Verslag vergadering Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
Op Gedichtendag is het de gewoonte – het is natuurlijk geen verplichting – om onze tussenkomsten met een gedicht te beginnen. Het thema van Gedichtendag is dit jaar ‘Samen’. Het gedicht dat ik ga voorlezen, is ook getiteld ‘Samen’. Samen is iets wat je met mooi en warm zou associëren. De dichter die ik ga voorlezen was zelden mooi en warm en niet zo eenvoudig. Het is Jotie T’Hooft, een dichter uit mijn stad, Oudenaarde.
Samen
Moeder, gij hebt mij moeizaam uitgespuwd
En van elk jaar de harde striem verdragen
Want mijn waaien was niet gauw geluwd
Ik wou eerst in alle kieren klagen.
In uw hagelwit harnas gemetseld
Zijn wij samen door de tijd verwond
Die ons nimmer wilde dragen
En bittere lijnen kerfde rond de mond:
Of er een vrucht is van dat alles
Vraag ik mij niet langer af,
Maar ik probeer u te benaderen,
Nog even, voor het graf.
Een heel pijnlijk samenzijn.
Mevrouw Jans heeft het woord.
Voorzitter, het is met veel bescheidenheid dat ik hier een vraag kom stellen. Ik ben geen vaste gast in deze commissie.
Ik heb een kort gedichtje gekozen uit de bundel ‘Verzamelde liefde’ van Bart Moeyaert.
Hier
Als iemand mij laat kiezen
tussen de stippels
in mijn atlas van de hemel
of de leegte van dit witte blad papier,
zal niemand tijd verliezen:
er is geen plek waar ik
mijn adem liever heb dan hier.
Laat dat een ode zijn aan u allen, bij wie ik deze vraag om uitleg mag komen stellen.
Minister, er zijn de afgelopen jaren heel wat initiatieven genomen in het kader van de versterking van het mentale welzijn. Eerstelijnspsychologen zijn erbij gekomen, en nabije huisartsen. Er is gewerkt op de verbreding en uitbreiding van de aanbodzijde. Er werd en wordt nog intens ingezet op het laten afnemen van het taboe en het stigma dat nog altijd rust op thema’s als mentaal welzijn, psychologische problemen en veerkracht. Sinds de coronacrisis is het thema mentaal welzijn nog meer op de voorgrond gekomen en werden kansen gegrepen om hier meer op in te zetten. Binnen Welzijn kennen wij het actieplan ‘Zorgen voor morgen’, waarin een aantal acties gebundeld zijn. U werkt met het actieplan 'Generatie Veerkracht', dat specifiek gericht is op kinderen en jongeren.
Ik zie hier een aantal collega’s die ik soms tegenkom in de commissie Welzijn. Wij zouden hier nog ruim op kunnen doorgaan, maar ik ga mij beperken omdat ik het met u, minister, over iets specifiekers wil hebben.
De afgelopen maanden zijn heel wat mensen, bekende en minder bekende, naar buiten getreden met hun persoonlijke verhalen, twijfels, vragen en problemen, vaak via podcasts of sociale media. Influencers, mensen met veel volgers, spelen op dit vlak een niet te onderschatten rol. Via het jongerenplatform NokNok werd in september een project gelanceerd waarbij vijf influencers hun ervaringen rond mentaal welzijn deelden. Ook via Instagram en andere sociale media zien we dat zij het thema mentaal welzijn absoluut bespreekbaar maken. De positieve kant daarvan kan niet genoeg benadrukt worden. Het is mijn overtuiging dat het delen van die verhalen door mensen waar, hoe je het ook draait of keert, vele anderen naar opkijken of er dan toch met meer dan gewone interesse naar luisteren en kijken, het taboe rond mentale problemen voor een groot stuk niet alleen kan wegnemen maar misschien ook een helende werking kan hebben. Het leert mensen dat ze niet alleen staan en het sterkt hen in de overtuiging dat ook zij zware tegenslagen kunnen verwerken zonder daarvoor noodzakelijk professionele hulp in te roepen.
Maar recent bereiken ons meer signalen van influencers, in de breedst mogelijke zin van het woord, die op basis van het succes van hun podcasts of op basis van hun eigen ervaringen ook heel gericht advies en hulp bieden aan anderen. Recent kwamen de oprichters van het platform Onbespreekbaar in opspraak omdat zij ook persoonlijk advies zouden willen aanbieden en dat tegen betaling. Ook op TikTok bereiken ons signalen en voorbeelden van influencers, en soms gamers, die tegen betaling sessies rond mentaal welzijn aanbieden.
