Verslag vergadering Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
De heer Anaf heeft het woord.
Minister, het jeugdhuis DAR zal u ongetwijfeld niet onbekend zijn. Het is een Brussels jeugdhuis, zeven jaar geleden opgericht. Het is al op verschillende locaties gehuisvest geweest, maar eigenlijk is het altijd op zoek geweest naar een permanente plek.
In 2016 sloten de Vlaamse Gemeenschapscommissie (VGC), Jeugdhuizen Ondersteuning Brussel (JHOB), De Ambrassade en DAR een overeenkomst om een aantal lokalen en vooral de achterbouw van De Ambrassade te kunnen gebruiken voor het jeugdhuis. Het was eigenlijk de bedoeling dat ze daar dan een permanente locatie zouden krijgen. Er zou wel een renovatie van het gebouw nodig zijn met dat oogmerk, en eigenlijk lag hiervoor ook al een bouwvergunning klaar. De verrassing was dan ook redelijk groot toen op 1 april toch nog de stekker uit het project werd getrokken door De Ambrassade. Dat zorgt ervoor dat het Brusselse jeugdhuis DAR, dat al jaren op de dool is, nu opnieuw zonder locatie zit.
Daarom heb ik een aantal vragen. Hebt u al overleg gehad met de betrokkenen in dit dossier? Ik neem aan van wel. Is er al zicht op een mogelijke nieuwe locatie voor het jeugdhuis DAR? Ziet u het als een mogelijkheid om de infrastructuur van de Brusselse jeugdhuizen uit te breiden?
Minister Dalle heeft het woord.
Collega Anaf, het gaat hier over een beslissing van de raad van bestuur van De Ambrassade om het project stop te zetten waarbij een renovatie van het gebouw zou gebeuren met het oog op het permanent huisvesten van het Brusselse jeugdhuis DAR. De Ambrassade, en meer bepaald de raad van bestuur, kan die beslissing autonoom nemen.
Ik werd over die beslissing geïnformeerd, achteraf, maar werd hierin niet betrokken. Mijn kabinet werd op de hoogte gebracht, maar er heeft geen overleg over plaatsgevonden.
Ook voor de zoektocht naar een nieuwe locatie ben ik geen rechtstreeks betrokken partij, maar ik ben uiteraard graag ter beschikking als ik kan helpen. Het is evident dat mijn kabinet zich constructief zal opstellen om, indien gewenst, gekende opportuniteiten onder de aandacht te brengen en een luisterend oor te bieden wanneer wij kunnen helpen.
Of ik mogelijkheden zie om de infrastructuur van de Brusselse jeugdhuizen uit te breiden? Mijn prioriteit is jongeren ondersteunen die initiatief nemen, die leeftijdsgenoten samenbrengen en een vrijetijdsaanbod met hen uitwerken. Hoe ik die ondersteuning vorm kan geven, is afhankelijk van de vraag van die jongeren. Natuurlijk, voor de concrete huisvesting is het ook een gedeelde taak met de lokale besturen hier in Brussel, van de 19 gemeenten, maar zeker ook van de Vlaamse Gemeenschapscommissie.
De heer Anaf heeft het woord.
Dank u wel voor uw antwoord, minister. Ik begrijp dat u vooraf niet op de hoogte was, en pas achteraf op de hoogte bent gebracht door De Ambrassade. Dat is toch wel een beetje een vreemde evolutie. Wat vindt u dan van die beslissing van De Ambrassade? Er waren toch wel serieuze engagementen aangegaan. U bent ook minister van Brussel. Ik vraag me af wat u van die beslissing vond. En hebt u er zicht op wat nu de plannen van De Ambrassade zijn met de ruimte die eigenlijk bedoeld was om het jeugdhuis te huisvesten?
Ik heb nog een bijkomende vraag. U gaf ook aan dat u niet rechtstreeks betrokken bent, maar dat u wel, samen met uw kabinet, wil helpen zoeken naar een andere locatie in Brussel-Centrum. Zult u ook budget vrijmaken vanuit Vlaanderen om het Brusselse jeugdhuis DAR een nieuwe locatie te geven?
