Verslag vergadering Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media
Vraag om uitleg over het nieuwe cultuurkanaal 'Podium 19'
Vraag om uitleg over het nieuwe cultuurkanaal 'Podium 19'
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werden deze vragen om uitleg via videoconferentie behandeld.
Mevrouw Brouwers heeft het woord.
Minister-president, op de ministerraad van de Vlaamse Regering van 19 december kwam u toch wel met een mooi verrassingscadeau voor kunstminnend Vlaanderen. U hebt er zich met de Vlaamse Regering toe geëngageerd om 460.000 euro subsidie toe te kennen aan Brussels Philharmonic voor het allernieuwste project Podium 19. In samenwerking met de VRT, als mediapartner en coach, en met distributeurs als Proximus, richten de Vlaamse Kunstinstellingen – Concertgebouw Brugge, Vooruit, deSingel, Antwerp Symphony Orchestra, Opera Ballet Vlaanderen, Ancienne Belgique en Brussels Philharmonic – het tv-kanaal Podium 19 op. Op dat kanaal zullen wekelijks drie tot zes nieuwe of recente projecten te zien zijn die geïnitieerd zijn door een kunstenaar of kunstorganisatie in Vlaanderen.
Het project is inclusief. Alle kunstuitingen kunnen en zullen aan bod komen. En het richt zich op een zo breed mogelijk publiek. Via een lussysteem zullen de aangeleverde producties steeds zeven dagen op zeven gedurende minstens een week te zien zijn. Het kanaal zal de cultuursector een platform bieden waarop producties kunnen worden getoond die voorlopig niet in de zalen kunnen worden gebracht. Podium 19, zo lazen we nog in het perscommuniqué na de ministerraad, zal vanaf 21 januari gratis te bekijken zijn op VRT NU, Proximus en Telenet. Meer details en het volledige zendschema zouden nu ongeveer worden bekendgemaakt.
Ik heb pas enkele dagen later de nota aan de Vlaamse Regering kunnen lezen. En daarin stond nog dat het met Proximus al zeker in orde is, maar ook dat het project een samenwerking beoogt met Telenet. Ik hoop dat dat ondertussen ook zeker is. U zult daar vast meer over kunnen vertellen.
In een eerste fase zou het project lopen vanaf 10 januari, maar als ik het goed begrepen heb, zal er pas vanaf 21 januari uitgezonden worden. Het zou lopen tot 30 april. Er zouden vijftig à honderd nieuwe of recente podiumproducties gerealiseerd en getoond worden. Het project zal ook tussentijds geëvalueerd worden, om te kijken naar het potentieel en of het moet worden voortgezet. Ik neem aan dat dat ook zal afhangen van de verdere evolutie van de coronapandemie.
Ik moet zeggen dat ik zeer opgetogen was over deze extra injectie in de podiumkunsten. De zalen zijn toch alweer een tijdje gesloten. Zowel kunstenaars, podiumwerkers als het publiek missen de kunst op zich, maar die missen natuurlijk ook de unieke sfeer die er is in zalen bij voorstellingen, in theaterzalen. Het drankje, de ontmoeting in de foyer, dat is er nu ook allemaal niet. Dat keert natuurlijk niet meteen terug met een tv-uitzending. Maar eerlijk gezegd, ik zal het er wel bij dromen, ik kijk er persoonlijk echt naar uit, en ook onze fractie steunt uiteraard dit idee.
Maar ik heb toch wel wat vragen om zeker te zijn dat alles goed zal lopen. Ten eerste, waarom is het subsidiebedrag specifiek aan Brussels Philharmonic toegekend? Wat is dan net de rol van die andere kunstinstellingen in het project?
Kunnen kunstenaars of kunstenorganisaties zelf projecten gaan voorstellen en bij wie moet dat dan juist ingediend worden? Dat zal ondertussen wel al allemaal bezig zijn. Hoe loopt het dus precies? Wie zal de projecten die uitgezonden worden, dan selecteren?