Het spreekt voor zich dat daar reacties op komen. Een ervan is die van de heer Engelhardt, de voorzitter van de Vlaamse Vereniging Klinisch Psychologen. Hij wijst, mijns inziens terecht, op de nodige risico’s die er zijn wanneer je zaken bespreekbaar maakt en aankaart en mensen actief gaat benaderen, maar niet over de nodige kennis en vaardigheden beschikt die in dat soort situaties absoluut voorhanden dienen te zijn. Een thema bespreekbaar maken is één zaak, en een heel positieve zaak, maar gericht aan advisering en psychologische hulpverlening doen, is van een heel andere orde en blijft natuurlijk het best voorbehouden voor diegenen die daarvoor de nodige opleiding hebben genoten.
Minister, ik heb u eerder al vragen mogen stellen over de mediarichtlijnen rond zelfdoding en welke mogelijkheden er daar zijn om ervoor te zorgen dat mensen met een bijzonder groot bereik weloverwogen communiceren rond zelfdoding en aanverwante thema’s. Die vraag zou ik vandaag willen uitbreiden naar dit thema, waarbij we zien dat influencers en mensen met een groot bereik gericht aan psychologische hulpverlening gaan doen tegen betaling.
Bent u zich bewust van de problematiek? Plant u stappen te ondernemen om te vermijden dat influencers zich tegen betaling richten tot jongeren met persoonlijke adviezen en hulpverlening, zonder daarvoor de nodige opleiding te hebben genoten? Ziet u hier bijvoorbeeld een rol weggelegd in de gedragscode die u plant uit te werken?
Minister Dalle heeft het woord.
Collega Jans, bedankt voor uw vraag. Vooraleer erop te antwoorden, zou ik graag een gedichtje voordragen. Het is hier niet alleen de commissie Media, maar ook de commissie Jeugd. En dit gedicht is geschreven door Noa Vandriessche, 6e Latijn - Moderne Talen in het Atheneum van Gentbrugge. Het is het winnende gedicht van haar school.
Een nieuwe start
Een donker eenzaam strand
geen lichtje te bespeuren.
Onze voeten in het zand
omringd door zoute geuren.
De golven razen voor ons uit
zo wild als ze maar komen.
Enkel wij twee staren voor ons uit
het is net alsof we dromen.
Een eenzaam jaar achter de rug
we zijn allemaal wat verloren.
Toch hadden wij het mooi geluk
dat wij twee samen horen.
En nu is er een nieuwe start
een jaar vol hoop in zicht.
En ook hoop ik met heel mijn hart
op een prachtig jaar vol licht.
Misschien brengt het jaar weer wat
donker, angst en pijn.
Maar vechten, wij kunnen dat
zolang wij maar samen zijn.
Een donker eenzaam strand
geen lichtje te bespeuren.
Twee geliefden hand in hand
en niets kan hen gebeuren.
Voilà, tot daar Noa Vandriessche, 17 jaar. Ik vond het wel mooi.
Dan kom ik tot uw vraag, collega Jans. Vooraleer in te gaan op deze case, die vorige week inderdaad ook is belicht in de krant, wil ik zeggen dat ik heel erg positief ben over een aantal initiatieven die recent werden genomen rond mentaal welzijn, niet alleen vanuit de Vlaamse overheid, maar zeker ook van de kant van influencers, van jonge mensen op sociale media, of het nu TikTok, Instagram of YouTube is – Facebook, daar spreken alleen boomers nog over. Ik ben heel optimistisch over die initiatieven. Het is goed dat die initiatieven het taboe rond mentaal welzijn met succes proberen te doorbreken.
Wat psychologische ondersteuning in de strikte zin van het woord betreft, is het natuurlijk absoluut noodzakelijk dat dat is voorbehouden voor mensen die daarvoor gekwalificeerd zijn, die beschikken over de juiste kennis en ervaring om met die thematiek om te gaan. U verwees al naar Patrick Engelhardt, de voorzitter van de Vlaamse Vereniging Klinisch Psychologen, die in een artikel in De Standaard heel duidelijk heeft aangegeven dat als je niet over die kennis beschikt, het gevaar bestaat dat je dingen kunt verergeren, zeker als je het uitoefent in de vorm van een soort pseudopsychologisch consult. En dat moet natuurlijk te allen tijde vermeden worden.