Mevrouw Rombouts heeft het woord.
Ik heb kort een aansluitende vraag. Iedereen is erom bekommerd dat jeugdverenigingen effectief een goede huisvesting kunnen krijgen, en zoals de minister ook heeft gezegd, hebben lokale besturen daarin een belangrijke rol.
Minister, ik stel me de vraag wat de reden is geweest dat De Ambrassade die samenwerking heeft stopgezet. Of heeft ze dat initiatief niet genomen? Kunt u daar wat meer duiding over geven?
Minister Dalle heeft het woord.
Ik wil een fundamenteel punt aanhalen en even peilen bij collega Anaf hoe hij dat ziet. Dit is een beslissing van de raad van bestuur van De Ambrassade. We zijn het erover eens dat het belangrijk is dat organisaties, ook wanneer de Vlaamse Gemeenschap hen betoelaagt, vanuit hun autonomie beslissingen kunnen nemen en dat de politiek daar niet in tussenkomt.
Ik wil eens peilen hoe u dat ziet, collega Anaf. Als er een beslissing is van de raad van bestuur van De Ambrassade, vindt u dat ik daar toch tegen moet ingaan? Dat is in elk geval niet de manier waarop ik aan politiek doe en het is ook niet de afspraak om in het kader van de beheersovereenkomst met De Ambrassade zo te werken.
Ten gronde betreur ik het uiteraard dat dit is misgelopen. Ik laat in het midden wiens verantwoordelijkheid dat is. Zoals gezegd, was ik daar niet bij betrokken. Het is niet alleen De Ambrassade die daarbij betrokken was, maar ook het jeugdhuis zelf en de Vlaamse Gemeenschapscommissie. Ik ga daarover geen uitspraken doen omdat ik er niet bij betrokken was. Ik ben op de hoogte gebracht. Het is een proces dat al langer bezig is. We wisten dat er een proces aan het lopen was, maar men heeft me niet bij de beslissing betrokken. Eerlijk gezegd is dat ook niet de bedoeling, want ik mag daar niet in tussenkomen. Ik wens dat ook niet te doen. Ik vind het uiteraard jammer dat het is misgelopen, maar het is de verantwoordelijkheid van de drie partners rond de tafel om tot een akkoord te komen.
Collega Rombouts, wat de inhoud betreft ben ik in grote lijnen geïnformeerd. Ik heb begrepen dat het oordeel over het totaalconcept van het project waarin onder meer een ‘box in the box’ zat met een kleine, heel goed geïsoleerde fuifzaal, was dat de verhouding tussen de toegevoegde waarde en de kosten ervan niet goed zat. De Ambrassade vond het geen goed denkspoor meer om daarop door te gaan. Ik ga daarover geen uitspraken doen. Ik betreur dat het is misgelopen, maar ik vind het fundamenteel dat we beslissingen die genomen zijn door de raad van bestuur, respecteren en dat we bevestigen dat het niet de taak van de politiek of van een Vlaamse minister is om daarin tussen te komen of daartegen in te gaan. Dat lijkt me niet de goede manier om aan politiek te doen.
De heer Anaf heeft het woord.
Minister, ik begrijp dat het een vervelend dossier voor u is, maar dat is nog geen reden om me woorden in de mond te leggen. Ik heb nergens gesuggereerd dat u had moeten tussenkomen in de beslissing. Ik heb alleen gevraagd wat u van die beslissing vond en of u mee op zoek zou gaan naar een nieuwe locatie en/of u daarvoor een budget wou vrijmaken. Ik heb nergens gesuggereerd dat u daarin had moeten tussenkomen. Ik vind dat u een heel vreemde redenering maakt. U hebt niet echt geantwoord op mijn vraag of u van plan bent om in de zoektocht naar een nieuwe locatie te kijken of er ook nog een budget vanuit uw middelen zou kunnen worden vrijgemaakt. Maar dat zal ongetwijfeld nog eens terugkomen.
De vraag om uitleg is afgehandeld.