We hebben op de VRT ook al een hele poos de Toots Sessies. De vraag is of dat aanbod ook apart gaat blijven bestaan. Ik had die vraag ook aan minister Dalle gesteld, maar ik neem aan dat u dat eventueel ook kunt beantwoorden. Of worden die Toots Sessies geïntegreerd in die cultuurzender?
Op welke begrotingspost wordt dit budget voorzien? Maar dat heb ik ondertussen ook wel teruggevonden in de nota aan de Vlaamse Regering.
Tot daar mijn vragen. In elk geval kijken we er fel naar uit.
De heer Pelckmans heeft het woord.
Ik kan de inleiding overslaan, met dank aan collega Brouwers. Ik ga meteen naar de vragen, zodat we wat meer tijd hebben. Die vragen zijn ongeveer wel wat dezelfde. Wij zijn eigenlijk ook positief over het verhaal, maar hebben ook wel wat bedenkingen, waarover straks meer.
De initiatiefnemer, de administratieve uitvoerder, is inderdaad Brussels Philharmonic. Maar hoe zit dat dan in de praktijk? Hoe verhoudt die zich ten opzichte van de andere organisaties? Wie is uiteindelijk dan de echte eindverantwoordelijke voor vorm en inhoud?
Op welke platformen gaat het nu echt uitgezonden worden? Dat was in het artikel nog niet duidelijk, maar intussen blijkbaar wel. En inderdaad, er is de verhouding met de VRT, enerzijds de Toots Sessies, maar toch ook wel de rol die Klara zich al heeft toegedicht. Hoe moeten we dat zien?
De financiering: uit welke begrotingspost het komt is mij nog niet duidelijk, maar blijkbaar voor mevrouw Brouwers wel. Is dat budget voor zo’n ambitieus programma ook groot genoeg? Ik kan me moeilijk voorstellen dat daar geen bijkomende budgetteringen voor nodig zijn. Waar komen die dan vandaan? Want ik neem aan, of ze nu … (onverstaanbaar) … kwaliteit moet zijn.
Heel belangrijk is dat zendschema. Wie bepaalt welke voorstellingen worden uitgezonden? Men zegt eigenlijk dat de werkgroep die het zendschema mee uitwerkt, zelf geen artistieke keuzes wil maken. Maar wie maakt ze dan wel? En volgens welk kader?
Een essentiële vraag is of dit nu het begin is van een langtermijnverhaal? De discussie over een cultuurzender is al jaren aan de gang. Ziet u hier kansen om bij een goede evaluatie van het experiment dat te continueren? Zo ja, in welke vorm dan?
Dank u voor de antwoorden. Ik weet ook dat we misschien nog een discussie met minister Dalle moeten hebben, zeker als het over de VRT gaat.
Mevrouw D’Hose heeft het woord.
Collega’s, ik zou jullie allen mijn beste wensen willen toewensen voor het nieuwe jaar, en vooral een goede gezondheid voor u allen. En in het kader van een goede gezondheid, collega Pelckmans, fijn dat u terug bent. Het doet mij plezier om u weer te zien.
Ik ga de vragen van de collega’s niet meer herhalen. Ik zou hierbij gewoon willen zeggen dat ik het initiatief zeer erg toejuich. Dank u wel daarvoor, minister-president. Hoe meer we kunnen smaken van cultuur, hoe beter, zelfs op deze manier.
Aanvullend vroeg ik mij gewoon nog af: de vragen naar het budget en zo zijn inderdaad al gesteld. De bedoeling is dat er meerdere partners hierop kunnen inspelen. Is het de bedoeling dat dan bijvoorbeeld ook de activiteitenpremie of voornamelijk projectsubsidies van organisaties hierop kunnen inhaken?
Voor de rest houd ik het vooral bij de zeer omstandige uitleg van mijn collega’s, waarvoor dank.
