Verslag vergadering Commissie voor Wonen en Onroerend Erfgoed
Vraag om uitleg over erfgoed in Doel
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werden deze vragen om uitleg via videoconferentie behandeld.
Mevrouw Verheyen heeft het woord.
Minister, op 21 maart 2021 hebt u aangekondigd dat de Vlaamse Regering de voorheen gecontesteerde toekomststudie voor Doel weer wil opstarten. Naast het heropstarten van het studiewerk hebt u ook een vernieuwde dialoog aangekondigd. U wilt de werkgroep over Doel, waarin de gemeente, de Vlaamse overheid en de verschillende actiecomités zijn vertegenwoordigd, nieuw leven inblazen. Ten gevolge van de coronacrisis en de schorsing van het studietraject lag die werkgroep al sinds het voorjaar van 2020 stil.
Zowel de toekomststudie als de vernieuwde dialoog zijn van groot belang voor het Oost-Vlaamse polderdorp. Er moet, rekening houdend met de komst van een nieuw containergetijdendok, worden aangegeven wat in de toekomst in Doel nog mogelijk zal zijn. Op deze manier wil de Vlaamse Regering tevens garanderen dat een toekomstperspectief voor Doel in overeenstemming is met het eerdere besluit om een nieuw containergetijdendok in de haven van Antwerpen te realiseren en daarna uit te baten. Met de werkgroep Doel wil ze een draagvlak creëren om tot een gedragen toekomstperspectief te komen. Volgens de eerste indicatieve timing zou de toekomststudie tegen de zomer klaar moeten zijn.
Minister, tegen deze achtergrond had ik graag de volgende vragen gesteld. Hoe verliep het overleg met de belangrijkste actoren? Wat zijn hun grootste bezwaren? Is het volgens u mogelijk om richting een consensusoplossing te gaan? Welke impact heeft deze studie op het verdere verloop van dit proces? Welke rol wilt u in het verloop van dit proces spelen?
Mevrouw Van Werde heeft het woord.
Minister, twee jaar geleden besliste de Vlaamse overheid om het polderdorp Doel toch te behouden. Veel inwoners waren toen al vertrokken, hun huizen stonden te verkrotten en delen van het dorp waren al gesloopt. Vorige week kondigde u aan dat u de woonmogelijkheden wilt bekijken voor Doel. Er wordt een werkgroep opgericht en er komt een studie. Tegen de zomer wilt u meer duidelijkheid krijgen over de mogelijkheden.
Er zijn veel aspecten aan de zaak Doel. Wonen is een daarvan, maar ik wil graag focussen op het erfgoed. In 2013 is er een uitgebreide rurale erfgoedstudie verschenen over het gebied. Zowel het dorp als de polders rond Doel hebben een uniek karakter. Ze hebben historische waarde. In Doel zelf vinden we op een relatief kleine oppervlakte heel wat panden die op de vastgestelde Inventaris Onroerend Erfgoed staan, en een aantal beschermde monumenten. Een aantal van die waardevolle gebouwen in Doel zijn ondertussen gesloopt: de statige dokterswoningen, het Camermanhuis, het oude tramstation, hotel Europa en hotel Jagersrust. Ook de historische havenweg in het centrum van het dorp is verdwenen. Ook in de polder rond Doel is er gesloopt.
U wilt met de studie een positieve doorstart maken. Laten we dus ook kijken naar het Doelse erfgoed dat er wél nog staat, en dat is nog wel wat. Het is vaak beschadigd en zit onder een dikke laag graffiti, maar er zijn nog waardevolle gevels te vinden uit zowat alle stijlperiodes van de 19e en de vroege 20e eeuw. Het dambordpatroon van de straten, bijvoorbeeld, is bijzonder. Het verwijst naar de planmatige inpoldering na de Tachtigjarige Oorlog. Het Hooghuis, de windmolen, het Hof ter Walle, Ouden Doel en het orgel van de parochiekerk zijn allemaal beschermd erfgoed, klaar om na restauratie opnieuw karakter te geven aan het dorp.
