Verslag vergadering Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media
Verslag
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
De heer Pelckmans heeft het woord.
Voorzitter, het is een drieluik of een trilogie, zoals dat de film- of boekensector wordt genoemd. Het zijn drie vragen om uitleg over de exit en als ik mag, wil ik dat even kaderen. Wat we vorige week hebben gezien, is heel belangrijk. We hebben dat allemaal positief ontvangen, maar ik heb een kritische bedenking bij de financiële steun. Minstens even belangrijk is een ordentelijke exit. We hebben het daarnet over de evenementensector gehad. Ik vermoed dat we een grondige analyse van de gesprekken moeten maken. Ik heb dat in drie vragen om uitleg gegoten.
Eerst wil ik het concreet over de muzische workshops en kampen voor kinderen hebben. De zomer komt eraan. Is er al duidelijkheid of die kampen met muzische vorming kunnen en mogen doorgaan? Hoewel veel van die workshops met een beperkt aantal kinderen gebeuren en de maatregelen daar kunnen worden toegepast, is er onduidelijkheid gecreëerd over de vraag of die kampen voldoen. Het belang van het een en het ander heeft te maken met de doorstart van de podiumkunstensector in het najaar. Die kinderbubbels zijn er, maar worden nu ook meer door het onderwijs georganiseerd. Dat is een interessante tool om de cultuursector te laten doorstarten, maar daarover volgt straks een andere vraag om uitleg.
Minister-president, deze vraag om uitleg is kort en duidelijk. Hoe zit het nu met al die kampen in de zomer, specifiek de kampen met muzische vorming? Mag het of mag het niet?
Minister-president Jambon heeft het woord.
Mijnheer Pelckmans, het is een heel korte en duidelijke vraag. Ik zal een kort en duidelijk antwoord geven. Zoals in de beslissing van de Nationale Veiligheidsraad van 3 juni 2020 is opgenomen, kunnen de activiteiten waar u naar verwijst, al sinds 8 juni 2020 weer starten, als ze effectief veilig kunnen worden georganiseerd en als ze conform zijn met de protocollen die de bevoegde minister heeft gemaakt. Het gaat dan om minister Dalle en mezelf, want zij zijn bevoegd voor de beleidsdomeinen Cultuur en Jeugd. Wij moeten die protocollen valideren, want muzikanten en workshops vallen, afhankelijk van de doelgroep, zowel in het beleidsdomein Cultuur als in het beleidsdomein Jeugd.
Deze doelgroep houdt het best rekening met de bestaande generieke protocollen voor jeugdkampen en voor cultuuractiviteiten. Ik heb dat protocol gisteren ondertekend. Het kabinet is nauw betrokken bij de opmaak van de generieke protocollen voor jeugd. De amateurkunstenorganisaties VLAMO en Koor&Stem hebben hun input geleverd.
Die twee protocollen bestaan en daar kan verder mee worden gewerkt. Voor de meeste activiteiten zal het geen probleem zijn zich aan de richtlijnen te houden. In het basisprotocol voor Cultuur, dat sinds 8 juni 2020 van kracht is voor fase 3, heb ik op aangeven van de experten voorlopig drie risicoactiviteiten verboden.
Het gaat om koorzang en alles wat tot luid spreken of roepen in elkaars nabijheid leidt. Het is niet erg aan de andere kant van een voetbalveld te roepen, maar expressie en hard roepen in groep is iets anders. Ik weet niet of u hebt gezien dat een koor enorm door het coronavirus is getroffen. Ik denk dat het in Duitsland is. We weten wat we bedoelen. Koorzangers staan dicht bij elkaar en brengen veel naar buiten, niet alleen klank, maar ook speeksel. Dat schijnt zeer gevaarlijk te zijn. Koorzangen en alles wat leidt tot luid spreken en roepen, is in dat protocol voorlopig verboden. Activiteiten met blaasinstrumenten zijn om evidente redenen ook verboden in juni 2020. Dit geldt ook voor alle activiteiten waarvoor heel nauw fysiek contact nodig is, zoals bepaalde vormen van dans en toneel waarbij mensen heel dicht bij elkaar staan.
We zullen er de komende weken alles aan doen om, samen met experten uit de sector en met professor Vlieghe van de Groep van Experts belast met de Exitstrategie (GEES), de nodige richtlijnen te ontwikkelen zodat deze activiteiten vanaf 1 juli 2020 weer kunnen starten. In juni 2020 is het voorlopig nog niet mogelijk om specifieke kooractiviteiten, activiteiten met blaasinstrumenten en fysieke activiteiten heel dicht bij elkaar te organiseren.
De heer Pelckmans heeft het woord.