Minister-president Jambon heeft het woord.
Collega’s, dank u wel. Ik zal de drie vragen om uitleg zo veel mogelijk samen beantwoorden, aangezien ze allemaal in dezelfde richting gingen. Ik begin met een algemene toelichting, een algemene duiding bij het project.
Je kunt geen grotere open deur intrappen dan door te stellen dat de cultuursector zwaar wordt getroffen door de COVID-19-pandemie. Na een eerste volledige lockdown, van midden maart tot eind juni, volgde een periode waarin kon worden gewerkt met een zeer beperkt publiek, en vanaf midden november 2020 moesten de zalen opnieuw volledig op slot. Het publiek blijft daardoor verstoken van een cultuuraanbod, maar ook de producerende en receptieve huizen staan voor grote uitdagingen met betrekking tot de continuïteit van hun werking. Het gevaar van een snelle kwalitatieve erosie is bijzonder groot, maar een werking zonder publiek en zonder deadlines staat haaks op de zingeving van een artiest, van een producent of van een kunstenhuis. Daarom hebben de zeven Vlaamse kunstinstellingen, die ik niet allemaal zal herhalen, mevrouw Brouwers heeft ze al voor ons opgesomd, het initiatief genomen om een nieuwe tv-zender op te starten.
Podium 19 – die negentien verwijst naar het virus – wordt een gezamenlijke en virtuele zaal waar, zolang die Vlaamse kunstinstellingen de impact van het coronavirus voelen, nieuwe producties uit de vele Vlaamse cultuurhuizen aan het publiek zullen worden getoond. Dat publiek zal elke dag vanuit de huiskamer gratis kunnen genieten van een breed en divers aanbod uit de podiumkunsten, stuk voor stuk projecten uit de programmatie van de culturele organisaties in Vlaanderen. Dat gaat dus ruimer dan die zeven kunstinstellingen.
De VRT, UiTinVlaanderen/publiq vzw, Proximus en Telenet ondersteunen samen dit initiatief en sluiten zich aan als partners, zodat deze cultuurzender voor iedereen beschikbaar zal zijn. Het is de bedoeling dat Podium 19 met de uitzendingen zal starten op donderdag 21 januari aanstaande. Het gaat om een dagelijkse uitzending met een veelzijdig aanbod en met van donderdag tot zondag dagelijks twee tv-premières. Het concrete uitzendschema zal heel binnenkort worden gecommuniceerd. Momenteel is voorzien dat het project loopt tot 30 april van dit jaar. Tussentijds zal het worden geëvalueerd, onder meer op het potentieel ervan tot voortzetting, dit alles uiteraard mee in het licht van de verdere evolutie van de pandemie. Het project is inclusief. Alle podiumkunstuitingen zullen dus aan bod kunnen komen, en het richt zich op een zo breed mogelijk publiek. De premières zullen niet alleen op Proximus Pickx en op Telenet TV kunnen worden beleefd, zoals reeds eerder aangekondigd, maar ook met Orange is er een princiepsakkoord om samen te werken. Het volledige aanbod zal kunnen worden bekeken en ook herbekeken op VRT NU, Proximus Pickx, Telenet TV en Orange TV. Zo kan, dankzij Podium 19, de artistieke werking van de Vlaamse cultuurhuizen doorlopen, blijven de vele artiesten en ondersteunende teams aan het werk, en zal het publiek opnieuw kunnen genieten van hoogwaardige producties, zowel in Vlaanderen en Brussel als daarbuiten. Het project kan het publiek bovendien motiveren om de live-ervaring, zodra die opnieuw mogelijk zal zijn, natuurlijk, opnieuw te komen beleven.
