Verslag vergadering Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media
Vraag om uitleg over het standpunt van de Vlaamse Regering tijdens het Overlegcomité van woensdag 26 mei 2021 over de uitrol van 5G en de introductie van een vierde mobiele speler
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werden deze vragen om uitleg via videoconferentie behandeld.
De heer De Roo heeft het woord.
Voorzitter, vorige week hebben de verschillende regeringen een nieuwe stap gezet in de geplande uitrol van 5G in ons land. Het wetsontwerp van minister De Sutter heeft in het Overlegcomité groen licht gekregen, waardoor het aan de Kamer van Volksvertegenwoordigers kan worden voorgelegd. Over de verdeling van de inkomsten en een eventuele vierde speler zijn nog geen knopen doorgehakt. In een volgende stap kunnen de koninklijke besluiten naar de Raad van State worden gestuurd. Hierdoor zou het Overlegcomité nog voor het zomerreces over de toegang voor een eventuele vierde speler kunnen beslissen.
Met deze beslissing lijken de verschillende overheden voorlopig op schema om de geplande timing voor de veiling, het voorjaar van 2022, te halen. Het belang hiervan voor onze consumenten, onze bedrijven, onze overheden en dergelijke is zowel in deze commissie als daarbuiten al vaak aangehaald.
Minister, kunt u meer toelichting geven over de mogelijkheid dat er een vierde telecomspeler komt? Acht u het realistisch dat hierover nog voor de zomer een beslissing valt? Zijn er, hoewel nog geen knopen zijn doorgehakt, vorderingen op het vlak van de verdeling van de middelen? Er is sprake van een verplichte dekking van 70 procent na een jaar, 99,5 procent na twee jaar en 99,9 procent na zes jaar. Hoe zal dit in de praktijk worden gebracht?
De heer Vande Reyde heeft het woord.
Voorzitter, dit is een jubileum. Het is mijn tiende vraag om uitleg aan drie verschillende ministers in de commissies over 5G. Ik moet deze vraag om uitleg met een kleine verontschuldiging beginnen.
Minister, mea culpa. De vorige keer dat we het in deze commissie over 5G hadden, heb ik verklaard dat de door de Vlaamse Regering gevraagde bijkomende studie over de impact van een vierde speler misschien niet nodig was. Er waren in het verleden al veel studies uitgevoerd en de keuze was vrij duidelijk. U hebt me uitgelegd dat een bijkomende studie en het advies van de Raad van State nodig waren. Ik was sceptisch, maar u had gelijk. We hebben de studie gekregen. Minister De Sutter heeft de studie in de Kamer van Volksvertegenwoordigers en in de pers voorgesteld. Het is altijd goed dat ministers beide doen. Ik vind de studie zeer boeiend en verhelderend. Op bepaalde vlakken geeft de studie bijkomende informatie. Het was wel degelijk een goed idee dit verder te bestuderen.
Wat me vooral opvalt, is dat de komst van een vierde speler op alle vlakken alleen maar voordelen biedt. We weten dat we in België en in Vlaanderen met hoge telecomprijzen zitten, gemiddeld meer dan de helft duurder dan in andere Europese lidstaten. We weten dat het belang van mobiele verbindingen in de telecommix enorm zal toenemen en dat het voor de consument een goede zaak zou zijn de concurrentie te versterken. Het centrale thema van de studie is dat de consumer welfare er enkel op kan vooruitgaan als we een vierde mobiele speler toelaten. Ik vind dat enorm boeiend.
Minister, mijn vragen zijn logisch. We hebben de studie en volgens mij zijn alle vragen beantwoord. De enige vraag wat het standpunt van de Vlaamse Regering met betrekking tot een vierde mobiele speler zal worden. De Vlaamse Regering kan hier een voorstander van zijn of kan er nog twijfels bij hebben.
