Verslag vergadering Commissie voor Economie, Werk, Sociale Economie, Wetenschap en Innovatie
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
De heer Ronse heeft het woord.
Ik loop een beetje vooruit op de hoorzitting die we deze namiddag gaan hebben over de re-integratie van mensen die langdurig ziek zijn. Een deel van die mensen die langdurig ziek zijn, zijn ook ex-coronapatiënten. Ik ken er zelf een aantal die toch met een heel ingrijpend en zwaar herstel kampen, die nog altijd niet honderd procent zijn, die soms last hebben van de fameuze hersenmist, die ook wat onzeker geworden zijn en die zich fysiek ook wat minder sterk voelen. De gevolgen van dat virus blijven voor een aantal mensen dus nog heel lang aanwezig. Dat heeft uiteraard een impact op het herstel en de terugkeer naar de job, die in sommige gevallen heel geleidelijk aan moet gebeuren.
Dus, ik wil van deze gelegenheid gebruikmaken om toch wat aandacht te vragen voor de re-integratie van coronapatiënten. Ik denk dat we hen snel duidelijkheid moeten geven over hun positie, en de mogelijkheden voor hun toekomst. Plus, u weet ook dat er heel veel onduidelijkheden zijn over de ziektebeelden, en de effecten van het verhaal. Ik kreeg net een whatsapp van mijn collega Karl Vanlouwe, die ook zwaar last heeft gehad van corona, en ook aangeeft dat hij die hersenmist heeft gehad. Het is dus echt niet evident. Ik heb daar een aantal vragen over:
Hoe gaat VDAB vandaag aan de slag met de re-integratie van coronapatiënten naar de arbeidsmarkt? Misschien al naar nieuwe banen?
Wordt er op dat thema ook al samengewerkt tussen VDAB en het Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering (RIZIV)?
Worden voor de coronapatiënten specifieke maatregelen genomen? Op welke manier kan de gedeeltelijke werkhervatting voor hen een oplossing zijn?
Minister Crevits heeft het woord.
Dank u wel, collega Ronse. Dat is een heel belangrijke vraag. Ik wil misschien eerst meegeven dat VDAB een zeer korte lijn houdt met het RIZIV en de mutualiteiten.
Minister, uw camera staat niet aan.
Ik ben mij daarvan bewust, ik heb bij het begin begin van de commissievergadering al gezegd dat ik op dit ogenblik een moeilijke wifi-verbinding heb. Mijn camera gaat aan en uit. Zolang de klank maar goed is …
We hebben allemaal een affiche van de minister in ons bureau hangen, dus we kunnen haar visualiseren.
Mocht er een tekort zijn dan kunnen die ter beschikking gesteld worden.
VDAB heeft dus een zeer korte lijn met het RIZIV en met de mutualiteiten. De bemiddelaars van VDAB volgen ook opleidingen en er worden ook voor hen continu nieuwe modules ontwikkeld. Zo is er nu een tweedaagse opleiding ontwikkeld rond ‘professioneel omgaan met chronische pijn en ziekte’. Specifiek voor de gevolgen van een coronabesmetting zijn er geen modules. Dat is eigenlijk omdat het verloop van die besmetting en de eventuele blijvende gevolgen zeer, zeer uiteenlopend zijn. Dat verschilt van persoon tot persoon. Het is dus van belang dat mensen op maat begeleid kunnen worden.
Wat ik in dit verband echt wel wil meegeven – u hebt er ook naar gevraagd – is de mogelijkheid van de gedeeltelijke werkhervatting. Ik sta er absoluut achter dat dit een belangrijk middel is voor de re-integratie van mensen met gezondheidsproblemen. Gedeeltelijke werkhervattingen kunnen zeker een middel zijn om opnieuw aan de slag te gaan.
Maar er is nog een andere maatregel die nu een rol kan spelen, en waar we, denk ik, veel meer belang aan moeten hechten. Dat is de jobcoaching. Die jobcoaching zetten we niet alleen in bij re-integratie van mensen met een gezondheidsproblematiek, maar stellen we ook ter beschikking voor vragen rond corona.
Heel snel na het uitbreken van de crisis heeft VDAB, in samenwerking met de gespecialiseerde opleiding/begeleiding (GOB’s), gespecialiseerde jobcoaching na corona mogelijk gemaakt.
