Verslag vergadering Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening en Energie
Verslag
Mevrouw De Coninck heeft het woord.
Minister, ik heb een opvolgingsvraag over de concentratie van nachtvluchten in de noordrand tijdens de coronacrisis, die eind april hier aan bod is gekomen. De luchtactiviteiten zijn jammer genoeg drastisch gedaald, maar het aandeel lawaaihinder dat de noordrand rond Brussel te verwerken krijgt, is helaas niet gedaald, integendeel. Dat is het gevolg van een beslissing van de Federale Regering die autonoom, zonder de regio's te raadplegen, afgeweken is van het preferentieel baangebruik dat al jaar en dag op de luchthaven bestaat en wat een precair evenwicht is dat onderschreven wordt door alle Vlaamse en Waalse partijen en altijd is opgenomen in de regeerakkoorden.
Op de vraag van eind april zei u al dat de beslissing van de federale overheid genomen werd zonder overleg met Vlaanderen. Ik vond het toen al getuigen van weinig federale loyaliteit en een gebrek aan samenwerking om ervoor te zorgen dat de steun en het draagvlak voor de luchthaven behouden blijft. U gaf zelf aan dat deze manier van werken niet kan. Daarom hebt u aangedrongen op een overleg met uw federale collega, minister Bellot. U gaf aan dat hij de situatie erkent en bereid is om op korte termijn op zoek te gaan naar een oplossing om het precaire evenwicht op de luchthaven zo veel mogelijk te herstellen.
In de Kamer verklaarde minister Bellot: "De concentratie van overblijvende vluchten zal worden afgebouwd in het kader van het nieuwe voorstel dat gisteren aan de Vlaamse regering is voorgelegd." Verdere details heeft hij toen niet gegeven.
Minister, wat zijn de details van het voorstel dat minister Bellot heeft gedaan? Houdt dit volgens u een oplossing in voor de concentratie van vluchten over de noordrand? Welke zijn de vervolgstappen?
Minister Demir heeft het woord.
Dank voor de vraag, collega De Coninck. We zijn daar de afgelopen weken veel en lang mee bezig geweest. Minister Bellot heeft ons op 6 mei 2020 een voorstel bezorgd. Het is een voorstel voor een aangepast baangebruik tijdens de coronacrisis. In het voorstel wordt niet geraakt aan het preferentieel baangebruiksschema, maar dit schema wordt zo dicht mogelijk benaderd. De tijdelijke exploitatie van de luchthaven met gebruik van slechts één enkele baan voor zowel landing als opstijging blijft op uitdrukkelijke vraag van Brussels Airport Company en skeyes behouden. Deze maatregel zal duren tot 15 juni 2020.
In het voorstel blijft baan 25R algemeen toegewezen als preferentiële baan voor landing en opstijging, behalve tijdens een aantal nachten, waarbij baan 19 zal toegewezen worden voor landing en opstijging tijdens de nachtperiode.
De stille weekendnachten, waarbij geen nachtslots voor opstijgingen mogen worden toegewezen op vrijdagnacht tussen 1 en 6 uur en op zaterdag- en zondagnacht tussen middernacht en 6 uur, blijven in het voorstel in elk geval behouden.
Het bijkomend inzetten van baan 19 kan mogelijk een verlichting opleveren voor de bewoners van de noordrand. Hiermee wordt op weekbasis het totaal aantal vertrekken verhoudingsgewijs opnieuw verdeeld over de banen 25R en 19 zoals dit voor de uitbraak van de coronacrisis was, zij het dat het niet meer om een simultaan gebruik van beide banen gaat maar om een afwisselend gebruik tijdens de week. Deze mogelijke verlichting hangt onder meer af van de meteorologische omstandigheden, al dan niet rugwind of ‘tailwind’. Daarom voorzie ik veertien dagen na de implementatie van het nieuwe voorstel in een evaluatie.
Het voorstel van het kabinet van minister Bellot is intussen binnen de Vlaamse Regering afgetoetst. Het standpunt is duidelijk: we wensen vooral een evenwichtige verdeling van de nachtelijke geluidshinder voor de nachtvluchten, ook tijdens deze coronacrisis.
Na grondige analyse kan de Vlaamse Regering onder voorwaarden akkoord gaan met de voorgestelde aanpassingen. Deze voorwaarden hebben onder andere betrekking op de tijdslijn, de veiligheid, het naleven van de stille nachten en het gebruik van de omleidingsroutes Z en M.
Daarnaast heb ik erop gewezen dat bij elke verdere wijziging van het baangebruik in deze COVID-19-crisisperiode vooraf overleg moet worden gepleegd met de Vlaams Regering en dat dit niet voor herhaling vatbaar is. Sowieso gaat het om een tijdelijke situatie. Voor alle duidelijkheid: wij hebben dit voorwaardelijk akkoord ook op 13 mei meegedeeld aan minister Bellot die heeft aangegeven dit te zullen onderzoeken en waarna afgelopen week een nieuw overleg heeft plaatsgevonden. De verschillende aanwezigen hebben daar een technische bespreking gehouden over de verschillende mogelijkheden om de noordrand te ontlasten.
Intussen is duidelijk dat, als gevolg van deze bespreking, de instructie gegeven werd aan skeyes om vanaf 1 juni baan 19 meer te gebruiken. Dat leidt volgens onze informatie en inschattingen op dit moment tot een verlichting van de noordrand. Dit is een belangrijke eerste stap in de betere verdeling van de lasten. Maar uiteraard monitoren we de situatie nauwlettend.
