Verslag vergadering Commissie voor Binnenlands Bestuur, Gelijke Kansen en Inburgering
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
De heer Warnez heeft het woord.
Via de expertendatabank wil de Vlaamse overheid al sinds 2008 inzetten op meer diversiteit bij de mediaexperten. Minister Somers gaf vorige week te kennen dat hij deze databank wil uitbreiden, met de bedoeling om vrouwen, mensen met een migratieachtergrond of mensen met een handicap meer aan bod te brengen als expert in de media of als spreker op congressen.
Journalisten, programma- en mediamakers kunnen via de databank nieuwe gezichten met specifieke expertise een forum geven, met als bedoeling een diverser medialandschap te krijgen.
Via het Straffe Madammen Netwerk werden vrouwelijke experts aangereikt. In de databank zitten nu een 1000-tal experts. Voor de nieuwe uitbreidingsronde wordt samengewerkt met 25 organisaties, waaronder ook onderwijsinstellingen. Het is de bedoeling om 5000 nieuwe experts uit te nodigen om zich aan te melden.
Minister Somers, u hebt ook aangegeven digitale mediatraining te willen voorzien voor de nieuwe experten. Minister, hebt u zicht op het aantal raadplegingen van deze expertendatabank?
Kunt u inzage geven in de aanwezigheid van vrouwen, mensen met een migratieachtergrond of mensen met een beperking in de media?
Wat zijn volgens u de factoren die kunnen leiden tot een meer divers aanbod van experten in de media?
Hoe wordt het digitale mediatrainingsaanbod voor deze experten voorzien, zodat ze meer relevant worden en meer ingezet worden door de media?
Op welke manier werkt u hiervoor samen met minister van Media Benjamin Dalle?
Minister Somers heeft het woord.
Ik dank u voor uw vraag. De expertendatabank werd al in 2008 opgericht en is sindsdien een instrument van het Vlaamse gelijkekansenbeleid, met als doelstelling meer diverse experten onder de aandacht van journalisten en mediamakers te brengen, en meer diverse stemmen in het publieke debat te krijgen.
In het najaar van 2020 is Start2connect, onder leiding van Elke Jeurissen, onze partner geworden voor de versterking, verbreding en verdieping van de expertendatabank op zowel het vlak van gebruik, bekendheid als diversiteit.
In de periode van mei 2020 tot mei 2021, dus op 1 jaar tijd, waren er maar liefst 40.947 raadplegingen van de pagina’s van de expertendatabank. Dat is toch een indrukwekkend aantal. In 2019 fluctueerde het aantal weergaven in de databank tussen de 2000 à 3000 per maand.
Media hebben een belangrijke rol te spelen in de beeldvorming over diverse groepen in onze samenleving. Het beeld dat wij ons vormen, is afhankelijk van de manier waarop wij mensen in beeld komen. Nogal wat studies wijzen op duidelijke ondervertegenwoordiging van vrouwen, mensen met een andere herkomst en personen met een handicap in de media, zeker als het gaat om het maatschappelijk debat en praat- of discussieprogramma’s. Een recent voorbeeld daarvan uit 2019 is de analyse van het communicatiebureau Finn agency. Het beeld dat daaruit spreekt, is dat de Vlaamse media in krantenartikels en praatprogramma’s steeds teruggrijpen op de bekende gevestigde namen.
Ik ben ervan overtuigd dat nieuws en debat baat hebben bij een veelheid aan diverse stemmen. Wanneer media zich hier meer en meer voor openstellen, kan dat enkel de kwaliteit van het debat versterken. Media-actoren beseffen dit ook en de meesten zijn actief bezig met het zoeken naar een beter evenwicht in het bereiken van meer diverse schermgezichten.
Qua algemene beeldvorming en schermzichtbaarheid rond diversiteit doet de VRT het bijvoorbeeld steeds beter. De laatste diversiteitsmonitor toont aan hoe de VRT al in 2019 de streefcijfers voor 2020 haalde inzake percentage vrouwen en nieuwe Vlamingen op televisie. Zowel Eén als Canvas gaat erop vooruit wat de representatie van vrouwen en personen met een handicap betreft. Ketnet blijft koploper in het tonen van de diversiteit van de Vlaamse samenleving.