Minister, ik weet dat u als minister van Onroerend Erfgoed erg begaan bent met ons erfgoed. Daarom wou ik u het volgende vragen. Zal er bij de studie ook rekening worden gehouden met het onroerend erfgoed? Is het een idee dat de panden met erfgoedwaarde het eerst aan bod zullen komen voor bewoning? Bewoning kan een middel zijn om het erfgoed te bewaren. Bij de studie worden de actiegroepen uit de omgeving betrokken. Worden ook de erfgoedverenigingen betrokken? Plant u, naast de woonstudie, bijkomende initiatieven voor de beschermde monumenten en de andere panden met erfgoedwaarde? Ik heb net voornamelijk de problematiek van het bouwkundig erfgoed in het dorp geschetst, maar ook de omgeving, het unieke polderlandschap en de polderbebouwing, is erfgoed. Hebt u in de toekomst plannen om ook de omgeving rond Doel, dit bijzondere landschap, dus, zo veel mogelijk te bewaren of te vrijwaren, en eventueel te herwaarderen?
Minister Diependaele heeft het woord.
Collega’s, dank u wel voor de vragen. In een paar vragen loopt men heel ver vooruit. Laten we dus stap per stap gaan, want dit is natuurlijk een zeer gevoelig dossier, daar moeten we niet flauw over doen. Ik geef een gebundeld antwoord op de diverse vragen.
Ik moet zeggen dat het overleg heel constructief en in alle sereniteit, zelfs aangenaam is verlopen. Enkele van de gesprekken waren ter plaatse, en het is natuurlijk een heel aangename omgeving. In dit dossier gaat het niet zozeer over bezwaren, maar over het samenkomen en mogelijk botsen van belangen: natuur, landbouw, industrie, mobiliteit, bewoning, erfgoed, haven enzovoort. De regering houdt de lijn aan dat een toekomstperspectief voor Doel in overeenstemming moet zijn met het besluit om een nieuw containergetijdendok te realiseren en daarna uit te baten. Dat is natuurlijk de grote uitdaging: in welke mate is het feit dat daar een containerdok naast komt, dat 24/7 zal moeten draaien, combineerbaar met iets dat we daarnaast kunnen uitbouwen?
Met die duidelijke voorwaarde voor ogen heb ik de voorbije maand informeel gesproken met een aantal actoren. Elke belanghebbende bekijkt Doel via een eigen bril, maar evenzeer merk ik bij de partijen een consensus over heel wat zaken. Iedereen ziet bijvoorbeeld de erfgoedwaarden als een troef. Mevrouw Van Werde, u hebt daar heel duidelijk op gewezen. Via onderzoek en verder overleg de komende maanden wil ik snel een toekomstperspectief op tafel krijgen waarin de betrokkenen zich kunnen vinden.
U vraagt om naar een consensusoplossing te gaan. Er zullen keuzes gemaakt moeten worden, maar het is alleszins mijn streven om tot een coherent, duurzaam, haalbaar en toekomstbestendig plan te komen, waarin ieder zich kan terugvinden. Als je zo een uitdaging aangaat, dan weet je niet altijd waar je gaat landen. Ik hoop het natuurlijk wel. Zo zijn er heel wat dossiers waarbij wij dat hopen. Maar dat zal van veel zaken afhangen.
Welke impact heeft deze studie op het verdere verloop van het proces? De studie wordt uitgevoerd door een extern team met expertise in ruimtelijke planning en ontwerp, erfgoed, milieunormen enzovoort. Het team zal die expertise combineren met de inzichten en kennis uit de werkgroep Doel om tot een afgewogen voorstel van toekomstperspectief voor Doel te komen. Op basis daarvan zal de Vlaamse Regering een beslissing nemen. Met andere woorden: de studie zal aangeven wat haalbaar en gedragen is als toekomstperspectief, maar de finale beslissing ligt uiteraard bij de Vlaamse Regering.
U vraagt welke rol ik daarin zal spelen. Dat is natuurlijk de rol die ik nu speel. Ik wil dit dossier, samen met de minister-president, zo goed als mogelijk te begeleiden.
