Verslag vergadering Commissie voor Onderwijs
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
Mevrouw Vandromme heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega’s, het volwassenenonderwijs heeft als doelstelling enerzijds de cursisten de kennis, vaardigheden en attitudes bij te brengen die nodig zijn voor de persoonlijke ontwikkeling, het maatschappelijk functioneren, het verder deelnemen aan onderwijs, het uitoefenen van een beroep of het beheersen van een taal en anderzijds de cursisten in staat te stellen erkende studiebewijzen te behalen. Zo staat dit duidelijk vermeld in het decreet voor volwassenenonderwijs uit 2017.
Maar net zoals iedere andere sector lijdt ook het volwassenenonderwijs heel fel onder de coronapandemie.
In het tweede corona-nooddecreet voor onderwijs van eind mei 2020 werd een regeling uitgewerkt waardoor cursisten die wegens corona niet slaagden in een module, zich gratis opnieuw konden inschrijven voor dezelfde module. Zeker voor NT2-cursisten (Nederlands tweede taal) was dit een heel belangrijk element. Afstandsonderwijs is voor deze doelgroep allerminst evident.
In september startte het volwassenenonderwijs in code oranje. Ook toen was er meteen al sprake van heel wat afstandsonderwijs. Dat is alvast een van de redenen waardoor de centra voor volwassenenonderwijs (CVO’s) en centra voor basiseducatie (CBE’s) tegen een sterk dalend aantal inschrijvingen opkeken. Uit cijfers die we opvroegen in november 2020 bleek het te gaan om maar liefst 100.000 minder inschrijvingen.
Eerder al, meer bepaald in de commissie Onderwijs van 2 november, vroeg ik u hoe u het volwassenenonderwijs zou ondersteunen om deze grote impact op te vangen. U gaf toen aan de vinger aan de pols te houden en op zoek te gaan naar compensatiemaatregelen.
Welnu, minister: de situatie in het volwassenenonderwijs blijft acuut. Daarom heb ik een aantal vragen.
Minister, welke compensatiemaatregelen voorziet u voor het volwassenenonderwijs en hoe zult u daarbij rekening houden met het aanbod rond opleidingen voor knelpuntberoepen binnen het volwassenenonderwijs?
Bent u van plan om, naar analogie met het tweede nooddecreet voor onderwijs, ook nu een regeling uit te werken voor cursisten die vanwege de tweede lockdown hun opleiding niet konden afwerken? Zo ja, wanneer en hoe zal dit worden geregeld? Zo nee, waarom kan het nu niet?
Minister Weyts heeft het woord.
Begin februari heb ik de impact van corona op de inschrijvingen van het volwassenenonderwijs geschetst, en ook gezegd dat ik aan de slag zou gaan met betrekking tot het uitwerken en bespreken van een educatief overbruggingskrediet voor de CVO’s en de CBE’s. Die hebben natuurlijk voldoende omkadering nodig om het komende schooljaar kwaliteitsvol te kunnen aanbieden en organiseren. Met dat educatief overbruggingskrediet wil ik ervoor zorgen dat zij voldoende zuurstof hebben om zich ook in het kader van het relanceplan Edusprong ter versterking van het volwassenenonderwijs op te kunnen werpen als een belangrijke partner, en ook in het kader van de heel brede relance in de Vlaamse samenleving.
Het dieptepunt in de inschrijvingen maakt natuurlijk dat een aantal centra zich daarover terecht zorgen maken. Ik maak daarom zeer spoedig – ook samen met u, trouwens – werk van een volgend coronadecreet, ondertussen al het zevende. Daarin zullen we dat educatief overbruggingskrediet binnen de beschikbare begrotingskredieten opnemen. Het debat moet ik nog finaliseren. Dat loopt. Die compensatieregeling wordt afgewerkt. Wat ik daarover kan meegeven, is dat we toch ook graag rekening zouden willen houden met de grootste maatschappelijke noden. Prioritair daarin zijn voor mij Nederlands als tweede taal (NT2) en het tweedekansonderwijs. Daarnaast heb ik graag ook extra aandacht voor het ondersteunend geletterdheidsaanbod van de CBE’s en de CVO’s, en de opleidingen ter versterking van de digitale competenties. Tot slot zou ik ook graag een focus zien op opleidingen met een structureel knelpuntkarakter.