Als breed toegankelijk tv-kanaal kan Podium 19 er bovendien toe bijdragen dat er een nieuw publiek wordt opgebouwd, wat de sector in postcoronatijden ten goede kan komen. Mevrouw Brouwers, u had het erover dat samen een pintje drinken in de pauze wegvalt. Ik heb vandaag een uitnodiging gekregen voor een online ‘whisky tasting’. Je moet je op voorhand inschrijven, je krijgt je pakketje met te proeven whisky’s opgestuurd en gaat dan online die proeverij doen. U ziet dus dat er ook met het pauzegegeven creatief zou kunnen worden omgegaan, maar dat compleet terzijde.
In deze donkere coronatijden kan het bijzondere project Podium 19 aldus toch enig licht brengen. De Vlaamse Regering steunt dit initiatief dan ook met veel overtuiging. We willen hiermee de uitvoerende kunstenaars in Vlaanderen ondersteunen en de grote artistieke rijkdom van de Vlaamse podiumkunsten in de kijker te zetten. Er worden in veel van de ons omringende landen bijzondere maatregelen genomen om de cultuursector te ondersteunen, maar deze verregaande samenwerking tussen de cultuurhuizen, de bestaande tv-zenders en de telecomoperatoren, ondersteund door de Vlaamse overheid, is uniek.
Ik wil nu nog even verder ingaan op enkele meer specifieke vragen die jullie hebben gesteld.
Een eerste vraag betrof de kostprijs. De Vlaamse Regering heeft op 18 december 2020, op de laatste ministerraad van vorig jaar, een projectsubsidie van 460.000 euro toegekend ter ondersteuning van Podium 19. Deze subsidie vertegenwoordigt zowat 50 procent van de vooropgestelde bijkomende projectkosten. De Vlaamse Regering neemt van de gebudgetteerde kosten de helft voor haar rekening. De zeven Vlaamse kunstinstellingen financieren als initiatiefnemers van Podium 19 zelf de opnames. De ondersteunende partners – VRT, UiTinVlaanderen/publiq vzw, Proximus, Telenet en later kwam ook Orange erbij – zorgen er mee voor dat deze cultuurzender voor iedereen volledig gratis beschikbaar zal zijn. Alle deelnemende cultuurhuizen verbinden er zich eveneens toe om marktconforme vergoedingen te betalen aan alle deelnemende artiesten en podiumwerkers.
Het project heeft zowel raakvlakken met cultuur en media als met economie en werkgelegenheid. Het beoogt een brede nationale en internationale uitstraling en situeert zich bovendien binnen een bredere maatschappelijke context, gerelateerd aan de COVID-19-pandemie. Daarom werd beslist om de projectsubsidie aan te rekenen via de subsidielijn ‘beleidsdomeinoverschrijdende projecten en evenementen die de uitstraling van Vlaanderen bevorderen’, op de kredieten in het beleidsveld ‘ondersteuning Vlaamse Regering’ van het Departement Kanselarij en Buitenlandse Zaken. Als dat de achterliggende reden was van de vraag: dit is geen intering op de activiteitenpremie, dit is geen intering op het noodfonds, dit is geen intering op de projectsubsidies. Het is een aparte lijn, die in het Departement Kanselarij en Buitenlandse Zaken zat, om het imago van Vlaanderen te bevorderen, enzovoort. Daar wordt dat budget gehaald. Het is geen kannibalisme op het cultuurbudget.
U had ook een vraag over het Brussels Philharmonic en de verhouding tot de andere kunstinstellingen. Het project Podium 19 kan en kon enkel tot stand komen door een intensieve samenwerking tussen de zeven genoemde Vlaamse kunstinstellingen. Via hen wordt in een systematiek van concentrische cirkels samengewerkt met zowel enerzijds, aan de instellingen gerelateerde kunstenaars en organisaties, met organisaties die een relatie hebben met een of meer van de zeven instellingen, maar van waaruit een bredere groep culturele actoren aan boord gehaald wordt, als anderzijds, met kunstenaars waar nog geen directe relatie mee is. Ook daar gaat het dus breed.