We zullen die keuze vlug moeten maken. De Europese Commissie heeft ons al een aantal keren op de vingers getikt omdat de veiling te lang blijft aanslepen. Wat 5G betreft, hebben we in Vlaanderen zeer ambitieuze plannen. Hoewel dat goed zou zijn, hoeven we die keuze hier niet vandaag te maken, maar we moeten ze wel voor het zomerreces maken. Ik ben benieuwd naar uw standpunt en het standpunt dat u tijdens het Overlegcomité naar voren hebt gebracht.
Minister Dalle heeft het woord.
Mijnheer Vande Reyde, het is effectief niet de eerste keer dat we hier over dit thema praten.
Mijnheer De Roo, het is fijn hierover ook met u te mogen spreken, want dit is natuurlijk een uitzonderlijk belangrijk dossier voor Vlaanderen en voor heel het land.
De kwestie van de vierde speler is daar één element in, misschien niet het meest bepalende. Het zal in elk geval enorme opportuniteiten met zich mee brengen en het zal ook bijzonder belangrijk zijn in de relance die we met de Vlaamse Regering aan het ondersteunen en voorbereiden zijn.
Alvorens in te gaan op de concrete vragen, wil ik u nog even meenemen naar mijn antwoord in deze commissie op 4 maart over de beslissing van 12 februari, waar de federale overheid haar ontwerpregelgeving op het vlak van de spectrumveilingen had geagendeerd.
Tijdens de vergadering van 12 februari stemde het Overlegcomité ermee in om het voorontwerp van wet en de vijf ontwerpen van koninklijk besluit (KB) voor advies voor te leggen aan de Raad van State en deze na het bekomen van het advies van de Raad van State opnieuw voor te leggen aan het Overlegcomité. Er werd afgesproken dat in de adviesaanvraag aan de Raad van State toe expliciet gevraagd zou worden naar de conformiteit van hetgeen voorgesteld wordt, met name de passages rond de vierde speler, aan de hogere rechtsnormen, waaronder artikel 52 van de Europese Elektronische Communicatiecode (EECC).
Tijdens diezelfde vergadering van 12 februari heeft het Overlegcomité ook ingestemd met de samenwerking aan een overkoepelend kennis- en leerplatform rond 5G, uiteraard met inachtneming van ieders bevoegdheden.
Het Overlegcomité vroeg bovendien aan federaal minister De Sutter om een studie te bestellen over de impact van de eventuele komst van een vierde telecomspeler op investeringen door de bestaande spelers, de reservatie van 35 megahertz duplex voor de nieuwkomer, de tewerkstelling en het aspect volksgezondheid, en vroeg ook dat die studie samen met het advies van de Raad van State voorgelegd zou worden aan een volgend Overlegcomité.
Het Overlegcomité besliste bovendien om de bespreking over de verdeling van de opbrengsten met een groter aandeel voor de gemeenschappen opnieuw te agenderen nadien. Daarbij werd afgesproken dat rekening zal worden gehouden met het belang van media. Bij ontvangst van de eenmalige opbrengsten zullen deze op een afzonderlijke rekening geblokkeerd worden.
Het Overlegcomité besliste tot slot dat er een overleg moest komen over de toekenning van 60 megahertz aan spectrum voor regionale toepassingen en over de passage die vrijstelling geeft aan dekking in gemeenten met een pyloontaks.
Na de actualisering van de ontwerpregelgeving heeft de federale overheid op 14 mei die ontwerpregelgeving opnieuw geagendeerd op het Overlegcomité van 26 mei.
Dat brengt mij bij de vragen die gesteld zijn.
Ten eerste: het standpunt van de Vlaamse Regering en de uitkomst van het Overlegcomité. Op het Overlegcomité van 26 mei heeft Vlaanderen akte genomen van het feit dat de federale overheid in uitvoering van de notificaties van het Overlegcomité het voorontwerp van wet en de vijf ontwerpen van koninklijk besluit voor advies heeft voorgelegd aan de Raad van State, met de uitdrukkelijke vraag rond de vierde speler. De Raad van State heeft zich op 29 maart 2021 echter enkel uitgesproken over de wet, ondanks het uitdrukkelijk verzoek om de passages rond de vierde speler in de KB's te toetsen aan de hogere rechtsnormen. De Raad van State was van oordeel dat hij slechts een advies kan formuleren over de KB's wanneer de wet is goedgekeurd in het parlement. Dit advies over de KB’s zal worden gevraagd nadat de wet in het parlement is goedgekeurd. Ten gevolge van het advies van de Raad van State omtrent het voorontwerp van wet werden er aan dit voorontwerp enkele wijzigingen aangebracht met betrekking tot de terminologie en enkele verduidelijkingen.