Hoe wordt het digitale mediatrainingsaanbod voor deze deskundigen aangepakt? Media is een sector waarin alles snel gaat. Journalisten en mediamakers hebben een eigen netwerk en zetten dat in om snel tot de juiste content te komen. Dit maakt ook dat de mediamaker vaak teruggrijpt naar de bekende contacten en in dezelfde vijver blijft vissen. Het zicht op de expertise buiten zijn eigen netwerk is dan beperkt.
De expertendatabank speelt hierop in als tool waar journalisten gebruik van kunnen maken. Uiteraard wordt niemand hiertoe verplicht. Voor wie wel specifiek op zoek gaat, biedt de expertendatabank een breed spectrum aan experten aan, uit specifiek die groepen die minder snel benaderd worden.
Het was duidelijk dat er extra ondersteuning moest komen voor de experten. Vele potentiële experten uit die groepen haken soms af op de snelheid of zijn te weinig overtuigd van hun eigen expertise of hoe ze in de media zouden overkomen. Onder het motto ‘een expert ben je, een expert in de media kan je worden’ zal Start2Connect deze mensen voorbereiden op hoe ze met de media kunnen omgaan, hun mediavaardigheid vergroten en aanreiken hoe ze hun expertise naar voren kunnen schuiven.
Er wordt een gratis leervideo aangeboden. Experten die zich aanmelden en hun profiel aanmaken, krijgen een gratis online minimediatraining met tips over hoe je het best met de media omgaat, hoe je je kunt voorbereiden en hoe je een online presentatiefilmpje aanmaakt. In het najaar komen er ook webinars waarbij experten tips en tricks uitwisselen en specifiek thema's worden aangeraakt, bijvoorbeeld over hoe je je voorbereidt op een debat of hoe je omgaat met kritiek op sociale media.
Op welke manier werk ik samen met minister Dalle? De expertendatabank wordt via een stuurgroep opgevolgd. Daarin zijn mijn kabinet en de administratie vertegenwoordigd, maar er zit ook een vertegenwoordiging vanuit de beleidsbevoegdheid Media en vanuit de VRT in. Ook de Vlaamse Vereniging van Journalisten (VVJ) is daarin vertegenwoordigd. De VRT doet het steeds beter op het vlak van beeldvorming en diversiteit en wordt via een beheersovereenkomst met duidelijke streefcijfers gestimuleerd. Met minister Dalle wil ik bekijken hoe vanuit zijn bevoegdheid ook de private media nog meer gestimuleerd kunnen worden om meer diverse stemmen in de media aan bod te brengen.
De heer Warnez heeft het woord.
Minister, het is uiteraard goed om te weten dat onze eigen openbare omroep voldoet aan de diversiteitsdoelstellingen en ook dat u de bredere media daarin nog verder wilt ondersteunen.
Ik begrijp dat u die databank naar die specifieke doelgroepen promoot. Is het ook de bedoeling dat die expertendatabank beperkt wordt tot die doelgroepen? Ik kom zelf uit de onderzoekswereld, zoals u weet. Ik heb daar heel veel jonge, beloftevolle onderzoekers gezien die misschien niet aan bod kwamen en van wie ik dacht dat ze eigenlijk wel eens hun gedacht hadden mogen zeggen op televisie, waardoor de ‘social impact’ van hun onderzoek echt zou worden gevaloriseerd. Is het dus de bedoeling om ook die jonge, beloftevolle onderzoekers hierin mee te nemen? Dank u.
Mevrouw Sminate heeft het woord.
