Verslag vergadering Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
Mevrouw Van Werde heeft het woord.
Tijdens uw laatste Septemberverklaring stelde u het Vlaamse relanceplan Vlaamse Veerkracht voor: 4,3 miljard euro zal worden uitgetrokken voor eenmalige investeringen. Het plan is opgedeeld in zeven pijlers. Als vijfde pijler wil de Vlaamse Regering investeren in openbare werken. De Vlaamse Regering verhoogt daarvoor de vastleggingskrediet (VAK)- investeringsenveloppe voorzien voor deze regeerperiode met het oog op het versneld realiseren van belangrijke investeringsprojecten. Voor de culturele infrastructuur wordt er 100 miljoen euro aan relancemiddelen uitgetrokken. Die 100 miljoen komt boven op de 95 miljoen infrastructuurmiddelen die in de reguliere begroting al ter beschikking gesteld werd.
Minister-president, mijn vragen zijn de volgende. Welke budgetten worden er uitgetrokken voor de afzonderlijke infrastructuurprojecten die gerealiseerd zullen worden door de relancemiddelen? Wat is de timing voor die projecten: de start- en vermoedelijke einddatum?
Kan er ook aanspraak gemaakt worden op Europese relancemiddelen voor de infrastructuurprojecten en zo ja, in welke mate?
Wat waren de criteria voor het toekennen van de relancemiddelen? Op welke partners werd er een beroep gedaan voor die keuze?
Hoe hangt de in de beleidsnota voorgenomen inventarisatie van de culturele infrastructuur samen met de infrastructuurmiddelen die in het kader van het relanceplan zijn uitgetrokken?
Hoe hangen de in de begroting uitgetrokken infrastructuurmiddelen samen met de relancemiddelen? Worden bestaande projecten extra gesteund of zullen de relancemiddelen naar nieuwe projecten gaan? Zo ja, naar welke projecten zal dat zijn?
Minister-president Jambon heeft het woord.
Voor het antwoord op de vraag over welke budgetten er worden uitgetrokken voor de afzonderlijke infrastructuurprojecten, verwijs ik naar de gedetailleerde rapportering over de 180 relanceprojecten op de website Vlaamse Veerkracht. De informatie over de projecten culturele infrastructuur vindt u vanaf pagina 151. Het heeft weinig zin dat ik hier dat allemaal voorlees. U kunt op de website Vlaamse Veerkracht ook altijd volgen hoe die projecten evolueren. De projecten culturele infrastructuur vindt u vanaf pagina 151.
U vraagt of er ook aanspraak gemaakt kan worden op Europese relancemiddelen. Voor het verlenen van de investeringssubsidies vanuit de voorziene relancebudgetten wordt er geen gebruik gemaakt van de Europese relancemiddelen. Er zit 4,3 miljard euro in het plan Vlaamse Veerkracht: 2,3 miljard euro – ik rond wat af – is afkomstig van Europa en 2 miljard euro van ons. Wat betreft de projecten die in aanmerking komen voor die Europese middelen, hebben we die gekozen die het dichtst aansloten bij de pijlers van het Europese relanceplan. Dat waren vooral duurzaamheid en digitalisering. Dit zijn puur infrastructuurprojecten die als dusdanig niet dicht aansloten bij het Europese relance-idee. Voor ons gaat het om een pot van 4,3 miljard euro. Om het zo te zeggen: de fiches voor de culturele infrastructuurprojecten zijn niet ingediend in het globale Europese plan.
Sinds de start van deze regeerperiode zijn talloze culturele organisaties en lokale besturen boeiende en ambitieuze projecten komen voorstellen. Bij de keuze werd voorrang gegeven aan projecten die een duidelijke leemte invullen in het Vlaamse culturele infrastructuurlandschap, die al in het regeerakkoord staan maar die de Vlaamse Regering wil versnellen, die passen binnen mijn beleidsvisie en die al voldoende ver gevorderd zijn zodat ze effectief vastgelegd kunnen worden in 2021-2022. We hebben bij het relanceplan gezegd dat de vastleggingen moeten gebeuren in 2021 en 2022. Bij infrastructuurprojecten, zelfs die die op de lijst staan, is het niet altijd zeker dat er al vastleggingen kunnen gebeuren in 2021 en 2022. Dat was dus ook wel belangrijk.
