Verslag vergadering Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
Mevrouw D’Hose heeft het woord.
Een vraag over Gent: dan zou ik heel graag ‘intakken’ op deze vergadering.
Minister, het belang van de R4, de grote ring rond Gent, is de afgelopen jaren enorm toegenomen. Dat komt door de ombouw van de N49 tot snelweg, de bouw van de Westerscheldetunnel en de Tractaatweg, de fusie van de havens van Gent, Terneuzen en Vlissingen tot North Sea Port. Dat zorgt ervoor dat die R4 steeds meer en meer een cruciale rol begint te spelen.
Ook het Toekomstverbond in Antwerpen zou een effect kunnen hebben op de verkeerssituatie rond Gent. Het verschuiven van de belangrijkste vrachtroute van de E17-Kennedytunnel naar de E34-Liefkenshoektunnel als gevolg van het radicaal haventracé zou kunnen leiden tot een verhoogde druk op de R4. Ook daarom, natuurlijk, is de ombouw van de R4 tot een primaire weg des te belangrijker.
In het verleden werd het dossier van de R4 toegelicht bij de halfjaarlijkse voortgangsrapportages rond het Oosterweelproject. Maar na het afsluiten van het Toekomstverbond werd deze link minder benadrukt. Daardoor is er in de Gentse regio wel wat bezorgdheid over de impact van het Toekomstverbond op de verkeerssituatie rond Gent, bijvoorbeeld in Drongen.
Enkele vragen, minister.
Kunt u toelichting geven bij de voortgang van de vergunningstrajecten voor de verschillende deelprojecten van de R4? Welke implicaties heeft dit voor de timing van de geplande werken?
Welke effecten zijn er merkbaar van de werken op het knooppunt van de E17-R1 in Antwerpen op de R4? Heeft de start van deze werken tot een structurele verschuiving van de verkeersstromen geleid?
Ten slotte: welke impact wordt er verwacht op de R4 van de hoofdwerken op de Antwerpse ring en de uitbouw van het haventracé? Kunt u de Gentenaars geruststellen dat de oplossing voor de verkeersproblemen rond Antwerpen niet zal leiden tot een Gents verkeersinfarct?
Minister Peeters heeft het woord.
Dank u wel, mevrouw D’Hose, en welkom in deze commissie.
Uw vraag gaat over de bekommernissen rond de R4, en de stand van zaken rond de verschillende deelprojecten. Er is een en ander lopende, en u weet dat De Werkvennootschap trekker is in dit dossier. Zij werd aangeduid, en heeft op dit ogenblik al heel wat omgevingsvergunningen ingediend, of lopende.
Een beknopte stand van zaken: tot nu toe werden er elf aanvragen tot omgevingsvergunning ingediend. Er dient nog één aanvraag tot omgevingsvergunning opgemaakt te worden, en men heeft mij ervan verzekerd dat men daarvan ook snel werk zal maken.
Het gaat specifiek over zeven omgevingsvergunningen die betrekking hebben op het DBFM-project (Design Build Finance Maintain) zelf, waarvan één specifiek voor de doortocht Zelzate.
Drie omgevingsvergunningen hebben betrekking op de realisatie van een aantal quick wins. Jullie weten dat we daar een aantal quick wins mee opnemen om nu al, voorafgaandelijk aan het globale DBFM-project, een en ander gerealiseerd te zien.
Verder zijn er nog twee omgevingsvergunningen die specifiek betrekking hebben op de voorafgaandelijke sloop van een aantal woningen die men verworven heeft en die op dit ogenblik al niet meer bewoond worden.
De offertefase voor het DBFM-project is op dit ogenblik lopende. Als de voorkeursbieder eenmaal wordt aangeduid – we verwachten dat ergens in de loop van de maand juni – zal die aanvragen tot omgevingsvergunning indienen voor een geoptimaliseerd ontwerp, natuurlijk in de mate dat dat noodzakelijk zou zijn. Er wordt nog steeds van uitgegaan dat de werken in het kader van het globale DBFM-project zouden kunnen starten in de tweede jaarhelft van 2022.
