Verslag vergadering Commissie voor Wonen en Onroerend Erfgoed
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
De heer Veys heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega's, in de media zijn er een maand geleden opnieuw cijfers verschenen rond discriminatie op de Vlaamse huurmarkt. Het gaat over een onderzoek van de VUB, met onder meer professor Pieter-Paul Verhaeghe. De onderzoekers deden zowel voor als tijdens de coronacrisis praktijktesten op onze huurwoningmarkt. Daaruit blijkt dat huurdiscrimatie tegenover Belgen van Marokkaanse afkomst – de onderzoekers keken naar mensen van Congolese afkomst, Marokkaanse afkomst en naar autochtone Belgen – bijna verdubbelde: van 20 procent voor de crisis naar 36 procent tijdens de coronacrisis. De VUB-onderzoekers vermoeden dat dit komt omdat vooral deze gemeenschap vaak in de media werd gestigmatiseerd met betrekking tot een hoog percentage coronabesmettingen en het niet-naleven van de coronamaatregelen.
De minister kondigde in een antwoord op een vraag van collega De Meester begin juli de ontwikkeling van de tool Clee aan, een digitaal platform dat de gegevens van huurders objectiveert, alvorens die naar de verhuurder te verzenden. Hierdoor zou een verhuurder puur op basis van relevante informatie zoals inkomen of gezinsgrootte kunnen beslissen om een huurder al dan niet uit te nodigen voor een bezoek. De minister sprak over het najaar 2020 om deze tool uit te rollen, waarna het de bedoeling is dat ook particuliere eigenaars die gaan gebruiken. Uit onderzoeken blijkt dat de discriminatiegraad bij particuliere verhuurders nog hoger ligt dan die bij immokantoren. De tool zelf wordt ontwikkeld door de Confederatie van Immobiliënberoepen (CIB), maar is gekoppeld aan een projectsubsidie van de Vlaamse Regering. Daarnaast werd deze zomer ook een resolutie van de meerderheid goedgekeurd rond de uitwerking van een onafhankelijk en academisch monitoringsysteem dat discriminatie op een geaggregeerd niveau in kaart brengt.
Minister, hebt u kennis genomen van dit onderzoek? Erkent u dat er een toenemend probleem van discriminatie is op de huurmarkt ten gevolge van de coronacrisis?
Hoever staat het met de ontwikkeling van de Clee-tool? Wanneer mogen we de uitrol ervan verwachten?
Hoever staat het met het onafhankelijk en academisch monitoringsysteem om discriminatie in kaart te brengen? Welke stappen hebt u of heeft uw collega Somers al gezet in de uitwerking van dit monitoringsysteem?
We hebben het in deze commissie al vaker gehad over de impact van corona op huurders, met name op kwetsbare huurders. Hebt u plannen voor andere maatregelen die impact van de coronacrisis op huurders kunnen verzachten?
Minister Diependaele heeft het woord.
Collega Veys, ik dank u voor uw vragen.
Discriminatie op de huurmarkt mag in geen geval worden getolereerd, laat dat nog maar eens duidelijk zijn. We staan absoluut op dezelfde lijn.
Ik heb net zoals u via de media kennisgenomen van het onderzoek. Uit de gegevens die ter beschikking zijn, kunnen we de conclusies die u vooropstelt, niet trekken. Voor toenemende discriminatie, zoals u zegt, is er volgens ons onvoldoende empirisch bewijs. We kunnen die ook niet doortrekken voor de volledige huurmarkt, omdat het onderzoek maar in één segment is gebeurd. Een aantal zaken, zoals onder andere het onderzoeksgebied, blijven evenwel onduidelijk.
Ik wil ook wel meegegeven dat de huurmarkt tijdens de lockdown in maart en april heeft stilgelegen en dat het voor heel veel kandidaat-huurders vrijwel onmogelijk was om een huurwoning te vinden. Zodra bezichtigingen weer werden toegelaten, waren er nog meer kandidaat-huurders dan anders per woning, waardoor verhuurders een grotere keuze hadden. Dit is ook een effect dat mee in rekening moet worden gebracht. Nog maar eens een reden te meer om ervoor te zorgen dat die woningmarkt absoluut moet blijven draaien in het belang van alle betrokkenen. U weet dat er op dit moment ook nog een andere discussie loopt.