Als we het over diversiteit hebben, dan denkt iedereen natuurlijk aan bepaalde vormen van diversiteit. De heer Warnez heeft daarnaar verwezen, net als uzelf. U hebt het over vrouwen, afkomst, mensen met een handicap, en dat is natuurlijk een goede zaak wanneer dergelijke groepen meer vertegenwoordigd zijn, maar ik wilde het toch ook kort even hebben over ideologische diversiteit. Ik begrijp natuurlijk dat het moeilijk af te bakenen is hoe een expert over identiteit en samenleving denkt, maar ik vind toch ook dat we daarin voldoende meerstemmigheid moeten kunnen zien. We hebben het daarover ook in andere debatten gehad dat dat heel belangrijk is. Dus ook daar zou ik uw aandacht voor willen vragen.
Ik had een paar heel concrete vragen voor u. Kunt u ons meedelen welke organisaties er specifiek werden aangeschreven? Ik dacht dat dat er zo’n 25 waren. U hoeft die misschien niet allemaal op te sommen, die lijst kan misschien ook aan het verslag worden toegevoegd. Er is ook sprake van een soort mediatraining. U sprak over een filmpje en webinars die zullen worden georganiseerd door een gespecialiseerd bureau. Ik had graag van u geweten wat de kostprijs daarvan is. En kunt u eventueel ook de kostprijs van het volledige initiatief geven?
De heer Van Rooy heeft het woord.
Dank aan mevrouw Sminate, die grotendeels dezelfde invalshoek heeft als ikzelf. Ik lees in een krantenartikel naar aanleiding van dit initiatief de volgende openingszin: “Bent u de analyses van Marc Van Ranst, Paul De Grauwe en Carl Devos beu?” Dat is een retorische vraag, want natuurlijk is iedereen die kotsbeu. Als ik dan verder lees in het artikel en als ik de politici in deze commissie tot nu toe hoor, met uitzondering van mevrouw Sminate misschien, dan gaat het alweer over migratieachtergrond en geslacht, maar ik hoor hier inderdaad niets over ideologische diversiteit.
Dat is natuurlijk het grote probleem in onze media en op de openbare omroep. Denk ook aan ons debat over het Hannah Arendt Instituut. Er is een groot gebrek aan ideologische diversiteit. Er zijn een aantal stemmen die misschien tot het centrum, het centrumrechtse ideologische spectrum kunnen worden gerekend, zoals Mia Doornaert, het voorbeeld dat altijd wordt aangehaald om zogenaamd te bewijzen dat er geen gebrek is aan ideologische diversiteit – maar dat bewijst natuurlijk net wel dat er een gebrek is aan ideologische diversiteit. Het is altijd die naam die dan wordt genoemd, namelijk Mia Doornaert. Voor de rest is het natuurlijk huilen met de pet op. Dat gebrek aan ideologische diversiteit loopt ook gelijk met bijvoorbeeld de onderbelichting van mijn partij en het aantal geringe momenten dat wij worden gevraagd in duidings- en nieuwsprogramma’s. De cijfers zijn heel duidelijk: wij zijn zwaar ondervertegenwoordigd in dat soort programma’s.
Vandaar mijn vragen, die aansluiten bij die van mevrouw Sminate: wat is de kostprijs van heel dit project? Want ik zie dat het over mediatrainingen en dergelijke en expertise in verband met sociale media gaat. Wat kost dat? Wilt u ten tweede ook de focus leggen op ideologische diversiteit, minister? Hoe wilt u dat dan precies doen?
De heer Tommelein heeft het woord.
De representatie in de media en op conferenties is vaak nog een groot probleem voor de genoemde groepen, maar ook voor de leden van de lgbtqia+-gemeenschap (lesbian, gay, bisexual, transgender, queer (or questioning), intersex, asexual, plus). Een dergelijke representatie is van essentieel belang voor deze groepen. Dit moet een goede stap zijn voor een samenleving waarin iedereen gelijkwaardig is. Ik zeg nooit graag ‘gelijk’, ik zeg altijd ‘gelijkwaardig’. Journalisten moeten natuurlijk ook gebruikmaken van de databank. In het verleden werd die databank gepromoot door onder andere mijn toenmalige collega, senator Rik Torfs. Zult u opnieuw een campagne opzetten om de expertendatabank te promoten, minister? Werden er reeds maatregelen genomen waardoor journalisten en programmamakers sneller deze databank zullen gebruiken?