Ik wil ook even meegeven dat er bij de overgang van het oude naar het nieuwe financieringssysteem voor het volwassenenonderwijs een overgangsmaatregel is uitgewerkt, waarbij er voor volgend schooljaar, dus voor het schooljaar 2021-2022, in een decretale compensatie van 66 procent is voorzien. De compensatieregeling die we nu uitwerken, komt daar dus bovenop, boven op die decretale compensatie waarin al is voorzien.
Daarnaast zijn er ook diverse relanceprojecten. Gezien de timing wil ik die nu ook verder uitrollen. Ik kan al meegeven dat het eerste besluit dra zal worden voorgelegd aan de ministerraad van de Vlaamse Regering. Meer bepaald zullen de centra aanvullende punten en werkingsmiddelen toegekend krijgen om een regioscan op te zetten, die de lokale arbeidsmarktbehoeften analyseert in functie van een regionaal afgestemd opleidingsaanbod om die regionale verankering van dat volwassenenonderwijs te stimuleren. Zo wil men ervoor zorgen dat men detecteert wat heel specifiek de noden van een regio zijn, die ongetwijfeld totaal zullen verschillen van die van andere regio’s, en dat men daar ook op kan inspelen. Op basis van die scan zal men kunnen detecteren waar die noden zitten en een en ander met elkaar in verbinding kunnen brengen.
Wat de regeling inzake het terugbetalen van het inschrijvingsgeld betreft, ik kan daar geen voorafnames op doen. Ik ben continu in overleg met de sociale partners om samen te beoordelen welke regelgevende initiatieven allemaal nodig zijn. We moeten wel onthouden dat de tweede lockdown van een geheel andere aard was dan de eerste. In het vorige schooljaar werden we natuurlijk plots overvallen door die pandemie en was er gedurende vele weken helemaal geen fysiek onderwijsaanbod meer mogelijk. Dit jaar waren centra beter voorbereid, denk ik, en hebben heel wat zaken via ‘blended learning’ of zelfs via volledig afstandsonderwijs kunnen plaatsvinden. Ik heb daarvoor ook in speciale draaiboeken voorzien. We hebben daarbij ook voorrang gegeven aan specifieke doelgroepen. Dan denk ik bijvoorbeeld aan NT2 en het tweedekansonderwijs. We hebben eigenlijk veel meer mogelijk gemaakt dan voor andere opleidingen. Dat heeft wel gemaakt dat veel opleidingen gelukkig ook hebben kunnen plaatsgrijpen, zij het natuurlijk met allerhande beperkingen en maatregelen. We moeten dus wel goed zien wat mogelijk is.
Mevrouw Vandromme heeft het woord.
Minister, dank u wel voor uw antwoorden. Er zijn een aantal zaken die ik toch wel wil aankaarten. We kijken uit naar wat er in het zevende coronadecreet allemaal komt te staan. Ik ben blij dat u alvast rekening houdt met de noden die ook wij belangrijk vinden: NT2, het tweedekansonderwijs, het ondersteunen van geletterdheid, digitale competenties. Dat zijn allemaal zaken die voor ons ook zeer cruciaal zijn. U geeft aan dat de knelpunten voor een stuk regionaal zullen worden bepaald en afgestemd, dat dat ook ruimer gaat dan de noden die in het decreet zijn vastgelegd, en dat ze misschien ook zouden kunnen worden afgestemd op de huidige lijst van de knelpuntberoepen die beschikbaar is bij de Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding (VDAB). Dan denk ik bijvoorbeeld aan lassen, aan de bouw. Die vallen niet onder de knelpuntberoepen binnen het decreet, maar staan wel in de knelpuntberoepenlijst van VDAB. Als die zouden worden afgestemd op elkaar, dan is dat goed.
