Verslag vergadering Commissie voor Economie, Werk, Sociale Economie, Wetenschap en Innovatie
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
Mevrouw De Vreese heeft het woord.
Minister, inderdaad nog eens over de handelshuurlening. We hebben het er al verschillende keren over gehad. Zolang het coronavirus natuurlijk niet onder controle is, hebben we een impact op onze ondernemers en op onze zaken, en is die impact er dus ook voor de mensen die een hoge huur hebben voor hun pand.
Sinds 6 juli 2020 kan de handelshuurlening worden aangevraagd via de online toepassing van het Agentschap Innoveren en Ondernemen (VLAIO). Normaal liep de indieningtermijn tot 1 oktober 2020. Deze is nu verlengd tot 1 december 2020. Enkel ondernemers die ook recht hebben op een coronahinderpremie komen in aanmerking voor deze handelshuurlening. Met andere woorden, de ondernemers die de fysieke locatie die zij huren, volledig of gedeeltelijk dienden te sluiten. Sedert 17 augustus 2020 komen ook ondernemingen uit de evenementensector in aanmerking. Volgens de meest recente cijfers zijn er reeds 330 aanvragen, goed voor een bedrag van 2,8 miljoen euro.
VLAIO biedt sinds 15 juli een gratis bemiddelingstraject aan indien de huurder en de verhuurder niet tot een overeenkomst kunnen komen. Dat gebeurde in zo’n zestig gevallen. Bij een derde werd een akkoord gevonden.
Op 16 juli stelde ik in deze commissie voor om te onderzoeken of de bemiddeling door VLAIO uitgebreid kon worden naar ondernemers die niet in aanmerking kwamen voor de handelshuurlening. Daarnaast werd ook de rol van de ondernemersorganisaties besproken.
Eigenlijk wil ik graag van u weten waar we nu zitten met die handelshuurlening. Hebt u een zicht op de redenen waarom verhuurders niet op het aanbod willen ingaan?
Hoe verloopt het bemiddelingstraject in het kader van de handelshuurlening? Wat is de reden waarom twee derde van de bemiddelingspogingen niet lukken? Op welke manier kunnen we de ondernemers, waar de poging tot bemiddeling is mislukt, alsnog op een of andere manier ondersteunen?
U gaf in de commissievergadering van 16 juli aan dat u de mogelijkheid zou bekijken om de bemiddeling door VLAIO uit te breiden en ze ook te voorzien voor ondernemingen die geen beroep kunnen doen op de handelshuurlening. Is die uitbreiding mogelijk?
Het is belangrijk dat huurders en verhuurders zeer goed op de hoogte zijn van die handelshuurlening. Hebt u het idee dat dat zo is? Of kunnen bijvoorbeeld de ondernemersorganisaties daar nog verder een rol in spelen?
Minister Crevits heeft het woord.
Collega, bedankt voor de vraag. Ze sluit eigenlijk een beetje aan bij de vorige vraag.
De handelshuurlening is gebaseerd op een vrijwillige overeenkomst tussen huurder en verhuurder. Een belangrijke voorwaarde daarbij is dat de verhuurder een of twee maanden huur dient kwijt te schelden. De aanvraagtermijn hebben we met twee maanden verlengd, nu tot 1 december 2020.
Het is dus een vrijwillige maatregel. Ik heb dat gedaan omdat we het signaal kregen vanuit de sector dat vrijwillige afspraken aangemoedigd moesten worden.
De belangrijkste reden waarom verhuurders niet op het aanbod willen ingaan is, bij navraag, dat zij zelf soms ook zwaar getroffen zijn door de coronamaatregelen, waardoor zij geen financiële geste kunnen of willen doen. Het gaat in slechts een paar gevallen om situaties waar er voorheen al huurachterstand was.
We stellen ook vast dat in de meeste handelssectoren er na de periode van verplichte sluiting vrij snel een redelijk herstel was van de omzet. In dergelijke situaties is het ook te verwachten dat een gedeeltelijke kwijtschelding van huur minder noodzakelijk wordt. Het is echt een case-to-casebenadering die hier gevolgd moet worden.
De tweede vraag ging over het bemiddelingstraject. Voor een deel van de aanvragen is het voldoende dat zowel huurder als verhuurder inzicht krijgen in de voordelen van zo’n handelshuurlening, waardoor je al tot een akkoord kunt komen. In een aantal situaties gaat dat dus heel gemakkelijk. In andere gevallen komen de huurder en verhuurder na een eerste contactname door de bemiddelaar onderling tot een overeenkomst. Dan is het niet meer nodig. Maar evengoed zijn er soms verhuurders die dat totaal niet zien zitten omdat ze zelf ook getroffen zijn door de coronacrisis.
