Verslag vergadering Commissie voor Welzijn, Volksgezondheid, Gezin en Armoedebestrijding
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
Mevrouw De Martelaer heeft het woord.
Voorzitter, ik had vorige week een vraag om uitleg ingediend naar aanleiding van de informatienota van het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap (VAPH), waarin het stelde dat leefgroepen niet meer beschouwd zouden worden als personen wonende onder één dak en dat voor hen dan ook gold dat ze met niet meer dan vier op stap konden gaan. Ik heb vanmiddag een nieuwe omzendbrief ontvangen van het VAPH, waarin dit rechtgezet wordt. Daarom denk ik dat mijn vraag vervalt, tenzij de minister nog bijkomende uitleg wil geven. Heeft hij ervoor gezorgd dat dit zo snel in orde gekomen is?
Minister Beke heeft het woord.
Zo is dat.
Mevrouw De Martelaer heeft het woord.
Ik ben heel tevreden. Ik heb ook al opgemerkt dat, als ik schriftelijke vragen stel, de kwestie dikwijls ook snel in orde komt, zelfs nog voor ik een antwoord gekregen heb.
Dan stel ik voor dat alle collega’s vanaf nu schriftelijke vragen indienen in de plaats van mondelinge vragen.
De heer Daniëls heeft het woord.
Voorzitter, naar aanleiding van de vraag om uitleg van mevrouw De Martelaer wil ik een concreet punt aanbrengen over het VAPH en de coronamaatregelen, over hoe er daar gekeken wordt naar de leefgroep. Ik krijg namelijk het signaal dat ouders die ervoor kiezen om hun kind met Kerst of Nieuwjaar naar huis te halen om daar samen te vieren als een gezin, van sommige voorzieningen het antwoord krijgen dat ze dat eigenlijk niet willen, want dat het gezin de voorziening is en niet het thuisgezin. Als de persoon met een beperking dus naar huis zou komen, moet hij daarna zeven dagen in quarantaine. Dat zijn zaken die mondeling worden meegegeven. Daarvoor wordt dan het gezagsargument van het VAPH gebruikt. Ik wilde dit toch even aftoetsen. Ik vind het zelf niet direct terug. Maar daar mogen toch geen misverstanden over bestaan, opdat mensen uit een voorziening toch wel degelijk ook als lid van een gezin thuis de feestdagen kunnen vieren binnen de federale maatregelen.
Minister Beke heeft het woord.
Ik denk dat dat het geval is, maar ik ga dat voor alle zekerheid bekijken, collega Daniëls. Ik laat u iets weten.
De vraag om uitleg is afgehandeld.