Minister Somers heeft het woord.
Ik wil eerst en vooral natuurlijk alle collega’s bedanken voor hun vraagstelling. Ik wil toch nog even beter duiden waar dit initiatief vandaan komt. Dit initiatief komt van mijn voorganger, toenmalig minister Homans. Zij heeft deze databank volledig vernieuwd. Ze heeft dat gedaan naar aanleiding van een evaluatieonderzoek naar het gebruik ervan en ze heeft de architectuur van die databank vernieuwd. Het vernieuwde instrument heeft zij in 2018 gelanceerd via een campagne die uit twee delen bestond: een gespecialiseerd bureau deed een actieve, gerichte wervingscampagne ter uitbreiding van het expertenbestand, en daarnaast heeft ze algemene campagnes gedaan, met Carl Devos als boegbeeld. De doelgroep die actief geconsulteerd werd om zich als expert aan te bieden, werd uitgebreid met vrouwen, mensen met een migratieachtergrond, personen met een handicap en mensen met een andere seksuele geaardheid, zoals transgenders.
Er zitten op dit moment 1234 experten in de databank, 1061 vrouwen en 163 mannen. Daaruit blijkt ook dat men niemand heeft uitgesloten op het moment dat de databank zich op vrouwen oriënteerde. Mijnheer Warnez, het is evident dat ook jonge academici, jonge mannen die vandaag de nodige expertise hebben opgebouwd, in die databank terechtkunnen. Het is absoluut niet de bedoeling om mensen uit te sluiten, maar we doen extra inspanningen voor die groepen experten die vandaag ondervertegenwoordigd zijn.
Mevrouw Sminate, ik zal u schriftelijk de hele lijst van alle organisaties laten bezorgen. Hij is heel breed. Ze bevat Gelijke Rechten voor Iedere Persoon met een Handicap (GRIP), maar ook Inspiring Fifty, de vijftig meest inspirerende vrouwen in de Belgische techbedrijven, Women in Finance, vrouwen in de financiële sector, rePresent, een project dat jongeren met een migratieachtergrond in contact wil brengen met journalisten, het Fonds Wetenschappelijk Onderzoek – Vlaanderen (FWO), enzovoort. Dat is een hele reeks organisaties die we aanschrijven.
Wie kan er in die databank komen? Dat is ook niet vrijblijvend. Dat zijn mensen die aan drie van de zeven criteria voldoen. Wat zijn die criteria? Dat is eerst en vooral hun professionele activiteit en/of een diploma in hun expertisegebied. Het tweede criterium is of men onderzoek doet binnen het expertisegebied gecombineerd met een publicatie in een peerreviewtijdschrift. Het derde criterium is dat men actief is als bestuurder van een vereniging of organisatie die relevant is voor het expertisegebied. Het vierde criterium is dat men een publicatie uitgeeft over een onderwerp in het expertisegebied. Het vijfde criterium is ervaringsdeskundigheid gecombineerd met een aantal jaren professionele activiteit binnen het expertisegebied. Het zesde criterium is dat men media- of publieke optredens heeft met deze expertise. Het zevende criterium is dat men een referentie is voor experten binnen het expertisegebied. Dat zijn criteria die we gewoon hebben overgenomen en die al tien jaar worden gehanteerd. Ze maken duidelijk een selectie. Ze kunnen duidelijk bepalen dat, als men aan minstens drie van de zeven criteria voldoet, men dan in de expertendatabank kan terechtkomen.
Die databank kan geconsulteerd worden. U hebt gezien dat er 40.000 consultaties op jaarbasis zijn, en dat is erg veel.