Conform de eerder gemaakte afspraken binnen de schoot van de Vlaamse Regering en het Overlegcomité heeft het Overlegcomité dus het voorontwerp van wet goedgekeurd en akte genomen van de ontwerpen van KB. Wat de KB’s betreft vraagt het Overlegcomité opnieuw aan minister De Sutter om het advies van de Raad van State in te winnen nadat de wet goedgekeurd is in het parlement. In de adviesaanvraag naar de Raad van State toe zal opnieuw expliciet gepeild worden naar de conformiteit met de hogere rechtsnormen, met name naar artikel 52 van de EECC, in het bijzonder op het vlak van die vierde speler. In de ontwerpen van KB zullen vervolgens de wijzigingen kunnen worden aangebracht die nodig zouden blijken na advies van de Raad van State, en de ontwerpen van die vijf KB’s zullen dan opnieuw worden voorgelegd aan het Overlegcomité.
Op het Overlegcomité hebben de gemeenschappen de gemaakte afspraken dan ook bevestigd en kennis kunnen nemen van de door het Comité gevraagde impactstudies, inbegrepen een geactualiseerde versie van een impactstudie van het Belgisch Instituut voor Postdiensten en Telecommunicatie (BIPT) uit 2018 met recente data en nieuwe evoluties.
U hebt een bepaalde lezing over de studie over de vierde speler. In de realiteit is het iets genuanceerder dan dat. In uitvoering van de notificaties van het Overlegcomité van 12 februari werd er ook een eerste overleg georganiseerd over de toekenning van 60 megahertz aan het spectrum voor regionale toepassingen tijdens de werkgroep Beleidscoördinatie van 12 maart. Mijn kabinet is ook in verder overleg over hoe de reservatie en de toekenning van die 60 megahertz kan gebeuren. Er werd ook een overleg gepleegd over de passage die vrijstelling geeft aan dekkende gemeenten met een pyloontaks.
Ik veronderstel dat u het standpunt van de Vlaamse Regering over de vierde speler kent en weet hoe we daarnaar kijken. In de ontwerpregelgeving die voorlag op het Overlegcomité van 12 februari en 26 mei wordt de mogelijkheid opengelaten voor de intrede van een vierde volwaardige mobiele netwerkoperator op de markt, inclusief ook de residentiële markt. Er wordt daarbij voorzien in de reservering van specifiek spectrum op bepaalde banden. De ontwerpregelgeving bevat bovendien enkele specifieke bepalingen die voorzien in een lagere dekkingsvereiste voor die eventuele nieuwe speler.
Bij meerdere betrokkenen leeft de vraag of de voorliggende ontwerpregelgeving op het vlak van de intrede van een vierde mobiele speler en de afwijkende voorwaarden ter zake wel verenigbaar zijn met de toepasselijke hogere rechtsnormen, waaronder artikel 52 van de EECC, dat een aantal materiële en procedurele voorwaarden bevat op het vlak van de mededinging wanneer maatregelen worden genomen ten voordele van een nieuwe marktdeelnemer.
Een centrale bekommernis van de Vlaamse Regering bij de discussie over de zogenaamde vierde speler is dan ook dat de spelregels gerespecteerd zouden worden. Daarom heeft de Vlaamse Regering opnieuw gevraagd dat de koninklijke besluiten zouden overeenstemmen met de Europese regels. Het Overlegcomité gaat daar op in door specifiek die toetsing ook aan de Raad van State te vragen.