Maar in hetzelfde artikel heb ik ook gelezen dat de oprichters van Onbespreekbaar verklaard hebben dat het idee van betalende sessies ongepast en naïef was en dat er uiteindelijk ook geen enkele betalende sessie heeft plaatsgevonden. Ik denk dat dat een goede zaak is.
Het is natuurlijk zeer belangrijk dat er duidelijk gecommuniceerd wordt, zowel naar de influencers als naar de burgers, dat influencers niet geschikt zijn om echt psychologisch advies te verlenen, al dan niet tegen betaling. Dit is dan ook een problematiek die zeker geïntegreerd zal worden in de gedragscode voor influencers die ik aan het voorbereiden ben. Al zijn we nog aan het nadenken over die term, want ‘code of conduct’ is niet echt het idee. Dat geeft zeer sterk de indruk dat we nieuwe regels gaan opleggen, dat we aan influencers zullen zeggen hoe ze zich moeten gedragen. Het idee is eerder om richtsnoeren aan te leveren rond bepaalde belangrijke thema’s die van nut kunnen zijn voor mensen die actief zijn op die sociale media en veel volgers hebben. Er zal in de gedragscode ook aandacht gaan naar de manier waarop influencers kunnen omgaan met volgers die hen contacteren inzake psychische gezondheidsproblemen, en ook over financiële vergoedingen.
Ik heb de afgelopen weken en maanden heel wat contacten gehad die me ervan overtuigen dat influencers daar echt mee bezig zijn, dat ze daar ook een positieve rol in willen spelen en dat ze ook zoekende zijn naar ondersteuning op dat vlak. Collega Jans, u hebt in het verleden inderdaad al vragen gesteld over de problematiek van zelfdoding in het kader van hoe influencers daarmee omgaan. Ik kreeg net nog een bericht binnen van een recent geval van een influencer. Er is vandaag een influencer uit Sicilië beschuldigd van het aanzetten tot zelfmoord na de dood van een tienjarig meisje. Enfin, dat circuleerde vandaag, om maar aan te geven dat het zeer actueel is. Ik denk dat uw vraag was naar aanleiding van die mevrouw in Denemarken, die zelfdoding op een positieve manier in het licht gebracht had en op die manier geen dienst had bewezen aan degenen die daar bezig zijn rond preventie.
Maar ook in Vlaanderen is dit brandend actueel. Ik heb recent twee contacten gehad die in dat verband vermeldenswaardig zijn. Recent is Flo Windey hier gepasseerd, die actief is op Studio Brussel. Zij zei me dat ze effectief een geval heeft gehad van een jonge man die haar contacteerde via ‘direct message’ en zei dat hij op het punt stond om zich van het leven te beroven en vroeg wat hij kon doen. Zij heeft toen naar de Zelfmoordlijn gezocht, wat de tips zijn en wat je op zo’n moment moet doen. Ik ben er dus van overtuigd dat daar heel veel engagement is.
Vorige week ben ik naar Blankenberge geweest om kennis te maken met Nathan Vandergunst, die beter gekend is als Acid en een van de Jamiesprijzen gekregen heeft, onder meer de publieksprijs voor beste contentmaker. Sommigen kennen hem misschien nog niet, maar de meesten kennen hem wel, denk ik, als iemand die een speciaal taaltje spreekt, die soms wat vuilgebekt is. Het viel mij op hoe geëngageerd hij is rond het thema van mentaal welzijn, hoe sterk hij daarmee bezig is en zich ervoor wil inzetten. Hij zei dat zo’n gedragscode met tips zeker zinvol zou zijn. Iedereen wil daar eigenlijk mee zijn schouders onder zetten. Het is goed dat we daarover in de commissie Jeugd en Media regelmatig van gedachten wisselen, vooral om te zien welke thema’s belangrijk zijn om daarin aan te brengen. Psychisch welzijn zal daar zeker een heel centrale rol in spelen.
Mevrouw Jans heeft het woord.