Daarnaast geeft u ook aan dat er een compensatie is boven op de decretale. Dan denk ik dat het echt wel nodig is dat daar toch nog aan wordt gesleuteld. Ik geef een voorbeeld. We hebben het al een aantal keren gehad over de coronacrisis. Het lijkt me duidelijk dat er in de zorgsector zeker nood is aan meer handen aan het bed. We moeten op die manier zo maximaal mogelijk mensen inzetten in die zorgsector. We zien dan dat er voor de algemene personenzorg, dus de opleiding zorgkundige, een groei van 27 procent is. Dat staat in tegenstelling tot de daling met 13 procent in het algemeen. U weet dat er binnen het decreet ook een groeibeperking bestaat, van 0,8 procent. Als we dan zien wat de groei zou betekenen, dan komen we uit op 18 voltijdequivalenten. De groeibeperking zorgt er eigenlijk voor dat men maar 1,4 vte’s extra krijgt, dus 17 minder dan waar men eigenlijk recht op heeft. Ik denk persoonlijk dat we in tijden van corona, van gezondheidscrisis, net voor die mensen in de algemene personenzorg, in de zorgopleidingen, alles moeten doen zodat ze maximaal kunnen worden omkaderd om de beste opleiding te krijgen. Ik zou dus willen vragen dat men zeker voor die opleiding in de personenzorg die groeibeperking loslaat.
Daarnaast heb ik nog een tweede, heel specifieke vraag over de NT2-opleiding. Het gaat over de mensen die niet zijn geslaagd. U geeft aan dat er genoeg maatregelen zijn geweest. Het was al bekend dat het online zou kunnen plaatsvinden. Ik denk echter dat u toch wat onderschat wat het effect is van online les volgen voor mensen die onze taal niet machtig zijn. Ik hoor u er heel vaak voor pleiten dat zo veel mogelijk mensen Nederlands moeten leren. Dan denk ik toch wel even te mogen vragen of u nog eens wilt overwegen om die mensen die niet zijn geslaagd, toch een tweede kans te geven, zodat ze niet opnieuw dat inschrijvingsgeld moeten betalen daarvoor. Ze zouden dus een soort tegemoetkoming krijgen wegens de impact van corona op het afstandsonderwijs. Dat moest plaatsvinden, er zijn een aantal mogelijkheden geweest, maar ik hoor wat dat betekent op het terrein: dat had zo’n grote impact dat we eigenlijk wel kunnen stellen dat het een effect heeft gehad op het slagen van die mensen.
De heer Danen heeft het woord.
Ik sluit me aan bij de vragen van collega Vandromme. Minister, u zegt vooral te willen inzetten op de opleidingen die het zwaarst zijn getroffen, en ook op de meest kwetsbare cursisten, vooral mensen die tweedekansonderwijs of NT2 volgen. Ik kijk uit naar het zevende coronadecreet en wat dat inhoudt. U zegt dat u extra hebt geïnvesteerd in NT2. Ik geloof dat heel graag. Ik denk dat u uw best daarvoor hebt gedaan. Ik hoor echter van lesgevers hier bij mij in de buurt dat men vaak die klas heeft moeten ontdubbelen. Dat zijn zaken die wel logisch zijn, maar dat zijn vaak cursisten zonder computer. Zij zijn de taal niet machtig. Ze hebben wel een smartphone waarop ze wat kunnen doen, maar u mag die praktische problemen echt niet onderschatten. Ik zeg niet dat u dat doet, maar bij die groep zijn die er echt wel.
Ik zou het inderdaad jammer vinden indien zij, als gevolg van het feit dat ze niet genoeg Nederlands spreken, want daar gaat het eigenlijk om en dat vinden we toch allemaal heel belangrijk, in functie van werk, in functie van inburgering, de volle pot of een verhoogd inschrijvingsgeld zouden moeten betalen als ze zich opnieuw moeten inschrijven. Dat is misschien 200 euro. Voor ons is dat misschien niet zo’n gigantisch bedrag, maar voor iemand die heel weinig of bijna niks heeft, is dat best wel duur. Ik zou u toch willen vragen om dat te heroverwegen. Kunt u niks voor hen doen, net zoals dat is gebeurd in de vorige periode? Ik zou daar echt op willen aandringen. De maatschappelijke voordelen zijn wat mij betreft immers heel groot, en de maatschappelijke kosten van dit te doen zijn eigenlijk relatief laag.
