Verslag vergadering Commissie voor Buitenlands Beleid, Europese Aangelegenheden, Internationale Samenwerking en Toerisme
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
De heer Nachtergaele heeft het woord.
Voorzitter, sinds 2006 fungeert het Vlaams-Europees Verbindingsagentschap (VLEVA) als een brug tussen enerzijds de Europese overheid en anderzijds de Vlaamse lokale besturen en het middenveld. We hebben de voorbije jaren gezien dat de EU een steeds belangrijkere rol in ons dagelijks leven speelt. Toenmalig minister-president en minister van Buitenlandse Aangelegenheden Bourgeois wilde hierop inspelen door een agentschap op te richten dat met op maat gemaakte informatie als een doorgeefluik tussen de verschillende bestuursniveaus zou fungeren.
De lokale besturen zijn immers een belangrijke doelgroep voor VLEVA, want voor hen is het Europees bestuursniveau vaak een ver-van-mijn-bedshow en zijn er vaak onvoldoende middelen om belangrijke beleidsplannen en subsidiekanalen op te volgen. Zo lopen de lokale besturen in Vlaanderen opportuniteiten mis met betrekking tot de subsidiëring van belangrijke lokale projecten. VLEVA speelt een speciale rol om de Europese beslissingen naar het lokale bestuursniveau door te geven, maar ook om de lokale inzichten naar de EU over te brengen.
Tijdens de gedachtewisseling in januari 2020 heb ik de aandacht van VLEVA al op de lokale besturen gericht. Hoewel de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG) actief deelneemt aan de activiteiten van VLEVA, bleek de informatiedoorstroming naar de steden en de gemeenten vaak te gering. Ik heb toen dan ook gevraagd om in de toekomst rekening te houden met de rechtstreekse communicatie met de lokale besturen.
Minister-president, op welke manier informeert, sensibiliseert en begeleidt VLEVA momenteel onze lokale besturen in Vlaanderen? Hoe analyseert u de huidige inspanningen van VLEVA ten aanzien van de lokale besturen? Welke concrete plannen heeft VLEVA om in de toekomst nog meer in te zetten op de informatiedoorstroming en op de begeleiding van lokale besturen?
Minister-president Jambon heeft het woord.
Voorzitter, ik benadruk graag dat VLEVA niet de enige relevante actor is om de brug tussen de EU en de lokale besturen te maken. Het Departement Kanselarij, Bestuur, Buitenlandse Zaken en Justitie betrekt de VVSG bij de beleidsontwikkeling. Het belanghebbendenmanagement van het departement informeert de VVSG. De Algemene Afvaardiging van de Vlaamse Regering in de Permanente Vertegenwoordiging van België bij de EU vervult ook een belangrijke opdracht. De adjunct-diplomatieke vertegenwoordiger neemt als expert deel aan de bestuurlijke commissie Gemeente in de wereld/Europa van de VVSG, die uit een aantal burgemeesters, schepenen en experts is samengesteld.
VLEVA stelt zich tot doel te zorgen voor een optimale betrokkenheid van de Vlaamse lokale overheden, het Vlaamse middenveld, en bij uitbreiding het Vlaamse publiek, bij het Europese gebeuren. De activiteiten van VLEVA moeten bijdragen tot de Vlaamse beleidsbeïnvloeding van de Europese agenda. Ze hebben als doeleinde netwerking, informatiedoorstroming, detectie en signalering van relevante Europese ontwikkelingen en financieringsmogelijkheden, sensibilisering van het grote publiek met betrekking tot de EU en de promotie van Vlaanderen in de EU.
De werking van VLEVA is gebaseerd op de Europese beleidsprioriteiten en de behoeften van de leden, waaronder de VVSG en de Vereniging van de Vlaamse Provincies (VVP). VLEVA informeert, sensibiliseert en ondersteunt de VVSG en het VVP met betrekking tot de Europese belangen van hun leden, met name de lokale overheden. Dat gebeurt langs verschillende kanalen. Door het jaarlijks operationeel plan van VLEVA op te maken, bepalen de VVSG en de VVP mee de agenda van VLEVA. De VVSG en de VVP geven aan welke acties, zoals monitoring, infosessies, bilateraal overleg en dergelijke, met betrekking tot welke Europese dossiers moeten worden genomen.