We hebben ook begrip voor de economische situatie van de luchthaven van Zaventem, maar toch blijft Vlaanderen vragende partij dat Brussels Airport Company zo snel mogelijk terug de reguliere vliegprocedures met meerdere banen en een evenwichtige verdeling van de lasten volledig hervat.
Aangezien de luchtvaartactiviteiten opnieuw zullen opstarten vanaf 15 juni zijn wij vragende partij om zo spoedig mogelijk terug te keren naar het normale baangebruik, waardoor er nog een betere spreiding is.
Mevrouw De Coninck heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw antwoord. Het is positief dat er een oplossing is gevonden naar aanleiding van uw initiatief om contact op te nemen met minister Bellot. Het had misschien nog verder mogen gaan maar zoals u zelf zei, is het een eerste stap in de goede richting. Wij monitoren en evalueren dat. Een terugkeer naar het preferentieel baangebruik waar over de partijengrenzen heen akkoorden over bestaan, is belangrijk voor het behoud van het precair evenwicht op onze luchthaven, de tweede belangrijkste economische motor van Vlaanderen. We moeten dat respecteren en mogen het draagvlak zelf niet ondergraven, dat zou jammer zijn voor die economische pool.
Ik zal dit verder opvolgen.
De heer Pieters heeft het woord.
Minister, ik dank u voor het antwoord. We stellen vast dat met het stationeren van de vliegtuigen op één baan, wel gebruik kan worden gemaakt van de banen 25 rechts en 19.
Minister Bellot had het over eind juni maar u sprak over 15 juni. Dat is een voordeel als dat zo zou zijn. Er is wel degelijk een concentratie vastgesteld. Het gaat niet alleen daarover, maar ook over het tijdelijk toelaten van vliegtuigen die op andere luchthavens gemeden worden wegens geluidsoverlast. 64 is geen 12, het is er een veelvoud van. Minister, hebt u ook daarover advies gegeven of hebt u geprobeerd om bepaalde types vliegtuigen die elders worden gemeden en voordien werden gemeden in Brussel, waar een delicate balans bestaat als gevolg van de richting waarin wordt opgestegen, te verbieden, ook als gevolg van de coronamaatregelen?
De heer Steenwegen heeft het woord.
Die discussie is hier al eerder gevoerd. Als we teruggaan naar het begin, dan zien we dat als gevolg van corona een uitzondering is gevraagd. U hebt daarin niet toegestemd omdat het huidige akkoord al de mogelijkheid inhoudt om te voorzien in uitzonderingen, bijvoorbeeld als gevolg van een crisis.
Ondertussen waren er bijkomende vragen en daar hebt u ook op geantwoord.
Er bestaat geen enkele informatie dat de nachtvluchten wel degelijk worden gebruikt om goederen in het kader van de coronacrisis te transporteren. Het antwoord is: we weten het niet. Dat wordt niet gecontroleerd. De reden waarom men die nachtvluchten heeft ingelegd, die extra cargo’s, die vliegtuigen met meer geluidshinder, was net naar aanleiding van de coronacrisis. Er waren nog andere mogelijke oplossingen. Men kon ook overdag in plaats van ’s nachts vliegen tijdens de slots die nu toch niet werden gebruikt. Ik ben natuurlijk tevreden dat er overleg is en dat er ook een antwoord is van minister Bellot, dat er nagedacht wordt over hoe het kan verbeteren, maar aan de andere kant ben ik toch ook wat ontgoocheld dat men de mogelijkheden die men had om de nachthinder echt te verlagen niet gebruikt.
In de marge wil ik toch even zeggen dat ik enorm verbaasd was dat ik – en ik denk wij allemaal – vele mails van de ombudsman van Brussels Airport, Philippe Touwaide, heb gekregen die mij ongevraagd vertelde dat we eigenlijk niet goed wisten waar we het over hadden. Ik was daar eerlijk gezegd niet van gediend. Het gaat bovendien over het federale niveau. Ik vind het echt ongepast dat hij ons via mail bestookt en zegt dat we het niet goed begrepen hebben en dat wat er gezegd wordt niet klopt. Ik denk niet dat u daar veel aan kunt doen, maar ik wil toch in deze commissie zeggen dat ik dat echt niet gepast vind.
Ik heb verder geen bijkomende vraag. We moeten het dossier blijven opvolgen en de vinger aan de pols houden.
Minister Demir heeft het woord.
We hebben 15 juni 2020 als datum gekregen. Ik zal nog eens nakijken hoe u aan die 30 juni komt.
Zoals u weet, heeft Vlaanderen de QC-beperkingen en milieuvergunningen niet opgeheven. We hebben ook gevraagd om deze te handhaven. We vragen na of er overtredingen zijn opgemerkt. In andere operationele zaken op de luchthaven kunnen we ons helaas niet mengen. Die vraag over het goederenvervoer in functie van corona hebben we aan de federale minister gesteld, maar hij meldt mij dat die informatie erg moeilijk te krijgen is, zoals u ook al zei. Cargovervoer zou vaak gemengd zijn, maar we blijven wel aandringen om die informatie te krijgen. Het zou wel handig zijn om dat te weten. De situatie nu is een verbetering, anders zouden we, weliswaar onder voorwaarden, niet hebben ingestemd met het voorstel. We volgen dit verder op.
De vraag om uitleg is afgehandeld.