Verslag vergadering Commissie voor Economie, Werk, Sociale Economie, Wetenschap en Innovatie
Verslag
Mevrouw Malfroot heeft het woord.
Collega’s, de maatregelen die zijn genomen in het kader van de relancestrategie van de Vlaamse Regering dienen bedrijven van zuurstof te voorzien door de injectie van privékapitaal. Een van de maatregelen is het oprichten van een welvaartsfonds, waar privaat kapitaal door ondernemingen kan worden aangewend. Het is voor onze fractie cruciaal dat hardwerkende Vlamingen die hun spaargeld in de economie pompen, de zekerheid krijgen dat het geïnvesteerde geld aan het einde van de rit terug op de rekening staat.
Het fiscale voordeel verbonden aan de maatregelen, is positief, maar de garantie dat de kleine spaarder zijn geïnvesteerde kapitaal zal terugkrijgen, wordt niet gegeven. We vinden het dan ook geen goed idee om kapitaal met een groot risico op te halen bij mensen die dat risico niet goed kunnen inschatten. Het welvaartsfonds heeft bovendien een weinig succesvolle voorganger. In 2018 werd het ARKimedes-fonds vervroegd opgedoekt. Dat fonds kostte de Vlaamse overheid 45 miljoen euro aan waarborgen. Hopelijk zijn daar lessen uit geleerd.
Om financiële katers te vermijden, zijn duidelijke voorwaarden en een toezichtmechanisme nodig. Zo moet worden uitgesloten dat ondernemingen met een zeer hoog faillissementsrisico het geld gebruiken om uitstaande schulden terug te betalen en dat de burger vervolgens opdraait voor het verlies.
Minister, in welke toezichtmechanismen kan worden voorzien om te voorkomen dat ondernemingen met een zeer hoog faillissementsrisico het geïnvesteerde geld van burgers gebruiken om uitstaande schulden terug te betalen? Welke voorwaarden dienen bedrijven na te leven om aanspraak te maken op geld, geïnvesteerd in het welvaartsfonds? Hoe gaat de Vlaamse Regering de burger garanderen dat die zijn geïnvesteerde geld aan het einde van de rit terugziet?
Minister Crevits heeft het woord.
Dank u wel, collega.
Het werkings- en toezichtmechanisme van het welvaartsfonds wordt op dit moment nog uitgewerkt door de ParticipatieMaatschappij Vlaanderen (PMV). Dat is een heel boeiende maar moeilijke operatie. Het fonds zal volledig operationeel zijn in 2021. Hoe komt dat? Deze doorlooptijd is vereist om de goedkeuring te verkrijgen van de FSMA, collega Ronse, wat staat voor Financial Services en Markets Authority.
Deze Belgische toezichtsautoriteit voor financiële diensten en markten ziet er onder meer op toe dat het juiste risicoprofiel toegekend wordt aan het fonds. Elk beleggingsfonds, collega Malfroot, heeft zijn specifieke risico’s. Dat moet duidelijk worden opgenomen in de beschrijving van het fonds en de informatie aan beleggers via een prospectus. De FSMA kijkt er ook op toe dat de adequate investeringsprocessen en risicobeheertechnieken toegepast worden.
Het staat vast dat enkel intrinsiek gezonde en levensvatbare Vlaamse kmo’s in aanmerking zullen komen voor investeringen via dat fonds. Dit is een belangrijk principe dat bij de investeringsbeslissingen toegepast zal moeten worden. Het is dus uitdrukkelijk niet de bedoeling om in ondernemingen met een zeer hoog falingsrisico te investeren.
Er is geen overheidswaarborg voorzien door de Vlaamse Regering omdat het hier gaat over een belegging in kapitaal. Wel is het het doel om een breed fonds te creëren dat zorgt voor de nodige risicospreiding en vooruitzichten moet geven op marktconforme rendementen. Wie belegt, weet dat er altijd een risico is.
Het fonds zal onder toezicht staan van de FSMA. In overeenstemming met de regelgeving zal er ook een risicoprofiel worden toegekend aan het fonds. Dat zal bepalen wie aangesproken kan worden als investeerder in het fonds.
Hiermee passen we de Europese beleggingsrichtlijn toe. Deze richtlijn heeft als doelstelling om de beleggers en de integriteit van de financiële markten te beschermen. De richtlijn voorziet ook regels voor eerlijke, transparante, efficiënte financiële markten.
Er is dus wel nog wat werk aan de winkel, collega, om het fonds operationeel te maken en om volledige transparantie te geven over het kader waarbinnen er gewerkt zal worden.
Mevrouw Malfroot heeft het woord.
De overheid heeft het al geprobeerd en het is niet goed afgelopen de vorige keer. Ik twijfel nu eigenlijk ook aan de doeltreffendheid van dit fonds. Persoonlijk denk ik dat je dan beter naar de beurs gaat, waar je de risico’s kan inschatten om je bedrijven te redden als je – letterlijk – met je geld aan het spelen bent.
Ik vraag me ook af welke mensen in deze tijden die risico’s zullen willen nemen zonder kapitaalsgarantie, omdat er op de normale markt toch wel heel veel fondsen zijn die wel een degelijke kapitaalsgarantie bieden.
