Verslag vergadering Commissie voor Buitenlands Beleid, Europese Aangelegenheden, Internationale Samenwerking en Toerisme
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
De heer Slagmulder heeft het woord.
Zoals was voorspeld en we nu al kunnen vaststellen, ziet het er door de nieuwe coronagolf voor dit najaar bijzonder slecht uit. De toeristische sector zal het nog maar eens zwaar te verduren krijgen.
Minister, in de plenaire vergadering wees ik u nog niet zo lang geleden naar aanleiding van een actuele vraag van collega Coudyser op een maatregel die in Wallonië werd genomen om de toeristische sector in betere tijden opnieuw een duwtje in de rug te geven. Ik kreeg daar toen geen reactie op. Concreet: in Wallonië worden sinds 5 oktober maandelijks 20.000 toeristenpassen, de zogenaamde Visit Wallonia Pass, uitgereikt, met een waarde van 80 euro. Het doel is zoveel mogelijk toeristen naar Wallonië te lokken en de Walen zelf hun eigen regio te laten ontdekken of herontdekken. Op deze manier wil men de toeristische sector een duwtje in de rug geven en zo de relance van de toerismesector bespoedigen. In totaal zullen tussen oktober en december 60.000 passen uitgegeven worden. De eerste 20.000 passen gingen heel vlot de deur uit. Er zijn in totaal ongeveer 400 accommodaties, attracties, musea en busondernemers bij de actie betrokken.
Minister, wat vindt u van de Waalse Visit Wallonia Pass? Kan een dergelijke pas op langere termijn de toeristische sector een duwtje in de rug geven? Of heeft een toeristenpas slechts een beperkte invloed op de toeristische relance?
Overweegt u een gelijkaardig initiatief in Vlaanderen? Indien ja, hoe zal dit eruit zien? Indien niet, waarom niet?
Staan er nog andere concrete initiatieven in de steigers om de toeristische sector de komende maanden te ondersteunen? Indien ja, om welke initiatieven gaat het?
Minister Demir heeft het woord.
De toeristische sector kan inderdaad momenteel alle steun gebruiken. Ik kijk dan ook naar verschillende initiatieven in binnen-en buitenland.
Specifiek met betrekking tot de Visit Wallonia Pass stel ik me toch een aantal vragen. De pas heeft een waarde van 80 euro. Hiervoor is een budget van 4,8 miljoen euro uitgetrokken. Er zullen dus maximum – als ik goed reken – 60.000 gezinnen van kunnen genieten. Gaat deze pas niet vooral gebruikt worden voor de duurdere attracties, zoals Durbuy, Pairi Daiza, enzovoort, en blijven de kleinere spelers zo niet in de kou staan? Gaat dit initiatief effectief bijkomende bezoekers aantrekken? Of gaat deze pas gebruikt worden door mensen die sowieso al plannen hadden om Wallonië te bezoeken? Op dit moment is dit allemaal nog niet duidelijk. Er zijn ook heel weinig cijfers. Ik vermoed ook dat op dit moment weinig tot geen buitenlandse bezoekers bereikt zullen worden.
Ik denk wel dat een goede pas op korte termijn een stimulans kan zijn, maar zie niet meteen een langetermijneffect bewerkstelligd worden.
Zoals u weet, hebben wij in Vlaanderen ook een aantal passen. Wij focussen op specifieke groepen of bestemmingen. Voor buitenlandse bezoekers hebben we de My Flanders Pass ontwikkeld. Deze pas wordt voorbereid samen met lokale partners in Vlaanderen en wordt verdeeld via geselecteerde internationale touroperators en reisagenten. Hiermee maken we het voor buitenlandse touroperators makkelijker om hun klanten een aantrekkelijk pakket voor Vlaanderen aan te bieden.
Een ander voorbeeld waarmee we bezig zijn is de Welcome back to Flanders Fields Pass. Deze pas biedt talrijke kortingen op culturele activiteiten aan reizigers die de brede regio rond Flanders Fields bezoeken. Op deze manier moedigen we de bezoekers aan om de regio te herontdekken en om hiervoor voldoende dagen uit te trekken. De pas is beschikbaar voor gasten die rechtstreeks boeken bij erkende logies, zodat deze zwaar getroffen sector maximaal voordeel haalt uit het verhoogde aantal boekingen. We willen hiermee ook specifiek de Britse markt bespelen. De pas zal aangeboden worden zodra er weer bezoekers vanuit het Verenigd Koninkrijk kunnen komen.
Via het netwerk Iedereen Verdient Vakantie ontwikkelen we al jaren een aanbod gericht op personen die het moeilijk hebben. Zowel de Vlaamse overheid als individuele uitbaters investeren in een korting voor mensen van wie we zeker zijn dat ze anders niet zouden kunnen deelnemen aan het toeristische gebeuren. Ik wil zeker eens bekijken of het zin heeft om op specifieke thema's en doelgroepen iets te ontwikkelen, maar dat moet natuurlijk voldoende effect hebben en voldoende opbrengen. Ik heb al een aantal zaken opgesomd, maar ik vind het wel een goed idee om nog eens te bekijken of we specifiek op een markt, doelgroep of thema kunnen werken.
We ondersteunen de toeristische sector op verschillende manieren, onder meer via economische compensatiemaatregelen. We hebben ook het Vlaams beschermingsmechanisme dat nog niet zo lang geleden is goedgekeurd. Ik ben ook heel blij dat we daar een goed onderscheid maken tussen bedrijven met minder dan tien werknemers en bedrijven met meer dan tien werknemers.