Daarenboven heb ik beslist om twee projecten uit het regeerakkoord versneld uit te voeren, namelijk de renovatie van de Gentse Opera en het nieuwbouwproject voor de nieuwe Brugse museumsite. Die stonden wat verder in tijd op de investeringslijst, maar die hebben we naar voren gebracht.
Het in kaart brengen van de cultuur- en jeugdinfrastructuur kan gezien worden als een langetermijninvestering in het duurzaam beleid voor de cultuur- en jeugdinfrastructuur. De inventaris moet het onder andere mogelijk maken om op een beter onderbouwde manier de toetsing uit te voeren en beslissingen te nemen inzake investeringsdossiers voor cultuur- en jeugdinfrastructuur van bovenlokaal belang, een periodieke landschapstekening van de cultuur- en jeugdinfrastructuur op te maken om een zicht te krijgen op dynamieken met het oog op de ontwikkeling en actualisering van beleid, en nuttige gegevens inzake bovenlokale cultuur- en jeugdinfrastructuren beschikbaar te stellen aan de sectoren. Dat is dus eerder een inventaris maken om voor de toekomst te gebruiken. Over die investeringsprojecten moesten we nu natuurlijk direct beslissen.
Voor het renovatieproject van deSingel worden naast de toekenning van relancemiddelen ten bedrage van 1,65 miljoen extra budgetten voorzien in de begroting van infrastructuurmiddelen ten bedrage van 2,05 miljoen, zodat het volledige project gefinancierd kan worden. Voor de Opera Gent is er dit jaar 6 miljoen euro – 4 miljoen euro van beleidsveld Cultuur en 2 miljoen euro van Onroerend Erfgoed – op de begroting voorzien. Via de relancemiddelen wordt er 5 miljoen euro extra aan toegevoegd om het dossier versneld te financieren. Op deze manier wordt de financiële impact voor de volgende legislatuur verkleind.
Voor het overige gaan de middelen vooral naar nieuwe projecten, om de relance zowel in de cultuur- als in de bouwsector aan te zwengelen. U weet dat de bouwsector fungeert als een aanjager voor de ruimere economie. Maar ik wil toch ook de zwaar getroffen cultuursector een helpende hand bieden met het helpen verwezenlijken van hedendaagse infrastructuur die duurzaam is en het culturele veld toelaat zich toe te leggen op nieuwe, vernieuwende producties van topkwaliteit. Voor meer gedetailleerde info verwijs ik naar de website Vlaamse Veerkracht.
Mevrouw Van Werde heeft het woord.
Ik zal zeker eens een kijkje nemen op pagina 151 van Vlaamse Veerkracht. Het doet mij vooral plezier – dat is nu een van de projecten – dat de Gentse Opera vlug wordt aangepakt. Ik heb het gebouw een tijd geleden bezocht, en de werken zijn heel dringend nodig.
Voor de rest onthoud ik dat de Vlaamse Veerkracht stevig wordt uitgerold, met het oog misschien ook op 11 juli, waarop het grootste deel van de Vlaamse bevolking gevaccineerd zal zijn. Een goed ondersteunde herstart op alle vlakken is heel belangrijk. Cultuur en economie hangen samen, al zal niet iedereen het daarmee eens zijn. Hopelijk evolueert de begroting op korte termijn in de richting van een evenwicht. De cultuurrelance staat voor onze fractie voor het hervinden van een mentaal evenwicht. Dit relanceplan hangt wat ons betreft nauw samen met het ambitieuze nieuwe Kunstendecreet, dat we onlangs hebben goedgekeurd en dat Vlaanderen op weg zal zetten naar een bloeiend kunstenveld. Ik word poëtisch op mijn oude dag.
Mevrouw Segers heeft het woord.
Mevrouw Van Werde, dank u voor het stellen van deze vraag om uitleg en om zo de culturele infrastructuur en het budget, dat toch substantieel is – waarvoor dank, minister-president –, onder de aandacht te brengen.