Maximaal 20 procent van het aanbod zal door de zeven instellingen zelf worden geproduceerd, 45 procent door kunstenaars of kunstenorganisaties die vast of ad hoc aan die instellingen verbonden zijn, en 35 procent zal volledig losstaan van de zeven instellingen. Indien er nog voorstellen zijn van producties die in coronatijden tot stand zijn gekomen, mogen die altijd worden overgemaakt aan de zeven instellingen.
De instellingen van de Vlaamse Gemeenschap dragen en nemen met dit project de volle verantwoordelijkheid, zowel op artistiek als op financieel niveau. Ze garanderen een kwaliteitsvol aanbod, door het voortzetten of opstarten en ondersteunen van een kwaliteitsvolle werking. Ze nemen daarbij ook de financiële verantwoordelijkheid op ten overstaan van de artistieke partners.
De werkgroep Programma binnen de schoot van de zeven instellingen verzamelt alle voorstellen. Ze hebben heel wat kunstenaars en kunsthuizen aangeschreven en opgebeld om de tijdens corona ontwikkelde producties aan te reiken. Vervolgens wordt onderzocht of deze haalbaar en inpasbaar zijn in het zendschema, onder andere op het vlak van timing en duurtijd. Elke dag uit het zendschema zal er een ander genre aan bod komen. Dat ligt ook al vast. Donderdag: pop, rock, jazz en wereldmuziek; vrijdag: klassieke muziek – vroeger was vrijdag visdag, nu zal vrijdag klassiek-dag zijn –; zaterdag: theater, dans en audiovisuele producties; zondag: literatuur en jeugd- en familievoorstellingen.
Op woensdag 13 januari zullen de eerste namen van het zendschema worden bekendgemaakt.
Brussels Philharmonic treedt in overleg en met het akkoord van de andere instellingen op als coördinator en is vanuit die coördinerende rol de begunstigde van de projectsubsidie. Maar dat is in volle overeenstemming met de zes andere kunstinstellingen. Er is bewust voor geopteerd – onder meer wegens de op dit moment beoogde tijdelijkheid en urgentie van het project – om geen aparte rechtspersoon op te richten, maar te werken vanuit een van de bestaande structuren in nauw overleg en in samenwerking met de anderen. Bovendien dient een nieuwe zender steeds de goedkeuring van de Vlaamse Regulator voor de Media weg te dragen. Aangezien de statuten van de vzw Brussels Philharmonic als erfopvolger van de voormalige ensembles van de openbare omroep het dichtst aanleunden bij de vereiste bepalingen in het Mediadecreet, bleek de vzw Brussels Philharmonic de meest aangewezen partner om de formele kwesties rond de zender te behartigen. De volledige werking rond Podium 19 wordt echter gestuurd vanuit drie werkgroepen, namelijk programma, financiën en communicatie, waarin de Vlaamse kunstinstellingen allemaal vertegenwoordigd zijn.
De samenwerking en de gesprekken met de VRT verlopen zeer goed. Zoals reeds aangehaald zal het volledige aanbod bekeken – en ook herbekeken – kunnen worden op VRT NU.
Met de Toots Sessies zijn de gesprekken lopende om bepaalde sessies ook opnieuw uit te zenden op Podium 19, niet ter vervanging maar erin geschoven. Dit hangt uiteraard af van de definitieve invulling van het zendschema.
De VRT is daarnaast betrokken als mediapartner en zal over Podium 19 uitgebreid communiceren. Ik ga ervan uit dat ook Klara hierin zijn rol zal opnemen. Opnieuw: het is ‘on top of’ en niet ter vervanging van. Op dit moment is het nog maar een tijdelijk project. Zoals gezegd, zullen we gaandeweg evalueren en zien of we ermee verder gaan. Ik ben dit initiatief in elk geval zéér gunstig gezind.
Mevrouw Brouwers heeft het woord.