Op geen enkele manier zal ik al die mensen die in de expertendatabank staan ideologisch labelen. Op welke schaal zouden we dat dan doen? Moeten we dan de schaal van links-rechts hanteren, conservatief-progressief, open-gesloten? Moeten we de mensen vastpinnen op het kwadrant dat politicologen gebruiken? Hoe zouden we dat in godsnaam doen? Daar zitten geologen bij, daar zitten weerspecialisten bij, daar zitten historici bij, daar zitten linguïsten bij. Er zijn duizenden expertisecentra denkbaar, die helemaal niet ideologisch worden geduid. Het is nog altijd aan de media om te kiezen of ze daarvan zullen gebruikmaken en hoe ze daarvan zullen gebruikmaken. Je krijgt de experten alleen aanbevolen. Als je morgen iemand zoekt die gespecialiseerd is in DNA-onderzoek, dan zul je in die databank een lijst mensen vinden die op dat vlak expertise heeft. Als je iemand zoekt die iets afweet van de droogteproblematiek of klimaatverandering, of iemand die gespecialiseerd is in genealogie of bomen, dan zul je die in die databank kunnen opzoeken. Zijn dat linkse bomenspecialisten of rechtse? Daar doe ik absoluut geen uitspraak over. Ik zou het zeer verderfelijk vinden mocht ik als minister mensen op die manier beginnen te classificeren. Ik zou het waanzinnig vinden dat wij als overheid mensen op die manier in hokjes indelen. Het is aan de journalisten, aan de media om zelf te bepalen wie ze uit die databank pikken op het moment dat ze van die databank willen gebruikmaken. Je zult echter wel een heel interessant aanbod krijgen van alle soorten experten in Vlaanderen. Het is mij ook opgevallen dat we heel snel terugvallen op altijd dezelfde experten. Jonge, nieuwe experten die niet altijd in dezelfde netwerken zitten, vinden we te weinig terug. U weet dat de databank ooit ontstaan is vanuit de reactie van vrouwen toen ze op tv hoorden dat men daar wel vrouwelijke experten aan het woord wilde laten, maar dat men hen niet vond. Men is toen via de sociale media een actie begonnen en op één dag had men honderden vrouwen verzameld, die wel degelijk expert waren in tal van domeinen of die verantwoordelijke functies hadden, maar die inderdaad nooit door de media werden bereikt. Dat willen we hier voor een stuk proberen te doorbreken en aan te vullen.
Kostprijs van dit alles? 97.000 euro op 18 maanden, waarbij we het project doortrekken zoals dat nu al bestaat. We zullen het alleen iets verbreden en intensifiëren, om op die manier een databank uit te bouwen die nog sterker zal zijn. Er zijn tot nu 847 verschillende gebruikers: journalisten, mediamakers, eventorganisatoren, studenten journalistiek en dergelijke meer. Ook daar denk ik dat we verder kunnen doorgroeien. Het is evident dat we daarmee meer diversiteit zullen aanbieden. Hoe breder de databank, hoe breder de diversiteit van overtuigingen die aan bod zullen komen.
Ik hoop dat ik daarmee voldoende antwoord heb gegeven op uw vragen en bezorgdheden, mijnheer Warnez.
Ik heb mij net aangemeld bij de expertendatabank.
De heer Warnez heeft het woord.
Ik wilde net zeggen dat ik het in het midden ging laten of politici experten waren of niet. (Gelach)
Collega’s, ik wil toch nog even verduidelijken wat voor mij diversiteit van experten in de media is. Dat gaat dus niet alleen over de groepen die genoemd zijn, maar dat gaat voor mij over groepen van wie je zegt dat ze te weinig kansen hebben om in de media te komen en die we wat meer moeten ondersteunen.
Vandaar dat ik heel bewust vraag om ook jonge beloftevolle onderzoekers, of ze nu man, vrouw, links, rechts, oranje of blauw zijn, kansen te geven, om hen daarin op te nemen en om ook hen op die fora een plek te geven. Ik ben dus heel blij, minister, dat u ook alle beloftevolle onderzoekers zult meenemen in deze expertendatabank. Ik kijk er alvast naar uit wanneer ik de volgende keer de televisie aanzet.
De vraag om uitleg is afgehandeld.