Het is namelijk in het belang van iedereen, ook de mediaspelers, de telecomoperatoren en zeker ook de gebruikers, dat er een rechtszekere oplossing komt in dit dossier. De beslissing over de vierde speler zal dus pas vallen nadat de KB’s samen met het advies van de Raad van State terugkeren voor politieke beoordeling naar het Overlegcomité.
Op basis van de informatie waarover ik nu beschik, is de kans eerder klein dat die beslissing nog voor de zomer valt. Eerst moet het federale parlement de wet goedkeuren. Dan wordt advies aan de Raad van State gevraagd over de KB’s en de Raad moet dat advies ook nog uitbrengen. Vervolgens wordt het voorgelegd aan het Overlegcomité.
De adviesprocedure heeft niet meteen impact op de verdere voorbereidingen van het BIPT voor het organiseren van de veiling in het najaar. Die voorbereidingen lopen dus conform de beslissing van het Overlegcomité van 12 februari.
Collega De Roo peilde ook naar de verdeling van de middelen. Er werden daarover nog geen knopen doorgehakt. Het is ook niet voorzien om dat op zeer korte termijn te doen. De eerdere afspraak van 12 februari werd wel bevestigd dat het Overlegcomité de bespreking over de verdeling van de opbrengsten met een groter aandeel voor de gemeenschappen in de verdeling van de eenmalige en jaarlijkse opbrengsten van de veiling van het spectrum voor mobiele breedband verder zal voorbereiden. Van belang is dat opnieuw genotuleerd werd dat er rekening gehouden zal worden met het belang van media in het frequentiegebruik. Dat is natuurlijk essentieel.
U stelde ook de vraag over de verplichte dekking die evolueert van 70 procent na 1 jaar, 99,5 procent na 2 jaar en 99,9 procent na 6 jaar. Die dekkingsvereisten zijn opgenomen in de federale ontwerpreglementering. De wijze waarop dat in praktijk gebracht zal worden, is een federale aangelegenheid. Ik ben genoodzaakt om u daarvoor door te verwijzen naar het BIPT en naar de federale collega, die beter geplaatst zijn om daarover nadere toelichting te geven.
Dat was een uitgebreid antwoord, minister.
De heer De Roo heeft het woord.
minister, ik dank u voor uw inderdaad uitgebreid antwoord. Met de opbouw van uw hele redenering kwam het niet meer als een verrassing dat de doorbraak op het vlak van de vierde speler er niet meer voor de zomer zal zijn. Ik volg u in uw analyse dat het nodig is om te zorgen voor rechtszekerheid voor iedereen die daarbij betrokken is, zowel voor de consument als voor de vierde speler.
We mogen ook niet vergeten – zoals u ook hebt aangehaald – dat de digitalisering, en de datastromen die daarmee gepaard gaan, essentieel zijn voor onze relance die we op Vlaams niveau gaan hebben. We kunnen daar dus eigenlijk echt geen tijd meer verliezen. Maar ik begrijp ook uit uw antwoord dat dit momenteel geen impact heeft op de timing, aangezien de veilingen nog altijd op hetzelfde tijdstip kunnen georganiseerd worden, maar ik hoop ook dat de antwoorden van de Raad van State daaromtrent in de toekomst niet tot verdere vertragingen zullen leiden. Maar dat zit dan inderdaad op het federale niveau.
Wat betreft de vierde speler: die is inderdaad interessant op verschillende vlakken. Niet in het minst op het vlak van de prijs voor de consument. Maar het moet natuurlijk rechtszeker kunnen gebeuren.
Ik heb misschien nog één bijkomende vraag voor u, minister. Hebt u er zicht op wanneer men als consument, als ondernemer, als overheid nu effectief met 5G aan de slag zal kunnen gaan?
De heer Vande Reyde heeft het woord.