Het project van CIB Vlaanderen is gestart op 1 april 2019 en had aanvankelijk afgerond moeten zijn in september 2020. CIB heeft laten weten dat de uitbouw van de tool in de laatste fase zit, maar dat er enige vertraging is vanwege corona en het digitaliseren van andere processen binnen hun bedrijfsvoering. Zo heeft de installatie van aan aantal extra digitale applicaties om die reden vertraging opgelopen. We zijn dus in overleg met CIB voor de ontwikkeling van die Clee-tool. We volgen dit van dichtbij op en we hopen dat ze er zo snel mogelijk komt, omdat ze volgens mij een veel gerichter en efficiënter aanpak kan zijn voor het probleem van discriminatie op de huizenmarkt. Maar door corona is er, zoals bij veel zaken, wat vertraging. Het definitieve rapport wordt kortelings verwacht. Minister Somers trekt dit initiatief vanuit het beleidsdomein Integratie.
Tijdens de eerste coronagolf werden er al verschillende initiatieven genomen om de impact van de coronacrisis voor huurders te verzachten. In de eerste plaats werd in een versoepeling voorzien voor het verlengen van de huurcontracten. Daarnaast konden huurders die hun inkomen zagen dalen door de coronavirusmaatregelen, uitstel aanvragen voor de afbetaling van hun huurwaarborglening. De huidige regeling loopt af op 31 december 2020, maar er is een initiatief genomen om ontleners ook na die datum in staat te stellen een nieuw betalingsuitstel aan te vragen. Het is de bedoeling dat zij vanaf 1 januari 2021 betalingsuitstel kunnen aanvragen voor een periode van zes maanden, als ze kunnen aantonen dat hun inkomsten zijn gedaald ten gevolge van de coronamaatregelen of als gevolg van ziekteverlof door het coronavirus. Die periode kan telkens met drie maanden worden verlengd, als de ontlener aantoont dat zijn inkomsten nog steeds een negatieve impact kennen ten gevolge van de coronamaatregelen.
Daarnaast is het de bedoeling dat huurders weer op een versoepelde wijze een tijdelijke verlengingsaanvraag van hun contract kunnen indienen, wanneer zij in een ‘rode zone’ huren of naar een rode zone verhuizen. Er moet immers rekening mee worden gehouden dat het in die zones minder eenvoudig kan zijn om een nieuwe huurwoning te vinden of dat er praktische moeilijkheden zijn bij het verhuizen.
Tot slot is het ook mijn intentie om de verhoogde tussenkomst van het Fonds ter Bestrijding van Uithuiszettingen van 25 procent naar 45 procent – u kent dat allemaal – bij de start van de begeleidingsovereenkomst, te verlengen.
Zoals u weet zijn, onder andere, deze maatregelen samengebracht in een protocol dat de woonmarkt tijdens de coronacrisis moet regelen.
De heer Veys heeft het woord.
Minister, ik dank u voor het antwoord.
Collega's, ik denk dat iedereen het erover eens is dat discriminatie en racisme niet meer toelaatbaar zijn in Vlaanderen. We hebben het er al vaak over gehad, niet alleen in deze commissie maar ook in het halfrond. We kunnen het erkennen, maar de volgende stap is om er iets aan doen, en dat proberen we hier te bevragen.
Minister, ik heb nog enkele bijkomende vragen. U zei dat het onafhankelijke en academische monitoringsysteem kortelings wordt verwacht. Wat bedoelt u met ‘kortelings’? Is dat nog 2020? Kunt u dat – of misschien doe ik het – vragen aan minister Somers? Hebt u daar een concreter zicht op?
CIB wil naar een volledige uitrol van de tool gaan begin 2021. Dat is kort dag. Hoe zult u te werk gaan? Wacht u op een evaluatie of zult u de sector aanraden of verplichten om de tool te gebruiken? Hoe zal de uitrol verlopen? Hoe ziet u die? Wanneer zullen we de eerste toepassing van die tool mogen verwachten?
Ik had het er in mijn vraag ook al over. Het gaat natuurlijk over immokantoren, maar het is ook de bedoeling dat particuliere verhuurders ze zullen gebruiken. Zult u de toepassing van die tool ook voor hen verplichten? Hoe gaat u ervoor zorgen dat particuliere verhuurders hiermee aan de slag gaan?
Mevrouw Sminate heeft het woord.
