over Edusprong. De onderwijsverstrekkers hadden een aantal bezorgdheden over de uitrol van Edusprong, de vraag naar Vlaanderenbrede projecten en de verdeelsleutel die toegepast zou kunnen worden. Kunt u daarover al iets melden? Is er overleg geweest en zijn er al stappen gezet?
Ik kom zelf ook even tussen.
Mijnheer Danen, ik vond dat u uw vraag heel sterk begon. Uw eerste zin was namelijk: “De Vlaamse Regering wil deze legislatuur sterker inzetten op levenslang leren.” En dat klopt ook absoluut. Maar daarna zag ik dat u toch wat uit de bocht ging in uw vraag.
De Vlaamse Regering beslist inderdaad niet om mensen en middelen significant terug te schroeven. Dat verlies ontstond inderdaad helaas door de coronacrisis.
We hebben dit thema al verschillende keren besproken in de commissie. De minister heeft ook al heel veel initiatieven genomen om de financiering van het volwassenenonderwijs te garanderen. Hij heeft het daarnet voor de zoveelste keer uit de doeken gedaan, ook met Edusprong en een boost van 60 miljoen euro.
Minister, ik onthoud vooral dat u de financiële situatie van het volwassenenonderwijs op de voet zult volgen. Ik hoop dat het de centra voor volwassenenonderwijs (CVO’s) geruststelt dat dat zeker nauwgezet wordt opgevolgd.
Verder heb ik geen nieuwe vragen, aangezien de Edusprong recent heel uitvoering aan ons werd toegelicht en we toen vragen konden stellen.
Minister Weyts heeft het woord.
Ik snap de bezorgdheden wel. We hebben nu een heel billijke regeling getroffen via de twee compensatiemechanismen: enerzijds het compensatiemechanisme van 66 procent dat al voorzien was, daarbovenop het educatief overbruggingskrediet en daarbovenop ook nog eens de relance, 60 miljoen euro, waarvan 80 procent toch naar de centra zelf gaat. Ik heb daar trouwens gisterenochtend nog met de onderwijsverstrekkers over samengezeten, ook met hun bezorgdheden rond de toekomstige financiering. We gaan sowieso een en ander monitoren. We houden sowieso de vinger aan de pols. Wanneer er zich grote accidenten voordoen, zien we elkaar ongetwijfeld weer.
De heer Danen heeft het woord.
Minister, ik dank u. Nogmaals, bij de bespreking van het overbruggingskrediet waren we, al zeg ik het zelf, vrij mild. We drongen heel sterk aan op monitoring en bijkomende maatregelen. U hebt dit nu bevestigd. Ik hoop dat u zich daar ook aan houdt.
Ten tweede, nogmaals, ik heb nooit gezegd dat u verantwoordelijk bent voor alles wat misloopt in het volwassenenonderwijs. Ik heb gewoon gezegd dat de wetgeving, het nieuwe decreet, de overgangsregeling en het overbruggingskrediet samen, en ook corona, want dat was de voornaamste trigger, maken dat er een aantal centra zich heel erg veel zorgen maken, dat ze bovengemiddeld worden getroffen en dat er toch wel wat mensen hun job zullen verliezen. De vraag is dus om dat te monitoren.
Er zijn natuurlijk ook wel een aantal andere oplossingspistes. Ik neem aan dat dat niet te nemen of te laten is. Het is wellicht niet allemaal zo evident. Maar ik wilde het toch kort even schetsen. We zouden bijvoorbeeld kunnen gaan naar een soort van tijdelijke open-endfinanciering voor het volwassenenonderwijs. Of – en dat is misschien iets gemakkelijker – we zouden er een aantal jaren tussenuit kunnen nemen. Op die manier kunnen we er toch voor zorgen dat die onbeperkte daling wat wordt gefnuikt. Want nogmaals, bepaalde opleidingen zijn nu heel erg, bovenmatig getroffen. Het kan tien of vijftien jaren duren vooraleer ze dat hebben goedgemaakt.
De vraag om uitleg is afgehandeld.