Zal er bij de studie ook rekening gehouden worden met het onroerend erfgoed? De toekomststudie heeft tot doel een visie uit te schrijven om een beleid te kunnen uitstippelen voor een leefbaar dorp binnen het havengebeuren en palend aan een intensieve activiteitenzone van een containerterminal. Zoals al gezegd, is dat de grootste uitdaging. De studie zal onderzoeken binnen welk model dat verenigbaar is voor het dorp maar ook voor de havenactiviteiten. De wenselijke invulling van de panden, al dan niet met erfgoedwaarde, zal hierin dus ook aan bod komen. Wat die invulling precies zal zijn, kan ik nu nog niet zeggen. Maar het is een bijzondere opgave, waarbij creatieve oplossingen gezocht moeten worden.
Bij de studie worden de actiegroepen uit de omgeving betrokken. Worden ook de erfgoedverenigingen betrokken? Ja, zowel de actiegroepen als de erfgoedverenigingen worden betrokken. Wij hebben al met enkele samengezeten. Voor alle duidelijkheid: de mensen die de studie aan het maken zijn, hebben ook overleg met alle betrokkenen. Mijn overleg heeft een wat andere focus, en ik heb ook niet met alle erfgoedverenigingen contact, want het zijn er ondertussen zeer veel. Maar de mensen die de studie maken, hebben met iedereen overleg.
De restauratiewerken aan de jachthaven zijn aan de gang en ook het schip de Ortelius komt naar Doel om er gerestaureerd te worden. Dat is al bekendgemaakt. Het beschermde Hooghuis wordt eerstdaags gevrijwaard met het plaatsen van een nooddak. Voorts zullen hier de nodige instandhoudingswerken uitgevoerd worden. De gemeente Beveren zal 1 miljoen euro investeren in de molen op de Scheldedijk en zijn omgeving. Daarnaast zijn er nog andere panden met erfgoedwaarde in Doel, zoals de pastorie. Die komen mee aan bod bij de uitwerking van het toekomstperspectief van Doel. Op basis daarvan bekijken we welke initiatieven verder mogelijk zijn
Doel en omgeving hebben inderdaad naast stedenbouwkundige zeker ook archeologische en landschappelijke erfgoedwaarden. De Doelpolder is de oudste nog bewaarde polder in het gebied en is een zeldzaam voorbeeld van 16de-eeuwse grootschalige en georganiseerde inpoldering en landbouw. Het kaarsrechte wegennet, de inplanting van het dorp, de verschillende boerderijen en de kenmerkende dijk met weg die de hele polder omgeeft, vormen een uniek ensemble met een grote historische stabiliteit. Maar voor de studie Toekomst Doel leggen we de focus op het centrum van Doel zelf, dus niet op de omliggende polder.
Voor de volledigheid geef ik u nog een stand van zaken mee met betrekking tot het erfgoed in de nabijheid van Doel. Buiten Doel ligt het Hof ter Walle, waarvan de oude schuur en het woonhuis gerestaureerd worden, in het kader van de herbestemming. Het Agentschap voor Natuur en Bos gaat de site gebruiken in het kader van zijn beheer en zijn projecten. Voor Prosperpolder, waarbinnen ook verschillende beschermingen aanwezig zijn, werd een gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP) opgestart dat het aanwezige erfgoed versterkt. Dit leidde tot de goedkeuring van een erfgoedbeheerplan op 24 augustus 2018. Nu loopt hier een herbestemmings- en restauratieproject.
Mevrouw Verheyen heeft het woord.
Ik denk dat het polderdorp Doel een heel interessante casus kan zijn van hoe in Vlaanderen wonen en grootschalige economische activiteiten met elkaar kunnen worden verzoend. Daarbij gaan we op zoek naar een consensus in plaats van naar een conflict. Ik ben daarom heel tevreden dat u en ook minister-president Jambon die oefening op zich nemen. De inspanning die jullie op zich nemen, mogen wij niet onderschatten, gelet op het enorme belang van de haven voor de Vlaamse economie, voor onze welvaart. Het zou dus maar al te gemakkelijk zijn om de bezorgdheden van de bewoners van Doel te negeren. U kiest op korte termijn voor de dialoog en voor het nodige studiewerk voor toekomstperspectieven.