Ondernemers die geen kwijtschelding verkrijgeen van hun huisbaas, kunnen ter ondersteuning van de financiering of als ze nood hebben aan werkkapitaal, een beroep doen op de waarborgregelingen van de Vlaamse overheid. Er is ook de achtergestelde lening corona voor werkkapitaal waarmee ook huurlasten kunnen worden betaald.
Wat de bemiddeling, uw derde vraag, betreft: de handelshuurlening is uitgebreid naar bedrijven in de evenementensector, ook zij kunnen een aanvraag tot bemiddeling indienen. Het is immers vooral de evenementensector die op dit ogenblik nog altijd met enorme omzetverliezen te kampen heeft.
Ik heb aan de ondernemersorganisaties gevraagd om zeer goed en duidelijk te communiceren en om de maatregel nog meer bekend te maken en ook de voordelen voor beide partijen te beklemtonen. Voor de huurder is het vrij duidelijk: de liquiditeitspositie verbetert, waardoor betalingsmoeilijkheden verminderen en er een hogere overlevingskans is. Voor de verhuurder zijn er ook voordelen. Door een kleine kwijtschelding verkrijgt hij zekerheid van betaling voor de volgende maanden. Die vrijwillige overeenkomst kan ook zorgen voor een betere relatie met de huurder en een hogere overlevingskans, want als de huurder overkop gaat, is dat ook heel slecht voor de verhuurder. Die voordelen zijn dus legio.
De regeling is nog niet overal bekend genoeg, vind ik persoonlijk. Misschien kan uw vraag daartoe bijdragen, maar daar kunnen we allemaal nog een tandje bij steken.
Mevrouw De Vreese heeft het woord.
Inderdaad, minister, dat is wat ik soms ook merk bij bezoeken die wij brengen, dat de regeling niet altijd bekend is. Ik denk dat ieder van ons daar zijn steentje kan bijdragen om die nog wat meer bekend te maken, en ook de sectoren zelf.
Daarnet hoorde ik u ook zeggen dat u binnenkort overleg hebt tussen de brouwerijen en horeca. Als ik het goed begrepen heb, zal dat ook gaan over de huur. Ik ben benieuwd welk resultaat dat zal opleveren. Ik heb ondertussen ook een aantal brouwerijen bezocht, het is mijn ambitie om alle West-Vlaamse brouwerijen te gaan bezoeken. Daar hoor ik toch ook van hen dat zij al inspanningen geleverd hebben in het verleden en dat zij toch heel erg betrokken zijn met de cafés en daar een inspanning voor willen doen. Ik heb er momenteel twee bezocht, dus ik kan niet voor heel de sector spreken. Als u daar in overleg gaat, denk ik wel dat u een luisterend oor zult vinden.
De uitbreiding naar de evenementensector is heel goed, dat vind ik een zeer goede beslissing. Die is enorm hard getroffen.
Ik ben benieuwd wat de toekomst brengt en hoe we deze maatregel nog extra tot bij de ondernemers zelf kunnen brengen.
Minister Crevits heeft het woord.
Dank u wel voor de aanvullingen, collega. Het is goed dat u de ambitie hebt om alle brouwerijen te bezoeken. Ik ben trouwens een paar jaar geleden tot Ridder in de Orde van de Roerstok geslagen. Dat is dus de orde die alle brouwers verenigt. Je moet daar natuurlijk wel bier voor willen drinken, maar dat was in mijn geval een heel groot plezier. Misschien valt die eer u ook nog te beurt in de toekomst.
Het dossier wordt in elk geval opgevolgd. Ik heb er ook geen probleem mee om feedback te geven als we de sector hier ook bij ons gehad hebben.
Over de communicatie van de maatregel: het zal ook voor mij belangrijk zijn om daar in de komende weken nog wat duiding in te verschaffen, zeker omdat we de termijn verlengd hebben. Ik sluit niet uit dat er nog een extra verlenging nodig zal zijn.
Mevrouw De Vreese heeft het woord.
Minister, ik wil u bedanken voor uw inspanningen en vragen om daar zeker verder op in te zetten.
De vraag om uitleg is afgehandeld.