Hartelijk bedankt voor uw antwoord. Ik voel dat we – tijdens deze tiende vraag die ik erover stelde – vooruitgang maken. Ik zal misschien proberen samen te vatten wat u eigenlijk wilt zeggen. Verbeter mij als ik iets fout zeg. Ik denk dat het belangrijk is dat iedereen die aan het kijken is, ook mensen uit de sector, duidelijkheid heeft.
Hoe ik uw antwoord vertaal is dat we, op basis van alle studies die we nu gedaan hebben, vanuit de Vlaamse Regering op zich wel voorstander zijn van een vierde mobiele speler, in die zin dat we geen beperkingen zien op spectrum en al de technische aspecten. Waar we ons wel nog zorgen over maken is de juridische toets aan het Europese kader, met name wat betreft de dekkingsvereisten. Daar zeggen we als Vlaamse Regering: ‘we wachten op de goedkeuring in de Kamer’. Als ik me niet vergis wordt die de komende week al ‘ingelezen’, zoals dat heet. Eens het goedgekeurd is in de Kamer kan er een advies van de Raad van State volgen, en als dat advies van de Raad van State geen bijkomende juridische belemmeringen opwerpt wat betreft die dekkingsvereisten, dan zeggen we als Vlaamse Regering dat het oké is.
We hadden dus twijfels wat betreft de technologische aspecten. Die zijn van de baan geruimd. Nu maken we ons enkel zorgen over de juridische aspecten en daarvoor wachten we het advies van de Raad van State af, en op basis daarvan zullen we op het volgende Overlegcomité daarover de beslissing nemen.
Zo vat ik het samen. Mocht het fout zijn, verbeter mij dan gerust. Ik probeer altijd simpele taal de dingen naar buiten te brengen.
Nu, kort mijn analyse daarover. Ik begrijp dat standpunt. Het is inderdaad nodig dat het juridisch klopt. De adviezen van de Raad van State mogen we zeker niet naast ons neerleggen, iedereen weet hoe belangrijk die zijn. Wat betreft die dekkingsvereisten wordt er soms gezegd: ‘we moeten voorkomen dat er aan cherrypicking gedaan wordt’. Maar dat is op zich niet helemaal het geval in wat er nu voorligt in de KB’s.We moeten niet vergeten dat de netwerken die we nu hebben historisch aangelegd zijn door de overheid, of overheden, en een deel daarvan ligt zelfs nog in de handen van overheidsbedrijven. De verminderde – of tijdelijk verminderde – dekkingsvereisten die in het KB voorzien zijn, die willen net toelaten dat een nieuwe speler geen oneerlijke concurrentie heeft vanwege die historische netwerkaanleg. Het is dus geen oneerlijke concurrentie in het nadeel van de bestaande historische spelers. Integendeel, het is een manier om eerlijke concurrentie te hebben voor iedereen. Dat is alvast mijn analyse daarvan. Het is inderdaad belangrijk dat dit wordt getoetst aan het Europees kader. Ik kan me niet inbeelden dat dat voor obstakels zal zorgen, maar ik ben helaas geen jurist, er zitten er genoeg in het parlement. We zullen dus zien wat dat geeft.
Wat de timing betreft: ik heb u horen zeggen ‘niet voor de zomer ‘ Voor de zomer is: voor 21 juni. Dat wordt inderdaad moeilijk. Maar tíjdens de zomer, dat is toch wel essentieel denk ik. En ik zal u zeggen waarom. Het is niet dat ik daar anders nog 10 extra vragen over moet stellen, het is gewoon omdat de Europese Commissie ons daar wel degelijk een heel strikte deadline voor opgelegd heeft. We zijn al drie keer op de vingers getikt, maar de nieuwe deadline is op 21 juli. Dat is uiteraard een bijzondere dag, maar dan is ook die deadline vastgelegd. En dan zegt de Europese Commissie: ‘België, Vlaanderen, los het op, jongens, je moet echt met iets komen, want anders gaan wij eens van ons laten horen’.
Ik denk dat we daar niet nodeloos op moeten wachten. En aangezien het wetsontwerp nu al wordt ingelezen in de Kamer, zal het waarschijnlijk wel ergens in de komende weken goedgekeurd worden. Dan denk ik dat een Overlegcomité voor 21 juli, om die knoop definitief door te hakken, toch echt wel nodig is.