Minister, ik had nog een bijkomende vraag over de ondersteuning die de Vlaamse Regering eventueel na het aflopen van de studie kan leveren, los van de investeringen rond erfgoed. Ik weet ook dat u in de eerste plaats minister van Financiën en Begroting bent, maar ziet u toch mogelijkheden om, naar aanleiding van het studiewerk, vanuit Wonen verdere investeringen te doen om de leefbaarheid van Doel te verhogen?
Mevrouw Van Werde heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw antwoord.
Ik vind het heel positief dat iedereen erbij betrokken wordt, ook de erfgoedgemeenschappen. Ik onthoud uit uw antwoord vooral dat iedereen de erfgoedwaarde van het dorp als een troef ziet.
Ik was net voor de coronapandemie nog in Doel, en het is inderdaad een zeer bijzondere plek, met een woelige geschiedenis. Deze week was ik ‘Doel’ aan het googelen en ik kwam daarbij toevallig op een website van honderd plaatsen in België die je moet gezien hebben, en Doel stond daarbij. Er is mij verteld dat er in het weekend heel veel volk rondloopt, zelfs buitenlanders die een bezoek aan Doel koppelen aan een uitstap naar Tsjernobyl – heel vreemd soort toerisme.
U hebt zelf al vaak aangehaald dat ons onroerend erfgoed een deel is van onze identiteit. Daarom zou, wat mij betreft, toch eerst invulling moeten worden gegeven aan de panden met erfgoedwaarde in het dorp. Er is al zoveel verdwenen, laten we redden wat er nog staat. Er staan nog panden met erfgoedwaarde: laten we dat erfgoed en de identiteit van het dorp bewaren, nu het nog kan. Na uw antwoord ben ik er wel van overtuigd dat u als minister van Onroerend Erfgoed daar rekening mee zult houden.
Mevrouw Schauvliege heeft het woord.
Minister, ik sluit me graag aan bij de twee vragen. Het zijn twee verschillende aspecten: aan de ene kant de toekomst van Doel en de kansen die er zijn, en aan de andere kant het aanwezige onroerend erfgoed. Ik denk dat er ook heel wat immaterieel erfgoed is.
Ik ben heel blij dat de Vlaamse Regering de positieve doorstart benadrukt, ook op een realistische manier, en vooral in dialoog. Ik denk dat alle actoren daar bijzonder tevreden over zijn. Het is ook goed dat die studie gebeurt. Het mag wel niet te lang meer duren, om een duidelijke visie te hebben en duidelijkheid te geven aan iedereen. Zoals u terecht zegt, heeft iedereen een beetje zijn eigen invulling over wat kan en niet kan in Doel. Het is dus goed om in dialoog snel duidelijkheid te geven. Ik heb alle vertrouwen in het proces en de dialoog.
Minister, ik kan u misschien ook nog een tip geven. In de Gentse Kanaalzone is er heel wat ervaring. Ik heb zelf gezien hoe men destijds een aantal keuzes heeft gemaakt waar men bewoning is blijven combineren met een forse uitbreiding van de Gentse haven. Men heeft toen een aantal keuzes gemaakt om voldoende budgetten te voorzien voor de leefbaarheid, zoals extra investeringen in groen, in erfgoed, in activiteiten, in sociale cohesie. Ik denk dat die expertise zeker van pas kan komen in Doel.
Over erfgoed heb ik een paar bijkomende vragen. Is er een duidelijk overzicht van de staat van het onroerend erfgoed dat nog aanwezig is? Is dat de voorbije jaren opgevolgd voor Doel en omgeving?
Vergeet ook niet het immateriële erfgoed. Het valt niet onder uw bevoegdheid, maar ik denk dat het toch moet worden meegenomen, en u zegt zelf dat de minister-president betrokken is. Het dorp, de verhalen, mensen die verhuisd zijn, mensen die er blijven wonen zijn: er is zo'n rijk immaterieel erfgoed dat moet worden bewaard voor de toekomst. Die verhalen moeten verteld en gebundeld worden en moeten worden meegenomen in de oplossingen die worden gecreëerd.
Minister Diependaele heeft het woord.