Wat betreft de effecten van de werken op het knooppunt van de E17-R1 in Antwerpen op de R4, geeft men mij aan dat er geen significante wijziging is in de verkeersstromen. Daar heeft men tot op heden alleszins niets van gemerkt, ondanks de werken die op dit ogenblik lopende zijn op het knooppunt E17-R1.
Tot slot vroeg u of we de Gentenaars kunnen geruststellen. Er is door Lantis in april 2020 een analyse uitgevoerd op het effect van de Oosterweelwerken op de E34 en de E17 in Vlaanderen. Uit die analyse blijkt dat de effecten nagenoeg verwaarloosbaar zijn. In die zin denken we dat we de Gentenaars kunnen geruststellen. Maar het zijn uiteraard grote werken, dus we zullen het zeker allemaal blijven opvolgen, onder meer via het verkeersmanagementsysteem.
Mevrouw D’Hose heeft het woord.
Ik heb geen bijkomende vragen, voorzitter. Het was zeer duidelijk. Ik ben heel blij dat ik die boodschap kan geven dat uit de analyse is gebleken dat er geen gigantisch grote problemen zouden voorkomen. Dank u wel daarvoor.
Mevrouw Schauvliege heeft het woord.
Een paar maanden geleden heb ik de minister ook ondervraagd over de problematiek van de R4. Ik ben blij dat er vandaag opnieuw aandacht voor is.
Ik heb twee bijkomende vragen, minister. Is de timing van augustus 2022 nog altijd haalbaar? Er zijn een aantal omgevingsvergunningen verleend. Het is ook al bij een aantal lokale besturen, zoals de gemeente Evergem, aan bod gekomen. Wat dat betreft, is daar verantwoordelijkheid genomen.
Mijn grote zorg blijft bestaan, namelijk dat het zeer omvangrijke werken zijn en dat we moeten zien dat er in de buurt voldoende gewaakt wordt over sluipverkeer en hinder voor de omliggende dorpen. Men moet voldoende inzetten op alternatieven, op de zwakke weggebruiker, op het fietsverkeer, op snelle fietsverbindingen met bijvoorbeeld de stad Gent, maar ook op het openbaar vervoer. We hebben ook een afspraak gekregen op uw kabinet met de verschillende actoren, waarvoor dank. U hebt toen ook beloofd om dit goed op te volgen en om ook met het minderhinderplatform te kijken wat nog extra kon gebeuren. Wat is daar de stand van zaken? Zijn er bijkomende stappen?
Ik blijf ook vragende partij om, net zoals dat in Antwerpen het geval is, ervoor te zorgen dat er veel ruimer werk wordt gemaakt van minder hinder tijdens de werken op de R4 rond Gent.
Minister Peeters heeft het woord.
Bedankt voor uw bijkomende vragen, mevrouw Schauvliege. Ik moet even iets corrigeren, want timing is altijd zeer delicaat. Men heeft mij meegegeven dat de timing voor de werken van het DBFM-project, als alles goed verloopt, niet specifiek augustus is, maar wel de tweede jaarhelft van 2022. Het kan dus ook september of oktober zijn. Dat even voor de duidelijkheid.
De bedenking in verband met de minderhindermaatregelen is terecht. Bij eender welk werk, maar zeker bij werken van dergelijke grote omvang, moeten we erover waken dat de hinder tot een absoluut minimum wordt beperkt en dat we daar zeker ook rekening houden met de kwetsbare weggebruiker. Op het moment dat we meer duidelijkheid hebben over wie aangeduid kan worden om het DBFM-project te trekken, moeten we onmiddellijk mee aan tafel gaan zitten om de minderhindermaatregelen verder uit te werken. Ik ben ook altijd bereid om daar opnieuw met de betrokken of omliggende gemeenten een overleg over in te plannen, zodat het voor iedereen duidelijk is. Zij kennen vaak de situatie beter, ze weten ook waar potentieel sluipverkeer zal zijn vanwege hinder. Dus ik ben altijd ter beschikking om daar toekomstgericht verder uitleg over te geven.
De vraag om uitleg is afgehandeld.