Een laatste zaak in mijn analyse is dat er ook al eens de bezorgdheid was of er wel interesse is van spelers, en als die interesse er is, of dat dan misschien om buitenlandse, kwaadaardige bedrijven gaat, prijsbrekers, tewerkstelling die naar het buitenland gaat. Dat was een bezorgdheid die ook opgeworpen werd. Maar ondertussen hebben we, zoals u hebt kunnen lezen in de kranten, ook interesse van een puur Vlaamse speler, een fantastisch bedrijf, dat eigenlijk wel op die markt actief wil zijn. Ik kan mij inbeelden dat er nog anderen zijn. U ziet dat alleen al de mogelijkheid bieden als overheid, de innovatie aanwakkert en dat er ook Vlaamse ondernemers, die uit de Vlaamse polderklei komen – letterlijk, want ik denk dat ze zich in Blankenberge bevinden, of toch niet ver van de regio van collega Vandaele –, daarop gaan inspringen. We moeten als overheid dus niet te bang zijn dat we de mogelijkheid aanbieden, als we ook zien dat heel veel Vlaamse ondernemers daar nu gebruik van willen maken, in het belang – ik herhaal het nogmaals, dat is het allerbelangrijkste – van die 6 miljoen Vlaamse consumenten, die nu de helft te veel betalen voor hun telecomproducten.
De heer Vandaele heeft het woord.
Over de verdeling van de inkomsten uit de frequentieveilingen hebben we het al uitentreuren gehad, ook in het verleden, ook al destijds in de Senaat. Dat is een dossier dat echt al heel veel jaren aansleept. Ons standpunt is natuurlijk duidelijk, minister. U kent het. Het is ook het uwe, denk ik. Er moet een groter aandeel naar de regio's komen, aangezien dat aandeel media steeds groeit.
Wat de vierde speler betreft, collega's, twijfel ik er toch aan of dat per definitie een verhaal van rozengeur en maneschijn is. Jullie stellen dat voor alsof dat alleen maar positieve gevolgen heeft. Ik ben zo vrij om daaraan te twijfelen. Het kan wel, maar we blijven een klein land en we moeten natuurlijk ook wel eisen kunnen stellen aan die spelers op een aantal andere terreinen, dus de marges moeten natuurlijk ook wel voldoende groot zijn. Nu, ik ben geen economist, dus ik ga me daar verder niet over uitspreken. Ik heb vele gebreken, maar dus niet het feit dat ik een economist zou zijn.
De verdeling van de opbrengsten blijft voor ons nog altijd hét pijnpunt, minister, en datgene waar wij volop op willen inzetten. U hebt daar toch ook al wat energie in gestopt. Hopelijk raakt u daar binnen afzienbare tijd uit met uw federale collega’s.
Mevrouw Segers heeft het woord.
Ik dank de collega's om dit dossier van 5G aan te kaarten, dat effectief een bijzonder essentieel dossier is. We evolueren meer en meer naar die slimme samenleving, waarin artificiële intelligentie en data substantieel zijn. Daar speelt 5G een ongelooflijk belangrijke rol in. Sommige landen zijn al aan de 6G. Het is dus essentieel dat we daarin vooruitgang boeken. En we boeken daar vooruitgang in, dus dat is zeer goed.
Met betrekking tot de verdeling van de inkomsten is ‘fairness’, een faire verdeling, uiteraard een essentieel punt. Het is heel belangrijk dat Vlaanderen het deel toekomt waar Vlaanderen recht op heeft, maar het mag de uitrol van 5G niet tegenhouden.
Met betrekking tot de vierde speler denk ik ook dat het de consument zeker ten goede zou kunnen komen. Het wordt dus ook belangrijk dat we daarover knopen doorhakken.