We merkten namelijk op dat de coronacrisis bijkomende drempels met zich meebracht om opnieuw aan de slag te gaan. Ik geef een paar voorbeelden. Er waren mensen die niet naar de werkplek wilden komen of schrik hadden van het openbaar vervoer. Anderen waren bijvoorbeeld al besmet geraakt en hadden schrik van de reacties van collega’s. Er waren er die vroegen of de collega’s nog besmettelijk waren, of tijdelijk nood hadden aan aangepast werk. De gratis dienstverlening van de jobcoaches kan in die specifieke situaties een grote meerwaarde betekenen. Ook een werkgever of zelfstandige kan een jobcoach inschakelen om samen te bespreken hoe zij hun personeel zo goed mogelijk kunnen ondersteunen bij de terugkeer naar de job. Samen met zo’n jobcoach kan ook worden ingespeeld op de stress en de vragen bij medewerkers. Een aanvraag indienen is heel eenvoudig. Je surft naar www.vdab.be/jobcoaching-na-corona, waar je een aanmeldingsknop kan vinden. Er wordt dan snel contact opgenomen om alles te concretiseren. Die gespecialiseerde ‘jobcoaching na corona’ loopt nog altijd en kan nog veel meer bekendheid genieten. Wie al van begeleiding van VDAB of partners geniet, en bijkomstige nood heeft aan jobcoaching kan ook coronagerelateerde vragen stellen.
Ik heb ondertussen aan VDAB de opdracht gegeven om daar nu heel fors over te communiceren, zodat de mensen die daar nood aan hebben ook expliciet de weg vinden naar VDAB. Want ik vind dit persoonlijk een zeer interessant instrument om bedrijfsgerelateerd in te zetten.
U weet dat ik voor de re-integratie van mensen zoveel mogelijk registers wil opentrekken. De meerwaarde van jobcoaching wordt door experten aangeprezen als een goede praktijk. We zien ook dat we dit flexibel vorm kunnen geven bij maatschappelijke uitdagingen. Ik kijk samen met jullie uit naar de dialoog die jullie deze namiddag hebben met een aantal zeer interessante sprekers.
De heer Ronse heeft het woord.
Het verhaal jobcoaching na corona kende ik niet. Het is niet dat ik mezelf belangrijk acht, maar we zijn in het parlement toch heel actief bezig met arbeidsmarktbeleid. Het feit dat iemand die lid is van deze commissie dat niet kent, wil zeggen dat we inderdaad nog wel wat stappen te zetten hebben om het bekend te maken. Want ik vind het eigenlijk een heel goed initiatief.
Iedereen die op vandaag heel zwaar getroffen is door dat virus, zou meteen in contact moeten worden gebracht met dat initiatief, denk ik. Zo kunnen ze worden ondersteund richting familie, vrienden maar ook de arbeidscontacten, om aan te geven dat ze niet alleen corona hebben, maar dat ze er ook heel zwaar door getroffen zijn. Dan kan met die mensen ook bekeken worden welke impact dat kan hebben, en hoe men die mensen kan helpen om gedeeltelijk het werk te hervatten. Ik denk dat we vooral nog wat werk hebben in het bekendmaken – liever dat dan dat we een volledig nieuwe maatregel moeten opstarten. Ik ben tevreden dat het bestaat, maar laat het ons gezamenlijk bekendmaken.
Ik kijk ook even naar de commissieleden. Zijn er commissieleden die het al kenden of niet? Sowieso denk ik dat we het nationaal wat bekender moeten maken. Ik zie dat collega Ongena het al kende, maar ik dus nog niet.
Collega Ongena is alwetend, uiteraard.
Minister Crevits heeft het woord.
Collega Ronse, u hebt gelijk. Het instrument van de jobcoaching is op zich niet nieuw, maar je hebt absoluut een punt dat we dit veel forser kunnen bekendmaken. Eigenlijk is het ontstaan uit het idee dat je bestaande instrumenten postcorona kunt inzetten, omdat er veel mensen met problemen zijn. Dit is een bestaand instrument dat je kunt inzetten, dus ik vind de link ook zeer goed. Het is ook gemakkelijk omdat het niets nieuws is. Ik zal er ook voor zorgen dat het beter bekend raakt. U zult dat ongetwijfeld ook doen.
De vraag om uitleg is afgehandeld.