Ik heb gisteren ook een gesprek gehad met de Nederlandse minister die bevoegd is voor toerisme. In Nederland worden redelijk gelijklopende maatregelen genomen.
Verder zijn er de langetermijninvesteringen. In het kader van de relance zullen we 150 miljoen euro bijkomende investeringen doen, bovenop de reguliere investeringen, dus driemaal zoveel als in een normale legislatuur. We zullen bekijken hoe we dat zullen investeren en daar snel werk van maken zodat we er post corona staan.
Daarnaast zijn er marketingactiviteiten ter ondersteuning van de sector. Het gaat over stimulansen voor het creëren van het aanbod: terugbetaalbare lening voor congressen, voorschotten voor evenementen, COVID Event Risk Model (CERM), COVID Infrastructure Risk Model (CIRM), en over stimulansen voor het creëren van de vraag: reputatieversterkende acties in binnen- en buitenland, additionele campagnes zoals Vlaanderen Vakantieland enzovoort.
De heer Slagmulder heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw antwoord. Het is inderdaad goed dat de toeristische sector nu ook een beroep kan doen op het Vlaams beschermingsmechanisme. Dat is op zich een goede zaak maar we moeten inderdaad ook vooruit denken en de toeristische sector, wanneer er betere tijden aanbreken, nieuw leven proberen in te blazen. Daarom kunnen voorbeelden van elders inspirerend werken. Blindelings kopiëren hoeft uiteraard niet.
Het is positief dat er 150 miljoen euro extra zal worden geïnvesteerd in de toeristische sector. Het gaat dan voornamelijk over investeringen in infrastructuur, maar er zijn ook maatregelen nodig om ervoor te zorgen dat de relance van de toeristische sector wordt bespoedigd zodra dat opnieuw mogelijk wordt. Het lijkt me de moeite waard om de mogelijkheid van een toerismepas te onderzoeken en na te gaan wat daar mogelijk is.
Mevrouw Talpe heeft het woord.
Voorzitter, minister, ik denk dat we allemaal een grote bezorgdheid delen over de toekomst van de brede toeristische sector. Het is nu nog wat koffiedik kijken voor de eerstvolgende maanden door de evolutie van het coronavirus, maar we moeten ook vooruitkijken. Ik steun ook het feit dat we de good practices goed in de gaten moeten houden, is het nu uit Wallonië of uit Nederland. We hoeven inderdaad niet blindelings over te nemen, maar we kunnen er heel wat uit leren.
De Vlaamse en de federale overheid hebben de voorbije maanden, nog voor de tweede golf, heel wat inspanningen geleverd en die hebben hun effect gehad op het binnenlandse toerisme. Er waren 32 procent meer overnachtingen van Belgen in eigen land en dat moeten we vasthouden, ook in de toekomst.
Vandaar dat ik nog even een sprong verder wil maken. U hebt indertijd gezegd dat u voor de herfstvakantie volop op het binnenlandse toerisme zou focussen. Ook de winter is in aantocht. Heel wat mensen denken normaliter aan skireizen en zonvakanties, maar dat zal er wellicht nog niet in zitten. Hebt u al een plan om wat verder te kijken dan de vooropgestelde datum van de strengere maatregelen?
Minister Demir heeft het woord.
Het was goed dat wij in de eerste crisis nauw contact hebben gehouden met de betrokken instanties, de lokale besturen, de provincies, en de sector, en dat wij hebben ingezet op het binnenlandse toerisme. De herfstvakantie is heel moeilijk. De covidcijfers zijn verschrikkelijk. Onze hoofdbekommernis is nu dat de cijfers opnieuw dalen, zodat wij perspectief kunnen bieden aan onze sector in het vooruitzicht van de kerstvakantie. Het kerstfeest is een familiegebeuren en ik kan mij voorstellen dat veel Vlamingen, solidair met de toeristische sector, weer gaan kiezen voor een binnenlandse vakantie. Maar alles zal ervan afhangen hoe wij de cijfers managen. Wij hebben vanavond een vergadering van de Vlaamse Regering om nog bijkomende maatregelen te nemen. Ik hoop op korte en vooral krachtige maatregelen zodat wij toch perspectief kunnen bieden voor de kerstvakantie. Maar op dit moment is het echt koffiedik kijken. Het is nu alle hens aan dek om de hulpverlening in de ziekenhuizen te ondersteunen. Dat is nu onze hoofdzorg.
Zodra de cijfers dalen, zullen wij alles op alles zetten voor het binnenlandse toerisme. Wij zijn heel veerkrachtig en wij hebben de nodige budgetten. Ik hoop dat, als wij met zijn allen ons best doen, ons aan de regels houden en de viruscijfers kunnen laten dalen, kunnen zien wat wij voor de kerstvakantie en voor daarna op langere termijn kunnen doen. De sector heeft nood aan een duidelijk plan. Dat stelde ik vast in het overleg. Maar het probleem met dat virus is dat er heel moeilijk een plan kan worden gemaakt. Ik heb een plan en ik heb dat besproken met de buren om wederzijdse promotie te voeren. Dat heb ik bijvoorbeeld gisteren besproken met mijn Nederlandse collega-minister. Maar zowel zij als wij zitten in code rood. Op zo’n moment is het heel moeilijk de nodige campagnes uit te werken. 'First things first', en dat betekent alles op alles zetten om de cijfers naar beneden te krijgen.
De vraag om uitleg is afgehandeld.