Tot slot wil ik nog even terugkomen op een punt dat de voorbije keren dat er een vraag over 5G werd gesteld, ook gemaakt werd en waarover de Vlaamse Regering altijd heeft gezegd dat ze ernaar zou kijken, namelijk een campagne om de uitrol succesvol te laten verlopen. De tegenstand is een beetje gaan liggen. We hebben waarschijnlijk allemaal de hoeveelheid mails in onze mailbox gezien. Maar er is nog altijd veel weerstand. Er is veel fake news, alsof 5G corona zou veroorzaken. Plant de Vlaamse Regering uiteindelijk om daar toch, zoals al een paar keer is aangekondigd, een campagne rond op te zetten?
Minister Dalle heeft het woord.
Voorzitter, we hebben al heel wat gezegd over de procedure en de inhoud, maar ook de timing is voor de Vlaamse Regering een fundamenteel punt. Ik heb de link gelegd met het economisch en maatschappelijk relanceplan na de coronacrisis en 5G zal daar een belangrijke plaats in innemen. Een van de prioriteiten van de minister-president, die voor de digitalisering bevoegd is, is dat de digitalisering van onze samenleving snel moet vooruitgaan. Dat geldt voor verschillende sectoren en ook voor de mediasector. Dat is voor de Vlaamse Regering een topprioriteit en op dat vlak hebben we het nodige gedaan om de federale overheid te ondersteunen. We wensen dat het heel snel vooruitgaat.
Momenteel loopt natuurlijk het wetgevend en reglementair proces, waar de federale overheid voor instaat. Eerst moet de Kamer van Volksvertegenwoordigers het wetsontwerp, dat er hopelijk zo snel mogelijk aankomt, goedkeuren. Dan moeten de vijf ontwerpen van koninklijk besluit aan de Raad van State worden voorgelegd. Ik vermoed dat de Raad van State binnen een termijn van dertig dagen een advies zal geven. Als ik dat even optel, wordt een vergadering van het Overlegcomité voor 21 juli 2021 wel een heel ambitieuze timing. Als minister De Sutter zo snel kan gaan, zal Vlaanderen haar daarin enkel ondersteunen.
Er is me gevraagd wanneer 5G operationeel kan zijn. Ook op dat vlak hangen we af van een aantal factoren die niet enkel onder de macht van de Vlaamse overheid vallen, niet in het minst de vergunningen die het BIPT toekent.
Wat mij betreft, moet 2022 het jaar van 5G worden. Volgend jaar moeten we erin slagen 5G in ons land te hebben. Dat moet mogelijk zijn, maar het zal heel wat werk vergen, ook van de federale overheid. Ik heb er in elk geval veel vertrouwen in dat minister De Sutter dit op een bijzonder degelijke manier opvolgt.
Mijnheer Vande Reyde, u hebt terecht over 6.000.000 Vlamingen gesproken, maar de uitdaging is dat er ook 1.200.000 Brusselaars zijn. Naast de mensen die hier wonen, zijn er ook mensen die hier, net zoals u, werken en aanwezig zijn. De hoofdstad van de EU moet natuurlijk mee zijn en er is nog werk aan de winkel om ervoor te zorgen dat de Brusselse normen een snelle uitrol van 5G mogelijk maken. Het is belangrijk dat we dit snel doen. Op die manier wordt vanuit Vlaanderen de relance in heel ons land versterkt. Hopelijk wordt 2022 het jaar van de uitrol van 5G in ons land.
U hebt een beknopte samenvatting van mijn antwoord gegeven, maar ik moet u toch even corrigeren. Ik heb niet gezegd dat enkel het juridisch advies, dat op het advies van de Raad van State is gebaseerd, zal worden voorgelegd. Uiteraard wordt het hele dossier opnieuw aan het Overlegcomité voorgelegd. Dit omvat de verschillende studies die nu voorhanden zijn en het juridisch element, namelijk het advies van de Raad van State. Het dossier wordt integraal voor een politieke beoordeling aan het Overlegcomité voorgelegd.