Minister-president, u geeft het antwoord dat ook aansluit bij het antwoord op de schriftelijke vraag die ik op 30 november hierover stelde. We zijn hier ook op teruggekomen tijdens de bespreking van de begroting. Want in het overzicht dat u geeft en waar in de eerste plaats de Musea Brugge, de nieuwe museumsite voor 27,2 miljoen euro, in het oog springt, en ook 9 miljoen euro voor het Kursaal in Oostende, en uiteraard de Opera, die versneld wordt aangepakt met 5 miljoen euro extra, en ook nog andere belangrijke projecten zoals Kortrijk, was me al opgevallen dat Limburg wordt onderbedeeld, met slechts 5,4 miljoen euro, maar vooral dat Vlaams-Brabant 0 euro uit deze middelen krijgt.
Dat staat in schril contrast met het dossier dat werd ingediend door de stad Leuven. De stad Leuven heeft een omvangrijk memorandum gemaakt en een heel mooi dossier uitgewerkt, waarbij de plannen werden toegelicht voor de realisatie van een podiumkunstensite, de herbestemming van het historisch stadhuis, en de realisatie van een gemeenschappelijk erfgoeddepot. De kosten voor die projecten werden samen geraamd op 125 miljoen euro. Ze hebben omstandig toegelicht waarom er een aanvraag werd gedaan voor die extra relancemiddelen voor culturele infrastructuur. Nochtans heeft Leuven nul op het rekest gekregen. Van andere steden en sites in Vlaams-Brabant heb ik geen weet, maar ik blijf met de vraag zitten waarom Leuven met zo'n fantastisch plan en Vlaams-Brabant op die manier niets krijgen uit deze middelen.
Mevrouw Brouwers heeft het woord.
Dit is een interessante vraag om uitleg. In het kader van de relance is het een goede keuze om in te zetten op infrastructuur. Daarvoor kijken we in de eerste plaats naar projecten die ver genoeg zijn gevorderd. Dat is een vrij logische keuze. Minister-president, u weet dat wij al lang vragende partij zijn om de subsidies voor infrastructuurprojecten inzake cultuur, maar ook jeugd verder te objectiveren. We doen dat voor sport via het Sportinfrastructuurdecreet, zoals ik het gemakshalve noem. Daar is ook eerst een inventaris aan voorafgegaan, dus we zijn zeer tevreden hier te horen dat er eindelijk werk wordt gemaakt van die inventaris om de bovenlokale culturele infrastructuur en de nood eraan op te nemen.
Mevrouw Segers heeft gelijk: alles wat ten oosten ligt van de lijn Antwerpen-Brussel is doorheen de jaren altijd wat onderbedeeld geweest. Het is bijzonder jammer dat Leuven met zijn interessante plan uit de boot valt. Ik vrees dat het te maken had met het feit dat die projecten gewoon nog niet vergevorderd zijn en de eerste twee jaar niet kunnen worden uitgevoerd. Ik denk dat dat de reden is, en ik heb daar alle begrip voor, maar ik hoop dan wel dat u in de inventaris niet alleen de zaken opneemt die al bestaan, maar ook de noden van de sector. Een landschapstekening betekent een mooie spreiding. Ik hoop dan ook dat u naar het oosten van het land gaat kijken, of dat nu over de regio Leuven of Limburg of de Kempen gaat.
Minister-president, wordt er in de inventaris rekening gehouden met de leemtes die in de loop der jaren zijn ontstaan in het oosten van het land? Ik bekijk het wat breder dan alleen Vlaams-Brabant, maar ik volg collega Segers wel in haar opmerkingen. Het moet nu snel gaan om middelen toe te wijzen aan projecten die kunnen worden gerealiseerd of ten minste kunnen starten met de bouw.
De heer Pelckmans heeft het woord.
Ik heb hier natuurlijk nog heel wat bedenkingen bij, die ik straks uitgebreid zal luchten bij mijn vraag om uitleg. We hebben het hier over infrastructuur, maar voor alle duidelijkheid – en u zult daar niet verwonderd over zijn –: helaas gaat het voor mij echt wel om meer dan infrastructuur en digitalisering. Ik ga daar straks met mijn vragen uitgebreid op in. Dan kunnen we schieten in het schietkraam zoveel we willen.
Mevrouw D’Hose heeft het word.