De andere vragen die mevrouw Vandromme heeft gesteld, wilde ik ook stellen, maar ik zal ze niet herhalen.
Minister Weyts heeft het woord.
Wat die regionale focus betreft, het kader is dat ik met een voorstel naar de Vlaamse Regering wil gaan om aanvullende punten en werkingsmiddelen toe te kennen aan de CVO’s om in te zetten voor een regioscan. Daarbij worden de lokale arbeidsmarktbehoeften verkend en in kaart gebracht, waarna men daarmee dan ook aan de slag gaat. Dat is, voor alle duidelijkheid, wat ik daaromtrent heb gezegd.
Wat uw bezorgdheid over de personenzorg betreft, die valt onder het structureel knelpuntenkarakter. Dat zit dus mee in mijn prioritering.
Wat dat inschrijvingsgeld betreft, daar zou ik mij nu wel voor hoeden. Ik denk dat je prioriteit kunt geven aan de instellingen in het kader van een compensatieregeling naar rato van de opleidingen die ze organiseren, maar iets anders, vind ik persoonlijk, is individuele voordelen geven aan bepaalde mensen die een bepaalde opleiding gaan volgen, dus ter zake op individueel niveau een onderscheid maken. Ik wil geen voorafnames doen op de gesprekken die nog lopen, maar dat zal misschien wel wat aanleiding geven tot wrevel: waarom wordt die wél vrijgesteld van dat inschrijvingsgeld terwijl iemand anders een voor zichzelf even relevante of essentiële opleiding volgde? Ik weet niet in welke mate dat aanleiding zal geven tot discussie en verdeeldheid. Als we budgettaire keuzes moeten maken, aangezien de middelen niet tot de hemel reiken, dan zou ik dus veeleer focussen op het anders benaderen van de instellingen naar rato van de opleidingen die zij aanbieden die aansluiten bij de grootste maatschappelijke noden.
Mevrouw Vandromme heeft het woord.
Minister, dank u wel voor de aanvulling. Mijnheer Danen, dank u voor de extra vragen. Minister, ik ga akkoord met de regioscan, maar ik denk dat het echt wel belangrijk is dat er zeker voor de zorgkundigen voldoende aandacht en compensatie is. Ik hoop dat u dat ook zeker meeneemt wat die knelpuntberoepen betreft. Wat voor mij bij die regionale scan ook belangrijk is, en dat staat ook in het regeerakkoord, is dat we ervoor zorgen dat het aanbod van het volwassenenonderwijs ook Vlaanderenbreed mogelijk en zeer nabij is. We weten dat Vlamingen eigenlijk nog wat extra inspanningen moeten doen qua zin in leren, maar we weten ook dat mensen graag opleidingen volgen als die nabij zijn. Vandaar mijn pleidooi om die witte vlekken die er dan nog zijn, ook zeker in te vullen.
Als u het hebt over de prioriteiten qua compensatie, dan snap ik enerzijds wel dat u dat op het niveau van de instellingen zou willen doen. Anderzijds kijk ik ook naar wat er is gebeurd binnen het hoger onderwijs, waar er qua leerkrediet ook een aanpassing op individueel niveau is geweest. Misschien moet er dus ook rekening worden gehouden met die mensen die dan eigenlijk als het ware het leerkrediet binnen het volwassenenonderwijs voor een stuk moeten afgeven of extra moeten betalen. Misschien is dat dan de oplossing, dat ze niet in een hogere schijf terechtkomen als ze niet geslaagd zijn, want dat is wel het geval voor NT2-leerlingen. Dat wou ik toch graag nog meegeven. Ik hoor immers de vraag en de verhalen, en die zijn toch wel schrijnend.
De vraag om uitleg is afgehandeld.