Minister-president, we weten toch al iets meer wat ons op donderdag, vrijdag, zaterdag en zondag te wachten staat binnen enkele weken. Volgende woensdag krijgen we dan het zendschema.
Ik ben geen whiskydrinker, maar ik zal het proberen gezellig te maken als ik de eerste keer naar zo’n uitzending kijk.
De hele verantwoordelijkheid zit eigenlijk bij de zeven instellingen en meer specifiek bij het Brussels Philharmonic. Er is het hele verhaal van de auteursrechten, wat ingewikkeld is, wat belangrijk is voor de artiesten, er zijn de voorstellingen die aan het buitenland verkocht worden. Dat komt toch niet niet allemaal bij het Brussels Philharmonic terecht? Daar kun je nog een beetje geld mee verdienen later. Hoe zit dat? Hoe hebben ze dat onderling geregeld? Misschien kunt u daar niet meteen op antwoorden. Het lijkt me belangrijk dat de artiesten toekomt wat hun moet toekomen. De auteursrechten spelen daar een belangrijke rol. Het is een technische vraag, dat geef ik toe. Ik blijf in elk geval zeer enthousiast.
De heer Pelckmans heeft het woord.
Mijn enthousiasme voor Podium 19 groeit, maar ik wil nog drie bedenkingen meegeven.
Een ervan is wel al wat weggewerkt door uw antwoord, minister, en dat is de toegankelijkheid van de onafhankelijke, wat dwarse, kleine kunstenaars die niet tot een van die groepen behoren. Ik reken eigenlijk op de kennis en de solidariteit van de initiatiefnemers om hen ook aan bod te laten komen. Laat ons daar toch maar waakzaam over zijn.
Twee, het vertolken en het uitbrengen van levende podiumkunsten omzetten in een televisieprogramma is geen sinecure. In het verleden bij de BRT en de VRT – u weet dat ook – zijn heel veel cultuurprogramma’s afgevoerd om live-uitzendingen te doen, omdat dat gewoon weinig interessante televisie is. Dat is een bedenking naar die enorme groep van initiatiefnemers die hier moeten samenwerken. Is er, behalve de keuze voor wie daar aan bod komt, iemand die zich heel bezorgd en met kennis van zaken bezighoudt met de bekijkenswaardigheid van het programma? Ik hoop dat we na een aantal maanden niet moeten zeggen dat er te weinig enthousiasme is bij het publiek en dat we het niet kunnen voortzetten. Daarmee zouden we in onze eigen voet schieten. Dat is een bezorgdheid die ik meegeef, en een uitdaging voor de televisiemakers.
Wat betreft de toekomst zal ik zeker nog terugkomen op het feit dat de cultuursector nog heel veel te leren heeft van de covidcrisis. Het zijn niet alleen negatieve punten. Er zijn heel veel uitdagingen, bijvoorbeeld in verband met digitalisering, in het bijzonder voor die televisiekanalen en platformen. Ik hoop dat we het enthousiasme kunnen continueren en dat dit inderdaad kan worden omgezet in een structureel verhaal. Ik ben toch wel benieuwd of heel die groep van enerzijds initiatiefnemers en instellingen en anderzijds de televisiezenders en de exploitanten bij elkaar zal blijven en hoe dat zal worden gemonitord. Dit kan niet met een kleine evaluatie. Dit moet heel grondig gebeuren want hier liggen enorme kansen.
Dat waren nog een aantal bedenkingen.
Mevrouw D’Hose heeft het woord.
Minister-president, dank u wel. Zo hebben we toch wat meer duidelijkheid. Eindelijk, zou ik eerlijk zeggen. Eindelijk nemen de kunstinstellingen hun ambassadeursrol op zich. Ik vind dat de kunstinstellingen – die we onze ‘vuurtorens’ noemen – dit eigenlijk moeten doen. Dat staat ook in hun opdracht, in de beheersovereenkomst. Ik ben blij dat dit gebeurt.