Collega Veys, u hebt het zelf net gezegd: ik denk dat onze beoordeling van de resultaten van zo'n onderzoek dezelfde is. Achter al die cijfers zitten natuurlijk namen en gezichten en ieder geval van discriminatie is er een te veel. Alleen denk ik dat we verschillen in de analyse van hoe we dat in de toekomst moeten aanpakken.
Uw partij gaat voor een systeem waarbij er louter wordt ingegrepen in het aantal bezoeken dat die doelgroepen zouden krijgen. Wij willen gaan voor een echte mentaliteitsverandering bij de verhuurders. De tool waar u naar verwijst en die door CIB wordt ontwikkeld, is een tool waarbij effectief dat resultaat wordt beoogd, namelijk een objectivering van heel het proces. Voor mij is dat een veel effectievere tool. Het is jammer dat er wat vertraging is bij de ontwikkeling daarvan, maar dat is heel begrijpelijk gezien de omstandigheden.
We hebben het niet gehad over de meldpunten die in heel wat gemeenten zijn opgericht of die momenteel worden opgericht. Als ik mij niet vergis, is het in 85 procent van de gemeenten het geval. Ik denk dat dit ook een heel doeltreffende tool zal zijn of al is.
Minister, ik verwacht daar heel veel van. Het zou misschien voor onze commissie interessant zijn om een zicht te krijgen op de werking daarvan. Ik weet niet of het nog te vroeg is, maar als u een zicht hebt op de resultaten – wordt er bijvoorbeeld veel gebruik van gemaakt? – dan zou het interessant zijn om dit in het debat te brengen.
Minister Diependaele heeft het woord.
Mijnheer Veys en mevrouw Sminate, ik dank u voor de bijkomende vragen.
Het is inderdaad de bedoeling om dat in 2020 rond te krijgen. De precieze datum moet ik u schuldig blijven.
Het is juist hoe u het probleem rond het Clee-systeem omschrijft. We zijn het erover eens dat discriminatie op de huizenmarkt moet worden aangepakt – niet alleen op de huizenmarkt trouwens, maar overal. De vraag is hoe je dat het beste doet. Het is duidelijk dat het systeem dat jullie voorstaan, het opgeheven vingertje is en praktijktesten om te controleren en om u anders voor te doen. Ik ben daar niet voor. Waarom? Ik vind dat je moet gaan naar de oorzaak waarom er wordt gediscrimineerd. Discriminatie is slecht, maar waarom wordt dat gedaan? Het is vaak gebaseerd op vooroordelen die we maar moeilijk de wereld uit krijgen en die onterecht zijn, maar we moeten nagaan wat het belang van die verhuurder is.
Een verhuurder wil de komende jaren rustig zijn goed verhuren, wil geen schade en wil dat zijn huurgeld wordt betaald enzovoort. Het systeem van Clee speelt daarop in. We gaan ervoor zorgen dat er een objectivering is van mensen die een woning willen huren. Ze geven aan de verhuurder door dat ze een vast inkomen hebben, dat ze geen huisdieren hebben, hoe groot hun gezin is, of ze wel of niet roken. Zo weet de verhuurder waar hij aan toe is. Op die manier kan hij een veel betere analyse en keuze maken. Het blijft een keuze; er is contractvrijheid van de verhuurder. Op die manier kan de verhuurder een veel betere inschatting maken en wordt hij niet meer misleid door namen of wat dan ook. Ik denk dat het in het voordeel is van zowel de huurder als de verhuurder. Dat is de sterkte van dat systeem.
Ik hoop dat het er zo snel mogelijk komt. Ik kan u verzekeren – en u mag het navragen – dat ik de voorbije maanden regelmatig heb gevraagd hoe ver het ermee staat. Goed, ik begrijp ook wel dat er door de sluiting van de huizenmarkt en door het feit dat alles digitaal is gegaan – en dit is bij uitstek ook een digitaal systeem –, wat vertraging is, door de pandemie. We hebben daar allemaal begrip voor, maar ik verwacht er wel degelijk veel van. Ik hoop dat we er zo snel mogelijk mee kunnen beginnen.