Ik heb al een aantal boeken gelezen over het immaterieel erfgoed en het is inderdaad de moeite waard. Het krijgt van nature aandacht, en dat is een goede zaak.
Er zijn drie monumenten in Doel. Het Hooghuis is in slechte toestand en heeft een nooddak nodig. Daarnaast zijn er nog het orgel en de molen. Dat zijn gemeentelijke eigendommen en ze worden ook gemonitord door de gemeente. Ik dacht dat er zou worden geïnvesteerd in de molen en zijn omgeving. Van het orgel ken ik de juiste stand van zaken niet, dat kan ik niet meteen zeggen.
Voor alle duidelijkheid: de intentie van de studie is net om te achterhalen of er enige bewoning mogelijk is vlak naast een containerdok dat 24 op 24 en 7 dagen op 7 zal draaien. En het ligt er echt vlak naast, je moet daar maar eens gaan kijken. Ik hoor al direct een hoop mensen die vervuld zijn van hoop, en daar is op zich niets mis mee. Maar de studie moet dat aantonen, en zal daar iets over moeten zeggen. Ik wil daar niet op vooruitlopen. Ik hoor veel mensen euforisch doen rond die bewoning, maar ik wil daar geen voorafnames op doen, anders zou het natuurlijk niet nuttig zijn om daar een studie over te doen.
Mevrouw Verheyen, het lijkt mij op dit moment ook niet aan de orde om investeringen te doen in leefbaarheid en dergelijke. We zullen natuurlijk wel iets moeten doen met het dorp, absoluut. Maar we moeten bekijken wat dat dan precies is; pas dan kun je daar financieel naar kijken.
Mevrouw Van Werde, ik moet eerlijk zeggen dat ik regelmatig, een of twee keer per jaar, naar Doel ging, zelfs al voor ik in het parlement zat. Dat is intussen ruim tien of twaalf jaar geleden. Maar u verwijst naar een vorm van toerisme waarbij Tsjernobyl gecombineerd wordt met Doel, en ik vind dat helemaal niet zo fijn. Dat is een soort ramptoerisme. Dit is nu eenmaal een realiteit, maar het is niet bepaald iets om trots op te zijn, zeker als je weet wat daar de laatste vijftig jaar is gebeurd. Want de eerste plannen in Doel kwamen er in 1964. Ze werden dan in de jaren 70 afgevoerd, om eind de jaren 80 weer te worden hernomen. Wat dat gedaan heeft met die gemeenschap, dat is niet iets om trots op te zijn.
Ik ben ervan overtuigd dat er nu duidelijkheid moet komen. Ik hoop dat die studie ons daarmee kan helpen. Ik denk ook dat we dan ruimer moeten kijken dan Doel zelf; ook het omliggende telt. En dan gaat het over duidelijkheid over hoe we een toekomstperspectief voor Doel kunnen combineren met een dok dat 7 op 7 en 24 op 24 zal draaien. Wat kunnen we dan het best realiseren voor de streek, wat is het meest waardevol? Dat is een opdracht waarvan ik heel goed besef dat het geen gemakkelijke is.
Mevrouw Van Werde heeft het woord.
Minister, voor alle duidelijkheid: dat ramptoerisme is ook niet iets wat ik toe te juichen vind. Daar hebt u absoluut gelijk in. Ik zeg alleen dat het bestaat. Het is zelfs heel jammer dat er ’s nachts gewoon groepen jongeren komen om zich daar te amuseren door vernielingen aan te richten, zo is mij verteld. Dat is wel verbeterd toen ze daar een slagboom hebben geplaatst, zodat ze niet meer met hun wagens door het dorp kunnen sjezen.
Ik begrijp ook dat u geen voorafnames kunt doen op die studie, en dat sommige mensen het zich iets rooskleuriger voorstellen dan wat het misschien in de toekomst zal zijn, namelijk leven langs een zeer druk containerdok. Maar ik denk dat we alles tegen elkaar moeten afwegen, en dan voor de beste oplossing kiezen. Wordt dat daar een nieuwe leefgemeenschap, een soort van openluchtmuseum? De studie zal het uitwijzen.
De vragen om uitleg zijn afgehandeld.