De 35 procent waarmee geen directe relatie bestaat, dat is ook goed. Ik hoop dat er effectief nieuw talent zal aan bod komen, en dat men er interessante televisie van maakt. Ik speel daarmee in op de opmerking van de heer Pelckmans. Ook dat er geen intering is op cultuurbudgetten. Dat is het voordeel om het minister-presidentschap te kunnen combineren met het minister van Cultuur zijn en ook de budgetten voor Kanselarij onder de hoede te hebben.
We weten allemaal dat het lineaire kijken meer en meer achteruitgaat. Het is belangrijk om dat ook op de platformen van VRT NU of de nieuwe zender Streamz beschikbaar te maken. Ik heb in de kerstvakantie alleen maar naar VRT NU gekeken. Daar staan trouwens zeer goede fictiereeksen op.
Mevrouw Van Werde heeft het woord.
Collega’s, ik ben blij dat iedereen het erover eens is dat het een heel mooi initiatief is. Het is heel mooi dat het van onderuit is gegroeid. De zeven kunstinstellingen hebben partners gevonden die met hen in zee willen gaan. Dat zegt wel wat over de vitaliteit en de ondernemingszin van de culturele sector. Ook de middelen die de minister-president ter beschikking stelt, zijn een waardevol en dankbaar duwtje in de rug.
Wat wij belangrijk vinden – maar ik denk dat de minister-president dat ook heeft benadrukt –, is dat het eigenaarschap van het project in handen blijft van de initiatiefnemers zelf. Daarom willen we geen uitspraken doen over wie wat bepaalt en wie met wie in zee moet gaan. We gaan ervan uit dat de betrokken instellingen en mediaspelers zelf heel goed weten wie de expertise in huis heeft om Podium 19 te doen slagen.
Ik heb ook wel vragen bij de kwestie die collega Brouwers net aanhaalde in verband met de auteursrechten. Ik kan mij ook aansluiten bij de opmerking van collega Pelckmans: het is geen sinecure om bijvoorbeeld een theaterstuk op een boeiende manier in beeld te brengen voor een televisieprogramma. Ik heb ook gelezen dat de VRT coacht. Dan hoop ik dat dat niet alleen technisch is, maar dat ze ook raad geven over hoe dat in beeld moet worden gebracht.
Ik lees ook, daarnet nog, dat Klara op zoek gaat naar nieuw talent. Ik ben er zeker van dat ze die jonge mensen ook wel een kans zullen geven op Podium 19.
We zijn benieuwd naar hoe het verloopt en naar de bevindingen aan het einde van het traject. Hopelijk is er voldoende animo om verder te gaan, maar dat hangt natuurlijk af van de verhouding tussen vraag en aanbod. Bij deze doe ik dan ook een warme oproep om, met of zonder glas whisky in de hand, volop af te stemmen op dit kanaal.
Mevrouw Segers heeft het woord.
Bravo voor het initiatief. En ook bravo, minister-president, voor de ondersteuning die u biedt. Dit is echt een uitstekend initiatief, dat op ons aller appreciatie kan rekenen. Bravo aan de kunstinstellingen om hun verantwoordelijkheid en hun rol daarin op te nemen. Doorheen de hele crisis al blijkt keer op keer hoe creatief, ondernemend en flexibel de cultuursector wel is. Ik kijk er heel hard naar uit om Podium 19 gelanceerd te zien.