Verder is de loketfunctie beschikbaar voor de lokale besturen. Die loketfunctie is de eerstelijnsdienstverlening in verband met alle beschikbare Europese financieringsmogelijkheden in Vlaanderen. Daarnaast zijn geregeld presentaties op maat van de lokale besturen over de Europese subsidiemogelijkheden gegeven. De lokale besturen kunnen ook bij VLEVA terecht voor een zogenaamde scan van hun lokale beleidsplannen in het licht van de Europese financieringsmogelijkheden.
Verder verzorgt VLEVA de informatiedoorstroming over de relevante Europese beleidsontwikkelingen en subsidiemogelijkheden naar de VVSG en de VVP, die deze informatie op hun beurt verder verspreiden. Die informatie kan in de reflectiegroep Europa van de centrumsteden en in de ambtelijke adviescommissie Europa van de VVP ook rechtstreeks naar de lokale besturen gaan. Geregeld worden specifieke decentrale acties op het lokale bestuursniveau georganiseerd, zoals het evenement ‘GebEUrtenissen’ dat in november 2020 in samenwerking met het Informatiepunt Europa Direct (IED) van Oost-Vlaanderen is georganiseerd en dat is ingegaan op de werking van de EU en de huidige uitdagingen die hiermee gepaard gaan. VLEVA organiseert jaarlijks ook een lunch met burgemeesters van centrumsteden en Vlaamse leden van het Europees Parlement om het belang van het lokaal niveau onder hun aandacht te brengen.
Waar de samenwerking tussen VLEVA en lokale besturen nog hechter is en de informatie-uitwisseling nog meer op maat gebeurt, is binnen het lokale partnerschap met de provincie Limburg. VLEVA lanceerde dit eind 2019 in het kader van een proefproject. Naast een nulmeting, de opzet van een kerngroep en een platform, de opmaak van een operationeel plan en de maandelijkse publicatie van een nieuwsbrief, begeleidt de provinciale liaison lokale besturen onder andere wat betreft Europese subsidies.
Met de combinatie van al deze activiteiten wil VLEVA de lokale besturen in Vlaanderen zo goed mogelijk informeren en ondersteunen, en wil het de brug vormen tussen de EU en de lokale overheden in Vlaanderen.
Ik vind het belangrijk dat VLEVA deze inspanningen blijft voortzetten. Het past ook binnen de opdrachten die VLEVA in dit verband kreeg in onze samenwerkingsovereenkomst. Ik kijk alvast uit naar de evaluatie van deze overeenkomst, waarvan de resultaten in het najaar worden verwacht. Op basis daarvan zullen we ook vormgeven aan de volgende samenwerkingsovereenkomst van 2022.
Dan ga ik in op de vraag over de concrete plannen voor de toekomst. VLEVA meldt mij dat de leden, waaronder de VVSG en de VVP, zeer tevreden zijn over de VLEVA-dienstverlening. Maar alles kan uiteraard steeds beter, zeker wat betreft de informatiedoorstroming naar de leden of doelgroepen van VLEVA-leden, waaronder de lokale besturen. Om die doorstroming te bevorderen, plant VLEVA – in afstemming en samenwerking met de VVSG en de VVP – de volgende concrete acties in de nabije toekomst: de publicatie en verspreiding van een specifieke EU-subsidiegids voor lokale besturen; de opmaak van fiches over Europese beleidsvoorstellen die specifiek gericht zijn op de impact op lokale besturen; de organisatie van een ‘Ronde van Vlaanderen’ waarbij in de verschillende provincies de subsidiemogelijkheden binnen de nieuwe programmaperiode worden voorgesteld; de inzet op diepgaande samenwerking met intercommunales en VLINTER; de voortzetting van het proefproject in Limburg, waarbij VLEVA ook graag samen met de VVP en de provincies bekijkt of en hoe een dergelijk initiatief ook in andere provincies opgezet kan worden. Een laatste actie is de verdieping van de VVSG-VLEVA-samenwerking middels de eventuele aanstelling van een pendelende liaison. Het doel hiervan is om de thematische werking van beide organisaties beter op elkaar af te stemmen en om informatiedoorstroming vanuit VLEVA optimaal af te stemmen op de noden van de VVSG en haar leden en op de instroom uit andere bronnen, zoals de Raad van Europese Gemeenten en Regio’s.