Uw punt klopt. Ik ken het juiste cijfer niet meer, maar ik denk dat de immosector maar 30 tot 40 procent van de huurmarkt inneemt. De rest zijn particuliere verhuurders, als ik mij niet vergis. De bedoeling is wel degelijk om het ook ruimer te doen, maar we moeten nog nagaan hoe we dat kunnen doen. We zitten nu nog in een testfase die eerst gericht zal zijn op de immosector. Ik ben er wel behoorlijk van overtuigd dat de immobiliënkantoren er hun voordeel van zullen inzien. Waarom? Omdat de tool specifiek is gericht op het belang van de verhuurder en van wat hij zoekt in de gepaste huurder. We komen hen daarmee tegemoet. Het is dus ook in hun voordeel om in het systeem in te stappen.
We stappen dus niet mee in de idee dat elke verhuurder per definitie iemand is die wil discrimineren. Ik denk dat niet. Ik ben ervan overtuigd en we gaan uit van het standpunt dat de verhuurder alleen maar rustig zijn goed wil verhuren, zijn inkomsten wil hebben en wil dat zijn goed goed wordt onderhouden. Wij gaan er niet van uit dat een verhuurder per definitie wil discrimineren. Vandaar dat ik er veel van verwacht en dat het volgens mij – ik reken erop en ik hoop erop en ik ben er ook van overtuigd – succes zal hebben.
Mevrouw Sminate, er zijn momenteel 244 meldpunten. Dat is vanaf 1 januari 2021 een verplichting. We zullen dat opvolgen. Het is natuurlijk een stok achter de deur: mensen die worden gediscrimineerd, kunnen daar melding van maken. Dat zal ons een beter zicht geven op de grootteorde van het probleem, wat we eigenlijk ook al in de woonsurvey opvolgen. De IGS-subsidie (intergemeentelijke samenwerking) hangt eraan vast. We zetten daarop in.
De heer Veys heeft het woord.
Deze discussie verloopt vreemd. Ik stel heel praktische vragen over de uitrol en de minister en een lid van de meerderheid vertellen me dat het niet is zoals ik het wil. Ik heb daar niets over gezegd. Daar gaat het niet over! Het debat is nochtans heel duidelijk. We zagen in het nieuws dat de meldingen bij Unia de pan uit rijzen. Bij de voedselverdeelpunten komen ontzettend veel nieuwe mensen. De kwetsbare mensen op de private huurmarkt, dat zijn dezelfde. De groep die door COVIVAT (Corona Onderzoeksconsortium voor Inkomensverdeling en Sociale Effecten) en IvoMar wordt beschreven als: daar moeten we mee opletten in coronatijden.
Minister, u ziet geen tekenen van toenemende discriminatie. Ik hoop dat we dat blijven opvolgen.
Mevrouw Sminate wil een mentaliteitswijziging bereiken. Uiteraard, absoluut. Maar ik hoor weinig manieren waarop men dat wil bereiken. Dat zal niet gebeuren door te zeggen dat de sp.a-praktijktesten niets gaan uithalen. Dat is wat u zei. Kwetsbare huurders hebben daar heel weinig boodschap aan. De Vlaamse Regering kan daar een sterke rol in spelen. Ik zal dit verder opvolgen. Ik hoop dat de tool effectief is. Ik ga daar niet vooraf van uit; die wordt nu uitgerold. Volgens mevrouw Sminate is die effectiever, maar dat zal nog moeten blijken.
Laat één ding duidelijk zijn, collega’s: we mogen discriminatie in Vlaanderen niet meer tolereren.
Mijnheer Veys, ik wil u zeker niet aanvallen, u reageert een beetje defensief. Dat is niet de bedoeling, we zitten hier redelijk op dezelfde lijn. U wilt het nieuwe systeem alle kansen geven. U moet mijn verdediging van het systeem vooral zien als enthousiasme en de wil om dat probleem, de discriminatie, op de huurmarkt aan te pakken. Ik geloof in het systeem. We zullen inderdaad nog moeten zien of het in de praktijk gaat werken. Ik begrijp uw afwachtende houding daarin, geen probleem.
De empirische vaststelling hebben we in de woonsurvey. We gaan dat tegen 2024 herhalen, dat is nog even, maar het komt.
De heer Veys heeft het woord.
Wachten tot 2024 op nieuwe cijfers over discriminatie: dan zit uw beleidsperiode erop. Dat is geen goede manier van werken. Dat zal nog moeten blijken, maar ik ga het alleszins ook vragen aan minister Somers. Het systeem is de helft van het werk en daaruit zullen wij conclusies trekken.
De vraag om uitleg is afgehandeld.