Captaties, het omzetten van cultuur op tv, is inderdaad niet gemakkelijk, collega Pelckmans. Het dreigt misschien soms saai te zijn, maar als de VRT daar haar schouders onder zet, gaat dat zeker lukken. De VRT heeft een heel lange traditie van captaties. Ik verwacht vooral ook dat de VRT ervoor zorgt dat het kanaal niet alleen de doorgewinterde cultuurliefhebbers zal bereiken, maar dat het ook een middel is om mensen cultuur te laten ontdekken. Als ik terugdenk aan mijn kindertijd, heb ik het repertoire van opera ontdekt via captaties op televisie. Ik herinner mij zelfs een interview waarin Ivo van Hove zei dat hij heel veel theaterstukken en opera's heeft ontdekt precies dankzij uitzendingen via televisie. Het is dus echt de beste manier om heel laagdrempelig mensen cultuur te laten ontdekken.
Collega Brouwers, het is heel terecht dat u de vraag over de rechtenkwestie stelt. Dat is niet alleen een technische vraag. Dat is heel cruciaal. We gaan er goed op moeten toezien dat die rechtenverdeling fair gebeurt.
De heer Brusselmans heeft het woord.
Het meeste is al gezegd. Ik wil wel namens mijn fractie nog eens duidelijk maken dat wij dit initiatief steunen. Ik denk dat niemand er iets tegen kan hebben. Het kan eindelijk wat soelaas bieden, zowel voor de sector zelf als voor de mensen die snakken naar wat cultuur in deze tijden. Het is ook een pluspunt dat hoge cultuur zo op een laagdrempelige manier bij een groot publiek kan worden gebracht. Dat is ook zeer positief.
Wat is de rol van de VRT daarin? De VRT zou coachen, maar de vraag is vooral in hoeverre de VRT concreet betrokken is bij de productie en distributie. En wordt er budget ingezet voor dat partnerschap?
Minister-president Jambon heeft het woord.
Bedankt, collega's, dat we hier over alle fracties heen enthousiast over zijn. Dat is mooi meegenomen.
Ik ga nog in op een aantal vragen. Wat de auteursrechten betreft: het enige wat ik daarvan weet, is dat er op dit moment gesprekken lopende zijn tussen Sabam en de initiatiefnemers. Maar in welke fase die nu zitten en wat daar de uitkomst van is, daar heb ik op dit moment geen zicht op.
Mijnheer Pelckmans, uw bedenkingen zijn terecht, maar ‘the proof of the pudding is in the eating’. Wat het enthousiasme van het publiek betreft, is er ook een verschil dat verband houdt met coronatijden. Als je kunt kiezen tussen een opera of een toneelvoorstelling of een ander podiumgebeuren meemaken in de zaal of op tv, dan zullen de meeste mensen dat wel het liefst live in de zaal gaan meemaken. Maar nu heeft men de keuze tussen op tv of op tv. In die zin denk ik dus dat het publiek daar zijn gading zal vinden. De kwestie is natuurlijk hoe je daarna, als ooit de zalen weer opengaan, het cultuurkanaal dan moet vormgeven. Waarschijnlijk zullen we – en dat zal de evaluatie ook opbrengen – hier ook dingen uit leren op dat vlak.
Mevrouw D’Hose, ik denk dat ik het tijdens mijn eerste antwoord al een paar keer duidelijk aangegeven heb: VRT NU is inderdaad ook een kanaal waarlangs zal worden uitgezonden.
Mijnheer Brusselmans, wat juist de rol is van de VRT en het budgettaire luik van de VRT: ik stel voor dat u dat aan collega Dalle vraagt. Daar heb ik op dit moment geen concreet zicht op. Ik weet dat al die partners allemaal samen de andere helft inbrengen. Maar hoe de verdeling juist is tussen die partners, ik denk dat u dat, wat de VRT betreft, beter aan minister Dalle vraagt.
Mevrouw Brouwers heeft het woord.
Ik heb geen verdere vragen. Dank u wel.
De heer Pelckmans heeft het woord.
Ik heb daar ook niets aan toe te voegen. Maar ik wil toch nog eens benadrukken dat we dit op lange termijn goed moeten blijven inschrijven om dit te continueren. Dat is toch wel mijn vraag eigenlijk.
De vragen om uitleg zijn afgehandeld.