Minister, dank u voor uw helder antwoord. Ik wil zoals u beklemtonen dat het in eerste instantie een positieve trend en een positieve zaak is dat steeds meer mensen met een groot bereik heel open en weloverwogen spreken over psychische kwetsbaarheid in de breedst mogelijke zin van het woord. Ik ben daarnaast ook bijzonder opgetogen met het zeer duidelijke standpunt dat u inneemt dat psychologische hulpverlening daar contraproductief kan werken en dat er daarvoor mensen moeten zijn met de nodige expertise, die de nodige opleiding genoten hebben, en dat u dat ook duidelijk wilt communiceren.
Ik deel met u ook het aanvoelen of de mening dat we een ‘code of conduct’, een gedragscode of hoe het uiteindelijk mag heten, moeten ontwikkelen om die mensen handvatten te geven zodat zij zaken waarmee zij worden geconfronteerd, beter kunnen aanpakken. Op sociale media hebben zij een bijzonder groot bereik, maar dan worden ze ook voor heel veel zaken aangesproken en geconsulteerd, en worden ze influencers.
Ik ben ervan overtuigd dat we inderdaad niet moeten kijken aan welke regels of verplichtingen we hen onderhevig kunnen maken, want dat zal niet werken, maar wel naar welke informatie we hun kunnen geven om hen te ondersteunen. Ik weet dat ze daarvoor open staan. Ik denk dat we daar echt een meerwaarde kunnen bieden. We hebben daar in deze commissie en in de commissie Welzijn al aandacht voor gevraagd, en ik denk dat er echt wel een potentieel ligt in het uitwerken van die gedragscode.
Minister, heb u zich op de timing en de verdere aanpak? Hoe wilt u hiermee aan de slag gaan?
U hebt het over doorverwijzing. De mensen van het platform Onbepreekbaar uit het concrete voorbeeld hebben meteen aangegeven dat dat niet hun bedoeling was en dat ze daar ook mee gestopt zijn. Maar het is inderdaad wel zo dat veel influencers veel vragen krijgen en geconfronteerd worden met soms acute crisissituaties. In die gevallen is het goed dat kan worden doorverwezen naar hulplijnen, maatregelen, crisiscentra.
Tot slot moet ik zeggen dat ik nooit heb gehoord van Nathan Vandergunst, maar van Acid des te meer. Ik ben blij dat u zegt dat ook hij een heel grote affiniteit heeft met bijvoorbeeld mentaal welbevinden. Het is goed om te horen dat hij een grote invloed heeft op veel jongeren. Ik heb hem hier al eens bezig gehoord en toen had ik daar een ander aanvoelen bij. Ik zal de zaken in de toekomst wat soepeler bekijken.
Mevrouw Segers heeft het woord.
Collega Jans, ik dank u voor de vraag. Minister, ik dank u voor het enthousiasme dat ik hoor in uw antwoord om effectief werk te maken van een gedragscode. Vanuit mijn fractie kan ik dat alleen maar toejuichen. Ik denk dat dit echt nodig is. Als we vandaag jongeren willen bereiken, dan moet dat ook via die influencers. Mediawijsheid blijft natuurlijk de kern, maar ook die influencers mediawijs maken, is minstens even essentieel.
Mevrouw Jans, ik had de video van Acid gezien waarin hij bijzonder smalend deed over uw initiatief. Het is goed dat u gewoon op hem bent afgestapt en hebt geprobeerd om hem te overtuigen. Ik hoop en heb de indruk dat dat gelukt is. Mijn indruk was ook wel compleet anders. Het is heel goed dat u hem nu meehebt. We moeten dat soort influencers meekrijgen in het verhaal.
Minister, collega Jans vroeg al naar het plan van aanpak en de timing. Ik wil ook vragen hoe we de mindere goden dan Acid en CEMI in Vlaanderen mee zullen krijgen in uw verhaal over die ‘code of conduct’. Hoe zult u niet alleen die grote YouTubers maar ook zij die minder volgers hebben op Instagram meekrijgen in uw verhaal? Want dat lijkt me minstens even belangrijk.
De heer Brusselmans heeft het woord.
Als u me toestaat, zal ik beginnen met een gedicht, want ik heb er nog geen voorgelezen.
Absoluut.
Ik heb een gedicht bij me van Karel De Winter, dat is een dichter uit de vorige eeuw, eigenlijk meer een kapper dan een dichter, wat vandaag ook redelijk toepasselijk is, en die zelfs nog het haar van Felix Timmermans heeft geknipt. Hij scheef het gedicht ‘Jeugd en tijd’, dat ik zal voorlezen.