Bedankt, minister, voor het zeer duidelijke antwoord. Er zitten in uw antwoord sowieso al een aantal elementen voor de volgende vragen. Ik ga dus nog even door op dit punt, want deze vraag was eigenlijk een opzet naar een heel belangrijke andere vraag, over de opstart van het cultuurseizoen in het najaar. U of uw medewerkers hebben ongetwijfeld al vernomen dat er vanuit de podiumkunstenaars – Michael De Cock, het Overleg Kunstenorganisaties (oKo), Marc Maillard van Froe Froe, en nog heel veel mensen die werkzaam zijn in die sector en in de kindercultuur en de scholenwerking – een oproep is om voor het najaar het seizoen op te starten, net met die kindercultuur, vanwege de bubbels die er zijn. Je kunt met die organisatoren, of het nu film, bioscoop, theater of cultuurcentra zijn, perfect onderhandelen. Door die bubbelvorming zou de cultuursector effectief wel een startbasis kunnen hebben, net bij die kindercultuur, temeer ook omdat kinderen onder elkaar het virus minder blijken door te geven.
Daar is heel veel ruis over in de sector, of in het najaar schoolvoorstellingen of groepsbezoeken aan bibliotheken en musea enzovoort effectief kunnen doorgaan. Als dat kan, des te beter. Als dat niet kan, kunnen we daar dan geen apart en duidelijk protocol voor maken?
Mijn tweede bijkomende vraag gaat over uw collega, minister Weyts, die al geantwoord heeft op de vraag waarom hij de projectsubsidie van Dynamo 2 toch absoluut wil uitstellen, iets wat in de sector heel zwaar valt. Wij hebben toch wat het gevoel dat er ook daar geen grote ‘Sturm’ is vanuit Onderwijs om die cultuureducatieve uitstappen te stimuleren en te organiseren. Het is een uitdrukkelijke vraag aan u, als minister-president, om daar een standpunt over in te nemen, omdat u ook minister van Cultuur bent, over hoe belangrijk het is dat de cultuursector met deze volgens mij zeer beheersbare strategie een opstart zou kunnen maken.
Mevrouw Perdaens heeft het woord. (N.v.d.r.: Wegens de slechte geluidskwaliteit kon mevrouw Perdaens niet aan het woord komen.)
Minister-president Jambon heeft het woord.
Mijnheer Pelckmans, eigenlijk kan ik generiek antwoorden op uw vraag. Het is mijn bekommernis om alles zo snel mogelijk te openen, binnen de grenzen die de volksgezondheid toelaat. Het kabinet is permanent in overleg met de GEES, met de protocollen in de hand, met de vragen van de sector in de hand. Om protocollen af te sluiten en om te bekijken wat er geleidelijk mogelijk is, moeten we niet iedere keer via de Nationale Veiligheidsraad passeren. De Nationale Veiligheidsraad neemt een paar generieke standpunten in, een logica die moet worden gevolgd. Binnen die logica kunnen we protocollen afsluiten. Neem het van mij aan dat ik een uiterste inspanning doe. Maar wat ik niet ga doen, is iets doen waarvan de experten zeggen dat we echt een loopje nemen met de volksgezondheid. Ik tracht de elastiek zo ver mogelijk te rekken, maar ik ga hem echt niet laten breken ten nadele van de volksgezondheid. Dat gaan we echt niet doen.
Ik denk dat we vandaag al een redelijk perspectief hebben. U hebt gelijk: het is tot september, en het zal kwestie zijn om voor de culturele sector snel perspectief te bieden voor het najaar. Maar mijn indruk is, en ik begrijp dat ook, dat de experten de maand juni gaan afwachten om te kijken wat het effect op de curve is van de vele versoepelingen die nu gebeurd zijn.
Ik verwacht geen grote versoepelingen, die worden niet in het vooruitzicht gesteld voor eind juni. De vorige waren er op 8 juni, tel daar veertien dagen bij, dan zijn we 22 juni. Dan kunnen we een evaluatie maken van het effect op de coronacurve. Dan kunnen we aan een volgende periode werken. Ik sta aan uw kant om zo rap en zo veel mogelijk te openen, maar binnen de context van veiligheid.
De heer Pelckmans heeft het woord.
Ik twijfel echt niet aan uw intenties, minister-president. Er ligt alleen een enorme kans, terwijl de sector volledig achter het principe staat van schooluitstappen richting cultuursector. We moeten dat zo snel mogelijk oplossen en zorgen dat het kan. We gaan niet verder dan dat de gezondheid toelaat.
De vraag is en blijft: moeten we daar geen apart protocol voor maken? Kan dat niet naar voren worden geschoven? Als de sector zegt dat dit een van de opstartmogelijkheden is, waarom pakken we dat dan niet eerst vast? Net zoals in de eventsector moeten de organisatoren weten waar ze aan toe zijn.
Op dit moment is er nog geen enkel schoolbezoek aan een cultuurinstelling verkocht, omdat niemand weet hoe ze daarmee om moeten gaan. Ik dring erop aan om een protocol naar voren te schuiven en af te sluiten. Nogmaals mijn bede om zeker ook het enthousiasme van minister Weyts ten aanzien van dynamoPROJECT en cultuuruitstappen mee te nemen om die steun daar ook te krijgen.
De vraag om uitleg is afgehandeld.