Ik kijk dus uit naar het kader dat uitgewerkt zal worden, maar ik stel me wel vragen bij de doeltreffendheid. We zien wel waar we geraken.
De heer Vande Reyde heeft het woord.
Wij vinden het concept van een welvaartsfonds, dat momenteel wordt uitgewerkt, uiteraard wel een goed idee. Het stond ook in de resolutie die – op enkele onthoudingen na – goedgekeurd werd. De meerderheid van het parlement staat daar achter.
De vergelijking met het ARKimedes-fonds gaat niet helemaal op. Het ARKimedes-fonds was effectief gericht op durfkapitaal. Er was daarin ook een waarborg voor beleggers. U bent daar vrij negatief over, collega. Ik heb er nog eens de impactstudie op nageslagen van de Vlerick Business School en de Universiteit Gent. Die evaluatie van het ARKimedes-fonds was wel overwegend positief. Er was onder andere een positieve impact op jobcreatie, verankering van ondernemingen, het aantrekken van kapitaal… Ik denk dus dat de negatieve lezing die u hieraan geeft, toch enigszins genuanceerd moet worden.
Het welvaartsfonds heeft een heel andere insteek. Het welvaartsfonds heeft de volgende insteek: we kunnen onze kmo’s voorzien van kapitaal waar zij in deze omstandigheden misschien minder gemakkelijk toegang toe hebben. Terwijl de dingen waar u over spreekt, zoals de beurs, bedoeld zijn voor ondernemingen die daar wel relatief gemakkelijk toegang toe hebben. We vangen dus een lacune op, door enerzijds spaarders die dat willen – want uiteraard zal niemand hiertoe verplicht zijn – de kans te geven om te investeren in onze economie en anderzijds de kmo’s de mogelijkheid te geven om vers kapitaal aan te trekken. Ik denk dat dat een win-winsituatie is voor iedereen.
Wél hebt u een punt, en dat heeft de minister ook terecht aangehaald, over het ervoor zorgen dat iedereen goed geïnformeerd is over de risico’s. We willen inderdaad geen toestanden waarbij mensen het gevoel krijgen dat ze nul risico lopen. Dat hebben we in het verleden inderdaad wel bij sommige zaken meegemaakt, en dat willen we absoluut vermijden. Informatie blijft dus belangrijk, maar zolang we investeren in onze Vlaamse kmo’s en het risico duidelijk is voor iedereen, denk ik dat u daar zelf weinig op tegen kunt hebben. De minister gaf ook aan dat het gaat om intrinsiek gezonde bedrijven. Ik denk dus dat dit een heel goede zaak is, en ik hoop dat men snel kan doorgaan met dit initiatief.
Collega Malfroot, ik vind dit een interessante vraag. U wees op een aantal risico’s, uiteraard, maar u bent ongetwijfeld ook Vlaams-nationalist en de verankering van onze Vlaamse bedrijven, van onze Vlaamse kmo’s zal ongetwijfeld ook wel een onderwerp zijn dat u genegen bent. Ik denk dat dat de focus is van dit initiatief: hoe kunnen we ervoor zorgen dat beloftevolle bedrijven niet alleen overleven, maar ook in Vlaamse handen blijven, dat we de beslissingscentra hier houden? Wat dat betreft, was er een lacune in het financieringslandschap, zeker met betrekking tot de grootte van het fonds dat we hier voor ogen hebben. De vergelijking met ARKimedes is niet helemaal onlogisch, maar is in dezen ook niet helemaal door te trekken. Collega Vande Reyde heeft dat perfect uitgelegd, denk ik. We moeten daar lessen uit trekken. Ik hoop dat het fonds snel operationeel kan worden gemaakt, dat we daarvoor ook decretaal snel een initiatief kunnen nemen. Minister, wat zou de timing daaromtrent kunnen zijn?
Minister Crevits heeft het woord.
Collega Malfroot, ik wil eerst eventjes inspelen op iets wat collega Vande Reyde heeft gezegd, want eigenlijk moet ik bijna niet meer antwoorden, aangezien hij het antwoord heeft gegeven. Het verschil met ARKimedes is dat er daar sprake was van 90 procent overheidswaarborg, maar het ging over hoogrisico-investeringen in start-ups, en dat is nu echt wat we niet willen. Het moet eigenlijk een stabiel fonds worden. Er is ook een heel grote roep om met de mensen de economie te ondersteunen. We willen daarop inspelen, door het vriendenaandeel, dan kies je zelf waar je investeert, maar dan heb je het fonds, waarbij je dat doet samen met een groep die ervaring heeft. Dat is eigenlijk het toegevoegde dat we willen maken.
Collega Vande Reyde, de evaluatie is zeer positief, ook omdat ARKimedes ondertussen een evergreenfonds met enkel kapitaal van PMV is geworden. Dat is dus eigenlijk een heel positieve zaak. Door ARKimedes is ook de markt van risicokapitaalverstrekkers geactiveerd, wat eigenlijk ook een goede zaak is geweest, maar nog eens, ons fonds heeft een andere optie.
Het fonds zal ook complementair optreden met de achtergestelde leningen, die tickets boven de 800.000 euro. We proberen dus echt complementair te zijn.
Collega Bothuyne, zoals ik zei, vermoeden we dat dat voor begin volgend jaar zal zijn.
De vraag om uitleg is afgehandeld.