Mijnheer Vandaele, ik geef toe dat ik uw veeleer genuanceerde insteek begrijp. Ik ben er niet van overtuigd dat aan die vierde speler alleen maar positieve elementen zijn verbonden. Zoals zo vaak, zal het wel ergens in het midden liggen.
Mevrouw Segers, u hebt me een vraag over mogelijke informatiecampagnes en dergelijke gesteld. Tijdens de vergadering van het Overlegcomité van 12 februari 2021 hebben we er met de Vlaamse overheid mee ingestemd mee te werken aan een overkoepelend kennis- en leerplatform met betrekking tot 5G. Ik verwacht dat minister De Sutter vanuit dat platform het nodige zal kunnen doen om meer te informeren over 5G, want het is belangrijk dat onze burgers de opportuniteiten kennen en weten dat de risico’s, zeker op gezondheidsvlak, zeer beperkt zijn en geen reden tot bezorgdheid vormen.
De heer De Roo heeft het woord.
Dank u voor uw aanvullende antwoorden. 2022, het jaar van 5G: dat lijkt me inderdaad een goede ambitie, die we ook mee ondersteunen. Ik stel vooral vast dat verschillende puzzelstukjes in elkaar beginnen te vallen, zeker op het vlak van Vlaanderen. De stralingsnormen zijn aangepast, nu gaan er een aantal KB’s richting het federaal parlement, het komt voor de Raad van State, het komt op het Overlegcomité. Laat ons hopen dat Brussel ook snel volgt, zoals u ook terecht hebt aangehaald, zodat we ook snel kunnen gaan genieten van de vele voordelen van 5G, niet in het minst hogere downloadsnelheden, maar zeker en vast ook een meer innovatieve economie en ook meer innovatieve toepassingen die hun intrede zullen vinden in ons leven. Bedankt dus voor uw antwoord. We volgen het verder op.
De heer Vande Reyde heeft het woord.
Allereerst mijn excuses dat ik de Brusselaars vergeten was. Dat is inderdaad belangrijk.
Mijn enthousiasme wordt een beetje getemperd. Ik begrijp dat het dan uiteindelijk na het advies van de Raad van State een politieke beoordeling zal zijn op het geheel. Persoonlijk zie ik niet in, als je al de studies bekijkt, welke obstakels er nog zouden kunnen zijn waardoor de Vlaamse Regering dan uiteindelijk op een iets of wat wetenschappelijke en rationele basis zou kunnen beslissen dat het geen goede zaak zou zijn, gegeven het feit dat het advies van de Raad van State er geen nieuwe opwerpt natuurlijk. Maar het lijkt me een beetje vreemd als we het nu alsnog niet gaan doen. Minister, ik vrees – en ik ben daar eerlijk in – dat het dan inderdaad een pure politieke beoordeling zal zijn en dat is geen goede zaak voor de ontwikkeling van 5G in Vlaanderen en in Brussel. Ik zou u dus toch willen vragen om te behoeden dat het een louter platte politieke beslissing wordt.
Ik denk dat die vierde speler echt wel nodig is, en zeker als we zien dat er Vlaamse ondernemers klaarstaan om daarin te ondernemen. Waarom zouden we ze tegenhouden? Het is een netwerkindustrie, dat gaat altijd traag. Kijk naar de luchtvaartmaatschappijen in de jaren 70-80. Dat waren exact dezelfde argumenten: ‘We kunnen dat toch niet opengooien, dat gaat de kwaliteit verminderen, we moeten dat houden met een paar spelers’. Je ziet nu welke dynamiek dat dertig of veertig jaar later opgebracht heeft. Idem bij de liberalisering van de telecommarkt in de jaren 90. Het zijn altijd dezelfde elementen die terugkomen, dezelfde bezorgdheden. Maar laat ons alstublieft geloven in onze ondernemers, dat zij het beste weten hoe zij moeten omgaan. Geef hun gewoon de kans om die prijzen te laten zakken. Ik denk dat dat een betere zaak is dan een puur politieke beoordeling.
De vragen om uitleg zijn afgehandeld.