Er zit eigenlijk een dubbele betekenis in. Het bevestigt enerzijds het stereotiep van oudere, volwassen mensen die over de jeugd zeggen: ‘Ge moet niet klagen want ge hebt het nooit zo erg gehad als wij.’ Dat zien we vandaag ook. Maar langs de andere kant – en dat is ook toepasselijk – zit er ook een boodschap van weerbaarheid in. Afhankelijk van de mindset die je hebt, kun je het gedicht anders lezen.
Jeugd en tijd
Ik kan de jongren niet ter wille zijn,
hoewel 'k hen edelmoedig wil begrijpen,
dat 't leven niet steeds hoepelt naar hun pijpen,
of kostbaar kleinood is in fulpen schrijn.
Het leven doet geen water in zijn wijn,
en kan soms onverbidlijk slaan en nijpen;
maar daarom zachtjes er van onder knijpen,
is onverantwoord en redt nog geen schijn.
Ge spreekt van strijd: die hebt ge nooit gekend,
ge zijt blasé, verzieklijkt en verwend,
en gaat meesmuilend bij de pakken zitten,
raast over doelloos- en gespletenheid;
elk era biedt in 't bolster van zijn tijd,
een rijke oogst van smakelijke pitten…
De vraag om uitleg is een zeer interessante vraag. Minister, u bent zeer positief. U zegt dat veel van die influencers vandaag bezig zijn met dat mentaal welzijn. Dat klopt wel, maar ik vraag mij toch ook soms af hoe oprecht dat allemaal is. Het is ook hip en trendy om daarmee om te springen. Die mensen kunnen daar ook voordeel uit halen, in de vorm van meer volgers of van financiële opbrengsten. Natuurlijk zullen de meesten dat doen vanuit goede beweegredenen. Daar bestaat geen twijfel over, maar we mogen daar toch ook niet naïef in zijn.
Ik ben blij dat het voorbeeld van Acid hier wordt aangehaald. Wat een gekke tijd eigenlijk! Mocht u mij twee jaar geleden hebben gezegd dat ik hier met mevrouw Segers een discussie tussen CEMI en Acid zou becommentariëren, ik zou gezegd hebben dat dat even onwaarschijnlijk is als dat ik voor de PVDA zou opkomen. Maar kijk, het kan blijkbaar.
Minister, mag ik u eraan herinneren dat u met het idee van de gedragscode bent gekomen, of dat u dat toch in de verf hebt gezet naar aanleiding van die discussie tussen CEMI en Acid voorbije zomer. Het is inderdaad zoals mevrouw Segers zegt: herbekijk die filmpjes eens. Als dat straks het boegbeeld moet worden van mentaal welzijn bij de jeugd, dan denk ik dat dat een weg is die we niet mogen inslaan. Ik vind die gedragscode op zich wel iets positiefs, als het geen strenge richtlijn wordt. Ik ben blij dat u dat zelf aanhaalt. Het moet een hulplijn zijn voor influencers die te maken krijgen met bepaalde gevallen waarbij ze niet goed weten hoe daarmee om te gaan. Dan moeten ze daarnaar kunnen teruggrijpen. Maar dat mag absoluut geen dwingend instrument worden.
Mijn bijvraag is dezelfde als die van collega Jans: hoe zit het met de timing?
Mevrouw Perdaens heeft het woord.
Ik wil het thema van de Gedichtenweek linken met de vraag. Ik heb gekozen voor ‘Samen’ van Vera Limpens.
Zal ik je helpen?
Je voelt je zo alleen
Geef me jouw hand maar
We komen er wel doorheen
Je hoeft niks te zeggen
Je bent niks verplicht
Ik wil er gewoon zijn
Zodat het jou verlicht
Dan draag ik ook een stukje
En delen we de pijn
Dat gaat samen veel beter
Je hoeft niet alleen te zijn.