Dat is natuurlijk de input vanuit VLEVA. Mijnheer Nachtergaele, als ik u hoor, heerst er bij u als burgemeester ontevredenheid over de werking van VLEVA. Het benieuwt mij of dat al aangekaart werd bij de VVSG. Want de feedback die wij van de VVSG en de VVP krijgen, is dat de samenwerking met VLEVA optimaal is. Er is dus ‘ruis op de lijn’.
Dank u wel, minister-president, voor het signaleren van de ruis.
De heer Nachtergaele heeft het woord.
Minister-president, op een zwak moment heb ik me eens een abonnement gekocht voor een fitnessclub. Buiten het moment waarop ik het aangekocht heb, ben ik er niet meer geweest. Het heeft me 440 euro gekost. Sindsdien ben ik niet meer zo’n grote fan van fitnessclubs. Het is misschien wat bij de haren getrokken om hier de vergelijking te maken met de Europese Unie, maar het komt toch op hetzelfde neer. U zegt: er is ontevredenheid. Ik zou niet zeggen dat er ontevredenheid is bij ons, het is eerder: ‘onbekend is onbemind’. Ik heb het gevoel dat die Vlaamse steden en gemeenten niet altijd alle informatie doorkrijgen, waardoor er inderdaad nogal wat kansen misgelopen worden.
Maar ik begrijp uit uw antwoord dat VLEVA zinnens is om niet langer via de VVSG het doorgeefluik te zijn naar die steden en gemeenten, maar op een rechtstreekse manier wil communiceren met die lokale besturen. Dat kan ik alleen maar toejuichen. U spreekt over een subsidiegids, over een Ronde van Vlaanderen die wordt georganiseerd, over samenwerking met de intercommunales. Dat lijkt me een zeer goede manier om die gemeenten te bereiken. Dus als er al iets van ontevredenheid was, dan is die nu volledig weg, want ik merk dat VLEVA inderdaad wil inzetten op rechtstreekse communicatie naar de gemeenten. Dat stemt mij meer dan tevreden.
Mevrouw Talpe heeft het woord.
Ik wil me hierbij aansluiten, omdat ik bij de bespreking met VLEVA vorig jaar ook heb benadrukt hoe belangrijk die informatiedoorstroming naar de lokale besturen is. Herinner u de bevraging in Limburg, waar 88 procent aangaf eigenlijk niet te weten waar ze terecht moesten om informatie te verkrijgen over bepaalde Europese subsidies, over het beleid en dergelijke.
Ook voor de kleinere steden en gemeenten – want ik heb hier heel veel het woord ‘centrumstad’ horen vallen – is het belangrijk dat die informatie hen bereikt. Ik hoor over een jaarlijks etentje met de centrumsteden, maar ik zou de steden met centrumfunctie daar ook op uitnodigen. Wij kunnen die informatie zeker ook verder verspreiden.
Ik heb nog een vraag. Iedereen heeft heel wat vragen over de brexit, zeker in West-Vlaanderen. Ik weet niet in welke mate VLEVA een rol zal spelen in de communicatie naar de lokale besturen wat betreft mogelijkheden om in te spelen op een aantal openingen die daar worden geboden.
Minister-president Jambon heeft het woord.
Mevrouw Talpe, ik denk dat wij de informatielijn brexit naar de lokale besturen niet moeten verspreiden over te veel kanalen. Ik denk dat het departement Buitenlandse Zaken in staat is om, in contact met VLEVA en ook met onze vertegenwoordiging in Europa, over al die informatie te beschikken. Ik denk dat we het kanaal van de 1700-lijn, het kanaal dat bedrijven en particulieren nu al kennen, verder moeten gebruiken, en niet moeten wijzen op het kanaal van VLEVA. VLEVA is natuurlijk een informatiebron, ook voor ons, maar het is beter om mensen te informeren via de reeds bestaande en ontwikkelde kanalen.
De vraag om uitleg is afgehandeld.