Minister-president, ik ben het vaak eens met mijn collega Pelckmans, maar in dezen niet. Ik begrijp dat men in eerste instantie denkt: ‘Infrastructuur en digitalisering, liggen daar, in deze moeilijke periode, de noden?’ Maar dat is eigenlijk niet zo. Alle grote economen – en sorry, maar we moeten het ook wel een beetje bekijken als een economische realiteit – zeggen dat als er extra geld wordt ingezet voor relance, je dat moet doen op heel duurzame zaken, niet de kortetermijnprojecten, maar zaken waar je over tien jaar nog het genot van hebt. Dan is er binnen Cultuur geen hele panoplie van zaken die je kunt doen, want je komt er heel snel op infrastructuur en op digitalisering. Hier zijn dus absoluut de juiste keuzes gemaakt vanuit een macro-economische visie.
Wat de geselecteerde dossiers betreft: ik kan me inbeelden dat zulke zaken snel moeten worden vastgelegd, want als je de facto die middelen niet op tijd uitgegeven krijgt, dan gaan ze terug. Dat is toch ook heel spijtig. Mevrouw Brouwers en mevrouw Segers, als een dossier op dat moment niet, bij wijze van spreken, hapklaar ligt om geïmplementeerd te kunnen worden, passeert die trein. Dat is heel spijtig, maar dat heeft vaak te maken met timing en met het juiste dossier op het juiste moment.
Minister-president, ik wil u echt wel feliciteren. Het is een verdubbeling van de middelen voor infrastructuur. Ik vind dat enorm stevig. Ik vind dat echt ‘hoedje af’. Dikke chapeau daarvoor! Dat betekent natuurlijk ook wel dat er een druk op het Fonds Culturele Infrastructuur (FoCI) zal komen. Vooral nu het FoCI opnieuw is ingenomen door het departement hoop ik dat, nu de middelen er zijn en de projecten klaarliggen, de administratie ook mee zal kunnen om die opvolging te doen en om de dossiers snel op route te zetten.
Waar het hart van vol is … Of de mond? Nu, u weet wat ik wil zeggen. In Gent is er een heel mooi dossier over de Materniteit goedgekeurd. Voor de mensen die het dossier niet kennen: dat is een Gentse cultuursite op de site van de Bijloke waar er – houd u vast – 21 cultuurspelers samenzitten. Dat is echt heel interessant. Men zal daar over verschillende disciplines heen een samenwerkingsstructuur opzetten. Minister-president, in Gent wordt al twintig jaar over dit dossier gesproken. Nu wordt daar voor de eerste keer een aanzet in gegeven. Ik kan daar alleen maar heel blij om zijn.
Ten slotte wil ik collega Van Werde bedanken voor de zeer interessante vraag.
Minister-president Jambon heeft het woord.
De enige vraag die hier nog ligt, is die over Leuven. Ze is eigenlijk al door de collega’s meegegeven. Het relanceplan geldt niet alleen voor de culturele infrastructuur. Het is er om echt snel zaken te kunnen realiseren. Het dossier van Leuven komt zeker in de lijst van het FoCI. Het werd geëvalueerd als nog niet ver genoeg gevorderd om er in 2021 of 2022 al vastleggingen voor te doen. Dat is de reden waarom het in deze lijst niet voorkomt. Als je de FoCI-lijst zou nemen van welke projecten er zijn, zal dat project er zeker bij staan.
Mevrouw Brouwers, men moet eerst een inventarisatie maken om te zien waar de leemtes zijn. Dat is een goede oefening. We moeten eerst de inventarisatie maken van de infrastructuur die we nog hebben en hoe die zich regionaal situeert. Waar zitten dan de leemtes in Vlaanderen, en hoe kunnen ze opgevuld worden? Dat lijkt me een logische beleidsvraag zodra die inventaris is opgemaakt.
Mevrouw Van Werde heeft het woord.
Ik heb nog twee opmerkingen. Ik ben blij dat de middelen vooral naar nieuwe projecten gaan, zodat de investering van de relancemiddelen ook echt zichtbaar en voelbaar zal zijn. U hebt zelf al iets gezegd over Leuven, minister-president, maar wat Limburg betreft wil ik even aangeven dat minister Demir vanuit Toerisme al goed voor het nodige heeft gezorgd. Ik denk dat je niet alleen de FoCI-middelen moet bekijken, maar het hele plaatje. Ik denk dat er goed is gezorgd voor Limburg. Dank u.
De vraag om uitleg is afgehandeld.