Dit gedicht geeft heel goed de gedachte weer achter de insteek van de mensen van Onbespreekbaar. We zijn het er allemaal over eens dat het een nobele gedachte is om te luisteren naar mentale problemen, die zeker in coronatijd zo welig tieren. Ik ben het eens met de collega’s dat het idee voor betalend advies, dat uiteindelijk gelukkig ook niet plaatsvond, achteraf gezien niet gepast is. Het is niet omdat je een thema bespreekbaar maakt dat je de meest geschikte persoon bent om die besprekingen te runnen. Ik ben blij dat ervoor gewaarschuwd werd dat je daarvoor een erkend psycholoog moet zijn. Daar bestaat natuurlijk op het gepaste niveau ook wetgeving over. Dat is belangrijk. Overmatig reglementeren zal platformen zoals BloomUp, die door online enkele vragen van jongeren te beantwoorden matchen met erkende psychologen of psychotherapeuten, in gevaar brengen. Ik zou ook niet willen overreglementeren. Al moeten we er ons wel heel bewust van zijn wat er gaande is. Dat doorverwijzen is essentieel.
Het belang van het bespreken van dat soort hulplijnen, zoals 1712 en 1813, kan niet onderschat worden. Minister, ik heb u hier op 7 januari 2020 gevraagd om dit mee op te nemen in de gedragscode waaraan u werkte. U had de dag nadien een gesprek met influencers. Hoe is dat gesprek verlopen? Hoe staat het met die doorverwijzingen en het mee opnemen van dergelijke kanalen in uw eigen communicatie?
Zo’n gedragscode is natuurlijk niet afdwingbaar. Dat is ook zeer begrijpelijk. Maar zeker gezien het soort tips dat er nu in zal terechtkomen, door de evolutie die we nu zien, is het heel belangrijk dat dat zo breed mogelijk beschikbaar wordt gesteld. Zo kun je die grote namen ondersteunen, maar verder ook om het even wie die via die kanalen streamt of contact zoekt met mensen. Kan dat daar mee in worden opgenomen?
De heer Coenegrachts heeft het woord.
Ik merk bij de collega’s heel veel consensus bij dit thema: de nood aan een ‘code of conduct’. Ik wil mij daarbij aansluiten. Dat kan nuttig zijn. Maar de vraag zal wel zijn wat een influencer is. Hoe bereik je dan iedereen? Hoe bereik je mindere goden? Wie is influencer? Kijk je naar diegenen die heel veel volgers hebben? Zet je daar een kap op? Kijk je naar hun boodschappen? Hoe detecteer je die dan? Wie doet dat? Wordt dat daarna opgevolgd? Het is een vrijblijvend of vrijwillig engagement dat men neemt. Maar niet iedereen ziet zichzelf als een influencer of wil zichzelf dat stempel geven. Dat blijft toch wel de moeilijkheid, hoe je gaat bepalen wie op de sociale media onder die code of conduct opereert of niet en wie zich daarin inschrijft en hoe je die mensen dan detecteert en bereikt.
Minister Dalle heeft het woord.
Dank u wel voor de bijkomende opmerkingen en vragen.
Ik start met de timing. Ik heb een tweetal weken geleden voor de eerste keer een aantal influencers samengebracht. We zijn daar al lang mee bezig. We hebben daar al heel veel gesprekken over gevoerd. De zogenaamde YouTube-oorlog tussen CEMI en Acid was een aanleiding voor de communicatie daarover, maar niet voor deze gedragscode. Collega Brusselmans, ik heb daar nooit een kant in willen kiezen of daarin tussenkomen. Dat is niet mijn taak. Dat was trouwens ook de vraag van de betrokkene, Nathan Vandergunst. … (onverstaanbaar) … Dat is dus niet het geval. Het is veel breder dan dat. Het feit dat hij zegt dat hij dat soort thema’s belangrijk vindt, stemt mij hoopvol. Of hij het boegbeeld moet worden van een ‘code of conduct’, mocht hij dat al zelf willen, weet ik niet.
We hebben dat eerste gesprek gehad en het is de bedoeling daar het komende jaar hard op te blijven werken. Ik ga mij niet vastpinnen op een timing. Dat thema is al een hele tijd relevant. De laatste tien jaar heeft het alleen maar aan relevantie gewonnen. Ik verwacht dat het de komende jaren nog belangrijker zal worden. Ik wil dit jaar wel grote vooruitgang boeken met die ‘code of conduct’. Ik wil daarmee zo ver mogelijk raken. Zo ver mogelijk in het praten met die mensen, maar ook in het aanhalen van thema’s en het bekijken welke thema’s … (onverstaanbaar). We gaan dat doen met relevante partners. Collega Jans, u stelde de vraag over zelfdoding. Daar is dat … (onverstaanbaar).
