Verslag vergadering Commissie voor Buitenlands Beleid, Europese Aangelegenheden, Internationale Samenwerking en Toerisme
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
De heer Deckmyn heeft het woord.
Voorzitter, het Europees burgerinitiatief biedt een groep burgers de mogelijkheid de Europese Commissie tot nieuwe wetgevende initiatieven op te roepen. Indien een initiatief een miljoen handtekeningen haalt, moet de Europese Commissie zich erover uitspreken.
Momenteel loopt een dergelijk initiatief, met als titel ‘Cohesiebeleid voor de gelijkheid van de regio’s en de duurzaamheid van de regionale culturen’. De initiatiefnemers, de Hongaarse minderheid in Roemenië, vinden dat het cohesiebeleid van de Europese Unie (EU) meer aandacht moet besteden aan regio’s met andere kenmerken op het vlak van nationaliteit, etnische cultuur, religie of taal dan omliggende regio’s. Volgens de initiatiefnemers moeten die regio’s gelijke toegang tot de verschillende Europese fondsen krijgen en moet de economische ontwikkeling worden gewaarborgd.
Minister-president, de Vlaamse Volksbeweging, een vereniging die u ongetwijfeld bekend is, ondersteunt dit initiatief.
Die beweging is me zelfs zeer goed bekend.
Ik dacht het wel. Dit initiatief toont aan dat er nood is aan meer aandacht voor culturele en identitaire ondersteuning in de EU. Omwille van hun focus op de Europese eenmaking en samenwerking verwaarlozen de Europese instellingen immers de nood aan regionale ontwikkeling. Deze problematiek verdient zeker een prominente plaats op de Europese agenda.
Minister-president, mijn eerste vraag is hopelijk een retorische vraag: steunt u dit initiatief?
Bent u bereid om meer aandacht voor dergelijke regio’s te bepleiten bij de Europese Commissie en in de intra-Belgische coördinatie met betrekking tot de EU?
En is er volgens u een gebrek aan aandacht voor de regio’s en deelstaten in de EU? Wat wilt u doen om dat meer in de kijker te zetten?
Minister-president Jambon heeft het woord.
Mijnheer Deckmyn, uw eerste vraag is niet zo’n retorische vraag. Natuurlijk heb ik sympathie voor het initiatief en de grondgedachte van dat burgerinitiatief, maar de doelstellingen en de argumentatie van de initiatiefnemers lopen niet gelijk met de belangen van Vlaanderen. Dat zal u misschien verwonderen, maar de initiatiefnemers baseren zich onder meer op het kaderverdrag van de Raad van Europa inzake de bescherming van nationale minderheden. En laat dat nu exact het verdrag zijn dat wij met Vlaanderen niet wensen te ondertekenen, omdat het aan de Franstaligen in de Rand rond Brussel rechten zou geven die wij niet willen. In die zin is de bedoeling van het initiatief wel goed, maar houdt het heel wat gevaren in. Als het initiatief op een verkeerde manier geïnterpreteerd wordt, zouden ook de Franstaligen in de Rand een beroep kunnen doen op die cohesiefondsen en dergelijke. En dat is toch wat wij niet willen. Daarom kan ik het initiatief in deze vorm niet steunen.
Wij hebben daarover ook contact met de Vlaamse Volksbeweging, omdat ik denk dat de Vlaamse Volksbeweging ook niet de intentie heeft om de Franstaligen in de Vlaamse Rand rechtstreeks toegang tot Europese fondsen te geven. Maar je ziet hoe goed je moet opletten met goedbedoelde initiatieven. Ik kan het uitgangspunt ervan zeker steunen, maar je moet altijd goed opletten.
De onderhandelingen over het cohesiebeleid bevinden zich op dit moment in een cruciale fase. De verschillende verordeningen voor de nieuwe programmaperiode 2021-2027 moeten zo snel mogelijk aangenomen worden, zodat de programmering geen vertraging oploopt. Onze eerste prioriteit is op dit moment dan ook om de belangen van Vlaanderen in die onderhandelingen te verdedigen.
Ik heb eerder al gezegd dat ik aan het werken ben om een hele reeks regio’s in Europa te bundelen in een associatie of vereniging, waarmee we politiek een stem kunnen zijn ten aanzien van Europa met betrekking tot de dingen die hier bepleit worden, namelijk de min of meer autonome regio’s in Europa rechtstreeks toegang te geven tot het cohesiebeleid, maar ook tot bepaalde fondsen en het beleid van Europa. Dat is iets waar ik momenteel hard aan werk, om dat op poten te zetten.
U vroeg of er volgens mij een gebrek aan aandacht is voor de regio’s in de EU. Als dat er niet was, zou ik zo’n initiatief niet moeten nemen. Dat is duidelijk. De Vlaamse Regering streeft naar een volwaardige en meer zelfstandige rol voor Vlaanderen als deelstaat binnen de Europese Unie. We investeren daarom in de proactieve opvolging van, actieve deelname aan en de beïnvloeding van de Europese besluitvorming. We benutten daarbij natuurlijk de nabijheid van de Europese instellingen in Brussel.
Wat het cohesiebeleid betreft, heeft Vlaanderen momenteel het woordvoerderschap in de Raad, en dat tot en met juni 2021. Dat stelt ons in staat om onze belangen te verdedigen in nauw overleg met de andere gewesten. We werken ook actief samen met andere regio’s in Europa. We hebben een brief gericht aan de Europese leiders over het Europees herstelplan, samen met 24 regio’s. Dat initiatief wil ik meer vormgeven, om ten aanzien van Europa de stem van de regio’s beter te laten klinken.
Sommige collega’s zullen zeggen dat we daarvoor al het Comité van de Regio’s hebben, maar dat is een comité van regio’s en grote steden en dat heeft louter een adviesbevoegdheid. Europa moet daar totaal geen rekening mee houden. Ik denk niet dat dat de plaats van Vlaanderen is. Ik denk dat Antwerpen, het Meetjesland, de Kempen, enzovoort, daar een plaats hebben, maar niet een autonome deelstaat als Vlaanderen. Wij moeten veel rechtstreekser met Europa kunnen spreken, vandaar dat initiatief.
De heer Deckmyn heeft het woord.
Minister-president, ik ben enigszins verrast door uw antwoord.
Daar twijfel ik niet aan.
Ik ben aangenaam verrast. Uw antwoord zet mij aan het denken. Ik ben bijgevolg ook blij dat ik de vraag heb gesteld en dat ik uw antwoord heb gehoord.
Laat ons zeggen dat ik misschien een beetje op het verkeerde been was gezet, net als de Vlaamse Volksbeweging. Ik heb mijn inspiratie voor deze vraag ook bij de Vlaamse Volksbeweging gehaald. En uiteraard hebben zij inderdaad niet de bedoeling om Franstalige minderheden de gelegenheid te geven om bepaalde initiatieven te nemen waar wij ons niet achter kunnen scharen.
Bedankt om mij daarop te wijzen. Dat is belangrijk. Als ik het verkeerd voor heb, ben ik de eerste om dat grif te kunnen toegeven. Ik zal naar aanleiding van uw antwoord op mijn vraag mijn mening toch wat bijsturen. Ik zal sowieso het antwoord nog eens nalezen. U ziet het, minister-president, het kan dus. Ik kan mijn mening bijsturen naar aanleiding van een antwoord. Bedankt daarvoor. Zoals gezegd, lees ik het allemaal nog eens na, om mijn mening al dan niet – wellicht wel – wat bij te sturen.
De vraag om uitleg is afgehandeld.