Ik denk dat we in Vlaanderen de opportuniteit hebben dat we niet alleen een aantal heel succesvolle influencers hebben, maar dat er ook relevante instellingen zijn en kenniscentra die toonaangevend zijn op mondiaal vlak en die dus bijstand kunnen leveren bij het totstandkomen van de inhoud van die richtlijnen en tips. Denk aan thema’s als zelfdoding, denk aan donkere gedachten, denk aan andere mentale problemen. Maar regels rond marketing en reclame moeten daarin evengoed een plaats krijgen.
Wie gaan we daarbij betrekken? Het probleem is natuurlijk dat we geen strategische adviesraad voor influencers hebben. Het is per definitie een groep van mensen, individuen, soms kleine groepjes, soms vrienden van elkaar, soms kennissen, soms netwerken, die zich niet laten verenigen in een belangenorganisatie. Het zijn geen grote bedrijven. Er zijn soms agencies bij betrokken, vaak zelfs. Er wordt wel degelijk geld mee verdiend. Maar het heeft een andere structuur dan onze klassieke sectoren en bedrijven. Dat maakt het zeer uitdagend om met hen een dialoog aan te gaan.
Ik heb een eerste gesprek gehad met een aantal random gekozen influencers van verschillende gesternte, gaande van CEMI over een mob influencer tot minder gekende influencers. Dat was dus heel divers.
Hoe definieer je nu een influencer? Deze gedragscode en richtlijnen kunnen zinvol zijn voor iedereen die zich op sociale media beweegt: voor u en mij ook, maar zeker voor wie een groot bereik heeft. Hoe groter het bereik, hoe groter de impact, hoe groter de verantwoordelijkheid. Iedereen die op sociale media komt, kan er baat bij hebben om rond bepaalde thema’s ondersteuning te hebben in de vorm van tips and tricks, in de vorm van aanbevelingen. Het is inderdaad de bedoeling om dat resultaat vervolgens breed beschikbaar te maken, om ervoor te zorgen dat het goed gekend is, in de hoop dat het nageleefd wordt. Niet om daar de politie op af te sturen en boetes op te leggen, maar wel omdat we denken dat dit hen kan helpen in hun opdracht – ‘opdracht’ is een raar woord, toch in elk geval in de maatschappelijke verantwoordelijkheid die ze hebben door hun grote impact.
Collega Perdaens, u vroeg naar het resultaat van mijn eerste meeting. Het was een eerste gedachtewisseling. Er kwamen een aantal thema’s naar voren die zeker behandeld moeten worden, die hier ook al kort aan bod zijn gekomen. Er was bij alle betrokkenen een grote bereidheid om mee na te denken over een dergelijke ‘code of conduct’ en daar mee de schouders onder te zetten.
Mevrouw Jans heeft het woord.
Minister, ik wil u bedanken voor uw zeer hands-onaanpak in dit thema en voor de gedrevenheid waarmee u aan de slag gaat, om aan de ene kant het positieve te vrijwaren en aan de andere kant ervoor te zorgen dat psychologische hulpverlening wordt overgelaten aan diegenen die daarvoor opgeleid zijn en de nodige expertise hebben.
Voorts is het zo dat dat hele onlinegebeuren, de nieuwe media, een ontzettend moeilijk grijpbare nieuwe trend is. Daarom begrijp ik u, minister, dat u niet wilt zeggen dat u met een advies gaat komen en dan met een adviesraad en dat u zich niet op een timing wilt vastpinnen. Het is belangrijk om daar samen over na te denken en om daar samen aan te werken. Ik merk daar de nodige gedragenheid en een goede wil.
Het is ook mijn overtuiging dat de tips and tricks handig en zinvol zijn voor de influencers die je moeilijk kunt vatten. Vandaag ben je online heel erg hot en morgen absoluut not. Dat is misschien het enige wat ze gemeen hebben met de politiek. De tips and tricks zijn voor de influencers absoluut relevant en zinvol, net als voor eender wie die zich op de sociale media begeeft. Met ons kenniscentrum Mediawijsheid hebben we alvast een heel belangrijke sterke partner.
Ik ben bereid om samen met de mensen in deze commissie daarover verder na te denken.
De vraag om uitleg is afgehandeld.